Verslag vergadering Commissie voor Brussel en de Vlaamse Rand en Dierenwelzijn
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
Mevrouw Almaci heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega’s, dit is eigenlijk een vraag met een voorgeschiedenis. In de week van 24 mei 2021 werden in Eeklo ongeveer 60 dieren in beslag genomen op een boerderij na een vaststelling van verwaarlozing door het Federaal Agentschap voor de veiligheid van de voedselketen (FAVV). In november 2020 werden bij diezelfde mensen al eens meer dan 200 dieren in beslag genomen. Het ging daarbij letterlijk over dieren van allerlei pluimage: paarden, kippen, cavia's, geiten enzovoort. Een heel scala aan dieren dus. Het gaat dus in totaal over 260 dieren die bij eenzelfde particulier in beslag zijn genomen.
De dieren die nu in beslag werden genomen, worden opgevangen in het dierenopvangcentrum De Ark van Pollare dat intussen alarm heeft geslagen. Het centrum zit, en dat is ook logisch met zulke aantallen, bomvol. Naast deze gelukkig eerder uitzonderlijke inbeslagname meldt het centrum dat het aantal ‘gewone’ inbeslagnames van dieren de laatste tijd enorm is gestegen. Op zich is dat een goede zaak want dat wijst erop dat de bewustwording over verwaarlozing van dieren en het belang om ze in beslag te nemen, is gestegen, maar die dieren moeten natuurlijk ook ergens naartoe. Dat zorgt voor een grote druk op specifiek dit opvangcentrum maar ook op andere opvangcentra.
De Ark van Pollare heeft gemeld dat ze structureel over te weinig opslagcapaciteit beschikt om die inbeslagnames een plek te geven, over te weinig financiële middelen die door covid zijn gekelderd, en over te weinig personeel om dit allemaal te kunnen opvangen. De vraag is hoe men moet omgaan met dergelijke inbeslagnames rekening houdend met het kader en de infrastructuur waarover men beschikt.
Het is een verhaal met een voorgeschiedenis dat ook niet alleen staat. In diezelfde week werden ook in Booischot 68 honden in beslag genomen. De fokker heeft een vrijwillige inbeslagname mogelijk gemaakt nadat hij depressief is geworden omdat zijn vader een aantal maanden eerder was doodgebeten door een onhandelbare hond, een cane corso. De eigenaar heeft in dit geval zelf gevraagd om een inbeslagname maar het opvangcentrum in Mechelen geeft dezelfde problemen aan als Eeklo. Ook daar is de financiële impact zeer groot en ook daar is er geen financiële tussenkomst omdat het over een vrijwillige inbeslagname gaat. Het gaat ook om niet-gesocialiseerde honden die moeilijk te plaatsen zijn.
Tussen het moment dat ik deze vraag heb ingediend en nu is er heel wat duidelijk geworden in dat dossier. Voorzitter, minister, ik zal dan ook, als dat mag, rekening houden met de evolutie in dat dossier bij de vragen die ik stel.
Minister, we kunnen zeggen dat dit uitzonderlijk is, maar dat neemt niet weg dat met de focus die we hebben om verwaarloosde dieren weg te nemen, het aantal inbeslagnames alleen zal stijgen. Bent u op de hoogte van het feit dat dierenopvangcentra problemen hebben om die inbeslagnames te verwerken en om inkomsten te verwerven als gevolg van covid?
Hebt u recente cijfers over de inbeslagnames van dieren? Hebt u recente cijfers over de evolutie van de inkomsten van deze dierenopvangcentra?
Voorziet u in een methodiek om ook uitzonderlijke maatregelen mogelijk te maken om een centrum dat zoveel dieren in een keer moet opvangen, structureel financieel te ondersteunen?
Het gaat hier natuurlijk ook over recidive in het geval van Eeklo. Wat bent u van plan om die recidive te voorkomen? Het moet duidelijk zijn dat er dermate wordt opgevolgd en gestraft dat recidive eigenlijk niet meer kan. Ik verwijs daarbij naar de debatten die we hier al eerder hebben gevoerd over de verstrengde strafmaat bij dierenmishandeling en recidive.
In het geval van Eeklo is het FAVV ter plaatse geweest maar toch merken we dat men daar blijkbaar gewoon kon verhuizen en opnieuw beginnen. Op welke manier is dat dossier opgevolgd?
In Booischot ging het over een dodelijk bijtincident waarbij een agressieve hond de vader van de kweker heeft doodgebeten. Is dat incident niet doorgegeven aan de dienst Dierenwelzijn? Hebt u informatie waarom dat niet is gebeurd? Zult u dat aan het parket vragen indien dat nog niet is gebeurd? En op welke manier zult u voorkomen dat dit in de toekomst nog gebeurt?
Eigenlijk is het heel duidelijk. Tussen het moment waarop ik deze vraag om uitleg heb ingediend en vandaag is in de persartikels duidelijk aangegeven dat heel wat pups hadden kunnen worden voorkomen indien we dit vroeger hadden geweten. Daar is een achttal maanden overheen gegaan. Door plaatsgebrek in het opvangcentrum zijn eerst ongeveer twintig en dan ongeveer dertig dieren, waaronder ontzettend veel pups, bij de kweker in Booischot achtergelaten. Door zijn depressie kweekte die man zelf niet meer, maar hij had door zijn mentale toestand ook geen probleem met de hondenverwaarlozing. De vraag is wat zal gebeuren met de honden die niet in het opvangcentrum terecht konden. Ze zitten nog bij een kweker die zelf in een schrijnende situatie zit en mentale ondersteuning nodig heeft.
Minister, zal deze case worden onderzocht? Volgens mij valt veel te leren uit de situaties van dierenverwaarlozing, in het ene geval moedwillig en in het andere geval door de schrijnende toestand van de eigenaar. Zal in beide gevallen een specifiek onderzoek naar de dierenverwaarlozing worden ingesteld? In het ene geval gaat het om een verplichte inbeslagname. In het andere geval is dit vrijwillig gebeurd.
Ik besef dat het veel vragen zijn. Misschien kunt u niet al die vragen vandaag beantwoorden. Van mij mag dat ook schriftelijk gebeuren, maar het gaat hier wel om twee dossiers met een voorgeschiedenis. Die voorgeschiedenis maakt duidelijk dat we hier lessen uit kunnen trekken en dat we het beter moeten doen.
Minister Weyts heeft het woord.
Voorzitter, ik heb in eerdere antwoorden reeds meegedeeld dat het aantal geregistreerde honden en katten tijdens het afgelopen coronajaar met ongeveer 10 procent is gestegen. Voorlopig heb ik geen bevestiging van de vrees dat deze dieren massaal zullen worden gedumpt. We hebben die signalen nog niet ontvangen. Er zijn ook geen indicaties dat het aantal inbeslagnames significant zou zijn gestegen.
Sinds de bevoegdheid aan Vlaanderen is overgedragen en we een kordaat dierenwelzijnsbeleid voeren, hebben we tijdens de eerste jaren wel een ferme stijging van het aantal inbeslagnames gezien. Dat is nu ongeveer gestabiliseerd. Het beleid heeft zich op het terrein gezet. In 2020 hebben we ten opzichte van 2019 zelfs een lichte daling gezien.
Ik begrijp dat de COVID-19-pandemie en dan meer bepaald de bewegingsbeperkingen op de activiteiten en vooral op de inkomsten van de dierenasielen wegen en hebben gewogen. Om die reden hebben we het eenmalig subsidiesysteem door een structurele subsidie vervangen. We houden daarbij rekening met verschillende parameters, zoals de capaciteit.
De wet betreffende de bescherming en het welzijn der dieren stelt dat de overtreder de kosten betaalt voor de opvang en de verzorging van de dieren die voor dierenwelzijnsredenen door de dienst Dierenwelzijn of door de politie in beslag zijn genomen. Vroeger moesten de betrokken asielen die kosten zelf van de overtreder terugvorderen. Ook dat systeem heb ik aangepast. In de praktijk schiet de dienst Dierenwelzijn de kosten voor. Deze vergoeding staat in verhouding tot het aantal dieren en de diersoorten. Zo wordt, bijvoorbeeld, een hogere kost verbonden aan landbouwdieren, want dit vergt meer ruimte en het gaat om een gespecialiseerde opvang die in Vlaanderen unieker is.
Als dieren door hun baasje worden afgestaan, wat vooral met katten en honden gebeurt en wat van oudsher de corebusiness van de dierenasielen is, vragen de asielen veelal een afstandsvergoeding.
Vanaf dit jaar voorzie ik in een systematische subsidie. Die subsidie kan ongetwijfeld niet alle kosten van de ongeveer 180 erkende asielen dekken. De meeste asielen hebben de voorgaande jaren evenwel geleerd een gezond financieel beleid te voeren door, naast die afstandsvergoedingen, een beroep te doen op giften, geldwervende activiteiten en adoptievergoedingen. Ik heb al verschillende inspanningen geleverd om kandidaat-adoptanten de weg naar de dierenasielen te wijzen, in de hoop zo het aantal adopties te verhogen en tegelijkertijd de verblijfsduur van de dieren en de bijbehorende opvangkosten te verminderen.
Wat de financiële ondersteuning betreft, wil ik meegeven dat de indieningstermijn 31 mei was. Dat is dus nog maar net afgelopen. Op grond daarvan zullen de bedragen worden toegekend. Als het bijvoorbeeld gaat over de Ark van Pollare, een dierenasiel dat ik vrij goed ken, spreken we over veel meer dan 3000 euro. Ik hoop dat die middelen afdoende zijn om hun noden te kunnen lenigen, maar ik ben altijd bereid om met hen in contact te treden als daar een noodsituatie zou kunnen ontstaan.
Wat betreft de vragen rond recidive en de verstrengde strafmaat bij dierenmishandeling: we hebben in 2018 aangepast dat bij herhaling binnen de drie jaar na de vorige veroordeling de gevangenisstraffen worden verdubbeld of, in geval van ernstige mishandeling of verwaarlozing, vermenigvuldigd met een factor zes. Geldboetes worden verhoogd tot 5000 euro of, in geval van ernstige mishandeling of verwaarlozing, tot 12.500 euro. Die bedragen moet je voor alle duidelijkheid vermenigvuldigen met factor acht. Dat zijn de zogenaamde opdeciemen.
Ik ben momenteel in dialoog met de parketten om ervoor te zorgen dat we de strafmaat verhogen, niet alleen voor recidive, maar ook voor andere gevallen van geweldpleging of dierenwelzijnsovertredingen.
Voor de specifieke vragen over het incident in Booischot zal ik u schriftelijk moeten vatten, want die problematiek is mij niet bekend. Ik veronderstel dat dat ook het voorwerp is van een strafonderzoek. Ik zal moeten nagaan wat daar de incidenten en de antecedenten in concreto waren.
Mevrouw Almaci heeft het woord.
Bedankt voor uw antwoord, minister, maar het verklaart voor mij twee dingen nog niet, eerst en vooral de gebrekkige informatiedoorstroming tussen de diensten. In het geval van de mensen in Eeklo ging het over mensen die gewoon verhuisd waren en opnieuw begonnen en die, luttele maanden nadat men tweehonderd dieren in beslag had genomen, alweer zestig dieren hebben. Hoe kan dat zomaar? Je kunt elke keer in beslag nemen en je kunt elke keer boetes geven, maar zeker als het gaat over mensen met zulke aantallen, is de vraag ook of zij wel de centen en de middelen gaan hebben om die boetes te betalen. Op welke manier volgen wij die mensen op en voorkomen we dat men zo snel opnieuw tientallen dieren heeft?
In het geval van de Ark van Pollare ben ik heel blij te horen dat u rechtstreeks met hen in contact gaat, in de hoop dat het afdoende is. Het gaat natuurlijk over een uitzonderlijk aantal dieren. Als zij in zoveel maanden tijd 260 dieren van 1 geval moeten opvangen, kan ik mij wel voorstellen dat je dat qua infrastructuur, personeel en vrijwilligers niet zomaar oplost. We moeten toch goed nadenken over hoe we met dit soort incidenten omgaan. Ik wil die noodkreet van de Ark van Pollare versterken.
Informeer u goed als het gaat over het geval in Booischot, want dit is een vrijwillige inbeslagname. Het blijkt dat er bij een vrijwillige inbeslagname geen financiële compensatie is. Die is er wel bij een gedwongen inbeslagname.
Het verhaal is echt schrijnend, ik heb er geen andere woorden voor. Iemand met mentale problemen heeft om goed te doen dieren opgevangen, waarvan een onhandelbaar was. Hij schakelt zijn familie in voor een dier dat nergens anders terechtkan, dat teruggebracht is omdat het onhandelbaar is. Het dier breekt uit en bijt de vader van 83 jaar dood. De man sukkelt in een depressie. Ja, dat is iemand die hulp zocht en geprobeerd heeft om zich staande te houden, maar uiteindelijk zegt hij dat hij het niet meer aankan. Men was hiervan op de hoogte. Het parket was op de hoogte van dat dodelijk bijtincident, maar die informatie is niet doorgegeven naar Dierenwelzijn. Hierdoor heb je heel veel maanden tijd verloren. Uiteindelijk zit je opnieuw met een dierenopvang in nood die voor een stuk voorkomen had kunnen worden. Zoals ik al zei heeft men een dertigtal dieren niet kunnen opvangen bij gebrek aan plaats. Het had voorkomen kunnen worden. Dat zijn lessen voor de toekomst. Hoe krijgen we die informatiedoorstroming goed?
Ten tweede moet er een crowdfunding opgestart worden, want de man geeft vrijwillig aan: ‘Ik kan dit niet meer bolwerken, ik heb andere issues.’ Daar moeten wij hem als maatschappij ook in bijstaan, dat moet ook begrijpelijk zijn. Op zo’n moment moeten we natuurlijk kijken op welke manier we dan het dierenopvangcentrum in Mechelen financieel kunnen bijstaan. Eigenlijk krijgen zij niets. Op dit moment is er een crowdfunding opgestart, maar dat kan niet elke keer de bedoeling zijn. Het is toch belangrijk om in het geval van een vrijwillige inbeslagname te bekijken hoe we kunnen voorkomen dat als mensen van goede wil zijn een dierenopvangcentrum financieel en qua ondersteuning met lege handen staat.
Minister, kijk inderdaad in dat dossier en hou ons op de hoogte hoe dat verder evolueert. Ik wil het in ieder geval graag weten. Maar kijk ook wat we structureel kunnen doen als het om vrijwillige inbeslagnames gaat. Want ik heb liever dat mensen op tijd inzien dat ze de zorg niet meer kunnen opnemen, dan dat we naar een gedwongen inbeslagname moeten gaan. Het zou dan wel een beetje pijnlijk zijn als we zeggen dat je pas een vergoeding krijgt op het moment dat het echt fout gelopen is en we naar de gedwongen overname moeten gaan.
Mevrouw Sterckx heeft het woord.
Minister, u zei dat recidiven op het moment strenger bestraft worden. Ik heb daarover een bijkomende vraag. In 2018 werd de wet daar al voor aangepast, maar wanneer worden deze recidiven effectief voor de rechtbank gebracht? Want de rechtbank moet de maat van de gevangenisstraf bepalen, die eventueel bij een herhaaldelijke recidive omgezet wordt in een effectieve straf. Ik heb bijvoorbeeld bij mij in de omgeving – dat is al tien jaar aan de gang – de laatste twee jaar tweemaal een klacht ingediend bij Dierenwelzijn. Eenmaal ging het over paarden die verwaarloosd werden en graatmager in de wei stonden. Die werden dan weggehaald. Deze winter waren er twee koeien die graatmager waren en weggehaald zijn. De politie en Dierenwelzijn zeggen dat ze het probleem en de eigenaar kennen. Gisteren heb ik opnieuw een melding over die weide gekregen. Ik ben gaan kijken en er staat opnieuw een graatmager paard. Wanneer wordt er effectief vanuit Dierenwelzijn een dossier doorgestuurd naar de rechtbank, zodat die effectief uitspraken kan doen en recidiven streng worden aangepakt? Dit is een probleem bij mij in de buurt, maar ik veronderstel dat er nog wel zulke gevallen zullen zijn, waar dus herhaaldelijk misdrijven bij dezelfde personen worden vastgesteld, maar waar eigenlijk nog altijd niet echt actie in is ondernomen.
Mevrouw De Vroe heeft het woord.
Minister, dank voor uw reactie. Collega Almaci, dank voor het stellen van deze vraag. Ik had zelf ook een vraag om uitleg ingediend over de situatie die zich in Booischot heeft voorgedaan. Inderdaad uit de eerste berichten die ik zag, leek het alsof het een gewone inbeslagname was. Maar nadien, met het dossier toch wel grondiger te bekijken en te onderzoeken, bleek inderdaad dat de kweker zelf contact had opgenomen met het asiel in Mechelen om zijn verwaarloosde dieren te komen ophalen wegens een depressie na de dood van zijn vader ten gevolge van een bijtincident met een cane corso in oktober vorig jaar, wat we ondertussen ook allemaal gezien hebben in de media. Ik ben ook wel benieuwd naar de actuele stand van zaken met betrekking tot de opvang, de huisvesting en de adoptie van die betrokken honden van de kweker in Booischot die in het asiel in Mechelen werden opgevangen.
Mevrouw Almaci, ik stel me, net als u, vragen over de mensen die zelf melding maken van het feit dat de dieren die ze hebben opgevangen in een asiel moeten worden opgenomen. Het is belangrijk naar de financiële impact op de asielen te kijken. Ze kunnen in die situatie geen beroep op een tussenkomst door de Vlaamse overheid doen. Het zou in het belang van de dieren interessant zijn deze regeling te evalueren. Als die mensen het in bepaalde omstandigheden niet meer zien zitten, moeten die dieren toch met de nodige zorg worden opgevangen. De mensen die dat doen, moeten ondersteuning krijgen. Het dierenwelzijn is op dit vlak uiteraard het allerbelangrijkste.
Minister, ik heb nog een zeer belangrijke vraag. We weten dat er in oktober 2020 een bijtincident in Booischot is geweest. Ik heb vernomen dat bij die kweker ondertussen geen enkele inspectie van de dienst Dierenwelzijn heeft plaatsgevonden. Dat is onaanvaardbaar en onbegrijpelijk. Ik wil u hierop wijzen, zodat u er toekomstgericht voor kunt zorgen dat dit nooit meer kan gebeuren.
Mevrouw Claes heeft het woord.
Voorzitter, aangezien al heel wat vragen zijn gesteld, wil ik me ook kort aansluiten. Ik heb al vaak vragen om uitleg over de inbeslagnames gesteld. We zien elk jaar een tendens, maar dat betekent ook dat de alertheid en het bewustzijn van de Vlamingen met betrekking tot dierenwelzijn toeneemt. Die grotere gevoeligheid hiervoor is een goede zaak. De mensen melden dit en er kan gerichter te werk worden gegaan.
Minister, in de vraagstelling ging het ook om de strafmaten. Dat doet me eraan denken dat we een tijdje geleden in deze commissie de Vlaamse Codex besproken. U hebt toen verklaard dat u met de parketten zou overleggen. Het is wel een zijsprongetje, ik vraag me af wat de eerste resultaten zijn. Heeft dat overleg al plaatsgevonden of voor wanneer staat dat overleg gepland?
Minister Weyts heeft het woord.
Mensen kunnen wel degelijk worden uitgesloten van het houden van dieren, maar dat gebeurt natuurlijk op grond van een uitspraak door een rechter. Het gaat om een inperking van de fundamentele rechten. We kunnen dat niet vanuit de Vlaamse administratie opleggen. Dat vergt altijd een uitspraak door een rechter.
De dossiers worden wel degelijk aan het parket doorgespeeld. We hebben er, in tegenstelling tot vroeger, voor gezorgd dat we een onderscheid maken. Vroeger werd elke overtreding van de wet betreffende de bescherming en het welzijn der dieren aan het parket bezorgd, met als gevolg dat alle proces-verbalen die voor de kleinste prullen werden opgesteld aan het parket werden overgemaakt en dat haast al die zaken werden geseponeerd. Zodra de Vlaamse overheid bevoegd werd, hebben we ingegrepen en hebben we het onderscheid tussen lichtere en zwaardere inbreuken gemaakt. De lichtere inbreuken worden administratief afgehandeld. We kunnen die administratieve boetes zelf innen en de opbrengsten gaan trouwens naar het Dierenwelzijnsfonds. De zwaardere inbreuken worden aan het parket overgemaakt, met als gevolg dat de lading veel beperkter is en dat het parket die klachten veel ernstiger neemt. Dat is het engagement dat de procureurs des konings zijn aangegaan. We stellen vast dat de rechters zich hier veel meer over uitspreken en dat het recht om dieren te houden veel meer vervallen wordt verklaard.
We zien ook een positieve evolutie op het niveau van de politiezones, die zich hier meer van bewust zijn en die zich meer specialiseren. In haast alle politiezones is iemand specifiek verantwoordelijk voor het dierenwelzijn. We stellen vast dat de parketten de dossiers veel ernstiger nemen en dat de rechters de dossiers meer ter harte nemen. Dat zij meer uitspraken doen, is een goede evolutie.
Wat de opvang dan betreft, voorzien we in een heel specifieke vergoeding wanneer het gaat over inbeslagnames. In de specifieke casus die hier wordt beschreven ging het over een vrijwillige afstand. In dat geval hebben de meeste asielen ook wel een vergoedingssysteem. Ik weet niet of dat in dezen heeft gespeeld of dat men dit heeft overruled. Wel is het zo dat los van het aantal inbeslagnames, asielen ook worden gefinancierd via sokkelfinanciering. Er wordt ook rekening gehouden met de capaciteit wat leidt tot een hogere vergoeding.
Het incident waarvan sprake is me niet bekend. Dat is blijkbaar ook een zaak van het parket. Ik heb ook geen weet van een verband tussen een bijtincident bij de vader van de kweker en het dierenwelzijn bij de zoon. Ik weet niet wat daar het verband is. Ik probeer het een en ander na te gaan.
Wat tot slot de dialoog met het parket betreft, zijn we momenteel in gesprek met de parketten in functie van een verzwaring van de strafmaat. Ik hoop die oefening in één beweging te kunnen doen want we zullen een ruimere aanpassing moeten doorvoeren aan de codex. Ik kom daar dan mee terug naar de commissie.
Mevrouw Almaci heeft het woord.
Minister, als u het voorval niet kent, is het inderdaad moeilijk om daarop te reageren. In het kort uitgelegd heeft de man in kwestie in Booischot zijn vader ingeschakeld om mee de problematiek van de opvang van een onhandelbaar dier op te nemen. De vader was 83, dat dier is uitgebroken en heeft de vader gebeten. De vader is daarop gestorven waardoor de kweker in kwestie in een depressie is beland. Dat is eigenlijk de situatie.
Dat is een heel pijnlijke en ook uitzonderlijk situatie maar dat neemt niet weg dat de kweker daardoor zelf in de problemen is gekomen. De politie en het parket hebben dat dodelijk bijtincident vastgesteld maar hebben de dienst Dierenwelzijn niet gecontacteerd waardoor de man die in een depressie is terechtgekomen na de dood van zijn vader, acht maanden lang aan zijn lot is overgelaten. Intussen kwamen er dieren bij en is de problematiek alleen maar groter geworden, zowel voor het mentaal welzijn van die man als voor de dieren en het opvangcentrum.
Ik heb echter van u begrepen dat u deze case zult bekijken. Daar is het voor mij essentieel dat de vergoeding voor vrijwillige inbeslagnames consequent en vooral voldoende hoog is waardoor we mensen aanmoedigen om dat te doen eerder dan dat we naar verplichte inbeslagnames moeten gaan. Bij verplichte inbeslagnames moet er snel genoeg gevolg komen van het gerecht zodat men een aantal maanden geen zaken kan doen zoals verhuizen en gewoon opnieuw beginnen. Het is belangrijk om dit snel genoeg te voorkomen en wie daar hardnekkig in doorgaat te bestraffen.
Ik ben deze vraag begonnen met te zeggen dat er een hele voorgeschiedenis vasthangt aan deze vraag maar beide cases tonen aan dat de informatiedoorstroming bij inbeslagnames beter moet kunnen en dat er korter op de bal moet worden gespeeld in het belang van dier en mens en vooral in het belang van wie zich met hart en ziel inzet in deze opvangcentra die plots worden geconfronteerd met een problematiek die zij onvoldoende aankunnen inzake mankracht, vrijwilligers, middelen en infrastructuur.
Ik wil al die mensen die met de crowdfunding bezig zijn een hart onder de riem steken maar ik hoop dat zij daar niet steeds meer een beroep op zullen moeten doen. Dan zou het wel duidelijk zijn dat er voor die inbeslagnames en voor dit soort uitzonderlijke gevallen een apart systeem moet komen. Dus veel om uit te leren en vooral om het beter te doen in de toekomst.
De vraag om uitleg is afgehandeld.