Verslag vergadering Commissie voor Buitenlands Beleid, Europese Aangelegenheden, Internationale Samenwerking en Toerisme
Verslag
Mevrouw Rombouts heeft het woord.
Collega’s, de energieprijzencrisis houdt iedereen bezig. Op 28 september organiseerde het Centrum voor Jeugdtoerisme (CJT) een open overleg naar aanleiding van de stijgende energieprijzen met uitbaters van jeugdverblijven en mensen uit het jeugdwerk, de onderwijs- en de sportsector, en zocht men samen naar oplossingen. Een van de belangrijkste conclusies was dat er dringend een inhaalbeweging nodig is voor het energiezuinig en klimaatneutraal maken van de jeugdverblijfinfrastructuur. Dat is een element dat al op de radar stond, maar naar aanleiding van deze crisis uiteraard alleen maar urgenter is geworden. Er is hierbij ook nood aan ondersteuning, zowel financieel als inhoudelijk-technisch.
Minister, in uw antwoord op mijn schriftelijke vraag 574 van 8 maart 2022 over de mogelijkheden voor de jeugdverblijven om infrastructuursubsidies te verkrijgen voor investeringen in toegankelijkheid en het energiezuiniger maken antwoordde u: “Specifiek voor wat betreft investeringen in energiezuinigheid heeft de Vlaamse Regering eind vorig jaar beslist middelen uit het klimaatfonds te bestemmen voor toeristische logies. De modaliteiten hiervan worden momenteel uitgewerkt in overleg tussen Toerisme Vlaanderen en VEKA. Ik voorzie de oproep dit jaar nog open te stellen. Een van de aspecten die bekeken worden, is of de jeugdverblijven ook zullen kunnen intekenen op deze oproep.”
U verwees ook naar de mogelijkheden die het vernieuwde Logiesdecreet, dat in werking treedt vanaf 2023, zal brengen: “Nu het logiesdecreet zelf is geëvalueerd en aangepast, zullen in de loop van dit jaar de uitvoeringsbesluiten ervan, waaronder ook het logiessubsidiebesluit, worden geëvalueerd. Ik zal dit jaar, uiterlijk begin volgend jaar, de Vlaamse Regering een voorstel van aangepast logiessubsidiebesluit voorleggen.”
Minister, ik wil u naar aanleiding van deze antwoorden, maar ook naar aanleiding van de urgentie van deze energiecrisis, de volgende vragen voorleggen. Wat is de stand van zaken met betrekking tot de door de u aangekondigde oproep om de middelen uit het Klimaatfonds te bestemmen voor toeristische logies, en meer bepaald de jeugdverblijven? Wat zijn de concrete modaliteiten en wanneer kunnen jeugdverblijven een aanvraag indienen? Ik meen immers dat de oproep daarvoor nog niet is gebeurd. Wat is de stand van zaken met betrekking tot het aangepaste logiessubsidiebesluit? Welke ondersteuningsmogelijkheden voor jeugdverblijven zijn daarin opgenomen? Voorziet u in nog bijkomende maatregelen voor de door de sector gevraagde inhaalbeweging inzake het energiezuinig en klimaatneutraal maken van de jeugdverblijfinfrastructuur, gezien de realiteit van de crisis waarin we vandaag leven?
Tijdens het parlementaire debat over het nieuwe subsidiekader voor jeugdtoerisme werd door onze fractie uitdrukkelijk aandacht gevraagd voor het op elkaar afstemmen van alle subsidieregelingen én het goed informeren en begeleiden van de sector. We drongen daarbij aan op de installatie van een klantvriendelijke aanvraagprocedure via één loket. Kunt u toelichting geven bij de organisatie en werking van dat ene loket en de backoffice voor de aanvraag van jeugdverblijfinfrastructuursubsidies?
Minister Demir heeft het woord.
Collega, dank u wel. De Vlaamse overheid heeft natuurlijk niet gewacht tot die crisis losbarstte om steunmaatregelen voor de jeugdverblijven te nemen. Vlaanderen heeft altijd ingezet op de ondersteuning voor investeringen in energiezuinigheid. We stellen alleen vast dat men daar in het verleden te weinig een beroep op heeft gedaan. Het Departement Cultuur, Jeugd en Media (CJM) geeft al sinds 2017 subsidies aan jeugdverblijven voor energiebesparende aanpassingen en investeringen. Helaas heeft dat niet altijd een groot succes gekend. We zien nu wel een kentering. We zien dat de sense of urgency daar nu ineens lijkt te zijn. Ik betreur dat natuurlijk wel, maar ja, het is wat het is. We moeten daarmee verder.
Voor de volledigheid geef ik u ook mee dat sinds dit jaar een minimumbedrag vereist is voor de investeringen. Vroeger ging dat, zoals u weet, over een subsidie van 60 procent van de werken en aankopen tot maximaal 500.000 euro. Daarnaast geeft het departement ook renteloze energieleningen voor investeringen in zonnepanelen en de opslag van zonne-energie. De voorbije jaren konden de jeugdverblijven ook een beroep doen op gratis energiescans. Ook in het kader van het Vlaams Stimulusprogramma konden jeugdverblijven een aanvraagdossier indienen bij Toerisme Vlaanderen voor maatregelen rond ecologische duurzaamheid. Van het totaalbudget van 30 miljoen euro dat we toch hadden vrijgemaakt, ging ongeveer 11 miljoen euro steun naar investeringen in ecologische duurzaamheid bij 230 logies. Ongeveer 1 miljoen euro daarvan ging naar de jeugdverblijven. Nog eens 650.000 euro subsidieaanvragen voor investeringen in ecologische duurzaamheid van jeugdverblijven konden niet worden betoelaagd. Dat is weinig in vergelijking met de steun die in totaal werd gevraagd door de logiessector voor investeringen in ecologische duurzaamheid, namelijk ruim 19 miljoen euro, zeker omdat de jeugdverblijven bovendien konden rekenen op een meer voordelige ondersteuning, namelijk 60 procent subsidie en 40 procent lening.
We mogen dus zeker niet van de veronderstelling vertrekken, zegt men mij bij het departement, dat er de voorbije tijd geen subsidiemogelijkheden waren voor de jeugdverblijven. Er waren genoeg subsidiemogelijkheden, maar de overheid kan dat niet in hun plaats doen. Zij moeten dat natuurlijk aanvragen en moeten daarmee aan de slag. Ik stel wel vast dat het met de huidige energiecrisis wél urgent is, natuurlijk ook omdat het financieel voelbaar is. In die zin is daar dus een inhaalbeweging te doen. Dat kunnen we natuurlijk toejuichen.
De Vlaamse Regering heeft inderdaad ook beslist om bijkomend 2 miljoen euro uit het Klimaatfonds te bestemmen voor toeristische logies. Toerisme Vlaanderen heeft daarom sinds onze vorige bespreking samen met het Vlaams Energie- en Klimaatagentschap (VEKA) verder onderzocht of het mogelijk was om met die middelen uit het Klimaatfonds nog dit jaar een subsidieoproep te organiseren. Dat bleek echter niet het geval te zijn. Niet alle investeringen komen immers in aanmerking voor subsidiering, zegt men mij. Welkom in Vlaanderen: alles is altijd heel moeilijk hier. Bijvoorbeeld subsidies voor hernieuwbare energie en elektriciteitsbesparing komen niet in aanmerking, de installatie van warmtepompen, de renovatie van stookinstallaties en klassieke isolatie bijvoorbeeld wel. Het subsidiepercentage vanuit het Klimaatfonds wordt ook bepaald door de efficiëntie van de investeringen. Dat hadden we ook beslist: ze moeten efficiënt zijn. Deze berekeningen zijn zeer technisch, zegt het VEKA mij.
U weet ook dat de meeste jeugdverblijven kleinschalige organisaties zijn, die vaak ook met vrijwilligers werken. Daarom heb ik aan Toerisme Vlaanderen en het VEKA gezegd: ‘Stop er dan mee, en laten we bekijken hoe we die 2 miljoen euro op een deftige manier tot bij het jeugdlogies kunnen brengen.’ Dat zijn ze op dit moment aan het uitwerken, zegt men mij, met ook wat elementen die wat meer flexibiliteit inbouwen, zodat we nu in deze huidige energiecrisis wat korter op de bal kunnen spelen en er een betere afstemming is met de middelen uit het Klimaatfonds. Zo zouden logies die investeren in zonnepanelen en warmtepompen, dat in één keer kunnen indienen. Ze hoeven dat dus niet langs verschillende wegen te doen. Dit laat ook toe om onze subsidieoproepen voor jeugdverblijven beter af te stemmen op de subsidieoproepen vanuit het Departement CJM, want dat is dan ook weer iets anders. Het is dan ook de bedoeling om beide reglementen maximaal op elkaar af te stemmen. Dat valt onder minister Dalle, zoals u weet, dus er moet weer worden overlegd. Dat zullen we dan ook doen.
Hetgeen in eerste instantie eenvoudig leek te zijn, blijkt dat niet te zijn. Dat is de bottomline.
Mevrouw Rombouts heeft het woord.
Minister, dank u wel voor uw antwoord. Dat antwoord baart me echter wel zorgen, en ik hoor aan uw stem dat dat ook voor u zo is. (Opmerkingen van minister Zuhal Demir)
Niks is gemakkelijk in dit land.
Ik denk dat u in dezen niet met minister Dalle moet overleggen om het Klimaatfonds te kunnen benutten, weliswaar wel voor dat ene loket, maar daar kom ik dan straks nog even op terug. Er was aangegeven dat er nog dit jaar een oproep zou gebeuren voor die 2 miljoen euro waarin was voorzien via het Klimaatfonds, maar als ik u goed heb begrepen, geeft u momenteel aan dat u aan Toerisme Vlaanderen en het VEKA hebt gezegd dat ze ermee moeten stoppen en moeten bekijken hoe men die 2 miljoen euro aan de jeugdverblijven kan geven. Met andere woorden, er zal geen oproep meer gebeuren, maar u gaat dit jaar wel nog die 2 miljoen euro uit het Klimaatfonds willen besteden en bent aan het onderzoeken op welke manier dat dan kan gebeuren. (Opmerkingen van minister Zuhal Demir)
En hoe dat zo snel mogelijk kan. Waarom baart dit mij wat zorgen? Ik zei het al in mijn vraagstelling: klimaat en energie, zeker als het gaat over infrastructuur, is een thema dat al langer op de radar staat. U gaf dat ook aan. De overheid geeft inderdaad ook al langer aan dat ze een ondersteunend beleid moet voeren, maar toch zien we dat die inhaalbeweging niet van de grond komt. Hoe komt dat dan? We moeten nu vaststellen dat een half jaar na de door de Vlaamse Regering genomen beslissing om 2 miljoen euro extra te besteden aan jeugdverblijven, u nu moet concluderen dat Toerisme Vlaanderen en het VEKA erbij uitkomen dat het eigenlijk allemaal niet haalbaar is. Dan denk en vrees ik dat een van de bottlenecks die maken dat dit niet is benut, misschien schuilde in de procedure en de wijze waarop de aanvraag moest gebeuren. Ik zou hopen dat het VEKA en Toerisme Vlaanderen na een half jaar dan toch wel een voorstel zouden uitwerken over hoe die 2 miljoen euro kan worden besteed. Ik heb begrepen dat u die opdracht nu hebt gegeven. Ik hoop dat het zo snel mogelijk is. Hebt u er een idee van of dat dit jaar nog lukt? Alleszins is de roep bij de jeugdverblijfcentra groot. Het is zeker wenselijk om dat dit jaar of zo snel mogelijk te kunnen doen.
Voor wat betreft het aangepaste logiessubsidiebesluit begrijp ik dat u overlegt omdat wij tussen de twee decreten hebben gevraagd om een zo goed mogelijke afstemming te zoeken. Daarmee zult u inderdaad nog naar de regering moeten. Ik begrijp dat ook daar momenteel nog geen concreet voorstel ligt, maar dat u de bedoeling hebt om er nog voor het einde van het jaar mee naar de regering te gaan. Ook daar kijk ik uit naar de concrete voorstellen.
Ziet u, buiten het logiessubsidiebesluit en buiten het klimaat van de 2 miljoen euro, nog mogelijkheden om toch nog een extra stimulans te geven om de inhaalbeweging van de grond te krijgen? Daarop hebt u nog geen antwoord gegeven.
Minister, mijn laatste vraag is hoever het staat met de organisatie van de eenloketfunctie. Ik merk ook bij u de frustratie dat het allemaal heel complex is. De mensen moeten hun weg vinden. Dat is een terechte bezorgdheid. Ook op het terrein leeft het gevoel dat men op ondersteuning kan rekenen, maar dat men daar en daar terecht moet kunnen. Eigenlijk verwacht men dat de overheid zodanig haar decreten en organisaties organiseert dat de gebruiker er op een eenvoudige manier terecht kan met zijn vragen. Daarom vraag ik uitdrukkelijk om de organisatie van een eenloketfunctie. Minister, daar hebt u ook nog niet op geantwoord. Wat is de stand van zaken van de organisatie van de eenloketfunctie? Hoe ziet u daarvan de timing?
Mevrouw Van den Brande heeft het woord.
De realiteit van vandaag is helaas niet van dien aard om jeugdverblijfhuizen nu nog snel-snel energiezuinig te kunnen maken, hoe noodzakelijk dat ook is. Eerder is het de vraag hoe we ervoor zullen zorgen dat de jeugdverblijven rendabel blijven voor hun uitbaters, en hoe het verblijf betaalbaar blijft voor de scholen en de jeugdbewegingen. Ook de jeugdverblijven worden met ongekende prijsstijgingen geconfronteerd. Zij kunnen die niet doorrekenen naar hun klanten want ook de jeugdsector draait elke euro tien keer om. In het onderwijs zet men alle middelen in voor het verwarmen en verlichten van de klassen. Schooluitstappen die binnen de maximumfactuur vallen, verdragen geen plotse prijsstijgingen. Hoe gaan we er tout court voor zorgen dat de jeugdverblijven het hoofd boven water houden?
Uiteraard blijft het belangrijk en nodig dat er een versnelling hoger wordt geschakeld in het klimaatneutraal maken van logies, waaronder jeugdverblijven, om de kosten te drukken en om een gezond rendement te behouden. De 2 miljoen euro gaat, zo heb ik menen te verstaan, dan wel naar de jeugdverblijven, maar niet naar klimaatneutrale maatregelen.
Minister, op mijn vraag van 16 juni 2020 zei u dat Toerisme Vlaanderen zich zou inschrijven in het SURE2050-programma, dat streeft naar klimaatneutrale gebouwen. Wat is daar de stand van zaken? Is daar speciale aandacht voor jeugdverblijven?
Mevrouw Talpe heeft het woord.
Ik had ook een vraag om uitleg ingediend over de verhoging van de energiekosten voor de jeugdverblijven. Die vraag om uitleg werd onontvankelijk verklaard omdat ze meer in de richting van minister Dalle ging. Ik heb die vraag om uitleg dan uiteraard aan hem gesteld. Ik deel de bezorgdheid over het afhaken, over boekingen die uitblijven, over de jeugdverblijven die eraan twijfelen of ze de huurprijzen moeten verhogen dan wel in hun eigen vel moeten snijden om die marges op te vangen. We delen allemaal die bezorgdheid.
Minister, ik had voor u een concrete vraag over het uitvoeringsbesluit. In het verleden werd er gewerkt met een minimale kost. U hebt daarnaar verwezen. Soms maken prioriteiten als duurzaamheid en toegankelijkheid minder grote bedragen an sich uit. Zullen we opnieuw met een drempel werken, die misschien ontmoedigend werkt? In 2020 en 2021 haalde geen enkel jeugdverblijf die drempel. Dat is een aandachtspunt om rekening mee te houden wanneer we die drempel vastleggen.
Minister Demir heeft het woord.
In verband met de vraag rond het ontwerp van subsidiebesluit: men zegt mij dat dat klaar is en dat dat momenteel voor advies bij het adviescomité van het toeristische logies ligt, dat er ook overleg met de Inspectie van Financiën is gepland en dat de inwerkingtreding sowieso voorzien is op 1 januari 2023. In het logiessubsidiebesluit is ook de flexibiliteit ingebouwd om ook deze drempel op maat te beslissen.
In verband met het eengemaakte subsidieloket weten jullie dat we de afgelopen twee jaar met minister Diependaele van alle subsidies rond wonen en energie één loket gemaakt hebben. Dat is sinds vorige week van tel. Toen ik dat twee jaar geleden in de commissie zei, zeiden verschillende parlementsleden: ‘Minister, waar begin je mee? Freya Van den Bossche is daarmee gestart en een andere minister is daarmee gestart. Je moet dat niet doen want dat is veel te veel werk.’ Bon, het is ons gelukt. We hebben wel twee jaar nodig gehad. Net op tijd, vorige week, was dat klaar. Maar ik kan jullie wel zeggen dat dat bloed, zweet en tranen gekost heeft. Het is heel moeilijk om in Vlaanderen – maar dat geldt in het algemeen, waarschijnlijk ook federaal – iets wat bestaat te gaan hervormen. Je botst soms echt wel tegen gigantische muren. Ik word daar heel moe van. Dat betekent niet dat we niet door moeten zetten. In dat dossier is dat gelukt.
Collega Rombouts, dit dossier en het eengemaakt subsidieloket zullen ook wel lukken. De bedoeling is dat we dat voor beide administraties doen. Zoals u dus weet hebben beide organisaties, zowel Toerisme Vlaanderen als het Departement Cultuur, Jeugd, Sport en Media een ander IT-platform. We hebben gezegd dat we dat maximaal op elkaar gaan aanpassen. Dat betekent ook dat we eerst prioritair moeten kijken naar de inhoudelijke afstemming zodat in tweede instantie bekeken kan worden hoe beide aanvragen in een en hetzelfde portaal ondervangen kunnen worden. Die oefening loopt. Dat aspect zijn we nu verder aan het uitwerken, uiteraard in overleg met het Departement Cultuur, Jeugd, Sport en Media.
Mevrouw Rombouts heeft het woord.
Minister, dank u wel voor de bijkomende antwoorden.
Ik begin met het laatste, het eengemaakte loket. Minister, ik kan me indenken dat dat een uitdaging is. Daarom heb ik dat expliciet bij de bespreking van de decreten onderstreept, omdat dat zo belangrijk is in het klantvriendelijk gebruik voor de gebruikers.
U geeft aan dat platformen op elkaar afgestemd moeten worden. Dat zal inderdaad een uitdaging zijn. U spreekt ook over de inhoudelijke afstemming. Als dat het antwoord van de administratie is, dan begrijp ik dat eigenlijk niet goed. Bij de bespreking van zowel het decreet Jeugdverblijven als het decreet Jeugdtoerisme hebben we net die inhoudelijke afstemming al gedaan. Dat was net de reden waarom we dat ook hier besproken hebben en daar samen over gestemd hebben, dat u ook samen in overleg gegaan bent met minister Dalle. Die decreten zouden inhoudelijk op elkaar afgestemd moeten zijn. Nu moet de uitvoering gebeuren, dus het ene loket.
Als laatste ga ik in op het verhaal van de energie. Drempels wegwerken is belangrijk. We weten inderdaad dat de inkomstenbronnen, de winsten, vaak niet te hoog zijn. Als we kijken naar de stijgende kosten is het ook vaak een probleem om inderdaad de resterende kosten nog te kunnen dragen. Dat is ook iets wat we vaak moeten vaststellen. Minister, daarom citeer ik even nog eens de conclusie van de rondetafel van CJT in september omdat zij zeer goed aangeven waar we naartoe moeten. “Op korte termijn zitten we samen met de belangrijkste doelgroepen: jeugdwerk, onderwijs en sport om te bekijken hoe we zo veel mogelijk energie kunnen besparen deze winter. Maar meer fundamenteel is een dringende inhaalbeweging nodig in het energiezuinig maken van de jeugdverblijfinfrastructuur, maar dan moeten daar ook een stevig budget en goede begeleiding tegenover staan. Dat kan gedeeltelijk via leningen. De uitdaging is bijzonder groot. Hiervoor knopen we gesprekken aan met het politieke niveau. Noodsteun kan op korte termijn de grootste noden ledigen, maar is op middellange termijn minder aangewezen. Het geld dat uitbaters ontvangen spelen ze dan gewoon door aan de energieleveranciers.’ Het besef is heel goed aanwezig. Help ons alstublieft om inderdaad die duurzame infrastructuurverbeteringen te kunnen doen.”
De vraag om uitleg is afgehandeld.