Verslag vergadering Commissie voor Buitenlands Beleid, Europese Aangelegenheden, Internationale Samenwerking en Toerisme
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
Mevrouw Vandromme heeft het woord.
Minister, op woensdag 1 december 2021 presenteerde Toerisme Vlaanderen de resultaten van de onlangs uitgevoerde reputatie- en ambassadeursstudie. In 2021 voerde men twee uitgebreide onderzoeken uit om de reputatie van Vlaanderen en Brussel in kaart te brengen en zicht te krijgen op de mate waarin Vlamingen en Brusselaars toeristische ambassadeurs zijn van onze bestemming. Het reputatieonderzoek werd uitgevoerd in mei 2021 bij telkens 1000 frequente reizigers uit 19 verschillende landen, waaronder 13 Europese. Het ambassadeursonderzoek liep in september 2021 bij 1500 Vlamingen en Brusselaars.
Buitenlandse toeristen associëren Vlaanderen in de eerste plaats met mooie landschappen en onze kust, maar ook voor het lekkere eten en drinken en de historische steden komen ze graag langs. Maar in het algemeen is de bekendheid van Vlaanderen en zijn grote steden wel gezakt in de laatste vier jaar, van 72 naar 61 procent. Ook de bekendheid van België is gezakt, maar daar is de daling niet zo groot: van 93 naar 90 procent. Tot slot vindt zo’n 30 procent van de Europeanen Vlaanderen een zeer aantrekkelijke bestemming voor een korte vakantie. Een kwart vindt dat ook het geval voor een lange vakantie. De pandemie heeft ook geen negatieve impact gehad op het beeld over Vlaanderen, integendeel.
Uit het ambassadeursonderzoek blijkt dan weer dat Vlamingen en Brusselaars de historische steden en het lekkere eten en drinken als belangrijkste troeven van Vlaanderen zien. Wat wel verwondert, is het feit dat slechts 26 procent van de Vlamingen en Brusselaars hun regio zouden aanbevelen aan de Europese reizigers. Belangrijk daarbij is bovendien dat de jongere generatie, onder de 35 jaar, kritischer is voor Vlaanderen als vakantiebestemming dan 55-plussers.
Ik heb daarbij de volgende vragen, minister. Welke conclusies trekt u zelf uit de twee onderzoeken? Geven de resultaten aanleiding om bepaalde geplande acties meteen bij te sturen? Plant u extra in te zetten op promocampagnes in bijvoorbeeld Nederland, Spanje en Italië, omdat de aantrekkingskracht en de bezoekintentie er het sterkst zijn toegenomen in de afgelopen jaren? Welke acties zult u ondernemen in landen waar Vlaanderen nog veeleer onbekend is als vakantiebestemming? Welke acties voorziet u specifiek ten aanzien van jongeren, zodat zij Vlaanderen voortaan sneller als vakantiebestemming zouden aanraden?
Minister Demir heeft het woord.
Collega, er zijn drie belangrijke conclusies, die u zelf ook aanhaalt. De algemene bekendheid van Vlaanderen en de verschillende bestemmingen binnen Vlaanderen is sinds 2017 achteruit aan het gaan op de Europese herkomstmarkten. Maar even belangrijk is het percentage Europeanen dat een korte of lange vakantie in Vlaanderen overweegt, en dat is gestegen. Dat is positief.
Buitenlanders associëren Vlaanderen met erfgoed, natuur en eten en drinken. Ze zijn ook bereid om daarvoor naar Vlaanderen te reizen. Slechts 26 procent van de Vlamingen zou Vlaanderen aan buitenlanders aanbevelen als vakantiebestemming. Eigenlijk zouden we dat naast gelijkaardige onderzoeken uit andere landen moeten leggen, om te weten of dat veel of weinig is. Een dergelijke vergelijking is nog niet gebeurd. Ik kan wel vergelijken met het resultaat van de vorige jaren. In 2020 gingen we massaal in eigen land op vakantie, dus misschien hebben we daardoor meer ambassadeurs gekregen. Dat percentage is ook gestegen. Dat heeft natuurlijk ook te maken met corona. In 2021 daalde dat percentage weer, maar dat was zeer licht.
Er is dus een positief effect van het binnenlandse toerisme. Ik leid daaruit af dat het vooral een kwestie is van het niet te kennen. Veel Vlamingen zullen pas door corona echt ontdekt hebben welke pareltjes er in Vlaanderen te vinden zijn. Dat verklaart misschien ook de lagere score voor jongeren, die Vlaanderen ook minder goed kennen. Dat betekent dat we daar ook op moeten werken, samen met de provincies, die mee bevoegd zijn voor het binnenlands toerisme.
De zaken die binnen- en buitenlandse bezoekers waarderen in Vlaanderen, zijn erfgoed, natuur en eten en drinken. Dat zijn ook exact de elementen uit mijn beleidsvisie waarmee ik Vlaanderen in de markt zet. Ik blijf daar dan ook op inzetten. Daardoor moeten we opnieuw de bekendheid van Vlaanderen kunnen versterken.
We zetten elk jaar sterke promocampagnes en -acties op in alle markten waar we actief zijn. Zelfs in coronatijden is het belangrijk om ‘top of mind’ te blijven bij potentiële bezoekers. We hebben dat ook gedaan. De tentoonstelling Van Eyck 2020 bijvoorbeeld is helaas niet kunnen doorgaan, maar we hebben Van Eyck wel digitaal naar heel de wereld gestuurd. En zo zijn er nog een aantal zaken die we tijdens corona hebben gedaan. Ik denk dat dat wel belangrijk is voor onze reputatie.
Dit jaar gaan we een extra campagne inzetten voor de kunststeden. We doen dat ook in nauwe samenwerking met de kunststeden. We zijn daarvoor ook een meerjarige samenwerkingsovereenkomst aan het sluiten. In eerste instantie focust de campagne op de buurlanden, maar vanaf de tweede helft van dit jaar en zeker begin 2023 zal die worden opengetrokken naar de rest van Europa. Daarnaast plannen we binnen de thema’s ook nog eens overal sterke acties om zowel onze reputatie te versterken als om aan te zetten tot een bezoek aan Vlaanderen.
We hebben vijf thema’s waarop we willen inzetten: erfgoed, culinair, natuur, fietsen en congressen. Eerst en vooral moeten we weten wie die doelgroepen zijn, welke doelgroepen in welke landen zitten en hoe groot de interesse, de kennis over de regio en het reispotentieel zijn. Die geografische afbakening is de basis om acties uit te rollen.
Afhankelijk van de kennis over Vlaanderen en onze thema’s in die regio’s rolt het buitenlandse netwerk van Toerisme Vlaanderen acties uit op maat van de doelgroep. We focussen in de eerste plaats op het verbeteren van de kennis rond de doelgroep: via gerichte reputatiecampagnes en -acties de troeven van Vlaanderen in de markt zetten, bijvoorbeeld Vlaanderen als wielerregio of Vlaanderen als culinaire bestemming. Kent de doelgroep Vlaanderen al goed, dan kunnen we meteen ook inzetten op conversie, dus het aanzetten tot een bezoek.
We merken inderdaad dat jongeren een ander soort acties nodig hebben. Toerisme Vlaanderen werkt hier bijvoorbeeld met zogenaamde ambassadeurs: jongeren of BV’s die vanuit hun eigen interesse andere jongeren warm maken voor een thema. Je zou ze ook influencers kunnen noemen. Zo hadden we in het kader van de campagne Vlaamse Meesters een ambassadeurscampagne bij jongere Vlamingen, geïnteresseerd in kunst.
Voor het thema ‘culinair’ hebben we jarenlang de populaire campagnes Jong Keukengeweld opgezet in Vlaanderen, specifiek op jongeren gericht. Die campagne versterkte ook bij jongeren het gevoel deel uit te maken van een culinaire topbestemming. Samen met Visit Brugge werd ook een succesvolle actie rond de Sint-Godelieveabdij uitgewerkt met Linde Merckpoel.
Mevrouw Vandromme heeft het woord.
Dank u wel voor uw antwoorden, minister. Als een crisis als corona ons dan toch iets heeft bijgeleerd, is het inderdaad dat Vlaanderen vol pareltjes zit en dat we die allemaal hebben leren kennen. Het doel is ook om zo veel mogelijk buitenlanders die parels te leren ontdekken.
U geeft aan dat Vlaanderen vooral bekend staat om erfgoed, natuur en eten en drinken. Ik denk dat het wel interessant zou kunnen zijn om de timing omtrent de campagne rond de kunststeden ook te kennen, want we horen uit die grotere steden toch ook wat vragen naar die timing. Zeker nu het congrestoerisme daar echt op een heel laag pitje staat, zou het goed zijn om daar wat perspectief te bieden.
U weet dat ik niet in een grotere stad woon, maar in de verre Westhoek, waar natuur en lekker eten aangestipt staan. En er is ook het toerisme dat onze Britse collega’s zeer boeit, maar die vinden toch nog niet altijd de weg. Hoe kunnen we ook het Britse oorlogstoerisme meenemen, om opnieuw wat meer mensen naar onze Westhoek te zien komen?
U gaf aan dat er nog geen vergelijking is gemaakt met de andere landen. Bent u dat van plan? Staat dat op de planning?
Minister, ik ben niet helemaal jong-jong meer, maar toch denk ik te mogen spreken in naam van veel jongeren. Die geven mij de tip dat heel veel series ook worden gebruikt om bepaalde regio’s in de kijker te zetten. Misschien is daar nog wel een sprong te maken. Heel wat misdaad- of andere series maken heel veel mooie beelden van regio’s. Op die manier zouden we misschien ook nog een nieuwe interessante piste kunnen openen om bepaalde streken en regio’s in Vlaanderen in de kijker te kunnen zetten, voor de netflixende jonge gasten die naar mooie series kijken. Ik geef het maar mee als tip.
De heer Slagmulder heeft het woord.
Minister, uit dat onderzoek blijkt inderdaad dat de bekendheid van Vlaanderen in onze steden ten opzichte van de resultaten van 2017 gedaald is. Er zal dus zeker een tandje bij moeten worden gestoken op het vlak van de promotie van Vlaanderen in het buitenland. Troeven hebben we zeker genoeg: ons erfgoed, onze natuur, onze kunststeden, onze cultuur, ons lekkere eten en drinken en zo verder.
Minister, ongeveer anderhalf jaar geleden heb ik u gevraagd of er in het buitenland promofilmpjes uitgezonden worden om Vlaanderen onder de aandacht te brengen als toeristische bestemming. U liet toen weten dat dergelijke acties niet stroken met de strategie van Toerisme Vlaanderen. Ik zag de voorbije jaren nochtans dergelijke filmpjes van andere landen, Griekenland en Turkije bijvoorbeeld, bij ons op de buis, zelfs in volle coronaperiode. Misschien moet u dat toch nog eens herbekijken en eventueel heroverwegen om toch iets gelijkaardigs te doen, al was het maar in de buurlanden.
Ik denk dat ook de spoorwegmaatschappijen misschien een rol kunnen spelen op het vlak van promotie, of toch de internationale spoorwegmaatschappijen. Vlak voor de tweede covidgolf werden daar in Vlaanderen een aantal campagnes rond opgestart. Is het nu de bedoeling dat die opnieuw opgestart worden? Of is dat ondertussen al gebeurd? Ik heb eenzelfde vraag in verband met promotie via de luchthavens. Loopt dat nog? Komen daar nog nieuwe campagnes bij op korte termijn?
Extra promotie zal dus zeker nodig zijn, maar zal er ook nog iets van extra ondersteuning voorzien worden voor de toeristische sector zelf? Wordt er nog iets voorzien op dat vlak? En hoe schat u de gevolgen van die zogenaamde coronabarometer in voor de sector?
Mevrouw Van den Brande heeft het woord.
Minister, uit het reputatieonderzoek blijkt, zoals collega Vandromme al aanhaalde, dat jongeren eigenlijk erg kritisch zijn in verband met een bezoek aan ons gewest. Op de website van Toerisme Vlaanderen lezen we nochtans dat zij een onderzoek zouden instellen om alle drempels en noden van jongeren doorheen de volledige bezoekerscyclus in kaart te brengen en een aanbod uit te werken binnen de vooropgestelde themalijnen die u ook al aanhaalde: natuur, erfgoed, culinair, fietsen en congressen. Hoever staat u met dat in kaart brengen van de bezoekerscyclus van de jongeren en dat aanbod?
Verder wil ik nog even laten weten dat ik het zeker een mooi voorstel vind van collega Vandromme om in fictieverhalen onze Vlaamse natuur en de mogelijkheden hier nog eens aan bod te laten komen.
Ik wil ook namens mijn fractie een paar zaken meegeven. Ik denk dat het belangrijk is dat we regelmatig zulke reputatie- en ambassadeursonderzoeken doen, want we kunnen daar inderdaad heel wat uit leren.
Dat buitenlanders voornamelijk voor het erfgoed naar Vlaanderen komen, en dan vooral voor de historische kunststeden, waarbij Brugge het meest bekend is, is logisch. Maar er is ook heel wat erfgoed verspreid over heel Vlaanderen, en niet alleen in de kunststeden. Ik denk dat dat ook past in de strategie van Toerisme Vlaanderen om toeristen ook meer te spreiden over Vlaanderen en om daar ook de lokale bevolking meer en beter bij te betrekken. We werken rond kastelen en abdijen, maar ook rond ander religieus erfgoed. Ik denk dan aan schilderijen van Vlaamse meesters die in kerken en in kleinere steden of gemeenten aanwezig zijn. We zetten daar nu volop op in. We zijn eigenlijk nog de productontwikkeling aan het verfijnen en aan het verderzetten. Dat zal renderen op termijn. Ik denk dat dat dan ook een bijkomende reden zal zijn om Vlaanderen te komen ontdekken.
Uit een vorig reputatieonderzoek bleek dat we vaak nog een tekort hebben aan echte topattracties. Daarbij is mijn vraag of we daar, met de inspanningen die we al deden en nog altijd doen, aan tegemoetkomen om Vlaanderen in het buitenland nog beter bekend te maken met een topattractie. Als men dan in Vlaanderen is voor die topattractie, ontdekt men vaak nog veel andere pareltjes.
Wat het gastronomische betreft, valt vooral op dat men naar Vlaanderen komt voor de streekproducten en voor de bierbeleving. Ook daar spelen we verder op in. Mijn vraag is in welke mate Vlaanderen ook al bekend is om zijn topgastronomie. We hebben daar de afgelopen jaren toch ook heel wat inspanningen voor gedaan, door onze Vlaamse chefs op te leiden en te laten deelnemen aan wedstrijden, ook met resultaat. Vlaanderen telt ook heel wat restaurants met Michelinsterren of goede cijfers in de GaultMillaugids. We hebben Jong Keukengeweld. Blijkt uit het onderzoek dat de inspanningen die we daarvoor doen, al renderen? Welke bijkomende inspanningen moeten we eventueel nog doen om dat verder in de markt te zetten en om die gastronomische topkwaliteit in het buitenland bekend te maken?
Uit het onderzoek bleek ook dat buitenlanders vooral vaak naar Vlaanderen komen voor een korte vakantie. Ook daar heb ik een vraag over. Zijn er mogelijkheden om diegenen die al naar Vlaanderen komen voor een korte vakantie, eventueel nog een of twee nachten langer in Vlaanderen te houden en ze zo ook andere attracties en andere zaken van natuur, erfgoed en gastronomie te laten ontdekken?
Het is logisch dat onze kust vooral een bestemming is voor de Vlamingen zelf en dat buitenlanders niet onmiddellijk de troef van de Vlaamse kust komen ontdekken. Vaak hebben ze zelf een heel mooie kust, met mooi weer en zaken die daar te doen en te beleven vallen. Maar toch is mijn vraag of we de Vlaamse kust ook beter bekend kunnen maken, bijvoorbeeld in de buurlanden. Er wordt gezegd dat er voor een regio altijd wel nood is aan een of andere topattractie of een beleving waarvoor men echt de moeite doet om naar Vlaanderen, en hier in het bijzonder naar de kust, te komen. Heeft de kust potentieel voor zo’n topattractie, zodat we daarop kunnen inzetten om de kust in eerste instantie bij de buurlanden nog aantrekkelijker te maken?
Dan heb ik nog een laatste vraag. Internationaal Vlaanderen zou een internationale Vlaanderencampagne realiseren, een campagne die Vlaanderen in al zijn aspecten nog meer ‘top of mind’ maakt bij de beslissingsnemers wanneer ze Vlaanderen niet alleen overwegen als reisbestemming, maar ook als investeringslocatie, meetinglocatie, culturele hotspot enzovoort. Dan moet er gekozen worden voor doelgroepen die de algemene reputatie van Vlaanderen ook nog gaan versterken. Bij die campagne zijn alle overheidsinstellingen die de belangen van Vlaanderen in het buitenland verdedigen, betrokken, dus ook Toerisme Vlaanderen. Hebt u zicht op de vooruitgang van die campagne? Tegen wanneer zou die kunnen worden gelanceerd? Hoe wordt Toerisme Vlaanderen daar precies bij betrokken? En welke insteken heeft Vlaanderen in dat kader bezorgd aan Internationaal Vlaanderen om die campagne ook op toeristisch vlak ‘top of mind’ te maken?
Minister Demir heeft het woord.
Dank u wel, collega’s. De campagne voor de kunststeden is vorig jaar opgestart. De samenwerking loopt gedurende drie jaar, maar uiteraard blijven we ook los daarvan de kunststeden in de kijker zetten in het buitenland. Wat we waar en wanneer doen, hangt ook nog sterk af van de situatie en de maatregelen die andere landen opleggen. Wij proberen ook een beetje flexibel in te spelen op de situatie, waardoor een exacte timing moeilijk op te stellen is.
Voor de Westhoek kijken we vooral naar de situatie in het Verenigd Koninkrijk. Dat is het voornaamste herkomstland. Het is belangrijk om daar efficiënte promotie in te zetten. Op dit moment lijkt de situatie daar wel te verbeteren en bereiden we ook de promotie voor om dat zo snel mogelijk in de praktijk om te zetten. Ondertussen werken we ook verder aan het versterken van het aanbod. Eind vorig jaar hebben we met Westtoer een projectoproep van 2 miljoen euro opgestart voor een themajaar in 2023.
Ik ben het eens met de opmerking rond films en series. Dat kan inderdaad een belangrijk instrument zijn om jong en oud de troeven van een streek te leren kennen. Ik ga dat ook insteken bij Toerisme Vlaanderen. Vanuit Toerisme Vlaanderen zeggen ze dat ze dat niet alleen kunnen doen. Wij zullen alle aanvragen voor series en films samen met partners bekijken en waar mogelijk ook steunen. Denk bijvoorbeeld maar aan de film ‘In Bruges’ of de serie ‘Stille Waters’. Ik vind dat dus een vrij goede suggestie.
We zien in het onderzoek dat niet enkel de korte vakanties, maar in verschillende herkomstlanden ook de langere vakanties in Vlaanderen in de lift zitten. Er zijn dus zeker mogelijkheden om hen te verleiden om nog enkele dagen langer in Vlaanderen door te brengen. Daarvoor is het nodig om over een aantrekkelijk en gediversifieerd aanbod te beschikken over verschillende thema’s. En dat is wel aanwezig in Vlaanderen.
We moeten ze echter in de eerste plaats verleiden tot een bezoek aan Vlaanderen. Sterke topattracties zijn daarvoor cruciaal. Met de hefboomprojecten van de vorige legislatuur proberen wij ook dergelijke topattracties te realiseren. En met de subsidieoproepen die we gaan lanceren rond de verschillende thema's, hopen we ook opnieuw een aantal topattracties in de kijker te zetten. Die kunnen zowel in de steden als in de regio’s of aan onze kust gelegen zijn.
Op het vlak van gastronomie staan er verschillende ontwikkelingen klaar. Er is uiteraard de kwaliteitsverhoging van ons gastronomische aanbod. Dat is geheel de verdienste van de chefs en van de sector zelf. Met Toerisme Vlaanderen wil ik dat wel ondersteunen. In de volgende maanden worden verschillende projectoproepen gelanceerd rond culinaire en bierbelevingen. Tegelijk werken we ook verder aan de ontwikkeling van het Vlaams Culinair Centrum, dat een baken moet worden voor culinair en gastronomisch Vlaanderen.
Mevrouw Vandromme heeft het woord.
Dank u wel, minister, voor de antwoorden. Ik ben blij te horen dat u mijn advies of voorstel ook een goed advies of voorstel vindt. Ik kijk uit naar wat daar misschien nog uit komt. Het lijkt mij inderdaad wel iets moois om uit te werken.
Het is ook goed om te horen dat er verder ook nog wordt ingezet op de Britse bezoekers en het Britse oorlogstoerisme. Dat is voor mij heel belangrijk. Hopelijk komt daar binnenkort een kentering in.
Vanuit onze fractie zullen we ook alles wat betreft de kunststeden verder opvolgen. De collega’s die daar wonen, volgen dat van zeer nabij op, om Leuven niet te noemen.
Ik kijk ook graag uit naar de vergelijking met andere landen. En wat tot slot de insteek rond het culinaire en het bierverhaal betreft, weet u dat ik dat zeker ook verder zal opvolgen. Dank u wel. En hopelijk kunnen we verder nog genieten van ons mooie Vlaamse landschap, met heel veel toeristen.
De vraag om uitleg is afgehandeld.