Verslag vergadering Commissie voor Brussel en de Vlaamse Rand en Dierenwelzijn
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
De heer Vandenhove heeft het woord.
Minister, we lezen in de media geregeld berichten over vooral varkens die sterven doordat de stalvloer instort. Daardoor verdrinken de varkens in hun eigen mest. Eind maart vielen een aantal varkens door hun stalvloer in Koekelare, midden april was er zo’n ongeval in Handzame en een paar dagen later begaf weer een rooster het in Zarren. In de brandweerzone Westhoek is daarvoor een speciaal dierenreddingsteam actief. Vorig jaar had dat team op jaarbasis tussen de 40 en 45 opdrachten, maar de voorbije maanden werden ze voor gemiddeld 2 incidenten per week opgeroepen.
Het Boerensyndicaat heeft gepleit voor meer controles op mestputten, om dit soort incidenten te voorkomen. De mestputten begeven het doordat ze zijn gemaakt van beton, waar scheurtjes in komen door ammoniak en mestgassen. Een regelmatige controle op scheuren of schade kan al veel dierenleed voorkomen. Zo kunnen de roosters preventief vervangen worden. Voor mij kan het niet dat varkens periodiek omkomen door dit soort incidenten. Er zouden dan ook maatregelen moeten worden genomen om dit dierenleed maximaal te voorkomen.
Ik weet dat u perfect zou kunnen verwijzen naar uw collega van Landbouw, maar uiteindelijk stel ik hier de vraag vanuit het aspect Dierenwelzijn.
Minister, bent u op de hoogte van deze problematiek? Is er een verklaring voor de stijging van het aantal incidenten?
Worden varkensstallen hier systematisch op gecontroleerd? Zo niet, is het niet mogelijk om een plan van systematische controle uit te werken, al dan niet in samenwerking met uw collega van Landbouw of Omgeving, om ten minste de landbouwers te verplichten of ertoe aan te zetten preventief hun roosters te vervangen?
Minister, hoe staat u tegenover een mogelijk verbod op het huisvesten van varkens boven mestputten?
Minister Weyts heeft het woord.
U staat op het punt om zich tot de commissie Landbouw te keren. Ik neem die problematiek zeker en vast mee, want u zit hier inderdaad op het snijpunt van de bevoegdheden van Landbouw en Dierenwelzijn. Ik ken de problematiek ook. De roosters in varkensstallen zijn gemaakt van beton, en omdat de onderkant van die roosters in contact komt met de gassen uit de mest, ontstaat na verloop van tijd betonrot. Daardoor kunnen de roosters het begeven.
Men heeft geen echte verklaring voor het feit dat dergelijke incidenten zich de laatste tijd meer lijken voor te doen. Dat gaat dan ongetwijfeld om investeringen die werden gedaan in hetzelfde tijdsfragment, vermoed ik. Maar dat is eerder een problematiek voor ingenieurs die iets van beton en betonmoeheid kennen. Het is wel zo dat de Vlaamse bedrijven groter geworden zijn, wat de kans verhoogt dat er zich iets voordoet. En investeringen in de varkenshouderij verlopen vaak in golven, bijvoorbeeld naar aanleiding van een veranderende wetgeving of goede prijzen op een bepaald moment. Daardoor is het mogelijk dat er een generatie stallen is die nu tegen haar einde loopt.
De controle van die vloeren is niet zo evident – daar hebt u zich waarschijnlijk ook van kunnen vergewissen –, en zeker niet voor mijn inspecteurs van Dierenwelzijn. Want in het kader van hun controle in de varkensstallen kijken ze natuurlijk wel naar de staat van de roosters. Maar aan de bovenkant van de vloer valt niets te zien; het is aan de onderkant van de vloer dat er mogelijk enige aantasting zichtbaar is. Dat is natuurlijk niet gemakkelijk; dat zou betekenen dat men in een lege stal die vloer eruit moet lichten om de onderkant te inspecteren.
Een geheel verbod op huisvesting op roostervloeren voor varkens is niet onmiddellijk haalbaar, denk ik. Dit zou enkel kunnen na een voldoende lange overgangsperiode, omdat zo’n nieuwe vloer ook wel een serieuze investering vergt. Daarnaast zijn ook de invloeden op het milieu belangrijk. De huidige emissiearme stalsystemen die op de markt zijn, maken praktisch allemaal gebruik van roostervloeren. We hebben het er afgelopen weekend nog over gehad, toen het over stikstof ging. Die emissiearme stalsystemen zijn net de standaard. Dat maakt een volledige omslag moeilijk, zeker op korte termijn.
We bekijken het probleem alleszins op een overleg met de landbouwsector, en dan vooral met de spelers op het veld, de Boerenbond en het Algemeen Boerensyndicaat (ABS), om te kijken welke aanpak mogelijk is. Want het is inderdaad onaanvaardbaar dat dieren op zo’n manier moeten sterven. De sector heeft er trouwens alle belang bij om die problematiek in kaart te brengen, om te zien wat men eraan kan doen. Want het zorgt natuurlijk ook voor heel wat onzekerheid en heel wat dierenleed. Maar het zorgt ook voor onzekerheid in hoofde van de exploitanten.
De heer Vandenhove heeft het woord.
Minister, ik dank u voor uw antwoord. Ik denk dat uw analyse inderdaad correct is. Het is niet alleen een kwestie van dierenwelzijn. Dat de landbouwsector wil meewerken blijkt uit de suggestie vanuit het ABS, die ik ook in mijn vraag had verwerkt. Maar ik denk dat dit inderdaad een gegeven is waarvoor ik al een aantal keren heb gepleit in andere commissies: inspectiediensten en handhavingsinstanties zouden het best zoveel mogelijk samenwerken. Dat is ook de ambitie van uw collega Zuhal Demir, denk ik. Misschien komen hier zelfs federale aspecten aan bod voor veiligheid op het werk. Ik denk dat dit inderdaad alleen kan worden aangepakt als de verschillende diensten samenwerken.
Ik dank u voor uw antwoord. Ik zal zeker en vast de vraag ook in de commissie Landbouw stellen, om er verder mee achter te zitten.
Minister Weyts heeft het woord.
Ik neem akte van de repliek. Ik hoop dat we toch ergens kunnen geraken. Want dit is toch een gedeeld belang, hoor, zowel in functie van Dierenwelzijn als in functie van Landbouw.
De vraag om uitleg is afgehandeld.