Verslag vergadering Commissie voor Mobiliteit en Openbare Werken
Verslag
De heer Van Miert heeft het woord.
Minister, in de lockdownperiodes zijn toch wel fameuze wachtlijsten ontstaan bij onze rijscholen en examencentra. In 2020 alleen al waren er 35.000 kandidaat-chauffeurs die hun praktijkexamen niet konden afleggen. Daar hebben we het in deze commissie al meermaals over gehad. Begin juli vernamen we dat de geldigheidsduur van voorlopige rijbewijzen verlengd zou worden: een verlenging tot eind dit jaar van alle voorlopige rijbewijzen waarvan de geldigheidsduur afloopt na 15 maart 2020 en voor 1 oktober 2021, en een verlenging tot 21 maart 2022 voor rijbewijzen in andere periodes.
In de artikels die daaromtrent zijn verschenen, eind juli, wordt er gewag van gemaakt dat er tot 30 september – vandaag – toch nog 30.000 voorlopige rijbewijzen zouden vervallen. Dat zijn forse aantallen, minister. Er is een probleem voor mensen die beroepsmatig op een rijbewijs zitten te wachten.
Minister, hoe staat u, in het licht van die achterstand, die lange wachtlijsten bij rijscholen en examencentra, tegenover de mogelijkheid om een fastlane te implementeren? Of ziet u misschien een alternatief, een andere optie?
Minister Peeters heeft het woord.
Mijnheer Van Miert, bedankt voor uw vragen. Het is er inderdaad al vaker over gegaan in deze commissie, de voorlopige rijbewijzen, het verlengen ervan, en het verlengen van de geldigheid van de theorie-examens. Door corona hebben we een hele achterstand, maar ik kan u wel al meegeven dat ik persoonlijk geen voorstander ben van een fastlane voor het praktijkexamen.
Het probleem zit hem voornamelijk in het objectieve karakter: welke criteria gaat men gebruiken om welbepaalde personen al dan niet voor te laten gaan? Dat gaat heel wat moeilijkheden met zich meebrengen en zal ook heel subjectief overkomen. Men zou kunnen zeggen dat iemand die een auto nodig heeft voor woon-werkverkeer, een rijbewijs nodig heeft, maar dan kun je je ook afvragen waarom men het openbaar vervoer niet gebruikt. De ene zal zeggen dat er voldoende aanbod is, de andere dat er onvoldoende aanbod is, maar dat zijn allemaal afwegingen die heel moeilijk objectief vast te leggen zijn. Gelet op het feit dat het dus eerder arbitrair zou overkomen, lijkt een fastlane ons eerder niet aangewezen.
Wat maatregelen betreft, hebben we onze rijexamencentra al gevraagd om alles op alles te zetten en de achterstand zo snel mogelijk weg te werken. Ten opzichte van referentiejaar 2019 zitten we ook een pak hoger. In 2019 werden in deze periode 13.700 rijexamens afgelegd, in 2021 16.937. Dat is ruim 3200 meer, een stijging van 123 procent. Men boekt dus wel vooruitgang. We hebben ook de geldigheid van het voorlopig rijbewijs alsook de geldigheid van het theorie-examen verlengd. We hopen daarmee dat de achterstand zo snel mogelijk wordt weggewerkt. Die mensen van wie het theoretisch rijexamen of het voorlopig rijbewijs komt te vervallen, hebben bovendien voorrang bij het boeken van een rijexamen in de examencentra.
De heer Van Miert heeft het woord.
Ik heb geen bijkomende vragen, voorzitter. Ik begrijp het standpunt van de minister dat het vrij arbitrair is en dat het vrij moeilijk is om het subjectieve uit de motivering te halen om de heer X voor de heer Y aan de beurt te laten komen.
Minister, de cijfers die u hebt meegedeeld over de stijgingen in het afwerken van de achterstanden, geven ons in ieder geval hoop dat er geen schrijnende gevallen zijn waarbij mensen echt in moeilijkheden kunnen komen. Niet alle streken in Vlaanderen zijn even goed bereikbaar met het openbaar vervoer. De mensen hier aanwezig die in de grensstreken wonen, kunnen daar veel over vertellen, maar dat zal wel eens bij een andere vraag aan bod komen. Ik heb in ieder geval geen bijkomende vragen voor u. Hopelijk kunnen we het tij keren en kunnen de kandidaten zo snel mogelijk hun praktijkexamen afleggen.
Minister Peeters heeft het woord.
Mijn medewerker maakt mij erop attent dat ik de cijfers voor de maand augustus heb gegeven. Die 16.900 zijn voor augustus. Van 1 januari tot eind augustus gaat het om 141.349 rijexamens. Het percentage blijft ongeveer hetzelfde, maar het gaat dus wel om een pak meer rijexamens: 140.000 in plaats van 16.000.
Die cijfers veranderen niets aan uw zienswijze, mijnheer Van Miert?
Nee, want bij mij was vooral die 123 procent blijven hangen, de absolute cijfers iets minder.
De vraag om uitleg is afgehandeld.