Verslag vergadering Commissie voor Brussel en de Vlaamse Rand en Dierenwelzijn
Verslag
Mevrouw Joosen heeft het woord.
Minister, op donderdag 16 juni kregen we niet zulke fraaie beelden te zien van een vrachtwagen volgeladen met varkens. Volgens dierenrechtenorganisatie Animal Rights stond deze vrachtwagen een half uur in de broeiende zon voor het slachthuis in Torhout. Met temperaturen boven de 25 graden Celsius die dag zorgde dit uiteraard voor hittestress bij de varkens.
Het Vlaams hitteprotocol kwam er in 2020 na nauw overleg tussen uzelf en de sector. Het was toen zeker een goede zaak en sindsdien is er al heel wat dierenleed voorkomen. Toch moeten we vaststellen dat bij hoge temperaturen het hitteplan soms toch nog tekortschiet.
Het hitteprotocol volgt de kleurcodes van het Koninklijk Meteorologisch Instituut (KMI). Volgens de website van het KMI gold op 16 juni code geel in West-Vlaanderen. Bij code geel schrijft het protocol voor dat dieren op koelere momenten van de dag vervoerd moeten worden naar de slachthuizen, dat de ventilatie opgezet dient te worden en dat varkens eventueel verneveld kunnen worden. Het transport gebeurde in de voormiddag, dus in principe op een koeler moment, maar toch liepen de temperaturen die dag al heel aardig op. Ventilatie was niet voorzien.
Minister, wat zullen de gevolgen zijn voor het betrokken slachthuis?
Overweegt u een evaluatie van het Vlaams hitteprotocol? Indien ja, is het uitbreiden van de verbodstijden om dieren te transporteren daarbij dan een optie?
Is een bijsturing van de kleurcodes en bijbehorende maatregelen volgens u een oplossing?
Zult u uw bezorgdheden uiten bij een volgend overleg met de sector?
Minister Weyts heeft het woord.
Laat me eerst verduidelijken dat er op donderdag 16 juni nog geen code geel afgekondigd was door het KMI. De waarschuwing gold enkel voor zaterdag 18 juni. Code geel wordt pas afgekondigd als er sprake is van een hittegolf of een dag met een temperatuur van minstens 32 graden Celsius. Dat was niet het geval op donderdag 16 juni. Op die dag was het hitteprotocol dus niet in werking getreden. Met temperaturen rond de 27 graden Celsius was het die dag wel een warme dag. De beelden van Animal Rights laten zien dat de varkens het duidelijk warm hadden.
Vanzelfsprekend wil ik het hitteprotocol evalueren en bijsturen, als dat nodig zou blijken want het is nog maar recent in werking getreden. Vorig jaar hebben we – misschien gelukkig maar – weinig ervaring opgebouwd, aangezien er weinig echt warme dagen waren. Daarom zal dit dit jaar verder geëvalueerd worden. Dit zal in overleg met de sector gebeuren. Er wordt ook aan de controlerende dierenartsen in de slachthuizen gevraagd om extra oog te hebben voor hittestress tijdens warme periodes. Indien uit de ervaringen zou blijken dat een uitbreiding van het hitteprotocol aangewezen is, gaan we dit zeker opnemen met de sector.
Ook belangrijk is dat we aan het Federaal Agentschap voor de veiligheid van de voedselketen (FAVV) gevraagd hebben om toestemming te krijgen om voor de zomerperiode, in periode van extreme hitte, het de slachthuizen mogelijk te maken een afwijking te verkrijgen op de geldende slachturen en dus voor het toepassen van het hitteplan. Het FAVV heeft die toestemming gevraagd aan zijn voogdijminister Clarinval en heeft de toestemming ook gekregen. Zo kunnen de slachthuizen vroeger opengaan of ook op zaterdagen slachtingen voorzien. Dit werd aan mijn diensten bevestigd. Het spreiden van de slachtmomenten naar koelere momenten is dan wel een heel aangewezen optie om dierenleed te voorkomen.
Mevrouw Joosen heeft het woord.
Minister, dank u wel voor uw antwoord. Het is uiteraard positief dat u aangeeft dat het hitteprotocol niet met de voeten getreden zou zijn. Elke temperatuurgrens of elke kleurcode blijft natuurlijk een arbitraire grens. Ik ben dus ook tevreden dat u het hitteprotocol wilt evalueren. Deze zomerperiode zal mogelijk meer data opleveren om dat te doen. Overleg met de sector lijkt me zeer relevant. En ook de dierenartsen die daarbij betrokken kunnen worden en de mogelijkheid die het FAVV voorziet om nu naar een betere spreiding van de slachturen te gaan, zijn uiteraard een heel goede zaak.
Verder ben ik nog steeds voorstander om de piste van de mobiele slachthuizen verder te blijven verkennen. Dat thema is hier al een aantal keren aan bod gekomen. Dat lijkt me nog steeds een valabele piste om verder te bekijken.
Ik heb nog een bijkomende vraag. In een eerdere vraag om uitleg over het hitteplan gaf u aan dat er ook op Europees niveau gekeken werd naar striktere maatregelen voor transporten, samen met de Vughtgroep bijvoorbeeld. Bewegen daar nog dingen?
Mevrouw De Vroe heeft het woord.
Dank u wel, ook aan mevrouw Joosen voor de interessante vraag. Hopelijk komen er deze zomer nog heel veel warme dagen. Dat zou fijn zijn.
Het hitteprotocol en de hittestress die wordt teweeggebracht komen dan inderdaad opnieuw naar boven. Ik heb het artikel en de case waarrond de vraag werd opgesteld goed bekeken.
Minister, ik vind het goed dat u duidelijk aangeeft dat u het recente hitteprotocol zult evalueren. U stelt dat het nu nog een beetje te vroeg was omdat er nog niet zo veel hittedagen zijn geweest sinds de invoering en dat u dat zult evalueren. Dat is uiteraard een goede zaak, we vinden dat belangrijk.
U verwees daarnet naar die ene warme dag van meer dan 37 graden. Ik denk dat er in het hitteprotocol is opgenomen dat het pas geldig is bij minimaal drie dagen boven de 25 graden, waarvan een boven de 30 graden. Ik vraag mij dan ook af of dat in dit geval dan van toepassing was. Want ik had vernomen dat de Federatie van het Belgisch Vlees (FEBEV) wel degelijk een aanvraag had gedaan voor de inwerkingtreding van het hitteprotocol, dat dan vervolgens moet worden geactiveerd door de dienst Dierenwelzijn en het FAVV. Minister, is dat effectief gebeurd in deze case?
Ten tweede, we hebben het over de slachthuizen, maar in deze case gaat het specifiek over het transport. We hebben de beelden van de vrachtwagen in Torhout gezien. Bij de transporten worden het start- en einduur duidelijk aangegeven. Een, was die vrachtwagen dan vroeger dan voorzien toegekomen? Twee, was die vrachtwagen al dan niet uitgerust met een koelingssysteem? Drie, stond dat koelingssysteem aan? Dat is toch heel belangrijk. Want de varkens waren niet in het slachthuis, maar wel degelijk in het transport en het waren beelden van het transport. Dat is toch belangrijk.
Ten slotte, minister, het KMI doet voorspellingen voor bepaalde sectoren die veel breder, veel ruimer gaan. Hebt u wat dat betreft al contact opgenomen met hen om dat ook voor deze sector van toepassing te laten zijn? Zo kunnen de transporten in de toekomst nog gerichter plaatsvinden. Want het hitteprotocol is momenteel gebaseerd op die kleurcodes van het KMI. Ik denk dat u dat ook kunt meenemen in de evaluatie en dat er, zoals in andere sectoren het geval is, aan het KMI kan worden gevraagd om bredere weersvoorspellingen te doen in het kader van dierentransporten.
Minister Weyts heeft het woord.
Het hitteprotocol is wel degelijk in werking getreden, maar niet op die betrokken dag, wel even later. Dat is arbitrair, op grond van enkele vooropgestelde criteria.
Het is wel belangrijk dat we nu de mogelijkheid hebben gekregen om af te wijken van de wettelijke bepalingen met betrekking tot het tijdstip van het slachten. In de federale wet betreffende de vleeskeuring en de vleeshandel staat duidelijk dat het slachten in de slachthuizen verboden is alle dagen tussen 20 uur en 5 uur – dus net in de koele periode mag het niet – en ook op zaterdagen, zondagen en wettelijke feestdagen. Maar in de wet is er voor de bevoegde minister ook een mogelijkheid voorzien om daarvan af te wijken. Ik heb gevraagd of die mogelijkheid kon worden benut en daarop is er nu een positief antwoord gekomen. Dat is wel een optie, ook voor de slachthuizen, om in het geval van hitte in koelere periodes te kunnen slachten.
Wat betreft het Europese niveau is er een ruim kader in de maak door de Europese Commissie met betrekking tot dierenwelzijn, dat we eind volgend jaar verwachten. We hebben er met de Vughtgroep niet op gewacht en hebben een ‘position paper’ inzake transport bezorgd. Die staat geagendeerd op de Landbouwraad van medio volgende maand.
Wat betreft de mobiele slachthuizen zijn we lang op zoek geweest naar een private partner om dat te organiseren en om in te gaan op onze oproep. We hebben nu eindelijk een private partner gevonden om daarmee te kunnen starten. De modaliteiten en dergelijke worden nog besproken, maar er is toch al een positieve respons.
Voorzitter, mag ik even alstublieft. Het is toch de gewoonte dat als men vragen stelt, dat er antwoorden worden gegeven. Ik heb specifiek gevraagd naar het koelingssysteem van de vrachtwagen. Ik heb specifiek gevraagd om de KMI-codes uit te breiden. Ik ben het gewend dat als ik schriftelijke vragen stel, ik ook altijd maar een half antwoord of soms zelfs geen antwoord krijg. Ik zou toch wel graag hebben dat de minister op de vraag antwoordt, en als hij nu geen antwoord kan geven, dat we ten minste de belofte krijgen dat we dat nagestuurd krijgen. Ik zou heel graag de antwoorden op de vragen krijgen.
Mevrouw De Vroe, het is niet de gewoonte om als niet-indiener van de vraag nu tussen te komen. Maar ik voel dat er een zekere frustratie is, minister.
Mevrouw, u vraagt mij over een individuele casus, namelijk een vrachtwagen zoals er duizenden rondrijden, op welk moment op welke dag welke apparatuur er al dan niet aan het werk was. Veronderstelt u nu dat ik dat hier zo pasklaar uit mijn mouw kan schudden? U baseert zich op beelden en u mag vragen stellen, maar soms heb ik ook het antwoord niet in pacht.
Dat begrijp ik uiteraard. Maar over de andere vraag kunt u zich informeren en het ons laten weten. De vraag of u ...
Mevrouw De Vroe, het woord is eigenlijk aan mevrouw Joosen.
Ja, ik weet het, voorzitter, maar we zouden toch graag onze parlementaire functie goed kunnen uitvoeren en antwoorden van de minister krijgen, ook op onze schriftelijke vragen.
Mevrouw Joosen heeft het woord.
Ik ga wegblijven van het individuele geval. Ik heb nog drie positieve noten onthouden: dat het FAVV de mogelijkheid van het gespreid slachten toelaat en dat er dus ook werk van kan worden gemaakt in de koelere periodes; dat er in het ruimere kader van de EU wat verbeteringen in zicht komen met de ‘position paper’ van de Vughtgroep, wat een goed initiatief is om daar opnieuw aandacht voor te vragen; dat er witte rook in zicht is voor wat betreft de mobiele slachthuizen. Dat lijken mij nog drie positieve zaken die u aangeeft. Dank u wel.
De vraag om uitleg is afgehandeld.