Verslag vergadering Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media
Verslag
De heer Anaf heeft het woord.
Minister, voor de zomervakantie hadden we allemaal gedacht dat het vooral corona ging zijn dat de kampen mogelijk in de war zou sturen, maar we hadden natuurlijk niet verwacht dat er zoiets zou gebeuren als die grote wateroverlast die we in juli hebben gekend.
Voor de kampzomer, in april, had ik ook al een schriftelijke vraag gesteld over de uitleendienst van kampmateriaal, omdat je elk jaar ziet dat mensen aanvragen doen en dan zeker in eerste instantie de boodschap krijgen dat ze niet alle tenten die ze zouden willen, kunnen ontlenen. Vaak wordt er dan wel een oplossing voor voorzien, maar op het moment dat ik die vraag stelde, waren er nog zestig groepen die nog op de wachtlijst stonden. In de communicatie die u later deed, dichter bij de zomer, was dat aantal al heel goed geslonken.
Maar we zien het eigenlijk elk jaar gebeuren. Er gebeuren elk jaar ook wel investeringen in, maar eigenlijk zie je jaar na jaar dat er meer groepen zijn die tenten zouden willen dan er effectief kunnen worden gegeven. En de investeringen die dan gebeuren, zijn er dan eigenlijk vooral om de bestaande stock op peil te houden, in plaats van die stock uit te breiden. Het is al langer een probleem.
Deze zomer hebben we dan de wateroverlast gehad, vooral in Limburg en in Wallonië, waarbij hele dorpen blank stonden. We hebben ook heel veel kampterreinen gezien die ook helemaal onder water gelopen zijn, met heel veel schade tot gevolg.
Onze eerste gedachten gingen uit naar al die mensen die daar wonen en al die kampen die daar hebben plaatsgevonden. Maar als we dan na de zomer kijken, is de vaststelling dat er heel veel schade is geweest, dat er ongetwijfeld ook tenten van de uitleendienst beschadigd zijn geraakt, maar dat er wellicht ook tentmateriaal van jeugdverenigingen zal zijn dat beschadigd is geraakt. En die zullen dan volgend jaar misschien ook bij de uitleendienst terecht moeten voor tentmateriaal, omdat dat van hen verloren is gegaan.
Daarom heb ik een aantal vragen, minister. Hebt u er weet van of elke jeugdbeweging uiteindelijk aan voldoende tenten is geraakt voor de organisatie van de voorbije kampzomer? Hebt u er zicht op hoeveel tenten van de uitleendienst onherstelbaar beschadigd zijn of verloren zijn gegaan in het noodweer?
Komt er een verzekeraar tussen in de kosten aan tenten van de uitleendienst? Of vallen die kosten volledig bij de uitleendienst? Zult u in dat laatste geval extra middelen voorzien om minstens de stock op peil te houden?
Hebt u er zicht op hoe groot de geleden schade is bij de jeugdkampen of bij de infrastructuur van andere groepen die getroffen zijn door het noodweer? Welke impact zal die schade bij het eigen materiaal van jeugdbewegingen mogelijk hebben op het aantal aanvragen voor volgende kampzomer?
Bent u bereid om niet alleen de bestaande stock op peil te houden, maar om die stock ook uit te breiden, rekening houdend met het feit dat de vraag volgende kampzomer wellicht groter zal zijn door de schade die dit jaar werd geleden? Voorziet u eventueel ook nog andere financiële ondersteuning voor jeugdbewegingen die deze zomer schade opliepen?
Minister Dalle heeft het woord.
Bedankt voor de vraag, collega Anaf. Het is inderdaad een vraag die geregeld terugkomt. Het is inderdaad geen geheim dat er nog altijd wachtlijsten zijn. Die hebben te maken met de groeiende tendens om de kampen en activiteiten te concentreren tussen 15 juli en 15 augustus, wat ons inderdaad noodzaakt om de zaak te herbekijken en om extra te investeren.
Midden maart van dit jaar stonden er op een totaal van 1043 aanvragen 182 groepen op de wachtlijst. Begin mei waren dat er nog 87 en begin juni 7. Uiteindelijk werd de wachtlijst opnieuw volledig weggewerkt bij de start van de zomer. Een aantal groepen hebben zelf een oplossing gevonden, bij het merendeel van de groepen kon de Uitleendienst Kampeermateriaal voor de Jeugd (ULDK) helpen en werden tenten van de Vlaamse overheid uitgeleend.
Naar aanleiding van de watersnood heb ik onmiddellijk een crisisoverleg georganiseerd met de ULDK, medewerkers van het departement en een delegatie van de jeugdbewegingen. Het doel daarvan was te bekijken op welke manier de ULDK oplossingen kon bieden op een moment dat heel wat kampeermateriaal onbruikbaar en ontoegankelijk werd. Zo bestond natuurlijk het gevaar dat bepaalde tenten niet of niet tijdig zouden worden ingeleverd of te beschadigd of te nat zouden zijn, met als gevolg dat andere groepen geen tenten zouden kunnen ontlenen.
We hebben toen een drietal acties op poten gezet. Ten eerste heeft de ULDK alle groepen gecontacteerd die voor de periode na het noodweer tenten hadden gereserveerd. Er werd nagegaan of er marge was om bij bepaalde groepen iets minder tenten uit te lenen, zodat er herverdeeld kon worden. Ten tweede werden ook privé-aanbieders van kampeermateriaal gecontacteerd. En ten derde werd er een solidariteitsoproep gelanceerd onder de groepen en lokale besturen die tenten in eigen beheer hebben, waarbij de ULDK dan optrad als matchmaker. Dankzij de oproep ontleenden sommige groepen minder tenten dan oorspronkelijk toegezegd. Zo traden er geen tekorten op en konden alle groepen door de ULDK geholpen worden. Er is dus een grote solidariteit geweest onder jeugdbewegingen, wat ervoor gezorgd heeft dat er uiteindelijk geen probleem is geweest bij het uitlenen.
Ik heb bij een vorige vraag al verwezen naar de website www.opkamp.be, waar een update van is gekomen. Particulieren, organisaties, bedrijven of landbouwers die een terrein ter beschikking hadden, werden gevraagd om dat te registeren. Groepen die op zoek moesten naar een nieuwe locatie, konden daar effectief terecht.
Uw concrete vraag kan ik ook in detail beantwoorden. Ik kan melden dat er 3 seniortenten niet werden ingeleverd en dus als definitief verloren worden beschouwd. Daarnaast zijn 32 seniorzeilen en 40 patrouilletenten bij inlevering door de groepen zelf expliciet gekwalificeerd als beschadigd. Momenteel evalueert de ULDK of die tenten nog herstelbaar zijn. Beschadiging kan natuurlijk in verschillende gradaties. En de ULDK heeft natuurlijk ook de taak om zeker kleinere beschadigingen te repareren. Dat gaan ze de komende tijd ook doen.
Alle tenten, dus niet enkel die die als beschadigd aangegeven zijn, worden gecontroleerd, en eventuele herstellingen worden ook uitgevoerd. Dat is een proces dat eigenlijk het hele jaar in beslag neemt. Ze hebben daar een vaste planning in, en het hele proces van controle en herstellingen zal rond april afgerond zijn, zodat het tegen de volgende kampzomer ook in orde is.
Wat extra investeringen betreft: ik denk dat dat een heel terechte vraag is, ook gelet op de wachtlijst die al een tijd bestaat. We hebben jaarlijks 317.000 euro om de stock van de ULDK op peil te houden of aan te vullen. Maar belangrijk is ook dat we in het relanceplan Vlaamse Veerkracht extra middelen voorzien om te investeren in tenten; een totaalbedrag van ruim 1 miljoen euro wordt daarvoor uitgetrokken. Een tussenkomst vanuit het Vlaams Rampenfonds is enkel mogelijk voor de verzekerde risico’s, wat bij de tenten van de ULDK niet het geval is.
Wat de schade bij jeugdorganisaties betreft, daar heb ik geen globaal zicht op. Er is natuurlijk regelmatig overleg met de landelijke jeugdorganisaties, maar wij hebben geen inventaris van de tenten die beschikbaar zijn bij al hun lokale groepen, en al zeker niet van de staat van die tenten. Daar heb ik dus geen cijfers die ik kan geven.
Ik verwijs nog eens naar de relancemiddelen, 1.045.000 euro in totaal. De gunningsprocedure is daarvan lopend, en de tenten zouden ook in de loop van volgend jaar geleverd moeten worden. Ik denk dat dat een zeer belangrijke impuls zal zijn, die ervoor zal zorgen dat de beschikbare stock van de ULDK zeer substantieel zal stijgen. Het is de grootste investering in de Vlaamse geschiedenis in tenten die er zal komen. Ik hoop dus ook dat dat een zeer positieve impact zal hebben op de stock, en dus op de wachtlijsten.
Er was tot slot nog uw vraag naar steun aan de betrokken jeugdbewegingen. Het is geen taak van het Vlaamse beleid om de tenten van lokale groepen te ondersteunen, behalve via de ULDK. Als ze schade hebben, moeten zij in eerste instantie kijken naar hun eigen eventuele polissen. En wat rechtstreekse steun aan lokale groepen betreft: als dat bij de politiek gevraagd wordt, is dat een taak van de lokale besturen die daarbij betrokken zijn.
De heer Anaf heeft het woord.
Bedankt voor uw antwoord. Het is heel goed dat er voor deze zomer voor alle jeugdverenigingen oplossingen gevonden zijn. Ik denk dat u daar goed en snel geschakeld hebt, samen met de sector. Het is goed om dat vast te stellen.
Ik heb toch nog een aantal vragen bij uw antwoord. U bent er niet verder op ingegaan, maar ik vind het heel vreemd dat de tenten van de uitleendienst daar niet tegen verzekerd zouden zijn, tegen dergelijke schade. Kunt u daar iets dieper over in detail gaan? Want ik zou toch denken dat zeker zoiets mee in de polis moet zitten, dat je daartegen verzekerd kunt zijn. Daar had ik graag misschien wat extra uitleg over.
En dan denk ik dat het toch wel interessant is om ook bij de verschillende groeperingen of koepels eens te informeren naar hoeveel tenten er verloren zijn gegaan bij de verenigingen zelf. Het is inderdaad zo dat er een extra investering gebeurt, maar de vraag zal zijn of dat dan voldoende is. We zien dat er toch al 3 seniortenten van de uitleendienst zelf niet ingeleverd zijn, dus compleet verloren zijn, en dat er 32 seniorzeilen en 40 patrouilletenten als beschadigd zijn teruggebracht – laat ons hopen dat er zoveel mogelijk hersteld kunnen worden. Dan denk ik dat er bij jeugdverenigingen zelf ook heel wat schade zal zijn. Dan is het maar de vraag wat de vraag zal zijn richting 2022. Ik denk dat we het best heel snel weten wat de vraag zal zijn, of wat potentieel de extra vraag zal zijn. Zo komen we niet voor verrassingen te staan in het voorjaar, wanneer het wellicht te laat is om nog bij te schakelen. Ik had toch nog graag een antwoord op die twee bijkomende vragen, minister.
Mevrouw Perdaens heeft het woord.
Mijn schriftelijke vraag met veelal dezelfde vragen is nog in behandeling, dus ik ben heel blij dat ik een aantal antwoorden al vroeger te horen krijg. Die tentenstock is een oud zeer, collega Anaf gaf het al aan. Vragen daarover keren elk jaar terug. De minister had zich er inderdaad toe verbonden om extra inspanningen te leveren voor de ULDK. Dat zagen we in de begrotingsaanpassing voor 2021. Nu, die uitgeregende zomer en de watersnood op sommige plekken zal een deel van die inspanning tenietdoen, helaas.
Dan had ik tot slot nog twee vragen. Door corona was er al een achterstand in de herstellingen. U geeft aan dat het proces van de evaluatie, de controle en de herstelling afloopt in april. Vorig jaar was er in het voorjaar achterstand met de herstellingen door corona. Gaat die achterstand doorgetrokken worden, en zal dat een impact hebben op de tenten die volgend jaar beschikbaar zijn, of zal men een tandje bij steken?
U gaf ook al aan, en collega Anaf komt daar terecht op terug, dat het een vreemde situatie is voor wat betreft de verzekering van de ULDK zelf. Maar ik vroeg mij af, aangezien u ook regelmatig overleg hebt met de landelijke jeugdbewegingen, hoe het zit met hun verzekeringssituatie, hun tenten, hun geleden schade. Wordt er daarover mogelijk bemiddeld met verzekeraars? Zijn die verzekerd? Is daar enige informatie over beschikbaar?
Mevrouw Rombouts heeft het woord.
Ik dank de minister voor het antwoord en de collega voor de vraagstelling. Ik denk dat de watersnood iedereen wel beziggehouden heeft deze zomer, en zeker ook de effecten op onze jongeren en hun kampen. Laat mij starten met hun een pluim te geven, in die zin dat ik ook wel positief verrast ben door de wijze waarop er uit diverse hoeken massaal hulp gekomen is, onder andere ook van landbouwers, om hun materialen en terreinen ter beschikking te stellen, om ervoor te zorgen dat jongeren hun zomerkamp alsnog konden laten doorgaan.
Minister, ik wil er dan ook even de aandacht op vestigen dat onder andere de site opkamp.be eigenlijk een heel welgekomen hulpmiddel is geweest, om op dat moment heel snel te kunnen schakelen, mensen op te roepen en kenbaar te maken waar er eventueel terreinen zijn. Omgekeerd konden mensen via dat kanaal ook zoeken naar een eventuele alternatieve kampplaats. We hebben zoiets zien ontstaan bij de varkenspest, maar ook nu heeft men een goede bijdrage geleverd. Dat is iets om te koesteren, ook voor de toekomst, eventueel in crisissituaties.
Wat het tentmateriaal betreft: er is al naar verwezen dat u inderdaad een sterke boost hebt gegeven om een extra tentenstock te kunnen aanleggen, maar dat dreigde op één zomer volledig onderuitgehaald te worden. Uit de cijfers lijken de definitieve schade en het aantal niet meer te recupereren tenten mee te vallen. We hopen dat alleszins, we kruisen de vingers.
Maar wat met de schade die geleden is, enerzijds ten aanzien van de tentenverzekering? Dat was van in het begin ook al een stukje een bezorgdheid. U hebt dat duidelijk gesteld: voor de ULDK-tenten is er momenteel geen mogelijkheid tot verzekering. Maar ik vrees eveneens, zoals een aantal collega’s al hebben aangegeven, dat er naar verzekeringen toe mogelijk een probleem is voor het materiaal van de verenigingen zelf, de koepels en dergelijke. Zeker als het dan bij een lokale jeugdvereniging terechtkomt, kan dat wel een zware last zijn. Stel dat zij bijvoorbeeld materialen geleend hebben van andere jeugdgroepen?
Minister, u stelt heel duidelijk dat u voor de lokale groepen kijkt naar de lokale besturen. Bij dezen stel ik dan ook de vraag of u signalen ontvangt of dat goed loopt met lokale bestuurders, en of er eventueel ook communicatie met lokale bestuurders kan gebeuren. We rekenen toch op hun steun, om dan effectief tot oplossingen te komen. Ik hoop dat dat niet bij de jeugdverenigingen zelf blijft zitten.
Minister Dalle heeft het woord.
Ik wil misschien eerst even reageren op de vraag van collega Perdaens over de achterstand door corona. Ik kan bevestigen – en dat bleek ook uit de cijfers die ik in het begin even heb genoemd over de evolutie van de wachtlijsten – dat de achterstand was ingehaald tegen de zomer. Men heeft daar dus toch wel goed werk geleverd.
De daling van de wachtlijsten heeft zich iets later voorgedaan dan in een normaal jaar. Er was nog niet van in het begin duidelijkheid over de zomer. We hebben iets eerder dan in 2020 – toen was dat pas op 22 mei – duidelijkheid gekregen. In 2021 hadden we ongeveer een maand eerder die duidelijkheid. Maar in een normaal jaar is dat natuurlijk nog eerder, waardoor de wachtlijsten normaal ook sneller worden weggewerkt. Door covid is dat trager gegaan, maar we zijn er wel in geslaagd.
Een tweede punt is de verzekering van de tenten bij de ULDK. Het klopt dat de tenten bij de ULDK niet verzekerd zijn. Ik heb daar geen overzicht over, maar het is mijn ervaring binnen de overheid dat verzekeringen voor de eigen risico’s zelden of nooit worden genomen, en zeker niet voor zulke kleine risico’s. Het gaat eigenlijk over beperkte bedragen. Men gaat ervan uit dat dat voor de Vlaamse begroting kan gebeuren wanneer dat nodig is, als er echt grote malheuren zouden zijn. Dus ik denk dat het eigenlijk niet onlogisch is dat daar geen specifieke private verzekering op zit.
Wat de tussenkomst van het Rampenfonds betreft: dat is een bepaling in de wet van 5 april 2019 die van toepassing is. Die zegt ook heel expliciet dat schade door rampen in het Vlaamse Gewest voor goederen van de Vlaamse overheid niet vergoed kan worden door het Vlaams Rampenfonds. Het Rampenfonds is daar ook echt op de private sector gericht.
Voor de lokale groepen is het effectief zo dat wij daar, behalve via de ULDK, niet in tussenkomen, en dat het eventueel aan lokale besturen is om dat te doen. We hebben op het sectoroverleg wel de vraag gesteld of er volgens onze partners in de jeugdsector vragen zijn. We hebben daar eigenlijk geen specifieke vragen gehad. Dus ik vermoed dat het voor bepaalde groepen wel een issue is, maar het is in elk geval niet iets wat massaal naar voren is gekomen. Bij de nationale leiding hebben we die vraag niet gekregen, dus ik heb daar eigenlijk geen verdere info over. Ik denk dat het een zaak is voor elk lokaal bestuur om dat eventueel op te nemen wanneer het nodig zou zijn. Maar de situatie lijkt mij relatief onder controle.
Ik hoop ook dat we zullen kunnen vaststellen dat er van de als beschadigd gesignaleerde tenten toch een heel groot deel herstelbaar kan zijn. Dat is ook de expertise die bij de ULDK aanwezig is. Er zijn weinig diensten in Europa die zo goed zijn in het herstellen van tenten, denk ik. Ik hoop dus dat ze dat ook dit jaar goed zullen doen.
De heer Anaf heeft het woord.
Bedankt voor uw bijkomend antwoord, dat was duidelijk. Het is dus eigenlijk vooral vanwege het feit dat de Vlaamse overheid zo’n verzekering niet aangaat. Het zou dus weleens kunnen dat er heel veel jeugdverenigingen wel een verzekering hadden voor hun eigen materiaal. Dat zou alleen maar goed zijn. En anders moeten ze inderdaad bij een lokaal bestuur terecht, zo begrijp ik uit uw antwoord.
Ik denk dat jeugdverenigingen vaak heel proactief werken. Wel, ik denk dat het ook niet slecht is om toch ook eens bij de grote koepels te informeren of er zeker geen probleem zal zijn richting 2022. We kunnen het beter nog eens meer vragen dan dat we in het voorjaar van 2022 met problemen komen te zitten.
De vraag om uitleg is afgehandeld.