Verslag vergadering Commissie voor Wonen en Onroerend Erfgoed
Verslag
– Een aantal sprekers nemen mogelijk deel via videoconferentie.
Mevrouw Van Werde heeft het woord.
Begin dit jaar stond de inflatie op het hoogste peil in bijna veertig jaar. Ook de bouwsector ontsnapt er niet aan. Uit een bevraging van de Confederatie Bouw blijkt dat de prijs van bijna alle bouwmaterialen de laatste maanden is gestegen met 15 tot 25 procent. Bouwmaterialen maken gemiddeld een derde uit van de bouwkost. Als ze tot 25 procent duurder worden, betekent dat een stijging van 8 procent van de totale kosten van een bouw- of renovatieproject. Niet alleen loopt de rekening hoger op dan gepland, sinds het begin van de pandemie loopt ook de levering van de bouwmaterialen vertragingen op. Bouwbedrijven komen daardoor vaker in de problemen en klanten zien de prijs van hun bouw- en renovatieprojecten stijgen.
Minister, wat is de impact op de onroerenderfgoedsector van de inflatie en de stijging van de kosten voor het bouwmateriaal?
Wat is de invloed op lopende werven én op de toegekende lopende premies?
Weet u van projecten die door de prijsstijgingen de geplande – en vaak broodnodige – werken niet kunnen uitvoeren? Wat zal er met die werven gebeuren?
Minister Diependaele heeft het woord.
Mevrouw Van Werde, het agentschap Onroerend Erfgoed stelt vast dat het aantal verhogingen van de erfgoedpremie door de oplopende actuele kosten ten opzichte van de aanvaarde kostenraming, toeneemt. De stijgende materialenkost speelt hier vermoedelijk een rol maar ook het effect van de wachtlijst mag niet vergeten worden. Sommige zaken staan allang op de wachtlijst, zes of zeven jaar, en dan is dat niet onlogisch.
In 2021 en het begin van 2022 zijn tot nu toe 25 actualisaties doorgevoerd voor een totaal van 1.179.017,90 euro – 1,18 miljoen euro dus. Voor 13 dossiers blijkt de prijstoename boven de 10 procent te liggen, deels ook omdat er verschillende jaren tussen toekenning en aanbesteding lagen. De vastgestelde impact is dus voorlopig beperkt. Het agentschap volgt dit verder op, want we beseffen ook dat dit door de evoluties van de laatste weken zou kunnen veranderen.
Ik kom tot uw tweede vraag. Bij lopende werven zijn de prijsstijgingen voelbaar. De meerkosten die op rekening komen van de bouwheer, worden maximaal beperkt door kostenbesparende aanpassingen aan te brengen aan het project. Voor de premies die toegekend zijn volgens de regeling vóór de aanpassing van het Onroerenderfgoedbesluit in 2020, kan een verhoging van de erfgoedpremie bekomen worden tot 10 procent boven de raming. In die zin is er dus wel degelijk een zeer grote tegemoetkoming.
En dan uw derde vraag. Tot nu toe is het agentschap niet op de hoogte dat projecten waarvan de premie toegekend werd, door de prijsstijgingen niet opgestart worden. Wel zijn er een beperkt aantal projecten die overgaan tot een aanpassing van het dossier en die niet-subsidieerbare werken schrappen of kiezen voor een eenvoudigere uitvoering ervan om de meerkost te beperken en binnen het voorziene budget te blijven.
Premienemers van erfgoedpremies volgens de standaardprocedure en de dossiers op de wachtlijst kunnen na toekenning van de premie een termijnverlenging aanvragen voor de uitvoering van de werken. Er zijn een beperkt aantal projecten die deze verlenging aanvroegen en die daarbij aangeven dat de werf uitgesteld wordt vanwege de prijsstijgingen.
Mevrouw Van Werde heeft het woord.
Minister, dank u voor uw antwoord.
Inflatie heeft een impact op alle sectoren en dus logischerwijs ook op de onroerenderfgoedsector. Ik begrijp ook dat de overheid niet oneindig premies kan blijven optrekken en uitdelen. Maar we moeten toch ook heel goed over ons erfgoed waken. Ik ben heel blij met de tegemoetkoming van 10 procent voor bepaalde projecten, maar als ik dan hoor dat werken geschrapt worden, dat dossiers aangepast worden, dat er gezocht wordt naar eenvoudigere uitvoering of dat de werf wordt uitgesteld, dan hoop ik dat dat niet ten koste gaat van het erfgoed.
U zegt wel dat het agentschap het opvolgt en dat de impact voorlopig beperkt is, dus dan denk ik dat we daarop moeten vertrouwen.
De vraag om uitleg is afgehandeld.