Verslag vergadering Commissie voor Economie, Werk, Sociale Economie, Wetenschap en Innovatie
Verslag
Mevrouw De Vreese heeft het woord.
Minister, mijn excuses omdat ik te laat was. Ik ben het gewoon dat we altijd iets later dan voorzien starten in deze commissie, maar in het vervolg zal ik mijn best doen om mooi op tijd te komen. Ik vind het een zeer goed voornemen van u om op tijd te starten. Dat is voor iedereen ook het gemakkelijkste, denk ik.
Eind december 2020 werd een akkoord bereikt over de Brexit. Dat heeft een enorme impact voor Vlaanderen. 85 procent van de export uit dit land naar het Verenigd Koninkrijk is immers Vlaams. Door de Brexit moeten ondernemingen zich noodgedwongen heroriënteren naar nieuwe markten, producten en diensten. Om de bedrijven te ondersteunen, stelde het Agentschap Innoveren en Ondernemen (VLAIO) samen met Flanders Investment & Trade (FIT) een Brexitactieplan op met verschillende elementen, zoals begeleiding bij een strategische heroriëntatie, ondersteuning in de zoektocht naar nieuwe exportmarkten en het aantrekken van buitenlandse activiteiten. In juli 2020 kwamen de leden van de Europese Raad overeen om een Brexit Adjustment Reserve (BAR) op te richten om de economische gevolgen van de Brexit te milderen. Het was lange tijd koffiedik kijken hoe die middelen zouden worden verdeeld, rekening houdend met de omvang van de handelsstromen met het Verenigd Koninkrijk en het relatieve belang voor de nationale economie.
We hebben vernomen dat de federale overheid in totaal 353 miljoen euro zal ontvangen uit het fonds, in vier schijven. De middelen zullen als volgt worden verdeeld: 63 procent voor Vlaanderen, 29 procent voor Wallonië en 8 procent voor het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest. Volgens deze verdeelsleutel kan Vlaanderen een beroep doen op 222 miljoen euro. VLAIO functioneert als managementautoriteit om de middelen toe te kennen. Op donderdag 5 mei 2022 organiseerde VLAIO een kick-offevent voor de Brexit Adjustment Reserve met de minister, VLAIO en de teamleider van de beheersautoriteit.
Minister, hoeveel ondernemingen hebben zich reeds bij VLAIO aangemeld voor ondersteuningsmaatregelen in het kader van de Brexit en de aangekondigde ondersteuningsmaatregelen?
Op welke manier zullen die middelen worden ingezet om de ondernemingen te ondersteunen en de impact van de Brexit te milderen? Hoeveel van die middelen werden reeds ingezet voor die ondersteuning?
Welke criteria worden gehanteerd en op welke manier worden ze afgestemd met de voorwaarden van de Europese Commissie?
Hoe verloopt de communicatiecampagne omtrent de Brexitondersteuningsmaatregelen?
Minister Brouns heeft het woord.
Collega, wat de ondersteuningsmaatregelen in het kader van de Brexit betreft: zoals u weet, lanceerde VLAIO als onderdeel van het Brexitactieplan op 1 februari 2021 de Brexitveerkrachtsubsidies. Die zijn bedoeld om Vlaamse kmo’s die direct of indirect zijn getroffen, te ondersteunen bij een duurzaam ombouwen van hun bedrijfsvoering. Het maximale bedrag is 50.000 euro, met een maximaal steunpercentage van 50 procent. Daarvoor dienden toch al 63 kmo’s een aanvraag in. Daarvan konden nu reeds 35 kmo’s ook daadwerkelijk steun ontvangen, voor een totaalbedrag van 1.189.055 euro. Dit staat nog open tot 31 december van dit jaar. Daarnaast ontving de Brexithelpdesk van VLAIO 71 vragen specifiek over de BAR-subsidies.
Ondernemers kunnen ook worden doorverwezen naar de Brexitsteunmaatregelen van FIT of het Vlaams Centrum voor Agro- en Visserijmarketing (VLAM), wat uiteraard belangrijk is. Ik denk dat dat een heel belangrijke opdracht is: iedereen die is getroffen, maximaal toeleiden naar alle steunmogelijkheden. De Brexitconsulent beantwoordde op jaarbasis 220 individuele vragen. Daarnaast kon VLAM ook 35 bedrijven ondersteunen via de incubatorsubsidie. Dat was 600.000 euro in 2021. FIT ondersteunde maar liefst 190 bedrijven via Bijzondere Exportsteun Brexit, wat toch goed was voor een steunbedrag van bijna 2 miljoen euro.
Wat de brede invulling van de Brexit Adjustment Reserve betreft: op basis van de intra-Belgische afspraken ontvangt Vlaanderen 223 miljoen euro. Dat zal worden ingezet om organisaties te ondersteunen die een negatieve impact door de Brexit kunnen aantonen én projecten voorstellen voor de transitie om zich aan te passen aan de nieuwe situatie. Dat is dus een tweeledige voorwaarde. Al 25 ondernemingen en ondersteunende organisaties deden die vooraanmelding bij VLAIO, zoals dat moet, voor een financiering vanuit de BAR voor een of meerdere projecten. Het traject verloopt in verschillende stappen. Om te komen tot de finale beoordeling van de ingediende dossiers zal VLAIO, als beheersautoriteit, in de eerste plaats uiteraard de BAR-verordening hanteren.
Waar de Brexitveerkrachtsubsidie enkel bestemd is voor kmo’s, komt in principe elk type organisatie in aanmerking voor BAR-financiering. Belangrijk is dat de aanvrager reeds een handelsrelatie had met het Verenigd Koninkrijk – een heel cruciale voorwaarde – en dat de negatieve impact van de Brexit kan worden aangetoond, wat evident is. Dat zijn twee belangrijke randvoorwaarden.
Het spreekt voor zich dat het om een tijdelijke maatregel gaat die organisaties ondersteunt die zich wensen aan te passen aan de veranderende marktsituatie. Zoals gezegd, is het maximaal toeleiden een cruciale voorwaarde om dat soort steunmaatregelen optimaal te benutten. Communicatie is daarbij heel belangrijk. Daarom zal die brede communicatiecampagne rond de verschillende Brexitondersteuningsmaatregelen gelanceerd worden.
U verwees al naar het lanceringsevenement van 5 mei, de officiële kick-off waarbij heel wat sprekers de huidige situatie rond de problematiek hebben geduid en ook hebben gewezen op de verschillende financieringsmogelijkheden. Dat kwam daar allemaal uitvoerig aan bod. Er waren 130 deelnemers ingeschreven voor dit event, waarvan 62 procent ondernemingen en 38 procent overheidsentiteiten, met sectoren als textiel, havens, logistiek, toerisme en rederijen.
VLAIO nam het afgelopen jaar reeds enkele acties om de Brexitsteun bij het bredere publiek bekend te maken, bijvoorbeeld via een sociale mediacampagne, radiospots en reportages op Kanaal Z. Kortom: alles werd ingezet op een maximale toeleiding.
Ook belangrijk is dat het Verenigd Koninkrijk onlangs aankondigde dat het de voorziene douanecontroles op dierlijke en plantaardige producten – toch een niet-onbelangrijk aandeel vanuit Vlaanderen richting het Verenigd Koninkrijk – niet zal invoeren per 1 juli. Die controles worden uitgesteld tot 2023. De impact hiervan zal dus pas in een latere fase voelbaar zijn. Het blijft dus zaak om onze bedrijven aan te moedigen om zich hierop voor te bereiden en de nodige begeleiding te voorzien.
Het spreekt voor zich, collega’s – en zeker vanuit West-Vlaanderen zullen jullie dat onderschrijven – dat het Verenigd Koninkrijk een zeer belangrijke handelspartner is die we ook in de toekomst moeten blijven behouden, ondanks het feit dat we niet meer handelen binnen die eengemaakte douane-unie.
Mevrouw De Vreese heeft het woord.
Bedankt, minister.
Ik denk dat die steun natuurlijk enorm welkom is voor onze bedrijven. We hebben de coronacrisis gehad en de Brexit. Nu krijgen we er nog eens de Oekraïnecrisis bovenop. Als fractie hadden wij er natuurlijk op gerekend om meer middelen te krijgen voor Vlaanderen. Ik heb het percentage genoemd: 85 procent van de export komt vanuit Vlaanderen. Ik denk dat het nu belangrijk is om die middelen zo efficiënt en zo snel mogelijk in te zetten, om onze bedrijven inderdaad te bereiken.
Kunt u nog een stand van zaken geven over de Green Corridor? Kunt u al meer zeggen over hoe u de impact van die crisis in Oekraïne, die erbovenop komt, zult aanpakken?
De heer Vanryckeghem heeft het woord.
We zouden bijna vergeten, door de economische schokken van de coronacrisis en de oorlog in Oekraïne, dat de Brexit sinds 1 januari 2021 een feit is. Zeker op Vlaanderen, en vooral op West-Vlaanderen, heeft die scheiding een zeer groot economisch effect.
Om die negatieve impact van de Brexit op Vlaanderen zo veel mogelijk op te vangen, lanceert de Vlaamse Regering, in samenwerking met de Europese Unie, inderdaad een oproep tot BAR-financiering voor getroffen ondernemingen, organisaties en overheden. Collega De Vreese haalde reeds de cijfers aan van de middelen die Vlaanderen kan gebruiken voor die ondersteuning. Samen met Ierland, Nederland en Frankrijk behoort Vlaanderen tot de meest getroffen gebieden binnen de Europese Unie. Zoals gezegd, is het binnen Vlaanderen vooral de prachtige provincie van collega De Vreese en mezelf die de tol betaalt.
Ik heb hierover een bijkomende vraag, minister, waarop u al gedeeltelijk geantwoord hebt. Op welke manier vindt de broodnodige ondersteuning voorlopig haar weg naar onze provincie, West-Vlaanderen?
Minister Brouns heeft het woord.
De Green Corridor zit op schema. Het elektronisch loket om die administratieve last te verminderen, zit op schema. Ik denk dat het heel belangrijk is dat we dit verder opnemen. Ik zal dat ook doen samen met federaal minister Van Peteghem.
U verwijst naar Oekraïne, dat inderdaad een bijkomende uitdaging vormt. Maar deze middelen zijn vrijgemaakt voor dit programma, voor steun aan de Vlaamse bedrijven in het kader van de Brexit. We zullen die daar maximaal voor inzetten.
Mevrouw De Vreese heeft het woord.
Bedankt, minister.
Ik denk dat het inderdaad wel belangrijk is, ook al stelt Groot-Brittannië bepaalde zaken uit, dat we verder inzetten op die Green Corridor.
Die West-Vlaamse reflex is natuurlijk een belangrijk element, een reflex die bij de vorige minister sowieso aanwezig was als het over de Brexit ging. Maar laten we de rest van Vlaanderen natuurlijk ook niet vergeten. Er zijn heel wat bedrijven die getroffen worden.
We zullen dit verder opvolgen. Bedankt voor uw antwoord.
De vraag om uitleg is afgehandeld.