Verslag vergadering Commissie voor Economie, Werk, Sociale Economie, Wetenschap en Innovatie
Verslag
Mevrouw De Vreese heeft het woord.
Uit een bevraging van het Agentschap Innoveren en Ondernemen (VLAIO) bij 1105 Vlaamse handelaars blijkt dat 1 op de 3 detailhandelaars beschikt over een eigen webshop. In vergelijking met 2016 gaat het over een stijging van 23 procent naar 33 procent in 2020. We stellen ook vast dat zelfstandigen het meeste online aanwezig zijn. 8 op de 10 hebben een profiel op Facebook, Instagram of Google.
Bij 6 op de 10 handelaars was de coronacrisis de aanleiding om te investeren in onlinetoepassingen. 38 procent zou de website hebben uitgebreid met een eigen webshop. De Unie van Zelfstandige Ondernemers (UNIZO) toonde aan dat meer dan de helft, namelijk 55 procent, van de handelaars online verkoopt.
Het onderzoek toont aan dat vooral de leeftijd een drempel is voor digitalisering. Om specifieke doelgroepen zoals vijftigplussers, starters of marktkramers te stimuleren meer online met hun zaak aan de slag te gaan, verlengt de Vlaamse Regering de eerder succesvolle campagne ‘Het internet. Ook uw zaak.’ met twee jaar.
Minister, hoe evalueert u de campagne ‘Het internet. Ook uw zaak.’? Op welke manier worden de aandachtspunten meegenomen bij de verlenging?
Er komt een grotere focus op specifieke doelgroepen zoals vijftigplussers, starters of marktkramers. Op welke manier zal de campagne daar rekening mee houden? Hoe zal men de campagne meer focussen op deze doelgroepen?
Welke bijkomende en specifieke initiatieven zult u nemen om diegenen te bereiken die nood hebben aan een duwtje in de rug?
Heel wat handelaars zijn tijdens de coronacrisis gestart met een webshop. Hoe worden deze ondernemingen opgevolgd? Zet men deze inspanningen verder sinds de maatregelen om de coronacrisis in te dijken werden afgebouwd?
Hoe kunnen goede praktijken en positieve ervaringen de twijfelaars alsnog over de streep helpen?
Minister Crevits heeft het woord.
Ik ben tevreden over de campagne ‘Het internet. Ook uw zaak.’. De instrumenten zoals de e-scan, de infosessies en de inspirerende getuigenissen van handelaars hebben zeker bijgedragen tot een succesvolle digitale transformatie bij een groot deel van de detailhandel in Vlaanderen. De vlotte samenwerking tussen VLAIO, kmo-organisaties UNIZO, het Neutraal Syndicaat voor Zelfstandigen (NSZ) en vele steden en gemeenten heeft zeker bijgedragen tot dat succes. De laatste jaren hebben onze lokale handelaars een grote sprong gemaakt op het vlak van onlineaanwezigheid.
Uit een VLAIO-bevraging bij 1105 handelaars in de periode december 2020-januari 2021 blijkt dat het aantal handelaars met een eigen website en webshop steeg van 23 procent in 2016 naar 33 procent in 2020. Uit cijfers van UNIZO blijkt dan weer dat in 2020 55 procent van de handelaars uit de enquête, online verkoopt ten opzichte van 30 procent in 2014. De verkoop via sociale media steeg van 44 procent in 2018 naar 70 procent in 2020. Dat is een enorme sprong.
Uiteraard ben ik niet blind voor de drempels die een aantal handelaars nog altijd ervaren. Vandaar dat we hebben beslist om het programma te verlengen. De komende twee jaar zullen we in nog meer segmentatie voorzien naar specifieke doelgroepen en zal ook worden ingespeeld op nieuwe ontwikkelingen.
Voor de verschillen tussen de onderscheiden doelgroepen moeten we rekening houden met het verschil in digitale competenties. De ambulante handelaars zijn echt een heel nieuwe doelgroep. VLAIO zal ook de bestaande werkinstrumenten zoals het starterskompas en de leidraad voor de opmaak van een businessplan screenen om te zien of ze voldoende ‘digital proof’ zijn.
VLAIO zal de nieuwe doelgroepenaanpak maar ook het inspelen op de nieuwste trends bespreken met een aantal stakeholders om te bekijken wat de best mogelijke toekomstgerichte aanpak kan zijn.
Er zijn heel wat webshops bij gekomen in België: meer dan 28.000 in 2020 en 2021, volgens de beroepsorganisatie SafeShops, een groot deel daarvan in Vlaanderen. Dat is een verdubbeling in vergelijking met pre corona. VLAIO kent natuurlijk de identiteit niet van al deze handelaars. Een opvolging van deze enorme groep zou voor VLAIO ook niet haalbaar zijn. Ik koester wel de hoop dat, als er nieuwe cijfers worden gepubliceerd, de onlineverkoop bij lokale handelaars nog steeds hoog scoort.
Hoe kunnen we mensen over de streep trekken? Goede praktijken en positieve ervaringen moeten vooral herkenbaar zijn. Voor deze aanpak werd gekozen bij de selectie van getuigenissen van handelaars op de portaalsite van ‘Het internet. Ook uw zaak.’, met zelfstandige speciaalzaken uit verschillende branches uit verschillende regio’s van Vlaanderen. Daar vind je heel mooie voorbeelden. De portaalsite moet de referentiesite blijven rond competentieversterking voor online verkoop.
Collega, er zijn wel nog een aantal detailhandelaars die er weloverwogen voor kiezen om niet online te verkopen. Het uitgangspunt van de campagne was dat elke handelaar online aanwezig moest zijn en dat streefdoel is bijna bereikt. Of ze ook online moeten verkopen, hangt af van de afwegingen die de handelaar zelf maakt. We kunnen alleen maar degenen die de stap willen zetten, maximaal ondersteunen.
Mevrouw De Vreese heeft het woord.
Bedankt, minister, voor uw antwoord.
Ik denk dat VLAIO opnieuw heel sterk werk levert op dit vlak. De coronacrisis heeft inderdaad ook aangetoond dat die online aanwezigheid belangrijk is. Ik denk dat dit nu de mogelijkheid geboden heeft om een digitale stap verder te springen.
De cijfers tonen een verdubbeling ten opzichte van precoronatijden. Dat is ongelooflijk. Ik denk dat we moeten bekijken hoe waardevol die webshops en digitale initiatieven zijn. Zoals altijd, moeten we er natuurlijk ook over waken dat er een gelijk en fair speelveld is, en dat we concurrentieel blijven ten opzichte van de grote buitenlandse spelers. Daar is het natuurlijk ook van belang dat het federale niveau meestapt in dat verhaal. We hebben het er al een aantal keren over gehad. Het federale niveau moet eigenlijk verdere stappen zetten om ons arbeidsrecht te hervormen. Die flexibiliteit is daarin belangrijk, maar we moeten er natuurlijk ook voor zorgen dat de arbeidsomstandigheden goed zijn. We hebben in deze commissie al verschillende keren gesproken over uitbuiting en dergelijke.
Minister, hebt u hieromtrent onlangs overleg gehad met uw federale collega? Of wanneer is het volgende overleg hierover gepland?
Minister Crevits heeft het woord.
Collega De Vreese, wij zijn in permanent overleg met de collega’s. Zoals u zelf ook weet, toont de ruime groei aan dat online aanwezig zijn heel veel kansen biedt aan kmo’s. Het feit dat we nu ook onze markten digitaal willen ontsluiten, kan op vele positieve reacties rekenen bij onze marktkramers. Ik ga er dus van uit dat die evolutie positief zal blijven.
Ik heb op dit ogenblik weinig nieuws te melden vanuit het federale niveau. Er is nu en dan wel overleg. Ik zal uw vraag verder bekijken.
Mevrouw De Vreese heeft het woord.
Ik heb daar niet veel bij op te merken. Ik reken op uw verdere vastberadenheid, minister, om dat ook federaal verder aan te kaarten.
De vraag om uitleg is afgehandeld.