Verslag vergadering Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening en Energie
Verslag
– Een aantal sprekers nemen mogelijk deel via videoconferentie.
De heer Pieters heeft het woord.
Minister, de wet van 14 februari 2022 beoogde een expliciete rechtsgrond in te voeren voor de vergunningsplicht van de bouw en exploitatie van installaties voor de opslag van energie in het elektriciteitssysteem. De concrete modaliteiten zouden in een koninklijk besluit worden vastgelegd. Er wordt in de wet ook voorzien in een vermoeden van vergunning voor energieopslagfaciliteiten uit het verleden. Dat wettelijk vermoeden wordt weliswaar gekoppeld aan een informatieverplichting ten aanzien van de overheid. Zodra de wet in werking is getreden, zullen energieopslagfaciliteiten onder bepaalde voorwaarden ook onder de verplichting vallen om een prekwalificatiedossier in te dienen binnen het capaciteitsvergoedingsmechanisme.
Tijdens de ministerraad van de Vlaamse Regering van 20 mei 2022 werd beslist om de kwestie van de vergunningsverplichting voor batterijen op het Overlegcomité van 25 mei 2022 te agenderen. Het overleg tussen de federale en de Vlaamse kabinetten bracht blijkbaar geen soelaas. Vlaanderen is namelijk bevoegd voor rationeel energiegebruik en deze bevoegdheid biedt een institutionele kapstok om opslaginstallaties, verbonden aan de distributienetten, te regelen. Een aantal juristen meent dan ook dat de federale bevoegdheid voor grote infrastructuren voor stockering in ieder geval geen exclusieve federale bevoegdheid impliceert over vraagzijdebeheer. U had tot 6 juni 2022 de tijd om een beroep tot vernietiging in te dienen tegen de federale regeling.
Werd deze kwestie effectief op het Overlegcomité geagendeerd? Zo ja, wat was de uitkomst van het overleg? Zo nee, hebt u een beroep tot vernietiging ingediend? Welke andere initiatieven zult u, indien nodig, nemen inzake deze vergunningsplicht, gezien de Vlaamse bevoegdheden in dezen?
Minister Demir heeft het woord.
Dank u, collega Pieters.
De kwestie werd geagendeerd op het Overlegcomité van 1 juni.
Het comité heeft akte genomen van het voornemen van de Vlaamse Regering tot het instellen van beroepen tot vernietiging van de Opslagwet van 14 februari 2022 en het KB van 29 maart 2022. Bij het bereiken van een akkoord inzake de interpretatie van de bevoegdheden met betrekking tot opslag houden de betrokken overheden zich eraan geen gerechtelijke procedures in te leiden en lopende gerechtelijke procedures te staken.
De Vlaamse Regering zet zich in om tot een onderhandelde oplossing te komen met de federale overheid in de hoop een beroep tot vernietiging van de Opslagwet bij het Grondwettelijk Hof te voorkomen.
Ik heb voor het verstrijken van de beroepstermijn van 6 juni 2022 een beroep tot vernietiging van het KB ingediend bij de Raad van State om de rechten van het Vlaamse Gewest te behouden.
De Vlaamse Regering stemde reeds principieel in met een beroep bij het Grondwettelijk Hof indien de federale overheid de Opslagwet en het KB niet remedieert. De Vlaamse Regering zal zich eveneens uiterlijk de laatste ministerraad voor het zomerreces over zo’n beroep tot vernietiging van de Opslagwet bij het Grondwettelijk Hof buitgen.
De heer Pieters heeft het woord.
Minister, bedankt voor dat antwoord. Kunt u ook aangeven wanneer er uitspraken verwacht zouden kunnen worden? Welke stappen zouden er nog genomen kunnen worden mocht men daar problemen rond maken en mocht die bevoegdheid op Vlaams niveau niet verkregen worden?
De heer Schiltz heeft het woord.
Minister, het is me niet helemaal duidelijk wat exact de overschrijding of het probleem was, want ik denk dat we het er met z’n allen over eens zijn dat de opslag voor het distributienet bij ons zit en de opslag voor grote strategische bevoorradingszekerheid, zoals de gasopslag in Loenhout, federaal is. In welke mate is het KB een overschrijding?
Voor de rest denk ik dat u het procedureverloop perfect hebt geschetst. Als dat niet geremedieerd wordt, zal op de laatste ministerraad worden beslist wat de ‘course of action’ en het te volgen pad zijn. Ik neem aan dat we het dan verder zullen vernemen en daar ook opnieuw vragen over kunnen stellen.
Minister Demir heeft het woord.
Dank u voor de bijkomende vragen, collega Pieters.
Ik ken de agenda van de Raad van State niet, dus ik weet niet wanneer. Ik ben Madame Soleil niet.
De federale wet gaf de federale overheid een nagenoeg onbeperkte bevoegdheid. Men spreekt toch uitdrukkelijk van een grote opslag, vandaar dat we van mening zijn dat dat een overtreding is. We hebben in de regering afgesproken om die termijn van zes maanden te respecteren en dan voor het zomerreces opnieuw te kijken hoe we daarmee verdergaan.
De heer Pieters heeft het woord.
Bedankt voor uw bijkomende antwoorden, minister. Vanaf het moment dat u zoveel mogelijk bevoegdheden die van Vlaanderen zijn, ook naar Vlaanderen trekt – en ook nog liefst iets meer, want wij zijn van oordeel dat we in Vlaanderen zoveel mogelijk bevoegdheden willen hebben – dan zijn en blijven we uw partner in crime om deze bevoegdheden naar ons toe te trekken.
De vraag om uitleg is afgehandeld.