Verslag vergadering Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening en Energie
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
De heer Pieters heeft het woord.
Vorige week hebben we een nooddecreet goedgekeurd over het faillissement van energieleveranciers. Bij zo’n faillissement – en dat is een goede regeling – kan men terecht bij de noodleverancier, zijnde Fluvius. Het is echter wel de bedoeling dat de gedupeerde klanten van de failliete leverancier zo snel mogelijk overschakelen van de noodleverancier naar een nieuwe, reguliere leverancier. Het Energiedecreet voorzag initieel een periode van maximaal zestig dagen voor huishoudelijke en niet-huishoudelijke afnemers. Inmiddels is die termijn opgetrokken naar twaalf maanden.
Een kleine 10 procent van de klanten zou nog niet overgeschakeld zijn. Met die periode van zestig dagen heeft Fluvius slechts een beperkte tijd. We hebben ook gemerkt – dat is voortschrijdend inzicht, want deze vraag is vorige week ingediend – deze week dat de klant voor facturen die Fluvius opgestuurd heeft, kan bevestigen dat het contract binnen de eerste dertig dagen werd afgesloten. Daarvoor zou een regeling getroffen worden.
Desalniettemin zijn er waarschijnlijk toch nog wel wat mensen die nog niet overgeschakeld zijn.
Wat is de huidige procedure bij Fluvius om mensen te informeren en te overtuigen van hun positie en de noodzaak om zo snel mogelijk over te schakelen naar een nieuwe reguliere energieleverancier?
Zijn er volgens u in deze procedure zaken die verbeterd kunnen worden? Zo ja, wat zult u ondernemen?
Hebt u hieromtrent reeds een overleg gehad met Fluvius? Zo ja, wanneer en wat was de uitkomst van dit overleg? Zo niet, zult u nog dergelijk overleg inplannen?
Beschikt u over informatie inzake de voornaamste redenen die mensen aangeven waarom ze bij de noodleverancier gesetteld zijn?
Welke steun kan of dient er eventueel geboden te worden bij de overschakeling van sociaal zwakkere mensen?
Minister Demir heeft het woord.
Dank u voor de verschillende terechte vragen, collega.
Ik zit niet in de organisatie van Fluvius, maar zit wel geregeld met Fluvius samen en probeer dan verschillende zaken aanhangig te maken. Fluvius onderneemt verschillende acties in dit kader. Fluvius geeft mee via verschillende kanalen te communiceren: de website, Facebook, mails naar klanten, herinneringsbrieven enzovoort.
Zijn er volgens mij zaken die beter kunnen? Ik wil als eerste aangeven dat de noodleveranciersregeling die we in Vlaanderen kennen, tot nu toe goed heeft gewerkt. Ik hoor meer en meer de vraag of Fluvius dat naar de toekomst toe moet blijven doen en of andere partijen dat niet beter zouden opnemen. Als de storm wat is gaan liggen, wil ik de organisatie daarvan in de toekomst met jullie in het parlement bekijken, maar ik denk wel dat Fluvius dat tot op heden, op een aantal ICT-fouten na, goed gedaan heeft. Het licht is nergens uitgegaan en het aardgas is blijven stromen. Dat was de eerste prioriteit. Maar dat neemt niet weg dat we daarover eens van gedachten zouden moeten kunnen wisselen.
Vorige week heeft het Vlaams Parlement de termijn voor gezinnen om een nieuw contract af te sluiten verlengd.
De verwerking van klanten van de noodleverancier verloopt relatief vlot, maar de organisatie van Fluvius is hier niet echt voor uitgerust. Er is een aanbesteding opgestart om de taak in onderaanneming uit te besteden.
Ik zal de hele noodleveranciersregeling zoals ze nu bestaat, evalueren en vervolgens met jullie bespreken.
Ik komt tot uw derde vraag. Sinds eind oktober is er bijna wekelijks overleg tussen mijn kabinet, het Vlaams Energie- en Klimaatagentschap, de Vlaamse Regulator van de Elektriciteits- en Gasmarkt (VREG) en Fluvius, waarin de problematiek onder experten wordt besproken en werkafspraken worden gemaakt. Het punt staat ook regelmatig op de agenda tijdens het maandelijks overleg tussen Fluvius en mijn kabinet.
Beschik ik over informatie inzake de voornaamste redenen waarom mensen zich bij de noodleverancier settelen? Vermoedelijk zijn onwetendheid en/of onzekerheid belangrijke factoren. In de volgende maanden zal duidelijk worden hoeveel klanten blijven en waarom ze blijven. Dan kunnen ook de nodige stappen genomen worden. Sinds eind januari stuurt Fluvius aan de resterende klanten voorschotfacturen aan het noodleverancierstarief. Dit zal bij deze groep van klanten vermoedelijk voor een bijkomende prikkel zorgen om van leverancier te veranderen.
Fluvius besteedt aandacht aan heldere en eenvoudige communicatie via diverse communicatiedragers. Ik zag dat ook verschillende gemeenten via digitale media hun inwoners hierover informeren. Ook voor de facturatie van de beschermde klanten heeft Fluvius onmiddellijk alle stappen gezet om het sociaal tarief correct te kunnen aanrekenen.
Zoals jullie weten – ik denk dat het deze week was –, was er een fout bij de facturatie. Fluvius heeft eerst een factuur gestuurd, in het kader van noodleverancier, aan klanten die nog geen nieuwe leverancier gevonden hadden. Fluvius doet dat op basis van zijn database. Als klanten een nieuwe leverancier hebben en dus ook een nieuw contract, moet de leverancier dit updaten in de database, maar zolang dat niet gebeurt, blijft de klant in kwestie bij Fluvius zitten en stuurt Fluvius ook een factuur. Het is die wisselwerking en de onzorgvuldigheid bij de leverancier die ervoor zorgt dat gezinnen die in orde dachten te zijn, plots een factuur krijgen van Fluvius. Ik heb echter begrepen dat Fluvius deze factuur zal crediteren nadat de leveranciers dit hebben rechtgezet. Zeker in deze tijden kunnen we dat immers missen als kiespijn.
De heer Pieters heeft het woord.
Minister, ik dank u voor uw antwoord. Inderdaad, zoals ik al zei, is het deze week duidelijk geworden dat Fluvius rekening houdt met de contractdatum om het tarief anders te beoordelen of dat er geen extra kosten moeten worden genomen. Maar, zoals u zei, er wordt digitaal, via mail en op social media gecommuniceerd. U moet er wel van op de hoogte zijn, minister, dat als men een brief schrijft, en deze opengemaakt en gelezen wordt, dat al heel ferm is. Ook zit niet iedereen op social media of houdt niet iedereen er rekening mee. Op gelijk welke andere manier die u aangeeft, is het zeer moeilijk. Voor de laatste procenten moet het ook een persoonlijke aanpak zijn, want er zijn genoeg mensen die niet in een sociaal problematische toestand zitten, maar die wel op het gebied van bereikbaarheid een probleem hebben.
Daarmee heb ik toch nog bijkomende vragen. Misschien denkt u dat aan het Energiedecreet wijzigingen moeten gebeuren om deze problemen te verhinderen. Die zestig dagen zijn bijvoorbeeld aangepast naar twaalf maanden, maar die dertig dagen om de prijs van de nieuwe leverancier te hanteren, is niet mee aangepast, neem ik aan. Met andere woorden, als mensen toch een probleem hebben om over te schakelen, krijgen ze niet alleen een hogere factuur van de nieuwe leverancier, maar ook nog een nog hogere prijs van Fluvius erbovenop omdat ze niet heel snel gereageerd hebben.
U hebt het ook al aangehaald: u zou dat bekijken of Fluvius als noodleverancier nog uitgebreid kan worden. Ik neem aan dat daar werk van gemaakt wordt. Er wordt toch gezegd dat er nog leveranciers zouden sneuvelen. Kan daar dan rekening mee worden gehouden?
De heer Aerts heeft het woord.
Minister, is er al een zicht op welke soort klanten nog bij de noodleverancier zitten? Ik bedoel daarmee hoeveel residentiële en niet-residentiële klanten? Hoeveel mensen hebben het sociaal tarief nog wel of niet?
Ik sluit me zeker aan bij die persoonlijke aanpak die nodig is van mensen die toch bij de noodleverancier blijven hangen. Ik heb begrepen dat niet-residentiële klanten, de bedrijven met andere woorden, opgebeld worden. Ik denk dat we dat op een bepaald moment ook met de residentiële klanten, de huishoudens, moeten doen om hen weg te krijgen bij Fluvius.
Er kwamen verschillende getuigenissen deze week over de facturen van Fluvius die al dan niet terecht in de brievenbussen zijn gevallen. Dat is rechtgezet voor de mensen die duidelijk een contract hebben, maar ik heb ook begrepen dat dit niet altijd werd rechtgezet omdat er soms nog geen contract was. Een aantal energieleveranciers maken wel de belofte dat er kan worden overgeschakeld maar komen die belofte uiteindelijk niet na. Ik vraag me af, minister, hoe u staat tegenover de verplichting aan die energieleveranciers om de terugwerkende kracht van dertig dagen toe te passen. Wilt u dat verplichten in plaats van te vragen?
Ik sluit me aan met een specifiek punt. Het is even ter sprake gekomen, maar het verdient een bredere discussie. Ik heb er zelf een vraag om uitleg over ingediend. Ik ga het vandaag niet uitputten.
We spreken heel gemakkelijk over klanten die zich settelen, maar uit de discussie van vorige week is gebleken dat heel wat mensen wel degelijk een andere leverancier hebben of ten minste denken dat ze die hebben, maar dat de leveranciers slordig zijn met het omzetten. Minister, u hebt er zelf naar verwezen, dat is niet alleen een probleem voor mensen die bij Fluvius zitten. Er is in het algemeen een slordigheid bij leveranciers die mensen aannemen in nieuwe overeenkomsten, maar hen dan pas na veel gevraag of gehannes invoeren in de database en de overstap daadwerkelijk regelen. Het is een beetje kort door de bocht om dan mensen te verwijten dat ze blijven hangen. In een aantal gevallen zijn het de leveranciers die blijven hangen. We moeten die discussie breder voeren, ook met de verantwoordelijken van de Vlaamse Regulator van de Elektriciteits- en Gasmarkt (VREG), want zij moeten daarop toezien. Ik wil daar toch aandacht voor vragen want het gaat niet alleen over mensen die op hun handen blijven zitten, het gaat ook over mensen die niet krijgen wat hen beloofd is.
Minister Demir heeft het woord.
Ik ben het ermee eens dat we het volledige systeem eens moeten evalueren wanneer dit hopelijk wat achter de rug is.
Mijnheer Aerts, ik wil dat zeker eens aan de leveranciers vragen, maar wij kunnen dat niet opleggen. Zij kunnen een commerciële geste doen. We kunnen het hen nog eens vragen. De relatie tussen leveranciers en klanten is een zaak voor het consumentenrecht. Dat is een federale bevoegdheid. Ik kan decretaal of hoe dan ook daarin geen initiatief nemen. We zullen dat vandaag of morgen nog in een brief onder hun aandacht brengen.
Ik ben het eens met de persoonlijke aanpak. Dat is ook de reden van de verlenging. Dit geeft ons de tijd om te begeleiden. Ook dat onderdeel is in de evaluatie van belang.
De niet-residentiële klanten zijn bijna allemaal weg. Zij zullen na zestig dagen worden afgesloten. Dat zijn professionele klanten. Voor residentiële klanten zal men dit ook met een verlenging moeten doen. Fluvius heeft nu, met de verlenging die wij hebben doorgevoerd, wel de tijd om dit persoonlijk aan te pakken.
De heer Pieters heeft het woord.
Minister, dank u voor de bijkomende antwoorden.
Het is toch belangrijk dat er na dit decreet gepoogd wordt om de termijn van 30 dagen iets langer te maken.
Het ging daarnet over de communicatie en over de bereikbaarheid van mensen. Maar heel wat gezinnen of personen hebben een probleem. Dan mag je nog de V-test hebben en vergelijkingstabellen om de juiste leverancier of om überhaupt een leverancier te kiezen, toch is het niet eenvoudig voor mensen die daar absoluut niet mee bezig zijn. Zo zijn er meer dan we denken. Er zijn er ook te veel die gewoon een te hoge energiefactuur betalen omdat ze door het bos de bomen niet meer zien. Ze blijven een te hoge prijs betalen. Dat is nu niet ter zake.
Misschien kunnen ook de OCMW’s worden ingeschakeld, als dat mogelijk is, om mensen persoonlijk te begeleiden om toch nog een contract te nemen. Gelijk welke leverancier heeft een voordeel in vergelijking met de prijzen van Fluvius.
De vraag om uitleg is afgehandeld.