Verslag vergadering Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening en Energie
Verslag
– Een aantal sprekers nemen mogelijk deel via videoconferentie.
Mevrouw Schauvliege heeft het woord.
Ik heb een vraag voor u over de toepassing van de ministeriële instructie.
Zaterdag 16 oktober 2021 maakte u bekend dat u de vergunning voor de gascentrale in Tessenderlo weigerde. Een van de argumenten is dat de uitstoot van de centrale niet zou voldoen aan de ministeriële instructie. Nochtans gaf het Agentschap voor Natuur en Bos (ANB) een positief advies voor het vergunnen van deze installatie op basis van die ministeriële instructie.
De ministeriële instructie focust zich voor industriële processen enkel op stikstofoxiden (NOx). In een voetnoot wordt de koppeling gemaakt tussen NOx en ammoniak (NH3) bij toepassing van NOx-reducerende technieken. Er wordt gesteld dat dit kan leiden tot een ‘beperkte’ toename van ammoniak. In dit geval is geen individuele passende beoordeling noodzakelijk maar kan een beoordelingskader voor industriële NOx-emissies toegepast worden.
Nu argumenteert u, minister, het afwijzen van de vergunning met het ontbreken van een passende beoordeling. Graag had ik het volgende van u vernomen.
Hoeveel vergunningen voor industriële processen die onder het toepassingsgebied van de ministeriële instructie vallen werden verleend? Welke daarvan gaan over NOx-uitstoot of NH3-uitstoot en bij welke is het een combinatie van NOx en ammoniak? Welke werden verleend door de deputaties en door uzelf?
Hoeveel vergunningen ondanks een positief advies van het ANB zijn niet vergund door het niet voldoen aan de ministeriële instructie?
Hoeveel vergunningen voor industriële processen zijn niet vergund door het ontbreken van een passende beoordeling voor de depositie van ammoniak sinds de lancering van de ministeriële instructie?
Bent u van oordeel dat de instructie duidelijk genoeg is als het ANB een positief advies geeft en u een negatief advies? Hebt u stappen ondernomen om dit te verduidelijken? Kunt u aangeven voor welke uitstoot ammoniakemissies niet langer als beperkt beschouwd worden en waarvoor volgens u dus een individuele passende beoordeling noodzakelijk is?
Minister Zuhal Demir heeft het woord.
Het Omgevingsloket houdt nog geen gestructureerde basisinformatie bij. Hierdoor kan mijn administratie niet op zoek gaan naar de gevraagde informatie op basis van een eenvoudige zoekopdracht. In eerste aanleg zijn er sinds de ministeriële instructie 479 beslissingen genomen door de deputatie en 163 door mij waarvoor aan het Agentschap voor Natuur en Bos advies werd gevraagd. Het Omgevingsloket houdt niet apart bij of dit over NOx of ammoniakuitstoot gaat.
Voor 423 projecten werd door het ANB een gunstig advies afgeleverd. Daarvan werden er 32 geweigerd. De weigeringsredenen werden niet gestructureerd bijgehouden in het Omgevingsloket. Er kan dus ook niet nagegaan worden of deze door de stikstofinstructie werden geweigerd of om andere redenen. We kunnen dat niet zien.
Voor 129 projecten werd door het ANB een ongunstig advies afgeleverd. Daarvan werden er 26 geweigerd. De weigeringsredenen werden door het Omgevingsloket niet gestructureerd bijgehouden. De rapportering ligt ook hier moeilijk.
Wat de STEG (stoom- en gasturbine) in Tessenderlo betreft, heb ik geoordeeld dat een jaarlijkse bijdrage van meer dan 100 ton ammoniak niet als beperkt kan worden beschouwd, temeer omdat het in dezen om nieuwe emissies gaat. Welke toename in ammoniakemissie beperkt is, dient natuurlijk geval per geval te worden beoordeeld. De impact op de natuur ingevolge de stikstofdeposities van de STEG in Tessenderlo was ingevolge de ammoniakuitstoot ongeveer tien keer groter dan die van de NOx-uitstoot. De impact op de natuur was dus zeker niet beperkt. Ik vond dus dat diegene die bij het ANB het advies had verleend, de ministeriële instructie niet goed had geïnterpreteerd. De instructie zegt dat je de beide niet kunt optellen, tenzij de ammoniakuitstoot beperkt is. 100.000 kilo ammoniakuitstoot per jaar in dit geval, dat is een vierde van het totaal. Dat is dan wel niet meer beperkt.
Dat is dan de redenering geweest om het te weigeren, op basis van het tijdelijk kader inzake stikstof, voor alle duidelijkheid. Ook voor de rechtszekerheid is dat belangrijk. Ik heb al opgemerkt dat bijvoorbeeld met betrekking tot een andere vergunning een vzw van Boerenbond in beroep is gegaan. Dat is het dossier van een vergunning voor de Fordterreinen. Ook daar hebben we het strengere kader inzake stikstof toegepast, maar is men nog niet zo lang geleden in beroep gegaan. Ik denk dat Boerenbond die vzw heeft opgericht om in beroep te gaan. Ik wil dus natuurlijk totaal geen risico’s nemen wat dat betreft. Ik weet dat de ministeriële instructie heel streng is. Ook in de dossiers van de gascentrales moet men daar rekening mee houden. Je ziet dat men ammoniak en NOx heeft samengeteld, maar aan de andere kant blijkt die ammoniakuitstoot wel een vierde van de totale uitstoot te zijn. Dan kun je niet meer spreken van een beperkt aandeel. Dat is dus de reden geweest waarom we dit hebben geweigerd. Onder andere.
Mevrouw Schauvliege heeft het woord.
Minister, als ik het goed heb begrepen, dan heeft het ANB 423 keer een positief advies gegeven en is uiteindelijk dan 32 keer de vergunning geweigerd. Het heeft 129 keer een ongunstig advies gegeven en dan is er maar 26 keer geweigerd. Dat gaat allemaal over de toepassing van de ministeriële instructie. Dat betekent dus toch eigenlijk wel dat er onduidelijkheid heerst. Die ministeriële instructie is er sinds 2 mei, denk ik. Op basis daarvan ging de vergunningsaanvrager in overleg. Hij kreeg dan een positief advies van de administratie, maar er viel dan toch een negatieve beslissing. Dat is op zich een beetje raar. Er werd verwezen naar een voetnoot. Die voetnoot zegt vooral dat de impact van zowel NOx als ammoniak in rekening moet worden gebracht, ook voor industriële installaties, want hoewel ammoniak in de industrie niet echt een probleem is, is het inderdaad zo dat NOx voor een toename van ammoniak zorgt. Om erop toe te zien dat dat geen ongewenste gevolgen geeft, zegt men dat die emissies moeten worden meegerekend, want dat men zich niet rijk mag rekenen met NOx. Dat klopt. Of er nu een vermestend effect is voor NOx of ammoniak, dat maakt voor de natuur op zich niet uit: stikstof is stikstof. Dat dat cumulatief effect dus wordt meegerekend en opgeteld, dat is oké. Ik begrijp echter uw advies niet, want dat is hier eigenlijk ook gebeurd, en als dan blijkt dat die impact zich beperkt tot die 1 procent, dan zegt die instructie dat het oké is. Het lijkt er dus op, ook aan de hand van de cijfers die u vooropstelt, dat er toch nog heel wat onduidelijkheid is over die instructie. Er is interpretatie mogelijk. Mijn vraag is dus nogmaals: kunt u me aangeven op basis van welke criteria u die individuele afweging maakt, zoals u die nu hebt gemaakt?
Is het dan niet wenselijk om extra verduidelijking toe te voegen? Het is toch niet wenselijk dat bedrijven, vergunningsaanvragers, in overleg gaan met de administratie, dat ze een dossier voorbereiden dat perfect in orde is en een positief advies krijgen en dat er dan op het einde van de rit een ‘njet’ komt? Er moet dan toch een probleem zijn. Kunt u dat probleem nog eens heel duidelijk schetsen? Zult u ook de instructie verder detailleren zodat zulke verschillen in advies en uiteindelijke vergunningverlening zo weinig mogelijk voorkomen? De cijfers tonen toch aan dat er een groot verschil is tussen wat er wordt geadviseerd door het ANB en wat het kabinet uiteindelijk beslist. Het gaat toch allemaal over aspecten die te maken hebben met de stikstofdepositie, met de toepassing van de PAS-regeling (Programmatische Aanpak Stikstof) en met de impact op de natuur. De administratie die daarvoor verantwoordelijk is, zou toch een streng, duidelijk en rechtvaardig advies moeten geven waarvan men verwacht dat het dan ook wordt gevolgd door de minister.
Minister Demir heeft het woord.
Eerst en vooral wil ik zeggen dat de administratie altijd adviezen geeft. De laatste twee jaar heb ik alleen maar gunstige adviezen gekregen over de megastallen maar ik heb die adviezen niet gevolgd. Toen vond u dat goed, denk ik. Waarom heb ik ze niet gevolgd? Omdat ik wist dat er een groot probleem met stikstof zou zijn en het Stikstofarrest heeft me ook gelijk geven. Nochtans waren verschillende administraties altijd heel positief. Het woord zegt het zelf: een advies is een advies om te adviseren. Het is aan de minister om knopen door te hakken en om de verschillende adviezen samen te brengen. In dit dossier was er ook ergens een ongunstig advies over een waterproblematiek.
Ik hoop toch snel tot een definitief kader te komen rond de PAS. Ik besef ook wel dat het tijdelijk kader heel streng is. De administratie geeft voor heel wat dossiers adviezen, maar het is toch belangrijk om te zeggen dat het ANB soms ongunstig adviseert, niet door onduidelijkheid van instructies, maar wel omdat er in sommige dossiers ook te weinig informatie is.
Het is hier helemaal niet onduidelijk. We hebben er met het kabinet heel wat tijd aan gespendeerd, met de beste juristen. U kent hen ook, mevrouw Schauvliege. De instructie is dus goed en duidelijk. Het woord ‘beperkt’ is toch heel duidelijk. Misschien dat de administratie een vierde van de totale uitstoot beperkt vindt, maar ik niet. Ik denk dat dat helemaal niet als beperkt kan worden gezien. Ik heb inderdaad met alle adviezen de knoop doorgehakt.
Ik ga hier het debat niet voeren over de wettigheid van een weigeringsbeslissing. De aanvrager kan altijd in beroep gaan en dan zal de rechter zich moeten uitspreken, maar ik ben wel zeker van mijn zaak.
Mevrouw Schauvliege heeft het woord.
Minister, u spreekt over de weigering voor de megastallen. Wij hebben u daarin gesteund. Het was op basis van een oude PAS-regeling die helemaal niet zo streng was.
U hebt nu zelf een tijdelijke strenge instructie opgemaakt. Iedereen verwacht dat, als die wordt gevolgd, de aanvraag oké is. Dat blijkt niet het geval te zijn. Het lijkt op een beleid ‘à la tête du client’. U maakt een strenge instructie waarin u omschrijft wat er kan en wat er niet kan. De administratie en de vergunningsaanvrager gaan er mee aan de slag. Een ministeriële instructie is op zich al een wankel juridisch instrument en heeft eigenlijk geen rechtszekere basis. Als u daarvan dan ook nog eens gaat afwijken, dan wordt elke vergunning aanvechtbaar.
Ik maak me daar zeer ernstige zorgen over. Het lijkt erop dat u ‘duim omhoog, duim omlaag’ toepast en dat het een beetje afhankelijk is van uw humeur van die dag. Het lijkt me echt geen goed idee om op basis van onduidelijke uitspraken vergunningen te weigeren.
Wij vragen een duidelijk kader, zo snel mogelijk een rechtszekere basis, en in afwachting daarvan, een toepassing van de ministeriële instructie zonder afwijking. (Opmerkingen van minister Zuhal Demir)
Daarover gaat het, minister. (Opmerkingen van minister Zuhal Demir)
De vraag om uitleg is afgehandeld.