Verslag vergadering Commissie voor Mobiliteit en Openbare Werken
Verslag
Mevrouw Lambrecht heeft het woord.
Zoals vorige week aangekondigd in deze commissie, was ik graag nog eens dieper ingegaan op het invoeren van fietszones en de juridische moeilijkheden daaromtrent. Verschillende gemeenten, onlangs nog Oostende, voeren fietszones in. Vorige week zei ik hier nog dat het echt vervelend is in Brugge. Maar ondertussen ben ik heel blij omdat men ook in Brugge het licht heeft gezien. We gaan er nu voor en we gaan het nu ook invoeren, na Hasselt, Kortrijk, Oostende, kortom als laatste in de rij. Ik ben trots op mijn stad maar dit vond ik heel erg. Hoe dan ook heeft het geholpen dat u zei dat u zou bellen. In Brugge krijgen wij een fietszone met 211 borden voor 90 straten in de binnenstad. Dat is geen kleine fietszone. Dat is fantastisch: 13 kilometer.
Maar de burgemeester ziet nog steeds juridische obstakels waardoor de invoering moet met die 211 borden. Maar het zal gebeuren en dat is goed. De burgemeester liet toch optekenen in de pers dat in de federale wetgeving staat dat er tegelijkertijd maar twee zones op één locatie gereglementeerd kunnen worden. Wij zitten in de binnenstad al met zone 30 enerzijds en zone betalend parkeren anderzijds. Dan kun je geen derde zone, zoals een fietszone, afdwingbaar maken en bijgevolg overtreders beboeten. Ik stel die vraag niet voor Brugge alleen. Er zijn gemeenten die toch een fietszone hebben gemaakt en niet naar die federale reglementering kijken, maar dat is vervelend.
Het wettelijke kader waarnaar de burgemeester verwijst, betreft het ministerieel besluit (MB) van 11 oktober 1976 houdende de minimumafmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens. Artikel 6.7.5 van dat MB bepaalt heel wat, maar ik ga dat niet helemaal voorlezen. Hierover werd ook al een vraag gesteld aan federaal minister van Mobiliteit Gilkinet. Hij gaf aan dat dit gaat om een bevoegdheid van de gewesten. U zou door hem op de hoogte gebracht zijn van de problematiek, minister.
In het antwoord op vraag nr. 422 van 17 december 2020 liet u weten dat de problematiek aan bod zou komen bij de algemene herziening van de plaatsingsvoorwaarden. Uit het antwoord van u op vraag nr. 816 van collega Fournier kunnen we echter opmaken dat er met de administratie afgestemd zou worden om de regelgeving van fietszones vervroegd te herzien en dus niet te wachten tot de volledige herziening van het MB van 11 oktober 1976.
Ik heb volgende vragen. Vindt u dat de juridische obstakels, zoals ik heb geschetst, een rem moeten zijn voor het uitrollen van de aanleg van fietszones door lokale besturen? Zal de regelgeving rond fietszones inderdaad vervroegd aangepast worden? Zodra ze aangepast is, minister, kunnen wij al die verkeersborden wegdoen. Welke aanpassingen stelt u voor en welke timing is voorzien? Wat is de sanctie als een lokaal bestuur niet langer wacht op de aanpassing vooraleer een fietszone in te voeren?
Minister Peeters heeft het woord.
Ik ben blij, mevrouw Lambrecht, dat wat besproken wordt in deze commissie, ook leidt tot een oplossing. Zelf heb ik ook wel een schrijven gericht aan het stadsbestuur van Brugge met de boodschap de kwestie pragmatisch aan te pakken. Wij hebben inderdaad het MB van 1976 dat heel expliciet de zonale reglementen per gemeente beperkt tot 2. De zones 30 en de Lage Emissiezones vallen daarbuiten. Brugge heeft zoals u zegt 2 zonale reglementen: 1 voor betalend parkeren en 1 voor een tonnagebeperking. Mijn voorstel was heel simpel: schaf een van die zonale reglementeringen af en maak bijvoorbeeld een tonnagebeperking aan de invalswegen. Dan kan er tegelijk een fietszone worden gemaakt van heel de binnenstad. Ik hoor nu dat men in de plaats daarvan iets anders gedaan heeft. Men heeft blijkbaar allemaal fietsstraten gemaakt. Dat vergt uiteraard een veelheid van verkeersborden. Ik heb mij niet te moeien met de aanpak in Brugge. Maar de suggestie die ik heb aangereikt, was een pragmatische en snelle oplossing.
Uw tweede vraag was naar een definitieve oplossing. We zijn reeds geruime tijd bezig met de herschrijving van het verkeersreglement van 1976. In die Wegcode zitten veel elementen die gewestelijke bevoegdheid zijn en andere bevoegdheden zijn federaal. Heel vaak is er discussie over wat er nu Vlaams en wat er federaal is. Het is de bedoeling dat wij die herziening afwerken en in 2023 kunnen laten goedkeuren en in werking laten treden. In elk geval zal ik die beperking van zonale regels pogen te schrappen. Ik heb liever 1 zone die duidelijk is voor eenieder dan een massa aan verkeersborden waardoor men door het bos de bomen niet meer ziet. Ik zou het in Brugge persoonlijk anders gedaan hebben, maar ik heb mij niet te moeien met het beleid in Brugge. Als nu de aanpassing van de Wegcode veel te lang zou uitblijven, dan ga ik toch proberen die reglementering versneld te laten aanpassen. Maar dat betekent toch nog altijd een doorlooptijd van minstens 6 maanden. We gaan bekijken wat het snelste kan: de aanpassing van de algemene wegcode dan wel een aanpassing van een deel ervan.
Uw laatste vraag betreft de mogelijke sancties als een lokaal bestuur niet langer wacht op de aanpassing vooraleer een fietszone in te voeren. Wel, er zijn in de code geen sancties voorzien van de wegbeheerder. Als er lokale besturen zijn die vandaag toch meer zonale regelingen hebben, exclusief de zone 30 en de LEZ, dan is daar geen sanctie op voorzien. Het enige wat zou kunnen gebeuren, is dat als iemand een boete krijgt en dat aanvecht voor de politierechtbank, hij of zij wel eens gelijk zou kunnen krijgen. Maar dan is die uitspraak beperkt tot dat ene geval. Maar samen met u ben ik blij dat er een fietszone is gecreëerd in de Brugse binnenstad.
Mevrouw Lambrecht heeft het woord.
Ik wil ook pleiten voor een pragmatische aanpak maar ook ik heb mij niet te moeien met wat een burgemeester beslist. Ik ben blij dat er eindelijk wordt gekozen voor de verkeersveiligheid. Ik wil u vragen het verder op te volgen en ernaar te streven dat de algemene herziening van de wegcode niet langer duurt dan 2023. In een mooie stad als Brugge 211 verkeersborden plaatsen, neemt een beetje het draagvlak van de fietszone weg. Dat is toch wel jammer. U hebt gelijk dat er geen sanctie is. Maar het bestuur is begrijpelijkerwijze bang voor boetes. Mijn verzoek is dus dat u die timing van 2023 in het oog wilt houden. Dan kunnen wij die 211 borden zo snel mogelijk wegnemen, zodat de mensen de fiets graag zien en niet minder graag.
Mevrouw Fournier heeft het woord.
Ik heb hierover ook al schriftelijke vragen gesteld. Wij moeten inderdaad aandacht hebben voor de leesbaarheid van een veelheid van borden. Ik geef hier graag een voorbeeld van in Antwerpen waar er aan 1 paal 4 verschillende borden hangen. Een veelheid van borden kan ook de fietsers afschrikken. Ook ik kijk uit naar 2023, minister.
Minister Peeters heeft het woord.
Ik stel vast dat wij allen op dezelfde golflengte zitten. Ook ik wil zo weinig mogelijk verkeersborden.
Mevrouw Lambrecht heeft het woord.
Ik wil nog even verwijzen naar collega Keulen en het spreekwoord dat hij graag citeert: “het maakt niet uit wat de kleur van de kat is, als zij maar muizen vangt”. Hij is er nu niet maar ik neem aan dat zijn medewerker hem wel zal laten weten dat hij geciteerd is.
De vraag om uitleg is afgehandeld.