Verslag vergadering Commissie voor Mobiliteit en Openbare Werken
Verslag
De heer Verheyden heeft het woord.
Minister, het is hier al herhaaldelijk aan bod gekomen. De Brusselse vervoersmaatschappij MIVB besloot om op maandag 4 april de voorste deuren van de bussen en de oudere trams opnieuw te openen voor haar reizigers. Tijdens de coronacrisis bleven de voorste deuren gesloten om het besmettingsgevaar voor de bestuurder te minimaliseren. Bij De Lijn echter gaan de voorste deuren nog niet opnieuw open zolang de mondmaskerplicht blijft gelden.
Nochtans had de reizigersorganisatie TreinTramBus al vroeger opgeroepen om reizigers weer vooraan te laten opstappen. Vooraan instappen heeft volgens TreinTramBus het voordeel dat het contact tussen de chauffeur en de busgebruikers weer hersteld wordt en dat reizigers zo weer de mogelijkheid krijgen om informatie te vragen aan de chauffeur. Bovendien kan men dan ook weer de voorste zitplaatsen innemen.
U verklaarde enkele weken geleden dat er nog steeds een mondmaskerplicht geldt op alle openbaarvervoermiddelen: op de trams, op de bussen en ook op de treinen. U hield toen nogmaals het pleidooi om die uniforme regeling te blijven aanhouden. Met de beslissing van de MIVB is het argument van de uniformiteit verdwenen.
Ten slotte wijst TreinTramBus erop dat reizigers vooraan laten instappen ook goed is tegen zwartrijden. Ook daar hebben we het in deze commissie en in de plenaire vergadering al herhaaldelijk over gehad. Een opvallende vaststelling is daarbij dat De Lijn onlangs aankondigde om maatregelen tegen het zwartrijden te nemen.
Werden alle vervoersmaatschappijen door de MIVB op de hoogte gebracht van de beslissing om reizigers opnieuw vooraan te laten instappen?
Waarom neemt u niet dezelfde beslissing, ook omdat uw argument inzake de uniformiteit van de regelgeving niet langer aan de orde is?
U kondigde eerder aan dat er na het paasreces een eventuele andere beslissing zou kunnen worden overwogen. Bent u van plan om op korte termijn toch te beslissen dat vooraan instappen opnieuw kan?
Minister Peeters heeft het woord.
Dank u wel, mijnheer Verheyden, voor uw vraag.
Werden we hiervan in kennis gesteld? Doorheen de hele pandemie is er met de verschillende vervoersmaatschappijen regelmatig overleg geweest. De Lijn geeft aan dat zij in kennis werd gesteld door de MIVB dat men daar de reizigers opnieuw vooraan zal laten instappen.
De Lijn vindt het vandaag nog geen goed voorstel om de voordeuren te heropenen. Ze wil dat pas doen wanneer ook de mondmaskerplicht wordt afgeschaft. Dit is om de eenvoudige reden dat bij de bussen van De Lijn de afsluiting net achter de stuurpost van de chauffeur is. Dus zolang er een mondmaskerplicht is, zou dit betekenen dat de chauffeurs straks allemaal het mondmasker moeten dragen. Zij zouden dan veel langer dat mondmasker op de bus moeten dragen dan de reiziger. Daarvoor is er op dit ogenblik nog altijd geen draagvlak bij de chauffeurs van De Lijn. Daarom koppelt De Lijn op dit ogenblik het openen van de voordeuren aan de mondmaskerplicht. Dat is ook wel logisch.
We wachten natuurlijk op de aankondigingen van het Overlegcomité. Normaal was er morgen een bijeenkomst, maar ik heb begrepen dat die verdaagd is. We wachten af tot het Overlegcomité een beslissing neemt over de mondmaskerplicht op het openbaar vervoer. In afwachting daarvan behouden we de regeling zoals die vandaag geldt.
De heer Verheyden heeft het woord.
Minister, u zegt dat er geen draagvlak is bij de chauffeurs, maar naar mijn mening is dat een nieuw gegeven. Ik kan me niet herinneren dat u dat hier ooit hebt opgeworpen als reden om het vooraan instappen niet goed te keuren.
Ik vraag me toch wel af wat het verschil is tussen de chauffeurs van de MIVB en de chauffeurs van De Lijn. Als men in Brussel beslist dat vooraan instappen opnieuw kan, dan denk ik dat een dergelijke beslissing niet lichtzinnig wordt genomen. Ik vind het toch wel een beetje vreemd dat u niet meegaat in die redenering, ook omdat u altijd met die uniformiteit hebt geschermd, die er dus nu niet meer is.
Ik zou er toch voor willen pleiten om te bekijken of vooraan instappen opnieuw mogelijk is. Ten eerste door het feit dat er meer sociale controle is en het zwartrijden beter kan worden aangepakt. Ten tweede ook omdat het aantal besmettingen in een sterk dalende lijn zit. Ik heb gisteren nog gelezen dat er opnieuw een sterke daling is van het aantal besmettingen. Ik denk dat het belangrijk is dat we daarom toch bekijken of vooraan instappen opnieuw mogelijk is. Dat is niet alleen om het zwartrijden tegen te gaan, maar het is ook goed voor de inkomsten én het is comfortabeler. Ik zou er toch op willen aandringen om dat opnieuw te bekijken.
De heer Maertens heeft het woord.
Voorzitter, het zal geen verrassing zijn dat ik bij dit thema wil aansluiten. De standpunten zijn bekend en ik zal ze hier niet in extenso herhalen. Ik wil alleen een aantal dingen zeggen.
Het vooraan opstappen heeft voordelen. Daar ga ik niet verder op in. Dit wordt nu gekoppeld aan de mondmaskerplicht of de bescherming van de chauffeur. Als de mondmaskerplicht vervalt, dan zal ook de chauffeur zonder mondmasker kunnen werken. Ik begrijp wel dat men aarzelt om vooraan opstappen toe te laten vanuit de reflex om de chauffeur te beschermen, alleen zijn we in Vlaanderen daar misschien iets te passief in. Als we merken dat de MIVB eenzijdig beslist dat zij voortaan het vooraan opstappen toelaat, dan moeten we, los van het Overlegcomité, dat misschien ook zelf initiëren. Dat is dan enkel en alleen voor dat punt.
Ik zal mij verduidelijken waarom. Het is anekdotisch, maar gisteren nam ik de trein naar en van Brussel. ’s Avonds werd ik aangesproken door een conducteur die mij herkende en vroeg wanneer de mondmaskerplicht eindelijk zou stoppen, omdat het bijzonder lastig werken is op die manier en omdat de mensen de regels nog amper volgen. Laat ons eerlijk zijn: je ziet dat ook op de trein en de bus dat nog heel weinig mensen een mondmasker dragen. Ik vraag me af waar de kosten-batenanalyse dan op neerkomt. Als men vooraan opstappen koppelt aan de afschaffing van de mondmaskerplicht, zou ik toch voorstellen om dat laatste te bespoedigen. Laat ons eerlijk zijn: als het al gecontroleerd wordt, in hoeveel gevallen zal men dan vaststellen dat de mondmaskerplicht niet meer wordt gevolgd? Het is zoals in andere sectoren: op een bepaald moment moeten we een beslissing nemen en een keuze maken om het zonder mondmasker te doen. Als u dan toch de koppeling blijft maken, zou ik voor dat scenario durven te gaan.
Mevrouw Brouwers heeft het woord.
Als ik het goed voorheb, is in Vlaanderen de reiziger nog steeds verplicht om het mondmasker te dragen. De chauffeurs dragen dat niet, en daarom hebben ze die afsluiting. Ik begrijp dat er een samenhang is.
Als de regering op een bepaald moment beslist om het mondmasker niet meer te verplichten, maar wel aan te raden, is dat dan geen moment om in overleg met De Lijn eindelijk die schermen te verwijderen? Ik zie toch nog altijd mensen die vrijwillig her en der het mondmasker dragen. Op zo’n ogenblik zou je die schermen misschien toch kunnen wegnemen en dan kunnen de mensen opnieuw vooraan opstappen, al dan niet met mondmasker. Het zou weleens kunnen dat de regering op een bepaald ogenblik zegt dat ze niet voor een verplichting, maar een aanbeveling gaat. Wat doe je dan? Mijn vraag zou toch zijn om u op een dergelijk scenario voor te bereiden, en dan zou ik het vooraan opstappen toch echt wel opnieuw mogelijk maken, al dan niet verplicht. Ook daarover kun je discussiëren of dat wel verplicht moet worden, omdat je nu midden in de bus ook je vervoerbewijs kunt valideren. Dat kan toch alleszins in Brussel. Ik weet niet of dat ook bij De Lijn al kan. Dat zijn allemaal discussies die we postcorona zeker moeten voeren.
Minister Peeters heeft het woord.
Ik wil nog even iets verduidelijken, want ik denk niet dat wij hier een nieuw gegeven hebben gebracht. U weet dat toen de covidpandemie in maart 2020 losbarstte, heel het maatschappelijk leven is stilgevallen. Er werd toen onmiddellijk gezegd dat het openbaar vervoer moest blijven rijden opdat eenieder die noodzakelijke verplaatsingen moest doen, zich zou kunnen verplaatsen. Het openbaar vervoer moest dus blijven rijden, en daaraan hebben we dan een mondmaskerplicht gekoppeld. Dat was de regel. Er kwamen toen veel reacties van onder meer de chauffeurs en de vakbonden dat het voor een chauffeur niet aangenaam was om van ’s morgens tot ’s avonds, in een achturendienst, met een mondmasker rond te rijden. Toen hebben we de beslissing genomen om de chauffeurspost af te sluiten. Bij De Lijn werd die in alle bussen afgesloten achter de zitplaats van de chauffeur, wat maakt dat de voordeuren niet meer toegankelijk waren. Dat is de regeling. Dit is altijd in overleg met de vakbonden gebeurd en werd gekoppeld aan de mondmaskerplicht.
Vandaag zijn we in code geel. De mondmaskerplicht is er nog altijd. Door het Overlegcomité is code geel nog niet afgeschaft. Her en der hoort men over de besmettingen. Het liefst van al zou ook ik definitief een einde willen maken aan de mondmaskerplicht, maar het is het Overlegcomité dat wat dat betreft beslist. Zodra de mondmaskerplicht ophoudt te bestaan, kunnen alle mensen opnieuw vooraan opstappen en is er sowieso een betere controle van zwartrijden.
Waarom doet de MIVB iets anders en waarom gaat zij daar in de ogen van sommigen vrijer mee om? De afsluiting bij de chauffeurs op de bussen van de MIVB is anders. De afsluiting is verticaal naast de chauffeur en niet achter de chauffeur. Ik nodig u uit om de bussen eens met elkaar te vergelijken. De chauffeur is, zoals in sommige tramtoestellen, volledig afgesloten, en men kan vooraan opstappen zonder dat men fysiek in aanraking komt met die chauffeur. Dat is het verschil, en op grond van dat element heeft de MIVB autonoom beslist dat zij iedereen vooraan laat opstappen. Op onze bussen hebben wij echter een andere afsluiting. Om nu, voor misschien een of twee maanden, die afsluitingen overal te verplaatsen, zou geen goede zaak zijn.
Ik hoop alleszins dat we zo snel mogelijk verlost raken van die mondmaskerplicht, maar nu zeggen dat we iedereen vooraan laten opstappen, betekent de facto ook dat we tegen de chauffeurs en de vakbonden moeten zeggen dat de chauffeurs het mondmasker continu moeten dragen. Dat is voor iemand die voor langere tijd op zo’n bus zit, zeker niet aangenaam. Dat is de reden, en dat zorgt voor het verschil met de MIVB.
Ik betreur ook dat er plots geen uniformiteit meer is, want we hebben telkens op onze interministeriële conferentie afgesproken wat we zouden doen, en dat met zowel de MIVB en TEC als De Lijn. Nu is er eentje die een ander spoor vaart. Ik kan dat niet verbieden. Op dit ogenblik, gelet op de mondmaskerplicht, gelet op de plaatsing van de afscherming op de bussen van De Lijn, kunnen wij daar echter niet in meegaan. Ik hoop dat het zo voldoende duidelijk is. Ik had mij misschien een beetje plastischer moeten uitdrukken, maar iedereen kan het best eens naar de verschillende bussen gaan kijken en dan is het heel duidelijk.
De heer Verheyden heeft het woord.
Dank u, minister, voor uw technische uitleg over de bussen. Ik zal, als ik de gelegenheid heb, zeker eens gaan vergelijken.
Ik denk dat er toch wel een aantal mogelijke oplossingen zijn om de chauffeur te beschermen zonder dat hij wordt verplicht om een masker te dragen, terwijl men toch vooraan kan opstappen. Men kan perfect de mondmaskerplicht invoeren voor de passagiers en de chauffeur de vrije keuze laten. Ik denk dat dat al heel veel zou oplossen.
Ik stel vast dat De Lijn nog niet meegaat in dat verhaal. Ik hoop in elk geval, net als alle collega’s hier, denk ik, dat we zo snel mogelijk van de covidpandemie verlost zijn en dat we met betrekking tot het opstappen op de bus naar het normale leven kunnen terugkeren.
De vraag om uitleg is afgehandeld.