Verslag vergadering Commissie voor Economie, Werk, Sociale Economie, Wetenschap en Innovatie
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
VDAB wil via de samenwerking met partners meer langdurig werkzoekenden bereiken, inschatten en activeren. Zo werd in september 2018 de Tender Activering Langdurig werkzoekenden (TAL) opgestart. Tegelijk wenst VDAB dankzij deze samenwerking inspiratie te vinden voor de vernieuwing en verbetering van de dienstverlening aan deze klantengroep. De oorspronkelijke doelgroep van deze tender bestond uit uitkeringsgerechtigde werkzoekenden die minstens een jaar werkzoekend zijn, later werd dit verlaagd naar acht maanden werkzoekend, actief of aangepast beschikbaar zijn voor de arbeidsmarkt en niet actief in bemiddeling zijn.
Vanaf september 2020 werd de doelgroep tijdelijk voor zes maanden uitgebreid naar klanten die geen recht op een werkloosheidsuitkering hebben en dus niet verplicht zijn om in te gaan op uitnodigingen en het aanbod van VDAB of een partner. Enkel diegenen die geen recht hebben op outplacement of op het Sociaal Interventiefonds zullen worden toegeleid naar TAL.
Uit uw antwoord op mijn schriftelijke vraag daarover kon ik afleiden dat de uitstroom naar werk voor langdurig werkzoekenden sinds 2016 stabiel is, rond 5 à 6 procent, wat een laag cijfer is. Ondanks de grote krapte op de arbeidsmarkt gedurende deze jaren slagen we er niet in dit cijfer significant te verhogen. Voor langdurig werklozen die dienstverlening kregen binnen de Tender Activering Langdurig werkzoekenden ligt het cijfer wel hoger, daarvan stroomt namelijk 26 procent uit naar werk. De acties van de tender hebben dus wel degelijk een effect. Qua nazorg wordt de deelnemer ook in het geval van tewerkstelling actief opgevolgd. Men bespreekt de eerste ervaringen op het werk, detecteert eventuele hindernissen en valkuilen en maakt potentiële knelpunten bespreekbaar met de deelnemer en waar nodig en aangewezen ook met de werkgever.
Deze tender loopt nog tot het midden van dit jaar. De vraag is dus wat we hieruit kunnen leren.
Minister, hoe reageert u op de lage uitstroomcijfers van langdurig werkzoekenden tijdens de voorbije jaren? Dit is des te relevanter, wetende dat deze groep nog steeds groeit in de werkloosheidscijfers, in tegenstelling tot andere.
Welke aanpak hanteert u voor langdurig werkzoekenden die niet aan de tender worden toegewezen?
Hoe wilt u de uitstroom naar werk voor langdurig werkzoekenden die buiten de doelgroep van de tender vallen, verhogen?
Wat is het plan van aanpak voor langdurig werkzoekenden die deelnamen aan het tenderproject maar niet uitstroomden naar werk – bijna drie vierde van die groep?
Wat kan er gebeuren om de uitstroom van langdurig werkzoekenden binnen de tender te verhogen? Wat zijn dus de best practices die naar boven komen uit de activiteiten van de tenderpartners?
Welke bijkomende acties wilt u ondernemen om langdurig werkzoekenden aan werk te helpen?
Hoe verloopt de nazorg bij tewerkstelling? Dat vind ik een bijzonder interessant element in deze tender. Welke potentiële knelpunten, valkuilen of hindernissen worden aangehaald tijdens deze gesprekken?
Hoe evalueert u de tender?
Zijn er plannen om de tender te verlengen?
Minister Crevits heeft het woord.
Dank u wel, collega, voor uw vraag over langdurig werkzoekenden, die inderdaad een erg grote uitdaging vormen. We zien maand na maand het aantal langdurig werkzoekenden stijgen. Dat is een verontrustende evolutie. In april 2021 waren het er 63.371, ongeveer 1000 meer dan vorig jaar. We zien dat ze het almaar moeilijker hebben om uit te stromen naar werk. We vrezen ook een verdringingseffect voor deze groep eenmaal de nieuwe werkzoekenden zich aanbieden op de arbeidsmarkt. Het is dan ook goed dat er vanuit deze commissie vragen worden gesteld over de huidige aanpak en het tenderbeleid omtrent langdurig werkzoekenden.
Het valt op dat de uitstroomcijfers voor langdurig werkzoekenden stabiel zijn gebleven. 5 à 6 procent van deze groep stroomt uit naar werk. We zien dat 26 procent van de klanten in het TAL-traject uitstromen naar werk.
Belangrijk om te melden is dat een groot deel van de langdurig werkzoekenden niet onmiddellijk beschikbaar is om te starten met een tewerkstelling. Hiervoor zijn een aantal redenen.
Ten eerste hebben deze mensen vaak een grotere afstand tot de arbeidsmarkt door specifieke vrijstellingen of een combinatie van medische problematieken. 27,1 procent is gelabeld als persoon met een arbeidsbeperking.
Ten tweede kan iemand gedurende de periode tijdelijk onbeschikbaar geweest zijn, bijvoorbeeld door het volgen van een opleiding. 4,8 procent is daarmee bezig.
Ten derde kan het ook gaan over werkzoekenden die regelmatig aan de slag zijn via interimarbeid, maar niet duurzaam tewerkgesteld zijn.
Ten vierde kunnen heel wat langdurig werkzoekenden, bijna 36 procent van de uitkeringsgerechtigde langdurig werkzoekenden, die dus langer dan vijf jaar werkzoekend zijn, nog niet onmiddellijk aan het werk als gevolg van een MMPPS-problematiek. Dat is een medische, mentale, psychische, psychiatrische en/of sociale problematiek. Dat zijn cijfers van eind vorig jaar. Deze groep krijgt dienstverlening en begeleiding vanuit Welzijn of samen met Welzijn.
Tot slot zijn er ook mensen die werk niet gecombineerd zien met andere taken, zoals bijvoorbeeld zorgtaken.
Binnen die groep bestaat er dus een heel grote heterogeniteit.
We zien in de cijfers ook dat in 2019-2020 het aantal langdurig werkzoekenden die persoonlijke dienstverlening krijgen van VDAB is gestegen. Zij krijgen dus altijd een aanbod maar ook dat aanbod kan erg divers zijn: screening, opleiding, bemiddelingsacties, wijk-werken enzovoort.
De bemiddelaar bekijkt samen met de werkzoekende wat de beste actie is richting betaald werk. Er is ook altijd dienstverlening op maat nodig. Daarvoor lopen heel wat ESF-projecten (Europees Sociaal Fonds).
De doelstelling van de tender is om de langdurig werkzoekende te bereiken, in te schatten en te activeren. 40 procent van de langdurig werkzoekenden waarbij een TAL-traject werd opgestart en waarbij het TAL-traject ondertussen ook afgelopen is, start met een vervolgactie.
U vroeg ook naar eventuele nazorg en valkuilen. Ik begrijp van VDAB dat wanneer de werkzoekende via de TAL aan het werk raakt, de TAL-coach contact opneemt om de ervaringen te bespreken. Het is echt belangrijk dat VDAB en de TAL-coach ondersteuning blijven geven wanneer dat nodig blijkt, bijvoorbeeld wanneer zich communicatieproblemen voordoen, wanneer een sociale problematiek speelt of wanneer er nog een competentienood blijkt.
U vraagt terecht naar de acties die we zullen ondernemen voor langduig werkzoekenden. Daarvoor hebben we het VESOC-akkoord ‘Alle hens aan dek’ (Vlaams Economisch Sociaal Overlegcomité) waarbij ook een aantal nieuwe maatregelen zijn genomen.
Zo worden de bemiddelings- en opleidingscapaciteit opgeschaald en wordt er een opleidingsoffensief gelanceerd. Deze twee middelen moeten worden ingezet om de instroom van langdurig werkzoekenden op te vangen.
Het is ook belangrijk dat we aan de slag gaan met best practices uit de TAL. Die gaan vooral over een proactiever contact met de werkzoekende. We hebben dat ook gezien bij langdurig zieken. Hoe langer de band met de arbeidsmarkt wordt gelost, hoe moeilijker het is om terug te keren. Het aanklampend beleid is dan ook belangrijk.
Intussen werd een nieuw aanbod ontwikkeld, gericht op langdurig werkzoekenden. De start daarvan staat gepland in oktober/november 2021. De nieuwe uitbesteding heet Integrale Begeleiding en Bemiddeling plus (IB+) en focust op een integraal begeleidings- en bemiddelingstraject voor langdurig werkzoekenden. Daar hoort ook de intensieve jobhunting bij.
De TAL zal niet worden verlengd. Uit de evaluatie blijkt dat de effectiviteit van de TAL, na het bereiken van de werkzoekende, niet beter of slechter is dan die van VDAB. De TAL zorgde voor bijkomende capaciteit voor het inschatten van een specifieke groep langdurig werkzoekenden.
De nieuwe aanpak past ook binnen het nieuw VIBE-dienstverleningsmodel (VDAB In BEweging). Daarin legt VDAB de focus voor de inzet van de eigen bemiddelaars op de eerste stappen van het klantenproces, waaronder het inschatten en oriënteren. Dit is dus een opdracht van VDAB maar het is niet uitgesloten dat aanvullend een beroep kan worden gedaan op partners.
Minister, dit is een bijzonder belangrijke problematiek. Het is goed dat er in 2018 specifieke actie voor langdurig werkzoekenden is ondernomen. Alleen moeten we eerlijk toegeven dat we vanuit Vlaanderen te lang hebben getalmd om tot een TAL te komen. Het TAL-project duidt alleszins op een aantal problemen die op onze arbeidsmarkt niet zomaar zullen verdwijnen. De groep van langdurig werkzoekenden neemt nog altijd toe in omvang. De problematiek waarbij mensen met zowel medische, psychische als sociale thematieken worden geconfronteerd, neemt alleen maar toe. We moeten echt een aanbod hebben dat op maat is van die doelgroep en we moeten aanklampend werken.
Ik hoop dat u ervoor zorgt dat mensen die niet uitstromen naar werk na een TAL-begeleiding, opnieuw in dienstverlening komen en niet weer in een soort vergeetput belanden. Ik hoop dat de IB+, integrale begeleiding inclusief jobhunting, daar een antwoord op kan geven maar vooral dat we in de toekomst snelheid kunnen maken om te vermijden dat mensen in langdurige werkloosheid blijven. Dat aanklampend beleid is bijzonder belangrijk. Voldoende capaciteit bij VDAB is dus cruciaal.
Minister Crevits heeft het woord.
Ik ben het eens met uw analyse. Het is goed dat er specifieke actie geweest is. Dat was om de almaar groeiende groep versneld in te schatten. We zien dat de problematiek groot blijft, ondanks alle inspanningen. Daarom is het goed dat VDAB lessen heeft getrokken en een nieuw aanbod in de markt zet. Inzetten op meer begeleiding, is de weg die we moeten bewandelen. We moeten mensen vastpakken en tonen dat we in hen geloven. Dat is een uitdaging die gemakkelijker gezegd is dan gedaan.
Daar ben ik het mee eens, minister. Wordt ongetwijfeld vervolgd. Er is een hele groep mensen die moet rekenen op steun vanuit VDAB om opnieuw een perspectief te krijgen op de arbeidsmarkt. Ik ben benieuwd naar de finale resultaten van de tender en de evaluatie ervan. Dit komt zeker nog opnieuw aan bod.
De vraag om uitleg is afgehandeld.