Verslag vergadering Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening en Energie
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
De heer Vande Reyde heeft het woord.
Minister, ik ben heel blij dat ik in deze commissie opnieuw een vraag aan u kan stellen.
Het is een beetje een dooddoener, maar we weten dat 5G enorm belangrijk is voor de economische relance en de economische toekomst van Vlaanderen. Het staat heel prominent in alle plannen, vanaf het regeerakkoord tot de beleidsverklaring tot de relancestrategie komt 5G overal voor.
Er zijn veel aspecten aan 5G. Je hebt de economische situatie, met een heel interessant artikel daarover in De Tijd van vandaag, en je hebt de veiligheidssituatie: moeten we al dan niet in zee gaan met bepaalde fabrikanten? Je hebt ook de stralingsnormensituatie. En het is voor dat laatste dat ik hier bij u kom.
U weet dat al. Ik ben dat al, denk ik, meer dan een jaar geleden hier komen vertellen. Qua stralingsnormen rijzen er voor wat betreft 5G een paar problemen. Het zou jammer zijn indien de weg die we hebben afgelegd met 5G, tot de vaststelling zou leiden dat onze stralingsnormen het niet toestaan dat het efficiënt wordt gebruikt.
Ik stel u de vraag opnieuw omdat de laatste weken uit de sector enkele verontruste reacties kwamen, onder andere van Agoria, die zeiden dat in heel België die stralingsnormen momenteel een probleem zijn. In Brussel stelt het probleem zich het felst. Daar is de situatie zorgwekkend. Daar wordt zelfs gevreesd dat we, als het zo voortgaat, terug naar 3G worden gesmeten. Maar goed, we zitten in Vlaanderen en ik kan enkel over Vlaanderen vragen stellen. Ook hier, minister, is er een stralingsnorm. Hij bedraagt momenteel 3 volt per meter. Dat is nog altijd strenger dan wat wordt aangeraden door de International Commission on Non-Ionizing Radiation Protection (ICNIRP). Dat is de internationale instelling die over stralingsnormen advies geeft. Experts, onder andere het Belgisch Instituut voor Postdiensten en Telecommunicatie (BIPT) maar ook andere, stellen dat we, als we van 5G een succes willen maken, die stralingsnorm moeten versoepelen. 'Versoepelen' is misschien een slecht woord, we moeten die norm gewoon conform 5G maken.
5G – ik wil niet te technisch worden – gebruikt veel meer basisstations, dus veel kleinere stations op veel meer plaatsen, dan de huidige 4G-standaard. Dat zorgt ervoor dat als je de huidige stralingsnorm zou blijven hanteren, de ontvangst en de kracht van 5G in Vlaanderen daar zeer onder te lijden zouden hebben.
Mijn vraag is heel duidelijk: wat gaan we daaraan doen? U hebt in het verleden al geantwoord dat het departement daar een onderzoek naar verricht, dat we daarmee bezig zijn, dat we willen vooruitgaan, dat we dat in Vlaanderen willen veranderen. Maar wanneer zullen we daarmee landen? Want de veiling voor 5G zal binnenkort beginnen. Als het een beetje meevalt, hebben we tegen het najaar een aantal operatoren die 5G op grote schaal kunnen uitrollen. Het zou handig zijn, minister, dat in Vlaanderen de stralingsnormen tegen dan aangepast zijn. Ik hoor graag wat u daaraan wilt doen.
Minister Demir heeft het woord.
Collega Vande Reyde, u verwijst naar een krantenartikel. Ik denk dat u daarin ook hebt gelezen dat zowel de sector als Agoria zeggen dat Vlaanderen de enige regio is die zo goed als bijna klaar is met zijn werk. Wij gaan dus die boot niet missen. Ik denk dat u de vraag misschien ergens anders moet stellen.
Het is belangrijk dat we dat onderzoek hebben gedaan, dat we metingen en simulaties hebben uitgevoerd, om te bekijken hoe 5G het best kan worden uitgerold, want je moet natuurlijk de technologie en de gezondheidsaspecten mee in rekening brengen. Ik denk dat u daar niet tegen bent.
Dat onderzoek geeft aan dat de norm aangepast moet worden aan de technologische evoluties. Momenteel werken we samen met de diensten aan de laatste aanpassingen in die wetgeving. We hebben even overlegd met de sector en met Agoria. U weet ook dat het onderzoek is gevoerd door de experten van imec. Ik rond dit dossier eerstdaags af.
De heer Vande Reyde heeft het woord.
Minister, bedankt. Ik zou niets liever willen dan al mijn vragen over 5G in alle parlementen ter wereld te stellen, of alleszins in België, maar ik ben nu eenmaal verkozen in het Vlaams Parlement, dus ik kan niet anders dan het te hebben over Vlaamse bevoegdheden. Dat neemt natuurlijk niet weg dat ik u volledig volg: de situatie in Brussel moet dringend veranderen, zoals ik al een aantal keer in het verleden heb aangehaald, en in Vlaanderen is het momenteel te streng. Daar zijn we het erover eens. U wilt daarvan af, maar dan vraag ik mij af op welke limiet we de norm gaan instellen. Zelfs als we hem een beetje minder streng maken, dan nog zouden we volgens sommige experten in de problemen kunnen komen.
Er zijn er veel die zeggen dat we echt wel naar het Europees gemiddelde moeten en naar de limiet die door de Europese federatie is vooropgesteld. Die limiet ligt op 41,2 volt per meter. Dat is natuurlijk fameus veel hoger dan vandaag. Dat is dan ook mijn vraag. Gaat u daarin meegaan of gaat u – u spreekt ook over gezondheid et cetera – een soort van tussenoplossing zoeken? Ik verwacht op dit moment misschien geen antwoord, maar wanneer zal daar duidelijkheid over zijn? Ik denk dat dat echt wel belangrijk is, ook in Vlaanderen. Ik weet dat de situatie elders slechter is, maar dat is meestal geen goed excuus om de dingen hier in Vlaanderen niet aan te pakken. Dus: gaat u naar dat gemiddelde gaan of gaat u naar een andere piste evolueren? En ‘eerstdaags’, wanneer is dat dan?
De heer Gryffroy heeft het woord.
Beste collega Vande Reyde, u hoeft echt niet beschaamd te zijn dat u in het Vlaams Parlement zit, u moet er net fier op zijn. We zijn beter dan alle andere parlementen. Het is een eer om in het Vlaams Parlement te mogen zitten: een prachtig gebouw, een goede werking, enzovoort.
Maar goed, we hebben het hier over 5G. Als ingenieur zou ik misschien ook wel direct de fout maken van naar die 41,2 volt per meter te gaan, omdat dat logischerwijs de beste oplossing is. Maar als ik spreek met mensen rondom mij, dan merk ik dat velen niet goed weten waarover het precies gaat en het verschil tussen 2G, 3G, 4G en 5G niet goed snappen en wat de toegevoegde waarde ervan is: ‘Hebben we 2G nog nodig?’, ‘Kunnen we de emmer niet wat legen door 3G eruit te halen?’, enzovoort. Dat is allemaal zeer technisch en ik voel een duidelijke nood aan klare en duidelijke communicatie, zodat mensen snappen waarover het gaat en er geen apocalyptische scenario’s worden uitgeschreven door tegenstanders van 5G, waardoor je het beeld niet meer gekeerd krijgt.
Mijn bijkomende vraag is dan ook hoe u die communicatie zult aanpakken op een zeer laagdrempelige manier? Bent u dat van plan? Zo vermijden we dat mensen in doemdenken verzanden.
De heer Pieters heeft het woord.
De vraag van collega Vande Reyde is natuurlijk niet vreemd: hij heeft er eerder al naar verwezen, ook in andere commissies. Ik ben er ook al een aantal keer op tussengekomen in deze commissie, minister, en u hebt mij destijds gezegd dat u hier in de commissie een mogelijke tussenevaluatie zou toelichten in verband met het rapport van imec. U hebt toen ook altijd gezegd dat u dat rapport wel wilde afwachten. Ik hoor nu dat u dat gaat afronden, maar u hebt mij destijds dus wel beloofd om hier een tussenevaluatie te komen brengen met imec, maar daar heb ik niets van gezien of gehoord. Ik ben nog altijd in blijde verwachting.
5G kunnen we niet wegdenken. Dat gaat er sowieso komen. U weet dat ik daar altijd voorzichtig rond geweest ben. U hebt mij ook al eens gevraagd wat ik dan wel wil. 5G is al in bepaalde plaatsen doorgevoerd, bijvoorbeeld in de haven van Antwerpen. Als we dat als testcase gebruiken, dan weten we ook waar we in de toekomst naartoe moeten en wat er in de toekomst kan.
Het gezondheidsgebeuren is hierin een heel belangrijk gegeven, omdat 5G toch een andere techniek is dan de vorige stadia die er geweest zijn. We moeten daar toch voorzichtig mee omgaan. De big tech rollen maar zaken uit, nog voor wij daar als wetgever klaar voor zijn. Het is toch beter om dat grondig te onderzoeken en te kijken dat we daar geen misstap begaan en dat alle stappen die we nemen, juist zijn.
Minister Demir heeft het woord.
Collega’s, ik denk dat we dit dossier in Vlaanderen van bij het begin met twee handen hebben aangepakt en dat we hier ook voortgang hebben geboekt in vergelijking met andere deelstaten. Ik denk dat Vlaanderen daarin niet moet achterblijven.
De haalbaarheidsstudie wordt op dit moment gefinaliseerd. De bedoeling is dat de bedrijfsvoering niet in het gedrang komt.
Uiteraard zullen we rekening blijven houden met het gezondheidsaspect. Ik denk dat we mensen niet onnodig bang moeten maken. Een duidelijke communicatie zal ook onderdeel uitmaken van het hele gebeuren. We hebben ook maximaal afgestemd met de operatoren, wat ook belangrijk is.
Collega Pieters, de studie van imec, dat rapport, wordt momenteel afgerond voor publicatie en ik maak het dan heel graag over aan de commissie. Ik hoop dat ik een aantal weken na de paasvakantie met nieuwe normen naar de Vlaamse Regering kan trekken om het dossier mooi op tijd af te ronden.
Collega Vande Reyde, u weet dat ik geconfronteerd word met heel veel dossiers die allemaal urgent zijn. Dit dossier is van groot belang en Vlaanderen zal de boot in ieder geval niet missen. En uiteraard spreken we dit door met operatoren en blijft gezondheid een belangrijk aspect, wat ik ook belangrijk vind om te duiden naar de bevolking toe. Op die manier hoop ik technologie en gezondheid samen aan te pakken, ook in de communicatie. Op die manier laten we Vlaanderen de lead nemen in dezen.
De heer Vande Reyde heeft het woord.
Ik kan me inbeelden dat u als minister heel veel dossiers hebt en dat u die niet allemaal tegelijkertijd kunt afronden, maar ik denk dat de urgentie hier misschien niet supersuperdringend maar toch wel dringender begint te worden.
Collega Gryffroy, ik ben een heel trots Vlaams parlementslid, daar hoeft u niet aan te twijfelen, maar wie zijn volk en zijn parlementaire assemblée liefheeft, durft ook te zeggen wat er beter kan. En minister, op het vlak van 5G – en dat heb ik ook al aan uw collega’s minister Dalle en minister-president Jambon gezegd – ontbreekt het in Vlaanderen op dit moment aan visie. Dat gaat dan niet enkel om stralingsnormen, maar om het gehele kader. Waar willen wij in investeren? Willen we investeren in de passieve infrastructuur, in de actieve infrastructuur? Hoeveel spelers willen wij? Welke toepassingen zien wij de meeste toegevoegde waarde hebben? Hoe willen wij de regionale licenties gaan inzetten die mogelijk zijn in de nieuwe spectrumveilingen? Al die dingen – en de stralingsnormen horen daar ook bij –, daarover zou een hele visie voor ontwikkeld moeten worden. Het is misschien de derde of vierde keer dat ik het hier zeg, maar ik denk dat u met uw collega’s die daar ook bevoegdheden rond hebben – minister Dalle, minister Crevits en minister-president Jambon –, binnen de regering moet zeggen, zodra die stralingsnormen er zijn – na de paasvakantie, een goede timing –, waar jullie naartoe willen, zodat we in Vlaanderen weten wat de toegevoegde waarde voor onze inwoners en onze economie kan zijn.
Het is supersuperbelangrijk dat we daarover een visie ontwikkelen. Ik denk dat het vastleggen van die stralingsnormen daar misschien het beginpunt van kan zijn. Ik kijk dus uit naar het einde van de paasvakantie, het begin van de nieuwe periode, wanneer we daar meer duidelijkheid over zullen krijgen.
De vraag om uitleg is afgehandeld.