Verslag vergadering Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening en Energie
Verslag
– Een aantal sprekers nemen mogelijk deel via videoconferentie.
De heer Pieters heeft het woord.
De federale ministerraad van 17 september 2021 heeft het KB betreffende producten voor eenmalig gebruik en ter bevordering van herbruikbare producten goedgekeurd. Dit KB strekt ertoe om het op de markt brengen van wegwerpproducten geleidelijk aan te verbieden. Daar zijn een aantal Europese richtlijnen voor uitgevaardigd.
Concreet komt er vanuit het federale niveau dus plots een verbod op het op de markt brengen van lichte plastic draagtassen met handvatten, weliswaar met een aantal specifieke uitzonderingen. De sector krijgt een termijn van een jaar na de bekendmaking van het KB om zich aan de nieuwe regelgeving aan te passen.
Er komt verder eveneens, maar wel met onmiddellijke ingang tien dagen na de bekendmaking van het KB, een verbod op het op de markt brengen van nog een aantal specifieke producten voor eenmalig gebruik.
Tot slot worden een aantal kunststofproducten voor eenmalig gebruik onderworpen aan een verplichting tot informatie aan de consument.
Dit federale initiatief vindt plotseling plaats terwijl er op Vlaams niveau dienaangaande reeds een aantal maatregelen werden uitgevaardigd om de jaarlijkse hoeveelheid plasticafval in Vlaanderen drastisch terug te drijven. Die maatregelen worden op dit ogenblik volgens de beschikbare info blijkbaar nog volop door de Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij (OVAM) geëvalueerd.
Het federale niveau weet dus blijkbaar niet, of wil niet weten, wat het Vlaamse niveau op dit punt doet en beslist zaken zonder de ongetwijfeld zeer nuttige OVAM-onderzoeksresultaten zelfs maar af te wachten en hiermee rekening te houden in zijn besluitvorming.
De uitvaardiging van dit KB moest echter sowieso voorafgaandelijk ter bespreking worden voorgelegd op de Interministeriële Conferentie Leefmilieu.
Minister, wat was uw reactie en uw standpunt op dit federale KB-initiatief tijdens deze Interministeriële Conferentie Leefmilieu? Welke impact zal dit KB hebben op de maatregelen die de Vlaamse overheid intussen zelf reeds uitvaardigde om de jaarlijkse hoeveelheid plasticafval in Vlaanderen terug te dringen? In welke mate en op welke concrete punten zullen deze Vlaamse maatregelen door toedoen van dit federale KB moeten worden bijgestuurd en binnen welke termijn zal dit moeten gebeuren?
Minister Demir heeft het woord.
Mijnheer Pieters, het ontwerp van KB geeft uitvoering aan een aantal bepalingen uit de Europese SUP-richtlijn (Single Use Plastics). Deze richtlijn bepaalt dat lidstaten een marktverbod moeten invoeren op een aantal kunststof wegwerpproducten.
Het invoeren van dergelijke marktverboden is een federale bevoegdheid. De richtlijn laat voor deze artikelen geen ruimte voor eigen invulling. Lidstaten moeten deze marktverboden instellen. Eigenlijk komt deze federale regelgeving er enkele maanden te laat, gelet op de deadline van 3 juli 2021 in de richtlijn en gelet op het feit dat we nog maar spreken over een ontwerpversie die nog naar de Raad van State moet.
Het ontwerp van KB gaat wel heel wat verder dan het louter implementeren van de bepalingen uit de SUP-richtlijn. Zo wil men een verbod instellen op het op de markt brengen van lichte plastic draagtassen en kunststof wegwerpdrinkbekers.
Een eerdere versie van dit ontwerp van KB werd wel besproken tijdens een Interministeriële Conferentie Leefmilieu op 1 april. We hebben er vanuit Vlaanderen sterk op aangedrongen om de ingangstermijn met minstens een jaar uit te stellen en de scope duidelijker af te bakenen, zodat de bedrijven de kans hebben om goede alternatieven te ontwikkelen voor de verpakkingen die ze niet meer op de markt mogen brengen.
Ik ga ervan uit dat wij opnieuw betrokken zullen worden alvorens het KB definitief wordt goedgekeurd.
Dit KB ligt voor de draagtassen en de bekers wel in de lijn met wat er op Vlaams niveau eerder al is beslist.
Op het Vlaamse niveau is al in 2018 beslist dat er een verbod komt op het gratis verstrekken van lichte plastic draagtassen. Ondertussen hebben we kunnen vaststellen dat door deze maatregel het gebruik van deze draagtassen sterk is gedaald. Dat zien we in de cijfers.
Het verbod op eenmalige plastic bekers ligt ook in lijn met eerdere Vlaamse beslissingen. In 2018 heeft de Vlaamse Regering al de beslissing genomen om bij overheden het gebruik van eenmalige bekers te verbieden en op evenementen sterk te beperken.
Ik kom tot uw tweede vraag. Dit federale ontwerp van KB komt neer op een verstrenging ten aanzien van de Vlaamse wetgeving. De verstrenging houdt het volgende in. Eenmalige plastic draagtassen tussen 15 en 50 micron worden een jaar na de inwerkingtreding van het KB verboden. Dit zal dus ongeveer eind 2022 zijn, afhankelijk van de publicatie van het KB. Eenmalige bekers op evenementen zullen vanaf dan in de praktijk ook worden verboden als je de federale en de Vlaamse wetgeving combineert. De federale overheid verbiedt het gebruik van eenmalige plastic bekers. Kartonnen bekers met plastic worden niet verboden, maar de Vlaamse regelgeving bepaalt wel dat deze enkel kunnen worden gebruikt als ze voor 95 percent worden gerecycleerd.
Er zijn geen redenen om de Vlaamse maatregelen bij te sturen naar aanleiding van dit KB.
De heer Pieters heeft het woord.
Minister, u zegt dat het KB strenger is dan de Vlaamse wetgeving. Met alle respect, we zijn er niet tegen dat dat serieus wordt tegengewerkt of dat er veel minder afval van komt. Maar het gaat om de bevoegdheden. Gaat u het rapport van de OVAM nog afwachten of betreft de Vlaamse inbreng eerder die uitzonderingen? In welke mate moeten we het effect van wat in Vlaanderen beslist wordt, afwegen ten opzichte van het KB?
Mevrouw Rombouts heeft het woord.
Minister, concludeer ik uit uw antwoord correct dat u inderdaad op de hoogte bent van het KB, dat daarover gesproken is en dat er momenteel geen probleem is met de wijze waarop het is opgemaakt? Indien dat wel zo zou zijn, zult u dan de nodige initiatieven nemen om dat te melden? Ik heb alleszins begrepen dat het momenteel niet zo is.
Minister Demir heeft het woord.
Het eerste ontwerp van KB bevatte nog andere bepalingen die heel ver gingen. Wij hebben gevraagd om die eruit te halen. Dat is ook gebeurd. De laatste versie van het KB werd ons niet bezorgd. De Raad van State moet nog advies uitbrengen. Ik denk dat we finaal nog wel zullen samenzitten om te kijken waar het eventueel nog kan worden aangepast.
Collega Pieters, de federale overheid kan een marktverbod instellen. Dat is niet voor ons. Voor bekers en draagtassen ligt het wel in lijn met wat wij in Vlaanderen aan het doen zijn.
De heer Pieters heeft het woord.
Minister, ik begrijp hieruit dus dat het KB strenger is dan het Vlaamse, en dat wij het Vlaamse dan maar voor een stuk zullen uitvoeren, of dat dat niet meer aan de orde zal zijn. Misschien kunnen we dat in een andere vraag nog eens verder naar boven spitten.
Het staat u altijd vrij om dat te doen.
De vraag om uitleg is afgehandeld.