Verslag vergadering Commissie voor Buitenlands Beleid, Europese Aangelegenheden, Internationale Samenwerking en Toerisme
Verslag
De heer Vanlouwe heeft het woord.
Over enkele dagen neemt Tsjechië het voorzitterschap van de Europese Raad over van Frankrijk. Onder het motto ‘Europe as a task: rethink, rebuild, repower’, stelde het Centraal-Europese land de doelstellingen van het eigen voorzitterschap voor.
De prioriteiten zijn opgebouwd rond vijf centrale thema’s. Het eerste thema is uiteraard de oorlog in Oekraïne, met een bijzondere focus op de vluchtelingencrisis die eruit voortvloeit en het economische herstel. Daarnaast is er ook een focus op energiebeleid, -veiligheid en -onafhankelijkheid, dat zijn ook prioritaire onderwerpen voor Tsjechië. Er wordt ook gedacht aan Europese defensiesamenwerking, de strategische weerbaarheid van de Europese economie en de weerbaarheid van onze democratieën. Dat zijn de punten die wij in de media hebben kunnen vernemen.
We hebben gezien dat er toch wel een sterk Frans voorzitterschap was, gedomineerd door president Macron, die het ook wel wat gebruikt heeft voor eigen politiek gewin, in het kader van zijn herverkiezing.
Minister-president, hoe evalueert u de prioriteiten van het Tsjechische voorzitterschap? In welke mate stemmen die overeen met de prioriteiten en dus ook de visie van de Vlaamse Regering?
Hoe schat u de invloed van het Tsjechische raadsvoorzitterschap op de EU in? Ik zei al dat het Franse voorzitterschap ongetwijfeld wat heeft gewogen.
Zijn er bepaalde prioriteiten van het Tsjechische raadsvoorzitterschap die expliciet van belang zijn voor Vlaanderen? Misschien kunt u die toelichten? En hoe kunt u erover waken dat ook onze belangen worden verdedigd?
Kunt u ook een stand van zaken geven van de voorbereidingen voor het Belgische raadsvoorzitterschap in 2024? Werden in dat verband al bepaalde prioriteiten vooropgesteld?
Minister-president Jambon heeft het woord.
Mijnheer Vanlouwe, ik zal uw eerste twee vragen samennemen.
De prioriteiten van het Tsjechische voorzitterschap zijn enerzijds gericht op herstel en anderzijds op de strategische EU-belangen. De Oekraïnecrisis treft de EU-lidstaten immers hard, onder meer op het vlak van energie, voedselzekerheid en defensie. De energie- en voedselzekerheidscrisis binnen en buiten Europa domineert dan ook de Europese agenda.
De standpunten van de Vlaamse Regering zijn gebaseerd op de visie die is uiteengezet in ons regeerakkoord. Hierin is onder meer opgenomen dat Vlaanderen zich binnen het Europese besluitvormingsproces blijvend profileert als een competitieve, innovatieve, duurzame, handeldrijvende en sociale deelstaat.
Deze Vlaamse doelstellingen worden alvast weerspiegeld in de prioriteiten van het Tsjechische voorzitterschap. De voorstellen die het Tsjechische voorzitterschap tijdens de onderhandelingen op tafel legt, zullen we op hun merites beoordelen en aftoetsen aan de Vlaamse belangen.
Hoewel het halfjaarlijks roterende EU-voorzitterschap eigen initiatieven kan nemen en eigen klemtonen kan leggen, is men toch voornamelijk gebonden aan de lopende Europese agenda. Die krijgt mee vorm via het jaarlijkse werkprogramma van de Europese Commissie. Naar goede gewoonte duidde Vlaanderen de meeste relevante initiatieven aan als prioritair. Deze dossiers worden natuurlijk nauw opgevolgd.
Wat betreft de prioriteiten van het Tsjechische voorzitterschap en hoe die sporen met onze belangen: Tsjechië is lid van de zogenaamde Visegrádgroep, waaraan ook Polen, Hongarije en Slowakije deelnemen. De Tsjechische minister van Europese Zaken, Mikuláš Bek, liet alvast duidelijk zijn wil blijken om tot akkoorden te komen tussen de lidstaten rond thema’s zoals de rechtsstaat, Europese defensie en strategische veerkracht van de Europese economie. Wat dat laatste betreft, kijk ik uit naar de Tsjechische impulsen voor de Europese handelsagenda. Tsjechië is traditioneel een voortrekker op het vlak van vrijhandel en we verwachten dus een andere dynamiek dan onder het Franse voorzitterschap. Ook voor de Chips Act hopen we in Tsjechië een bondgenoot te vinden, aangezien het land een belangrijke semiconductorcluster heeft.
Wat ons eigen voorzitterschap in 2024 betreft: we werken momenteel volop aan het budgettair en inhoudelijk plan. Ik stel voor dat ik hier na het reces uitgebreider op terugkom, eens het plan is goedgekeurd. De Vlaamse Regering wil het voorzitterschap alleszins aangrijpen om enerzijds onze formele rollen goed te vervullen, door de werkzaamheden in de Raad van de Europese Unie in goede banen te leiden. Anderzijds wil ze zeker en vast ook op de EU-agenda wegen en Vlaanderen internationaal promoten.
De heer Vanlouwe heeft het woord.
Dank u wel, minister-president. Ik ben het zeker met u eens. Ik kijk zeker uit naar die dynamiek die Tsjechië, ook op het vlak van handel, kan en hopelijk ook zal teweegbrengen.
Het is opvallend dat de Europese Unie de laatste jaren niet meer echt in staat is om handelsakkoorden af te sluiten. Denken we maar aan hoe het Transatlantic Trade and Investment Partnership (TTIP) volledig verzand is. Vietnam was eigenlijk het laatste. Kijk naar Mercosur, dat toch ook wel enigszins geblokkeerd is. Terwijl ik toch denk dat evenwichtige handelsakkoorden – ik leg de nadruk op evenwichtige – een bron van welvaart kunnen zijn, zeker ook voor onze open economie.
Het is tegelijkertijd ook een middel om de Europese Unie bepaalde politieke slagkracht te geven. En ik maak me soms zorgen over een bepaalde vorm van protectionisme dat in landen zoals Frankrijk, maar ook in andere Europese lidstaten bestaat. We moeten dat vermijden. Tsjechië zal in Vlaanderen zeker een bondgenoot vinden als het gaat om het promoten van vrijhandel, net als in andere landen uit het Noorden, onze bondgenoten.
U hebt inderdaad verwezen naar de Visegrádlanden. We kennen natuurlijk ook de as Frankrijk-Duitsland. Ik hoop nog altijd dat er ook een noordelijke as kan ontstaan, waarbij we met de noordelijke landen – uiteraard Nederland, misschien de Benelux-landen, maar aangevuld ook met de Scandinavische landen – een soort sterke as binnen de Europese Unie kunnen worden.
Wat het Belgisch – laten we hopen met, toch wel, een sterke Vlaamse stempel – voorzitterschap betreft, daarover zullen we het ongetwijfeld nog uitvoerig hebben. U hebt ernaar verwezen dat we dit in het najaar zeker kunnen doen. Het is goed dat we al bezig zijn met de voorbereidingen. Het is een buitenkans om te wegen op het beleid, om Vlaanderen ook te promoten. In 2024 zal er ook een nieuw Europees Parlement en een nieuwe Europese Commissie verkozen worden. Het voorzitterschap is ook op dat vlak een kans om dat werkprogramma via agendasetting mee te bepalen.
De heer Deckmyn heeft het woord.
Minister-president, Tsjechië neemt het nu inderdaad over van Frankrijk als voorzitter van de Raad van de Europese Unie. Toch wil ik erop wijzen dat we hier over een totaal verschillend voorzitterschap moeten spreken. Dat zijn landen die heel erg uiteen liggen. Frankrijk was eigenlijk een erg geëngageerd pro-Europees voorzitterschap, terwijl Tsjechië ook – zoals u weet en daarnet ook vermeld hebt – deel uitmaakt van de Visegrádgroep, die toch wel eerder eurokritisch te noemen is, als ik het zo mag zeggen.
Verwacht u op dat vlak geen veranderingen tijdens het Tsjechisch voorzitterschap? Want Tsjechië is voor een stuk toch wel eurokritisch te noemen. Voor alle duidelijkheid, dat is geen kritiek van mijn kant, ik heb daar wel een zekere appreciatie voor. Maar ik wijs dan ook in het bijzonder op de houding die Europa nu aanneemt ten aanzien van landen zoals Polen en Hongarije – landen die toch al deel uitmaken van die Visegrádgroep. Verwacht u daar veranderingen? Hoe kijkt u hiertegen aan?
De heer Tommelein heeft het woord.
Minister-president, dat programma van Tsjechië zou op het vlak van het handelsbeleid inderdaad wel zeer ambitieus kunnen worden. Zo wordt toch gefluisterd in de wandelgangen. Maar ook het volgende voorzitterschap van Zweden zou op dat vlak toch wel belangrijke stappen willen zetten. Zoals u zei, is het op dit moment met Frankrijk wel wat windstil.
Dat is natuurlijk van heel groot belang voor Vlaanderen. Hebt u concrete dossiers die we in de komende voorzitterschappen van Tsjechië en Zweden verwachten of die we toch zouden moeten kunnen doorduwen of laten doorduwen binnen de Raad?
Mevrouw Brouwers heeft het woord.
Ik wil graag aansluiten bij die laatste vraag. Want het geeft de indruk dat Tsjechië toch vooral wil inzetten op een goed werkende, sterke economie met een grotere rol voor digitalisering en technologie. Opvallend is ook – maar het is allemaal nog vrij vaag, het is nog niet fel geconcretiseerd – dat we zien dat er een grotere rol is weggelegd voor de decentrale overheden bijvoorbeeld inzake mobiliteit, cohesiebeleid, leefomgeving. Dat zijn eigenlijk bevoegdheden die ook bij Vlaanderen liggen. Ik hoop dus dat we het zeer nauw kunnen opvolgen om te zien wat daar eventueel beweegt. Ik sluit me dus eigenlijk aan bij de laatste vraag van de collega, om te weten hoe Vlaanderen hiermee zal verdergaan. Want we weten ook dat het uiteraard in de eerste plaats de Belgische ministers zijn die een en ander zullen moeten volgen. Maar als het over onze bevoegdheden gaat, zullen we toch zelf ook een aantal Raden kunnen volgen. Ik heb de indruk dat ze echt wel, op onder andere mobiliteit, gaan werken. Ik zie hier TNT, e-mobility enzovoort. Er staan heel wat zaken in waar we ook in Vlaanderen mee weg kunnen. Ik vraag gewoon naar uw reactie daarop, hoe we dat verder gaan opvolgen.
Minister-president Jambon heeft het woord.
Om op de drie laatste vraagstellers in te gaan: mijn grootste verwachting is inderdaad, mijnheer Tommelein, dat we met Tsjechië – en Zweden in het verlengde daarvan – toch enige doorbraak gaan krijgen tegenover het Franse protectionisme, in het vrijhandelsgebeuren. Dan heb ik het over Mercosur, en eventuele andere handelsverdragen. Maar vrijhandel was eigenlijk juist een van de pilaren – de eigen vrije markt onderling, maar ook Europa als sterk blok om vrijhandelsakkoorden af te sluiten met andere blokken – en dat is de laatste jaren toch stilgevallen. Dat is het minste wat we kunnen zeggen.
Ik hoop inderdaad dat we met pro-vrijhandelslanden zoals Tsjechië en Zweden – en in het verlengde daarvan, begin 2024, ook Vlaanderen – de zaak kunnen omdraaien en het Franse voorzitterschap met z’n overdreven protectionisme voor een stuk kunnen terugdringen en de weg van de vrijhandelsakkoorden opnieuw kunnen inslaan. Dat is mijn grootste ambitie met de voorzitterschappen zoals ze elkaar nu opvolgen.
De vraag om uitleg is afgehandeld.