Verslag vergadering Commissie voor Brussel en de Vlaamse Rand en Dierenwelzijn
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
De heer Vanlouwe heeft het woord.
11 juli is en blijft een belangrijke feestdag van de Vlaamse Gemeenschap, zowel in Brussel als in de rest van Vlaanderen. Die Vlaamse feestdag wordt jaarlijks stevig gevierd in Brussel, met talloze leuke activiteiten op vele plaatsen in Brussel. Het is ook een uitgelezen moment om de band tussen Brussel en Vlaanderen actief uit te dragen en ook een kans om de meerwaarde van de Vlaamse aanwezigheid in Brussel te benadrukken. Naar de academische zittingen en andere activiteiten die georganiseerd worden, komen ook heel wat Franstalige politici, die zo kennismaken met de Vlaamse Gemeenschap in onze stad. Het is vandaag ook echt nodig om de meerwaarde van de Vlaamse aanwezigheid in Brussel te benadrukken. We stellen vast dat er een stroming is bij bepaalde politici om te ijveren voor het weghalen van de gemeenschappen uit Brussel. Ze willen de constructie van onze hoofdstad volledig herdenken. We kennen het verhaal: er zijn vier gewesten en de gemeenschappen zouden niet meer thuishoren in Brussel volgens sommigen. Dergelijke initiatieven draaien in de feiten uit op een verschraling van het Nederlandstalige, Vlaamse aanbod in Brussel en zullen de taaldiscriminatie die vandaag bestaat jegens Vlamingen zeker niet verhelpen. We moeten daar dan ook actief durven tegenin te gaan.
Dit jaar belooft, net zoals vorig jaar, een bijzondere editie te worden van de traditionele 11 juliviering. Uw collega, minister Wouter Beke, heeft van 11 juli een belangrijke datum gemaakt in de strijd tegen corona, een belangrijke datum in de vaccinatiestrategie. De feestgebeurtenissen zullen wegens de pandemie niet kunnen plaatsvinden zoals we dat allemaal zouden wensen. Veel zal ook afhangen van de leveringen.
Dit ontslaat de Vlaamse Regering en Muntpunt, dat al jaren belast is met de organisatie van de 11 juliviering, er echter niet van om initiatieven te nemen. Vorig was er een heel kleinschalige viering, al kon er gelukkig wel een optreden doorgaan. We begrijpen natuurlijk wel dat massabijeenkomsten vorig jaar niet mogelijk waren. Het is echter belangrijk dat initiatieven mogelijk blijven in Brussel en de rest van Vlaanderen. Het blijft moeilijk om exact in te spelen op de epidemiologische omstandigheden, al verwacht ik dat er ook dit jaar gezocht wordt naar mogelijke alternatieven om mensen in Vlaanderen dichter bij Brussel te brengen, maar ook om de Brusselse Vlaming en iedereen die betrokken is bij de Vlaamse Gemeenschap samen te brengen op deze feestdag, en om de Brusselse Vlaming in het centrum van de aandacht te plaatsen op deze feestdag.
Minister, ik had u graag de volgende vragen gesteld. Kunt u al toelichten welke activiteiten er naar aanleiding van de Vlaamse feestdag, de 11 juliviering, zullen plaatsvinden in Brussel? Welke evenement voorziet u op de dag zelf te kunnen organiseren?
Op welke manier proberen u, de Vlaamse Regering en Muntpunt in te spelen op de wijzigende epidemiologische omstandigheden om het aanbod aan activiteiten eventueel op te schalen, als de toestand het mogelijk maakt?
Vorig jaar vonden er activiteiten plaats om de hele zomer lang Brussel te beleven. Hoe evalueert u die activiteiten van vorig jaar en plant u een gelijkaardig initiatief dit jaar of voorziet u dat enkel rond de Vlaamse feestdag? Plant u specifieke initiatieven om het belang van de aanwezigheid van de gemeenschappen in Brussel bijkomend in de verf te zetten?
Minister Dalle heeft het woord.
De 11 juliviering in onze hoofdstad is steeds een belangrijk moment voor de Vlaamse Gemeenschap en zeker voor de Vlaamse Gemeenschap in Brussel en voor Brussel zelf. Het zal hopelijk – ik zeg dat met veel overtuiging en optimisme – de laatste keer zijn dat we dat in bijzondere omstandigheden doen vanwege covid. Het maakt dat we ook dit jaar geen groot feest met veel publiek kunnen organiseren op de Grote Markt en op het Muntplein. Net als vorig jaar zullen we een aangepast programma moeten voorzien.
In de beheersovereenkomst met Muntpunt staat dat het hun primaire taak is om dat te doen. Muntpunt werkt met een programma bestaande uit twee pijlers. De eerste pijler is een focus op decentraliseren. In plaats van veel mensen op één plaats samen te brengen, verspreiden we het publiek en grijpen we de kans om niet enkel in het centrum van de stad, maar ook op andere plaatsen in onze hoofdstad Vlaanderen onder de aandacht te brengen, om Vlaanderen Brussel te laten ontdekken en herontdekken.
De bedoeling is om op een viertal plaatsen in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest in samenwerking met Nederlandstalige lokale organisaties wandelingen en ontdekkingstochten te organiseren zodat Brusselaars en Vlamingen ook andere hoeken van Brussel beter leren kennen.
In het centrum zal uiteraard de Grote Markt de uitvalsbasis zijn. Vandaar zullen dan bijvoorbeeld wandelingen en ontdekkingstochten vertrekken. Voor de verslaggeving werken we opnieuw samen met de VRT, Radio 2 en BRUZZ.
Op het Muntplein zullen we in de leesstraat, tussen Muntpunt en de schouwburg, opnieuw op een veilige manier en samen met partners activiteiten organiseren voor een jonger publiek. Dat is de eerste pijler, de decentralisatie van de activiteiten van alleen de Grote Markt naar verschillende plaatsen in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest.
De tweede pijler is dat er ook onaangekondigde activiteiten zullen plaatsvinden. Het klinkt misschien contradictorisch in een culturele setting om zaken te organiseren waar je de mensen niet voor uitnodigt, maar in covidtijden is dat eigenlijk wel een goede manier om Vlaanderen aanwezig te hebben in de hoofdstad zonder daar onmiddellijk een grote samenscholing te organiseren. De bedoeling is om op verschillende plaatsen in Brussel onaangekondigd muzikale en andere acts te laten opduiken om zo voor een passende sfeer te zorgen en om ervoor te zorgen dat Brusselaars en degenen die in Brussel aanwezig zijn op dat moment, worden verrast door het aanbod van de Vlaamse Gemeenschap. Dat kan in parken, maar ook in de buurt van de vele terrassen die sinds kort weer open zijn. Op die manier willen we zoveel mogelijk mensen onverwacht van onze Vlaamse feestdag laten meegenieten.
Door het aanbod te decentraliseren en gedeeltelijk niet aan te kondigen, vermijden we te grote samenkomsten. We boeken artiesten, maar communiceren nog niet over de exacte plaats waar ze zullen spelen. Dat zal hoofdzakelijk buiten zijn, maar ook uitzonderlijk binnen, dan wel voor een beperkt publiek en met respect voor de dan geldende covidregels.
Indien de omstandigheden de activiteiten buiten verhinderen, hoe meer we het feest via digitale weg bij een zo groot mogelijk publiek moeten krijgen. Daar wordt in de planning rekening mee gehouden en we zullen, in samenwerking met onze mediapartners, de nodige flexibiliteit moeten tonen.
In opvolging van uw derde vraag kom ik ook even terug op de editie van 2020. Het was toen inderdaad in zeer specifieke omstandigheden, met op de grote markt een mooi optreden, jammer genoeg met een zeer beperkt publiek. Dat was een geslaagd moment, denk ik, ook in combinatie met de verschillende andere initiatieven die dag en de hele zomer. Ik meen dan ook dat de editie van 2020 toen het beste antwoord gaf op de situatie zoals die zich toen voordeed. Al moet ik ook toegeven dat ik het contact met veel Brusselaars, en ook met jullie trouwens, heb moeten missen die dag.
Dit jaar zal het toch ietwat anders georganiseerd zijn; er kan ook al een beetje meer. De organisaties en ook het publiek zijn al beter voorbereid op die context. Dat neemt natuurlijk niet weg dat we ook dit jaar in de communicatie zullen benadrukken dat er in Brussel niet enkel op 11 juli, maar de hele zomer lang veel te beleven en te bewandelen valt. In de zomer zal er inderdaad een mooi aanbod zijn vanuit de Vlaamse Gemeenschap, vanuit de Vlaamse Gemeenschapscommissie (VGC), vanuit de verschillende organisaties die actief zijn.
Dan was er uw vierde vraag. 11 juli is het feest van de Vlaamse Gemeenschap, en ook dit jaar zetten we het Nederlandstalig netwerk in onze hoofdstad in de kijker en nodigen we iedereen uit om mee met ons te vieren. Het wordt een feest waarop naar aloude Vlaamse gewoonte iedereen welkom zal zijn, al zal het nog steeds, jammer genoeg en hopelijk voor de laatste keer, in bijzondere omstandigheden zijn.
De heer Vanlouwe heeft het woord.
Bedankt voor uw toelichting. Ik heb zoveel mogelijk proberen te noteren. Ik begrijp uiteraard dat het gezien de omstandigheden niet gemakkelijk is om daar al uitvoerig over te communiceren. En ik begrijp ook het verhaal van decentralisering.
Ik hoorde u iets zeggen over vele plaatsen, en ik dacht dat u toen zei dat er vier plaatsen zijn, maar wel met de grote markt als uitvalsbasis. Misschien kunt u dat nog wat verduidelijken. Want ik denk dat dat een goede zaak is: ontdekkingen in Brussel, een wandeling in Brussel. Ik denk dat dat in de gegeven omstandigheden een mooi alternatief kan zijn.
Minister, ik weet niet of dat nog mogelijk is, maar ik hoop wel dat ook de verschillende gemeenten betrokken zullen worden. U weet dat er normaal gezien in de gemeenten ook telkens iets wordt georganiseerd, meestal door de gemeenschapscentra. En die gemeenschapscentra hebben dat het voorbije jaar niet kunnen doen. Ik betreur dat sommige gemeenschapscentra daar zelfs niet aan mee doen, al doen de meeste dat wel. Ik hoop toch wel dat er een betrokkenheid is van de gemeenschapscentra. Ik verwijs zelf naar het gemeenschapscentrum in mijn gemeente, de Zeyp, dat daar toch een bepaalde traditie heeft. Maar er is ook De Kroon in Sint-Agatha-Berchem. Ik weet dat het ook in veel andere gemeenten wel gebeurt. Ik betreur bijvoorbeeld dat De Markten daar wat afstand van neemt. Ik weet ook dat De Maalbeek daar niet aan wenst mee te werken, ik heb daar zelfs een e-mail van gezien. Minister, ik hoop dat Muntpunt ook beseft dat er een publiek is dat zich, zeker in deze omstandigheden, niet naar het centrum van Brussel zal begeven, maar 11 juli liever op de een of andere manier in de eigen gemeente, in het eigen gemeenschapscentrum zal willen vieren. Dat is gewoon een tip die ik u meegeef.
Ten tweede begrijp ik dat er opnieuw via digitale weg wordt gewerkt. Ik hoop dan wel dat daar de nodige publiciteit rond gemaakt zal worden. We leven nu inderdaad in bijzondere omstandigheden, maar ook in een digitale wereld. Ik hoop dat daar voldoende communicatie rond gebeurt.
Ik heb nog een laatste punt. Ik hoop vooral dat, wanneer u de festiviteiten uitbreidt over de hele zomer, dit niet losgekoppeld wordt van het initiatief van een Vlaamse feestdag. Het zou al te gemakkelijk zijn dat er inderdaad geld wordt voorzien voor de 11 juliviering, maar dat dat dan gespreid wordt over de hele zomer. Dat mag niet losgekoppeld worden van de Vlaamse feestdag. Ik denk aan het verhaal van Boterhammen in het Park en dergelijke.
Tot daar mijn tussenkomst. Ik wil toch vooral wijzen op dat aspect van de betrokkenheid van de gemeenschapscentra en ook de gemeente en er uw aandacht voor vragen.
De heer Bex heeft het woord.
Dank u wel, collega Vanlouwe, voor de vraag. Minister Dalle, dank voor de antwoorden die al gegeven zijn.
Collega’s, ik denk dat we het allemaal belangrijk vinden dat we ook dit jaar, net als vorig jaar, de 11 juliviering kunnen laten plaatsvinden. We weten dat het bijzonder moeilijke omstandigheden zijn en dat de veiligheid moet primeren. Maar het is toch goed, minister, dat u duidelijk aangeeft dat er deze zomer en deze 11 juli ook een duidelijk zichtbare 11 juliviering zal zijn. Ik merk toch ook dat er in verschillende lokale besturen een wil is om in de bestaande moeilijke omstandigheden toch iets te doen wat 11 juli in de kijker zet. Daar worden mooie activiteiten georganiseerd. Dus, collega Vanlouwe, ik denk dat die wil bij lokale besturen zeker in heel wat gemeenten sterk aanwezig is. Ik hoop dat u daar zeer tevreden mee zult zijn.
De heer Laeremans heeft het woord.
Twee jaar geleden hadden we nog een academische zitting met het hele parlement en een aantal gestelde lichamen in de zaal in het stadhuis. Ik begrijp niet goed waarom die niet zou mogen doorgaan, desnoods op de Grote Markt zelf. Ik weet ook niet wat uw bevoegdheid daarin is, minister Dalle. Misschien zou daar samen met de Vlaamse Regering of met het parlement over nagedacht moeten worden. Vanaf 9 juni gaan er versoepelingen in die het mogelijk maken dat je binnen tot tweehonderd mensen bijeen mag brengen in een zaal, op 75 procent van de capaciteit. Misschien is die zaal daar dan te klein voor, maar de Grote Markt is groot genoeg denk ik. En buiten mag het tot vierhonderd personen. Dat is allemaal op voorwaarde dat de virologische toestand genoeg verbetert. Dat is voor 9 juni. We zijn dan een maand later. Naar verwachting zullen de cijfers dan een heel stuk beter zijn.
Kunt u er niet op aandringen dat er toch een academische zitting zou plaatsvinden op die dag? Probeert u daar initiatieven voor te nemen? Of kunt u horen wat daar mogelijk is, samen met parlementsvoorzitter Homans en de regering? Ik vind het belangrijk dat we weer dat signaal geven. Het was trouwens ook minister Beke die zei dat tegen 11 juli iedereen ingeënt is. Ik vind dat we dat met het Vlaams Parlement niet mogen laten voorbijgaan. Kan daar iets voor gedaan worden, uiteraard met een beperkt publiek, hetzij binnen, hetzij buiten? Ik denk dat die mogelijkheid toch zeker onderzocht zou moeten worden.
Minister Dalle heeft het woord.
Dank u wel, collega’s, voor de bijkomende vragen en opmerkingen.
Collega Vanlouwe, wat betreft uw vraag over de verschillende gemeenten, de verschillende gemeenschapscentra, steun ik uiteraard de idee dat dit feest gevierd moet worden, niet alleen in de Vijfhoek, maar ook daarbuiten, en idealiter in alle negentien gemeenten. De vier locaties die we decentraal voorzien, zullen alle vier buiten de Vijfhoek zijn. Dat is al een eerste stap. Vanuit Vlaanderen en vanuit Muntpunt organiseren we daar het bovenlokale. Vandaar de elementen die ik u heb gegeven.
Het is natuurlijk de bedoeling dat er ook op verschillende plaatsen lokaal zaken georganiseerd worden. Het is zo dat Muntpunt daar gecommuniceerd heeft met de gemeenschapscentra om hen inderdaad van de verschillende mogelijkheden op de hoogte te stellen. Er worden afspraken rond gemaakt. Wij hebben natuurlijk niet alleen de gemeenschapscentra, maar ook andere Vlaams-Brusselse partners die hierin mogelijk actief kunnen zijn.
Ik geef een concreet voorbeeld. Kuumba in Elsene heeft de intentie om ook een 11 juli-event te organiseren en wil ervoor zorgen dat dit niet enkel gebeurt via de gemeenschapscentra, maar ook via onze Vlaams-Brusselse structurele partners.
Ook de minister-president heeft, vanuit Vlaanderen Feest!, de negentien Brusselse gemeenten aangeschreven om hun te vragen met het gemeentebestuur zaken te organiseren. In die mail werd ook verduidelijkt wat het aanbod van de Vlaamse Gemeenschap is en wat er allemaal mogelijk is qua ondersteuning en dergelijke. Gemeenten, gemeenschapscentra en Vlaams-Brusselse partners werden dus allemaal gecontacteerd. Ik hoop effectief dat er op lokaal vlak een aantal initiatieven zullen worden genomen die complementair zijn aan wat wij bovenlokaal organiseren.
Tijdens de zomer zijn er natuurlijk verschillende initiatieven. Sommige daarvan zijn te linken aan 11 juli, sommige vinden autonoom plaats. U verwees naar Boterhammen in het Park. Dat vindt sowieso plaats apart van de 11 juliviering. Dat wordt eind augustus georganiseerd. Ik begrijp dat men bij de Ancienne Belgique aan het bekijken is hoe men dat dit jaar op een goede manier kan organiseren. Het zal dus doorgaan, maar men zoekt nog naar een goede manier om dat te doen. Op zich staat dat dus los van de 11 juliviering. We ondersteunen dat trouwens niet vanuit Muntpunt of vanuit onze middelen voor 11 juli, maar vanuit onze lijnsubsidies voor Vlaams-Brusselse projecten, ‘Polsslag Brussel’ genaamd. Met die middelen wordt dat jaarlijks ondersteund.
Collega Laeremans peilde naar de academische zitting die traditioneel wordt georganiseerd door de voorzitter van het Vlaams Parlement in het stadhuis van Brussel. Uiteraard staan we in contact met de voorzitter en haar diensten, maar het is natuurlijk niet aan de regering of aan de minister van Brussel om te bepalen hoe dat moet gebeuren. Dat gebeurt door het Vlaams Parlement. Ik vermoed dat het Vlaams Parlement op korte termijn duidelijkheid zal bieden over hoe het dat ziet. Collega Laeremans, ik deel wel uw appreciatie voor dat event. Het is inderdaad van cruciaal belang. Ik heb er wel vertrouwen in dat voorzitter Homans dat dit jaar op een goede manier zal organiseren.
In elk geval moeten de verschillende initiatieven elkaar versterken: wat wordt ondersteund door het Vlaams Parlement, wat wordt ondersteund door de Vlaamse Regering en wat wordt georganiseerd door de gemeenschapscentra, de VGC en de lokale besturen. De bedoeling is dat het opnieuw een mooie, evenwel aangepaste, viering is van 11 juli op verschillende plaatsen in Brussel. Ik denk dat het een goed moment is om de essentiële banden tussen Vlaanderen en de hoofdstad van Vlaanderen te benadrukken. Ik hoop dat het opnieuw een mooie dag wordt en dat het ook een mooie zomer wordt, ondanks de moeilijke context waarin we verkeren.
De heer Vanlouwe heeft het woord.
Dank u wel, minister, voor uw antwoord en dank ook aan de collega’s die zich hebben aangesloten. Minister, ik vind het alleszins positief dat Muntpunt ook communiceert met de gemeenschapscentra en met verschillende andere partners. U verwees naar Kuumba. Ik zal een aanvullende vraag om uitleg of schriftelijke vraag indienen gericht aan de minister-president in verband met wat u hebt aangekondigd, de brief die geschreven werd aan de verschillende lokale besturen met de vraag om ook op het lokale niveau mee te werken.
Minister, ik sluit me aan bij wat u en collega Laeremans zeggen. Ik weet dat de academische zitting onder de bevoegdheid van het Vlaams Parlement valt. We kunnen niet ontkennen dat wie het organiseert minder van belang is dan dat het gebeurt. Vele Brusselse diplomaten en politici van andere overheden, ook Franstalige politici, zijn daar aanwezig. Ik hoop dat er iets mogelijk zal zijn.
Ten slotte, minister, verwees u naar de beheersovereenkomst met BRUZZ. Ik hoop heel uitdrukkelijk dat BRUZZ ook de nodige promotie zal maken zodra het programma duidelijk is en de toestand het mogelijk maakt, en dat we een mooie Vlaamse feestdag kunnen vieren, zo veilig en zo gespreid mogelijk, uiteraard rekening houdend met de toestand op dat moment. Laten we vooral hopen dat het een mooie feestdag wordt en dat op die dag heel wat Vlamingen gevaccineerd zijn en kunnen genieten van deze feestdag.
De vraag om uitleg is afgehandeld.