Verslag vergadering Commissie voor Buitenlands Beleid, Europese Aangelegenheden, Internationale Samenwerking en Toerisme
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
De heer Deckmyn heeft het woord.
Ik heb een vraag over de hervorming van de Schengenzone. Volgens Europees Commissaris voor Migratie en het Promoten van de Europese Manier van Leven, Margarítis Schinás, staat het vrij verkeer van mensen en goederen binnen de Europese Unie onder druk omwille van de maatregelen die sommige lidstaten namen tijden de coronapandemie. Een groot aantal landen heeft – zoals we weten – de grenzen afgesloten of voerde een aantal reisbeperkingen in. Dat gebeurde niet enkel tijdens de coronapandemie, maar ook tijdens de migratiecrisis van 2015-2016, weet je nog wel. Schinás stelde daarom voor om spontane, onaangekondigde controles te houden. Inspecteurs van de Commissie zullen hun bezoek niet langer een dag van tevoren aankondigen. De verslagen van deze controles zullen ook rechtstreeks overgemaakt worden aan de ministers van de betreffende lidstaten en het Europees Parlement. Voorts is het volgens de Europese Commissie hoog tijd dat ook Roemenië, Bulgarije en Kroatië toetreden tot de Schengenzone.
Volgens de Europese Commissie dringt een hervorming van de Schengenzone zich dan ook op. Een eerste belangrijk deel van een dergelijke hervorming zou een verbetering van de controles aan de buitengrenzen van de Schengenzone moeten zijn. Volgens de Commissie kan dit door een verdere uitbouw van de grens- en kustwacht of door een meer gecoördineerd migratiebeleid. Ten tweede moet ook de samenwerking tussen de lidstaten binnen de Schengenzone versterkt worden. De Commissie beloofde hiertoe initiatieven te nemen die onder meer betrekking zullen hebben op het stroomlijnen van politiediensten en een betere uitwisseling van DNA-gegevens, vingerafdrukken en informatie over voertuigregistratie. Ten derde wil men de Schengenzone ook weerbaarder maken voor toekomstige crisissen. De Commissie wil daarom tegen eind dit jaar een herziening van de grenscode voorstellen.
Het blijft echter verbazen dat de Europese Commissie niet wil weten van interne grenscontroles bij bijvoorbeeld een migratiecrisis, maar tegelijkertijd weinig appetijt toont om haar buitengrenzen echt te beschermen.
De kritiek van de Europese Commissie op de landen die instaan voor het beschermen van onze buitengrenzen is dan ook minstens opmerkelijk te noemen. Zo kondigde de Europese Commissie begin juni nog aan dat ze Griekenland aan de tand wilde voelen over de plannen om een geluidskanon op te stellen aan de grens met Turkije. Turkije chanteert Europa ondertussen reeds jaren met migranten, maar volgens de Commissie moet Griekenland aan de tand gevoeld worden over de haast hopeloze maatregelen die het probeert te nemen om enigszins die migratie te kunnen controleren. Staatssecretaris voor Asiel en Migratie Sammy Mahdi reageerde eveneens verontwaardigd en stelde een brief te zullen sturen naar de Europese Commissie om over buitengrensbewaking en menselijke waarden een breder debat op gang te trekken.
Dat brengt mij tot de volgende vragen:
Ten eerste, wat is uw visie op de voorgestelde plannen van de Europese Commissie om onaangekondigde controles te houden om het vrij verkeer te garanderen?
Hoe staat u ten opzichte van de voorgestelde hervorming van de Schengenzone?
Zal Vlaanderen op enigerlei wijze inspraak hebben bij deze hervormingen?
Een vierde vraag: hoe staat u ten opzichte van het gebrek aan steun van de Europese Commissie voor landen zoals Griekenland die zich dagelijks inzetten voor de bescherming van de buitengrenzen? Ondersteunt u het schrijven van Staatssecretaris voor Asiel en Migratie Mahdi aan de Europese Commissie?
En ten slotte: eigenlijk is ons land – en dan maak ik een beetje abstractie van de luchthavens – sinds de Brexit ook een buitengrens geworden. Zal onze kuststrook, rekening houdend met onder meer transmigratie naar het Verenigd Koninkrijk, volgens u ook extra aandacht krijgen bij de hervorming van de Schengenzone? Zijn er in dat verband bijkomende maatregelen nodig?
Tot daar mijn vragen, minister-president.
Minister-president Jambon heeft het woord.
Wat betreft de visie op de voorgestelde plannen van de Europese Commissie: een relatief kleine maar erg welvarende regio zoals Vlaanderen heeft er alle belang bij dat de Europese binnengrenzen maximaal open blijven. De Vlaamse Regering heeft in haar EU-visienota van 2016 ook duidelijk gemaakt dat we niet willen terugkeren naar een Europa met binnengrenzen. Dat zou zonder enige twijfel onze welvaart ondermijnen.
De Schengenzone is echter meer dan enkel de binnengrenzen. Er zijn ook de buitengrenzen. Beide zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Open binnengrenzen kunnen pas werken als de buitengrenzen onder controle zijn. Ook dat hebben we als Vlaamse Regering benadrukt in diezelfde EU-visienota. We hebben er ook op gewezen dat op het gebied van de externe grenscontroles verbeteringen noodzakelijk zijn.
De Europese Commissie heeft de afgelopen jaren trouwens verschillende initiatieven genomen. Zo werd onder meer het mandaat van Frontex in 2019 versterkt en er werd een Europese grens- en kustwacht opgericht. Dat korps moet tegen 2027 tienduizend manschappen tellen. In september 2020 verscheen – in het kader van het nieuwe migratie- en asielpact – ook een voorstel van verordening voor de screening van derdelanders aan de buitengrenzen. De besprekingen hierover zijn gaande.
Schengenlanden zien af van binnengrenscontroles omdat ze er van moeten kunnen uitgaan dat die controle correct gebeurt aan de buitengrenzen. De Schengenzone is gebaseerd op vertrouwen. Dat vertrouwen is de afgelopen jaren beschadigd geraakt. Europa wacht nu de zware taak om dat te herstellen.
Dan de vraag over hoe wij staan ten opzichte van de voorgestelde hervormingen van de Schengenzone, en of wij daarbij inspraak hebben. De voorstellen die de Commissie in haar nieuwe Schengenstrategie op 2 juni bracht, beogen duidelijk een versterking en verbetering van het functioneren van de Schengenzone. Die ambities sluiten aan bij de bekommernissen van Vlaanderen. De Commissievoorstellen hebben aandacht voor de versterking van de buitengrenscontroles, het verbeteren van de samenwerking tussen de Schengenlanden en het versterken van het beheer van Schengen.
Het Schengenacquis behoort niet tot de formele Vlaamse bevoegdheden. Uiteraard spelen er indirect wel Vlaamse belangen in mee. In die zin volgt mijn administratie de intrafederale besprekingen op van dit voorstel om te waken over deze belangen. Rechtstreeks zit dat dus niet in onze bevoegdheid.
U vraagt hoe we staan tegenover het gebrek aan steun tegenover landen zoals Griekenland, en of ik het schrijven van de heer Mahdi ondersteun. Griekenland is onmiskenbaar een frontlijnstaat op het vlak van migratie, maar het ontvangt daarvoor ook heel wat extra EU-middelen. Het is dus zeker niet zo dat Griekenland aan zijn lot wordt overgelaten.
Dit gezegd zijnde, is het duidelijk dat de Griekse overheid blijvende steun nodig heeft. Een echt duurzame oplossing bestaat volgens mij – en volgens de Vlaamse Regering – uit een model dat illegale migratie stopt en vervangt door gecontroleerde legale toegangswegen voor een selectie van de meest kwetsbare vluchtelingen.
Zijn er bijkomende maatregelen nodig? Moet onze kuststrook aandacht krijgen bij de hervorming van de Schengenzone? Er is met de Brexit eigenlijk niks gewijzigd aan onze grenssituatie, aangezien het Verenigd Koninkrijk nooit deel heeft uitgemaakt van de Schengenzone. Maar de aantrekkingskracht van het Verenigd Koninkrijk is en blijft groot voor migranten. Er is dus nood aan een constante waakzaamheid voor mensensmokkel. De Schengenzone en de Brexit hebben geen verandering van de situatie met zich meegebracht.
De heer Deckmyn heeft het woord.
Minister-president, ik dank u voor uw antwoord. Wat dat laatste betreft, hebt u uiteraard gelijk. Het is inderdaad zo dat het ene niet met het andere te maken heeft.
Vlaanderen heeft inderdaad – daar bent u mee gestart – belang bij open binnengrenzen. Daarmee ben ik het volledig eens. Maar ik ben het ook volledig eens met het statement dat u daarnet hebt gemaakt, dat open binnengrenzen gepaard moeten gaan met goed gecontroleerde buitengrenzen. Laat dat nu net het probleem zijn. Ik ben het er volledig mee eens, maar er is wel een probleem. Daarom vinden we dat Frontex verder moet worden versterkt bij het verdedigen van onze buitengrenzen tegen de massale migratie vanuit de hele wereld. We kunnen hier wel zeggen dat we moeten opletten voor de instroom binnen Europa en dat we nood hebben aan sterke buitengrenzen, en er gaat wel financiële steun naar Frontex en naar bepaalde landen die op de frontlijn staan, maar uiteindelijk zien we dat het dweilen met de kraan open is. Dat is uiteraard jammer.
Er worden initiatieven genomen om onze buitengrenzen te bewaken, bijvoorbeeld in Griekenland, uiteraard met financiële steun van Europa – gelukkig maar. Kritiek op die initiatieven, zoals bijvoorbeeld geuit door staatssecretaris Mahdi, vind ik dan wel wat goedkoop. Het is gemakkelijk om vanop de zijlijn te zeggen dat men het niet goed doet of dat er zaken gebeuren die eigenlijk niet horen. Men heeft eerder baat bij een constructieve ondersteuning van landen die eigenlijk op de frontlijn staan om onze buitengrenzen te bewaken. Daarom stelde ik deze vraag en deed ik dit statement.
De heer Vanlouwe heeft het woord.
Minister-president, ik dank u voor uw toelichting.
Mijnheer Deckmyn, ik heb een bedenking. We mogen nooit vergeten dat wij als kleine, centraal gelegen plaats in Europa, toch wel een logistieke draaischijf zijn van Europa. We hebben sterke havens, we hebben een van de belangrijkste havens waarin er veel wordt geïmporteerd. Die havens vormen de toegangspoort tot ons land, maar tegelijkertijd ook tot Europa. Een versterkte controle aan de buitengrenzen is uiteraard noodzakelijk. Als kleine open economie is een onbelemmerd vrij verkeer wel van enorm economisch belang. De maatregelen moeten dan ook altijd proportioneel zijn.
Minister-president, ik noteer dat u zegt dat de Vlaamse administratie de intrafederale besprekingen opvolgt. Ik hoop alleszins dat de Vlaamse administratie volledig wordt betrokken bij deze onderhandelingen, meer bepaald vanwege van onze belangrijke havens, de toegangspoort tot ons land, tot Vlaanderen, maar ook tot heel Europa.
Minister-president heeft het woord.
Er waren geen bijkomende vragen, dus laat ik deze kelk aan mij voorbijgaan.
De heer Deckmyn heeft het woord.
Ik ga de kelk nog even in mijn handen houden. Ik wil even ingaan op wat de heer Vanlouwe heeft gezegd. Dat is niet in contradictie met wat ik heb gezegd. Ik heb de woorden van de minister-president beaamd. Vlaanderen is inderdaad een logistieke draaischijf binnen Europa. Als open economie hebben we alle baat bij open binnengrenzen. Ik heb dat niet ontkend. Maar ik heb de woorden van de minister-president beklemtoond: open binnengrenzen moeten gepaard gaan met goed bewaakte buitengrenzen. Dat is het probleem waarmee we nu worden geconfronteerd. Het probleem ligt niet bij de open binnengrenzen, maar vooral bij de Europese buitengrenzen, die nu zo lek zijn als een zeef. Dat was het punt dat ik wilde maken.
De vraag om uitleg is afgehandeld.