Verslag vergadering Commissie voor Economie, Werk, Sociale Economie, Wetenschap en Innovatie
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
De heer De Roo heeft het woord.
Dank u, voorzitter. Belangrijke vragen hoeven niet altijd lang te zijn.
In dat kader, minister: op 18 juni werd op de Vlaamse Regering het impulsprogramma ‘Innovatie in gezondheid en zorg’ goedgekeurd in het kader van het actieplan Vlaamse Veerkracht. Het impulsprogramma is opgebouwd volgens drie complementaire pijlers: fundamentele kennisopbouw, bedrijfsgericht onderzoek en ten slotte de implementatie van nieuwe toepassingen in de zorg. Het voorziet in de oprichting van een speerpuntcluster HealthTech. Het past bovendien in een bredere visie op langere termijn, zoals uitgewerkt in de kadernota ‘Vlaanderen sterk in onderzoek en innovatie voor gezondheid en zorg’, waarvan de Vlaamse Regering eveneens akte nam op 18 juni.
De aandacht voor zorg en gezondheid in het innovatiebeleid staat al langer op de radar van de Vlaamse Regering. In de beleids- en begrotingstoelichting (BBT) 2021 werd onder meer 6 miljoen euro voorzien voor het nog op te maken impulsprogramma met het oog op geneeskunde op maat, regeneratieve geneeskunde en data-gedreven zorg.
Minister, ik heb twee vragen voor u. Kunt u toelichten welke doelstellingen u wenst te bereiken met het impulsprogramma en kunt u ook de bredere visie uit de kadernota eventjes toelichten? Op welke termijn zal de speerpuntcluster HealthTech opgericht worden?
Minister Crevits heeft het woord.
Dank u wel voor uw interessante vraag, collega De Roo. Ik was in het begin van deze week zeer, zeer trots om de nieuwe speerpuntcluster te kunnen aankondigen in een goed gezelschap.
Er zijn twee nota’s voorgelegd aan de Vlaamse Regering. De visienota ‘Vlaanderen sterk in gezondheid en zorg’ schetst het kader van het O&I-landschap (Onderzoek en Innovatie). En dan is er nog een nota over het impulsprogramma ‘Innovatie in gezondheid en zorg’ waar de doelstellingen van het totale programma en de speerpuntcluster in voorkomen.
We hebben drie fundamentele pijlers. Een: fundamentele kennisopbouw via onderzoek. Twee: bedrijfsgerichte innovaties via samenwerking in een sterk Vlaams O&I-ecosysteem om zo nieuwe toepassingen in de zorg en gezondheid te ontwikkelen. Drie: de effectieve implementatie van innovatie in de Vlaamse zorgsector door kennisverspreiding onder meer in interactie met Flanders’ Care.
Als onderdeel van dit impulsprogramma is de oprichting van de speerpuntcluster HealthTech belangrijk om de brug te slaan tussen de onderzoekswereld, onze sterke Vlaamse healthtech-bedrijven en de zorgactoren. We willen eigenlijk een kruisbestuiving tussen biotech, medtech en digitale technologieën realiseren.
Ik voorzie jaarlijks 12 miljoen euro voor het impulsprogramma. Het onderzoek en de innovatie zal zich focussen op vier thema’s: de gepersonaliseerde geneeskunde, de digitale geneeskunde, de efficiënte gezondheidszorg en baanbrekende zorginnovaties.
De gepersonaliseerde geneeskunde kent u, dat is de behandeling afstemmen per patiënt. De digitale geneeskunde is bijvoorbeeld een bril met sensoren om epilepsie te detecteren. In de efficiënte gezondheidszorg hebben we een pleister die gezondheidsdata digitaal monitort bij bijvoorbeeld diabetespatiënten. De zorginnovaties zijn vooral de regeneratieve geneeskunde waarbij weefsel gekweekt wordt om nieren of kraakbeen te vernieuwen. Het is ongelooflijk wat we allemaal kunnen en waar Vlaanderen allemaal top in is.
De oprichting zal zeer snel gebeuren, na de beslissing van de Vlaamse Regering. Maandag zijn we uit de startblokken geschoten. Formeel moet wel nog een vzw opgericht worden en vervolgens moeten de activiteiten van het innovatief bedrijfsnetwerk (IBN) ingekanteld worden, een en ander is al in voorbereiding. Concreet zullen we in juli nog een oproep lanceren voor projecten. Deze projecten zullen nog dit jaar goedgekeurd kunnen worden door het beslissingscomité bij het Fonds voor Innoveren en Ondernemen.
Op vlak van kennisverspreiding en demoprojecten in de zorgsector worden nu ook twee specifieke oproepen gelanceerd voor COOCK- (Collectief Onderzoek & Ontwikkeling en Collectieve Kennisverspreiding/-transfer) en TETRA-projecten (technologie transfer).
De heer De Roo heeft het woord.
Minister, ik ben blij dat u maandag uit de startblokken bent geschoten en dat het vooral de ambitie is om op korte termijn die speerpuntcluster verder te formaliseren en effectief te doen draaien.
Technologische ontwikkelingen zijn van groot belang voor onze gezondheidszorg en hebben een impact op de organisatie van ons gezondheidssysteem. Voor die ontwikkelingen staan we, en daarvoor moeten we grote ambitie hebben. De speercluster toont dat ook aan. Als ik me niet vergis, is dit de zevende speerpuntcluster die moet zorgen voor innovatie in Vlaanderen. Dat is een heel goede zaak.
Vlaanderen heeft een heel gunstig klimaat voor de speerpuntclusters. We hebben zowel de sectoren biotech, medtech en digital health. Die zijn aanwezig, die versterken elkaar, en er is de industrie. U hebt gesproken over kruisbestuiving, er zijn kennisinstellingen, er zijn zorgactoren. Ook in onze regio is er een pak ondernemerschap en talent. Het lijkt me logisch dat we dat willen verzilveren in zo’n speerpuntcluster.
Minister, hoe kijkt u naar de ruimtelijke verankering in Vlaanderen van die speerpuntcluster HealthTech? Ik weet dat onder andere Gent kandidaat was om te investeren in een soort landmark om die speerpuntcluster op de kaart te zetten met de universiteit, de hogescholen, het UZ en andere ziekenhuizen, het Vlaams Instituut voor Biotechnologie (VIB), imec, MedTech Flanders en flanders.bio. In de toekomst zou dat voor de internationale uitstraling van Vlaanderen kunnen zorgen als er een soort landmark komt. Ik weet ook wel dat andere speerpuntclusters niet altijd ruimtelijk gecentraliseerd zijn of daar een centrale locatie hebben, of dat dat soms Brussel is. Ik zie er kansen in om Gent als stad naar voren te schuiven. We mogen het signaal dat ze gegeven hebben niet zomaar naast ons neerleggen. Hebt u al zicht op de ruimtelijke inpassing van de speerpuntcluster?
Mevrouw Sterckx heeft het woord.
Ook onze fractie is enthousiast over dit impulsprogramma. Het samenwerken van de verschillende actoren in de zorg, zoals private bedrijven uit de IT-sector en universiteiten, kan enkel de innovatie in de sector en de individuele patiëntenzorg ten goede komen. U spreekt over grote ambities, minister. U wilt van Vlaanderen binnen tien jaar het centrum van Europa maken inzake de zorg van de toekomst door allemaal in te zetten op health- en techoplossingen.
Minister, op basis van welke criteria worden de onderzoeks- en innovatieprojecten geselecteerd? U voorziet 12 miljoen euro per jaar, zal dat voldoende zijn om impact te hebben op het innovatieve landschap?
Mevrouw Sleurs heeft het woord.
Voorzitter, minister, we zijn inderdaad allemaal verheugd over deze zevende speerpuntcluster, de healthtech. We zijn er allemaal van overtuigd, ook de N-VA-fractie, dat dit een absolute meerwaarde is. Als ik het goed begrepen heb in de teksten en de twee nota’s, zijn er toch al zeventig geëngageerde partners nu aan boord. Zij gaan dus dat clusterpact uitwerken met wederzijdse engagementen.
Minister, er zal dus ook interactie zijn met Flanders’ Space. Hebt u er een zicht op hoe dat zal gebeuren? Ik heb het ook al bevraagd in de andere clusters. Vermoedelijk zal dit op dezelfde manier gebeuren.
Anderzijds is er met de speerpuntcluster ook de uitvoering van de visienota ‘Vlaanderen sterk in onderzoek en innovatie voor gezondheid en zorg’. De timing van die initiatieven: misschien zijn die vragen een beetje voorbarig, maar ik durf ze toch al stellen. En ik heb misschien nog een voorbarige vraag die ik ook al durf te stellen, aangezien het reces in zicht is. Er wordt ook gewerkt aan de samenwerking tussen de verschillende clusters. Op welke manier zal deze nieuwe – zevende – speerpuntcluster daarbij betrokken worden?
De heer Vande Reyde heeft het woord.
Ook langs mijn kant is er heel veel enthousiasme over dit initiatief. Ik heb in het verleden al een aantal vragen gesteld over de kruisbestuiving tussen innovatie en zorg. Als ik bijvoorbeeld kijk naar een domein waar ik zelf goed in thuis ben, het onderzoek naar dwarslaesie en hoe je daar mensen opnieuw kunt leren stappen of spieren opnieuw kunt activeren, gaat die vooruitgang echt razendsnel en is dat heel hoopgevend.
Ik heb twee bijkomende vragen. Speerpuntcluster is één ding, maar hebt u er al een idee van op welke zaken we ons specifiek gaan concentreren? In het domein van de zorg is het ook vaak nuttig om binnen de speerpuntcluster een aantal prioriteiten naar voren te schuiven, om te kijken welk onderzoek voor ons echt essentieel is. Dat zal waarschijnlijk later nog uitgewerkt worden tussen de partners. Wat de ruimtelijke verankering betreft, stelt de heer De Roo Gent voor als baken. Ik denk persoonlijk – maar dat valt natuurlijk nog te bezien – dat heel Vlaanderen op zich een healthregio is. In Diest hebben wij bijvoorbeeld ook enkele innovatieve dingen rond zorg, en ook in andere steden, zoals Leuven. Gaan we dat dus echt verankeren in één stad of gebied? Ik denk dat Vlaanderen op zich wel een aaneengesloten regio is op dat vlak.
Minister Crevits heeft het woord.
Er is opvallend veel interesse voor deze vraag, dat doet mij eigenlijk wel een groot plezier. Het is ook een heel belangrijk thema, waar er in de pers – als u het mij vraagt – echt veel te weinig aandacht voor is. We moeten apetrots zijn op de wereldwijde reputatie die we hebben als het gaat over healthtech. Je ziet dan dat zij die er al in geloven, er heel erg in geïnteresseerd zijn, maar dat er absoluut geen animo is bij onze pers om de Vlaamse trots wat groter te maken op dat vlak. Ik vind dat een enorm spijtige zaak. We moeten daar veel trotser op zijn. Daarom ben ik dus heel blij met jullie vragen en de zeer grote interesse van de diverse collega’s die aansluiten.
De IBN zal doorstarten, maar zoals ik zei, collega De Roo, moet de nieuwe vzw nog opgericht worden. De statuten leggen onder andere de gegarandeerde betrokkenheid van kmo’s en universitaire ziekenhuizen vast. Dat moet dus echt gebetonneerd worden. Het is dus de zevende speerpuntcluster. We trekken het totale budget voor de clusters op zodat die cluster zich ook kan ontwikkelen. We gaan geen geld afnemen van andere clusters.
Collega’s, ik zei het al: het buitenland is absoluut jaloers op ons speerpuntclustersysteem en het innovatielandschap. Ik moet trouwens nog iets in detail meegeven. U weet dat Johnson een heel grote investering gepland heeft in Gent, op dat innovatie- en wetenschapspark daar. De mevrouw van het bedrijf belde mij om te zeggen dat ze heel blij waren dat ze van alle Europese locaties beslist hebben om naar hen te komen, en dat had te maken met het netwerkgegeven, het clustergegeven in Vlaanderen, het feit dat de Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek (VITO) en imec er zijn, en dat er zo’n landschap is dat elkaar kent, waardoor men weet dat men breed vertakt ook kan samenwerken.
Het deed mij eigenlijk heel veel plezier dat dit een doorslaggevende reden was voor een wereldwijd gerenommeerd bedrijf om in Gent te investeren. Gent heeft een aantal sterke troeven, waaronder dat nieuwe farmaproductielab van Johnson. Het klopt dat een speerpuntcluster een samenwerking is tussen onderzoek, innovatie over heel Vlaanderen, universiteiten, ziekenhuizen en de industrie. Dus, een echte landmark? Ik weet niet of we daarmee niet gaan verengen in plaats van verbreden. Ik weet dat daarover gesproken wordt, maar eigenlijk willen we het hele Vlaamse landschap mee.
Mevrouw Sterckx, naast de 12 miljoen euro voor de speerpuntcluster is er bijna ook nog 17 miljoen euro per jaar voor biomedische en klinische mandaten bij het Fonds Wetenschappelijk Onderzoek – Vlaanderen (FWO). Die 12 miljoen voor de speerpuntcluster is dus niet het enige dat we investeren in onderzoek en innovatie.
Mevrouw Sleurs, het aantal partners neemt nog toe. Het Agentschap Innoveren en Ondernemen (VLAIO) animeert de samenwerking tussen de clusters, onder andere via de mogelijkheid tot interclusterprojecten. Zo'n samenwerking in een speerpuntcluster gebeurt altijd in overleg. Inhoudelijk is er niet altijd overlap, maar ik kan mij voorstellen dat er met Catalisti bijvoorbeeld wel wat overlap is. We bekijken met VLAIO waar er samengewerkt kan worden want ik ben wel fan van interclusterprojecten.
Tot slot komt er in Gent sowieso een landmark omdat de nieuwe hoofdzetel van VIB er komt. Er komen ook nog andere samenwerkingen; ook inzake voeding bijvoorbeeld is er samenwerking mogelijk met Flanders’ FOOD.
De heer De Roo heeft het woord.
Minister, ik dank u voor de bijkomende antwoorden. Vlaanderen is wel degelijk een volledige regio die we moeten meenemen in de speerpuntcluster. U mag me zeker niet verkeerd verstaan. Ik heb alleen maar willen zeggen dat door het creëren van een soort landmark bedrijven overgehaald kunnen worden om in Vlaanderen te investeren en dat er getoond kan worden dat er samenwerking is tussen de verschillende steden en regio's, maar dat het wel ergens geënt wordt. De hoofdzetel van VIB kan een mogelijke aanleiding zijn.
Het wetenschapspark dat ondertussen al enkele miljarden aan beurswaarde heeft kunnen opbouwen in de afgelopen jaren, is ook iets waar we trots op mogen zijn, naast de vele andere realisaties in Vlaanderen.
Ik ben vooral ook positief gestemd door de unanimiteit binnen deze commissie over de meerwaarde van een speerpuntcluster en door de noodzakelijke aandacht voor innovatie in zorg en gezondheid in ons innovatiebeleid.
De vraag om uitleg is afgehandeld.