Verslag vergadering Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening en Energie
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
De heer De Roo heeft het woord.
Steeds meer tuinliefhebbers willen in hun stukje natuur op hun manier een bijdrage leveren aan de klimaatverandering. Het moment waar de Vlaming zijn tuin aanlegt of heraanlegt, is daarin een belangrijk moment, bijvoorbeeld door compost in de bodem te mengen of een biochar in de bodem aan te brengen. Maar ook het beheer van de tuin kan klimaatwinsten opleveren: je hoeft er vaak zelfs minder inspanning voor te leveren.
In onze contreien is de bodem de belangrijkste opslagplaats voor koolstof. Professor Meysman, coördinator van CurieuzeNeuzen zei daarover in De Standaard van 30 december 2021: “Een goed beheerd grasland bergt soms meer koolstof dan een bos. Als je daar bomen op zet, kan je juist een deel van de opgeslagen koolstof kwijtraken.
Uit de data van het burgeronderzoek CurieuzeNeuzen in de Tuin blijkt dat private tuinen een groot potentieel voor koolstofopslag hebben. In Vlaanderen maken ze ongeveer 12 procent van de oppervlakte uit. Uit de analyse van de bodemstalen die de deelnemers opstuurden, bleek dat het gehalte aan koolstof in de bodem varieerde tussen 0,75 en 6,3 procent, afhankelijk van de voorgeschiedenis en het huidige beheer van de tuin. Het gemiddelde koolstofgehalte in de toplaag van de deelnemende grasperken was 2,2 procent. Ook bleek uit de data dat kleinere tuinen, bijvoorbeeld stadstuinen, het niet per se slechter doen dan grote tuinen.
Tuinen kunnen dus een bescheiden bijdrage leveren aan het actief uit de lucht halen van CO2. Bomen planten in de tuin kan een mogelijkheid zijn, maar soms creëert het goed beheer van andere vegetatie, bijvoorbeeld grassen, meer kansen ten voordele van het klimaat. Een hoger koolstofgehalte in de bodem heeft ook voordelen op het vlak van verkoeling in de zomer en het vasthouden van water. Het stimuleren van de Vlaming om vrijwillig zijn tuin op een andere manier aan te pakken door het voorzien van juiste informatie en goede voorbeelden kan dus winst geven voor het klimaat.
Minister, hebt u kennisgenomen van de resultaten van het burgeronderzoek CurieuzeNeuzen in de Tuin? Op welke manier zult u deze resultaten vertalen in uw beleid? Wilt u initiatieven nemen waarbij Vlamingen vrijwillig de koolstofprestatie van hun tuinen kunnen verbeteren? Indien ja, op welke manier wilt u dit aanpakken? Op welke manier wilt u Vlamingen beter informeren over de verschillende vrijwillige maatregelen die zij in hun tuin kunnen nemen?
Minister Demir heeft het woord.
Ik heb uiteraard kennisgenomen van de resultaten. De privétuinen maken samen minstens 9 procent van de Vlaamse oppervlakte uit. Dat is dus een belangrijk aandeel van de groene infrastructuur.
We hebben een beleidsverkenning ‘Tuinen enten op onze groene infrastructuur’, waarin we zochten naar mogelijkheden om tuinen en tuincomplexen beter af te stemmen op het groen-blauw netwerk. Hierbij namen we met een frisse blik onze beleidsinstrumenten onder de loep, met de focus op drie beleidstactieken: groenverdichting, landschapsecologie en tijdsdimensie.
Tuinen behoren natuurlijk tot de privésfeer van de mensen. We kunnen daar vanuit de overheid niet in gaan tussenkomen. Maar het is zaak om de mensen zoveel mogelijk te informeren, te sensibiliseren, om hun tuin zo goed mogelijk in te richten in functie van klimaatadaptatie, waterinfiltratie enzovoort.
We hebben de Green Deal Natuurlijke tuinen. Dat is een goed netwerk, opgebouwd uit tuinprofessionals die werk willen maken van meer natuurlijke tuinen. Deze Green Deal is een initiatief van de sector en wordt gefaciliteerd door mijn administratie. Bodemkwaliteit, bodemvruchtbaarheid en dus ook koolstofopslag zijn een essentieel onderdeel van de natuurlijke tuin. Binnen deze Green Deal werd de werkgroep Bodem opgericht.
Op welke manier wil ik de Vlaming beter informeren? We hebben twee concrete sensibiliserende producten ontwikkeld: een inspiratienota rond tuinen en een online tool. Zij passen in het bredere verhaal van de natuurvoordelen van tuinen, waar dus ook het vastleggen van koolstof onder valt. Met de inspiratienota richten we ons op eenieder die een gezamenlijk tuininitiatief wil opnemen. Dat gaat van een gemeente tot een buurtcomité. We reiken verschillende instrumenten aan.
Met de online tool Groenblauwpeil kunnen individuele burgers voor hun perceel een groenblauwscore berekenen en de score verbeteren aan de hand van tips en tricks. De tuin- en groenprofessionals worden geïnformeerd via de Green Deal Natuurlijke tuinen, zoals ik eerder al zei.
De heer De Roo heeft het woord.
Bedankt voor uw antwoord, en voor de initiatieven die inderdaad al lopen. Ik volg u natuurlijk in uw vaststelling dat de tuin tot de privésfeer behoort, en dat we daar niet in kunnen tussenkomen. Maar we kunnen het natuurlijk wel stimuleren en mensen vooral ook informeren. Want ik ben er echt van overtuigd dat heel wat tuineigenaars wel zeer hard kunnen genieten van hun tuin, maar bij de aanleg of heraanleg ook niet altijd stilstaan bij een aantal maatregelen die ze kunnen nemen en die ook hun tuin ten goede kunnen komen. Het gaat niet enkel om het klimaat maar evengoed om het vasthouden van water, koolstofopslag, betere graszoden. Zelfs voor mensen die liever een groen grasperk zien kan het mengen van compost in de bodem ervoor zorgen dat ook in de zomer die grasperken iets langer groen blijven.
Op zich denk ik dat er heel veel winst in zit, maar ik stel in de praktijk vooral vast dat er heel weinig kennis is bij de mensen. Naast wat u in uw tussenkomst hebt geschetst, hoop ik dat er vooral kan worden gepoogd om de Vlaming nog verder te gaan informeren. Dat kan natuurlijk via lokale besturen, via buurtcomités, het middenveld. Dat is een zeer belangrijke schakel. Ik denk dat zeker daar ook nog een tandje kan worden bij gestoken, mogelijk ook op het vlak van communicatie. Want ik ben er echt van overtuigd dat mensen, wanneer zij het goede voorbeeld zien, en als zij regelmatig dezelfde informatie te zien krijgen – via sociale media, persberichten, via proefprojecten – sneller geneigd zullen zijn om ook in hun privésector vrijwillig een deeltje bij te dragen.
U spreekt over 9 procent van de Vlaamse oppervlakte. Als we daar al een deel van kunnen meekrijgen en een deel onder ander en beter beheer kunnen krijgen, dan denk ik dat we wel een enorme winst kunnen boeken. Ik roep op om de communicatie daarrond, via de professionals maar zeker ook via de particulieren, nog een extra boost te geven, ten voordele van het klimaat.
Minister Demir heeft het woord.
Ik vind het een goede tip van collega De Roo, dus we nemen dat mee.
De vraag om uitleg is afgehandeld.