Verslag vergadering Commissie voor Welzijn, Volksgezondheid, Gezin en Armoedebestrijding
Verslag
De heer Daniëls heeft het woord.
Inderdaad, collega’s, hier zijn we weer: de artsenquota. Ik zeg inderdaad ‘weer’ en helaas, want ik heb er hier al veel vragen over gesteld, en mijn N-VA-collega’s ook federaal. En telkens opnieuw is het heel eenvoudig. Er is een federaal contingent aan RIZIV-nummers (Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering) voor afgestudeerde artsen. Vlaanderen houdt zich daar scrupuleus aan, met alle miserie van dien: mensen die moeten deelnemen aan toelatingsexamens, daar niet voor slagen, niet gunstig gerangschikt zijn, wel slagen maar niet bij de best presterende zijn, niet kunnen starten, dromen die aan diggelen worden geslagen, die dan starten in biomedische wetenschappen, opnieuw deelnemen, noem alles maar op.
En de Franse Gemeenschap laat gewoon iedereen starten. En op het einde van de rit krijgt iedereen een RIZIV-nummer. En jaar na jaar zeggen ze: ‘Ooit, ooit in de toekomst gaan we dat rechtzetten’. En telkens opnieuw wordt er beloofd, door het federale niveau en de Franse Gemeenschap, dat ze er iets aan zullen doen. En telkens opnieuw, minister, collega's, ben ik hier met de vragen daarover.
En nu is er opnieuw iets: de aanpassing die de federale minister van Volksgezondheid op tafel legt, zou een responsabiliseringsmechanisme zijn. ‘Responsabiliseringsmechanisme’, een nieuwe term. Het is jammer dat de collega's van Vooruit er niet meer zijn. Dit zou een soort van buffer moeten zijn voor als de federale quota niet worden gerespecteerd. Dat is dan eigenlijk een buffer voor alle voorgaande jaren. Ook zou er een interfederaal adviesorgaan komen om de federale quota af te stellen op de noden van de gemeenschappen. Om dat responsabiliseringsmechanisme op te stellen, zou er overleg tussen alle gemeenschappen nodig zijn. De collega's die dit wat volgen, weten dat er niets nieuws onder de zon is, enkel een nieuwe term over wat het zou moeten zijn.
Dit is een uitdaging, alweer. Dit jaar studeren er 357 te veel Franstalige artsen af. 357! Alweer, alweer. Er is volgens mij ook een risico verbonden aan dat de nieuwe responsabiliseringsmechanisme. In het verleden hadden we de lissage, dan hadden we het inhalen ervan. Indien dit niet wordt opgemaakt door de gemeenschappen – dat is blijkbaar zo beslist –, zal de federale overheid zelf een mechanisme uitwerken. Daarmee zal de federale regelgeving gehandhaafd worden. De zelfstandigheid om onze Vlaamse artsen in eigen handen te houden en de aantallen vast te leggen zonder dat er opnieuw wordt ingeboet en er opnieuw te veel Franstalige artsen afstuderen, is voor mijn fractie dan ook van belang.
Minister, op welke manier zal nu eindelijk een einde komen aan het overtal aan toegekende RIZIV-nummers voor artsen in de Franse Gemeenschap en een compensatie voor Vlaanderen? Hoe staat u tegenover de ontwikkeling van een responsabiliseringssysteem door de beide gemeenschappen? Hebt u al samengezeten met betrekking tot het nieuwe systeem? Tegen wanneer wordt dat uitgewerkt?
Minister Beke heeft het woord.
Collega Daniëls, ik zal heel kort zijn want het lijkt hier een afvallingskoers te worden. Seffens zitten we hier nog alleen met ons tweeën.
En de secretaris en de voorzitter.
En de secretaris en de voorzitter. Dan kunnen we met ons vieren ook kaarten.
Ik zal heel kort zijn. Zoals u weet, is de toekenning van RIZIV-nummers een federale bevoegdheid, toch nog altijd, voorlopig, desalniettemin. Het is aan de federale minister van Volksgezondheid om hieromtrent concrete acties te ondernemen.
Mijn standpunt is ongewijzigd: er moet een oplossing komen voor het overtal aan Franstalige kant. Een responsabiliseringsmechanisme zou een oplossing kunnen zijn, op voorwaarde dat de sancties dan ook bindend zijn.
In het kader van het vastleggen van de artsenquota voor 2026-2027 zijn er een aantal contacten geweest tussen de federale minister en de betrokken ministers van de Vlaamse Regering. Tijdens deze contacten werd het standpunt van de Vlaamse Regering ook duidelijk kenbaar gemaakt.
De heer Daniëls heeft het woord.
Dank u wel, minister, dat u alvast op die lijn blijft zitten. Ik zou ook willen vragen dat u uw partijgenoten in de Federale Regering daar ook toe oproept. Ik roep nogmaals alle partijen in het Vlaams Parlement uitdrukkelijk op om dat standpunt met alle Vlamingen in het federale parlement te verdedigen. Ik denk dat dat nodig is.
Als ik vanuit de N-VA een suggestie mag doen naar een potentiële sanctie, dan denk ik dat we de extra kosten die dit teweegbrengt in de ziekteverzekering misschien moeten verhalen – ik heb het over medische overconsumptie – pro rata op de gemeenschap die zich niet aan de quota wil houden. Misschien moeten we ook eens een herberekening doen van wat dit in het verleden al heeft gekost. Dat lijkt mij een interessante oefening.
En dan zullen we zien wat er in huis komt van dat responsabiliseringsmechanisme, al dan niet met een sanctie, want u zult het aan mij horen, minister, dat ik enigszins sceptisch ben over wat daaruit zal komen. Ik wil u in dezen mandateren om daarover heel straf te onderhandelen.
Minister Beke heeft het woord.
Dat gaan we doen.
Akkoord, collega Daniëls?
Akkoord, maar weet dat ik u dan ook binnenkort zal vragen hoe hard u onderhandeld hebt en hoe hard u uw tanden hebt laten zien, al dan niet met een mondmasker op.
De vraag om uitleg is afgehandeld.