Verslag vergadering Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening en Energie
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
De heer Annouri heeft het woord.
Als stadsjongen kijk ik met grote ogen naar al deze debatten over het dierenrijk.
Minister, in de laatste week van februari vernamen wij dat het Vlaams Departement Omgeving, de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM), en het agentschap Zorg en Gezondheid aan de provincie Antwerpen hebben gevraagd om de voorwaarden uit de milieuvergunning van Umicore aan te passen. Deze vraag komt niet alleen voort uit de evaluatie van de nota over het rapporteringsjaar 2019, maar tevens uit de vaststelling dat de lood-in-bloedwaarden bij de kinderen in de naburige wijk in juni 2020 sterk verhoogd waren tegenover de vorige meetcampagne, en uit het feit dat een aantal bijzondere voorwaarden niet meer actueel zijn.
Naar aanleiding van de verhoogde bloedwaarden bij kinderen hebben we vorige zomer en vorig najaar al een aantal keren van gedachten gewisseld. Ik en ook een paar andere collega’s hebben zich toen aangesloten omdat we dat een heel belangrijk debat vonden. Hoewel ik eigenlijk erg blij ben dat dit advies er is gekomen, moet ik wel zeggen dat de hele procedure lang aansleept. Met alle procedurestappen die nu nog doorlopen moeten worden, zal het waarschijnlijk pas één jaar na de metingen van de verhoogde loodwaarden zijn dat de inwoners eindelijk kunnen rekenen op verandering. En laat ons hopen dat de nieuwe milieuvergunning ertoe zal leiden dat de kinderen van Hoboken en omstreken eindelijk in een gezonde leefomgeving kunnen opgroeien, zonder zorgen.
Ik geef u enkele elementen mee uit het advies. Zo moet Umicore onderzoeken welke bronnen en omstandigheden significante niet-geleide emissies – uitstoot die niet via de schoorsteen gaat – van zware metalen en stof veroorzaken, en hoe die teruggedrongen kunnen worden. Ten tweede moet Umicore een rapport uitwerken waarin het zijn criteria vastlegt voor de opvolging van de windbarometer. Dit gaat over het verminderen of stoppen van activiteiten op basis van meteo-omstandigheden. Umicore moet ook een logboek bijhouden met alle periodes waarin het zijn logistieke activiteiten vermindert. De voornaamste onregelmatigheden moet het minstens maandelijks aan Vlaanderen rapporteren.
Met betrekking tot de lood-in-bloedwaarden bij kinderen geeft de Wereldgezondheidsorganisatie reeds in haar evaluaties van 2010 en 2015 aan dat er eigenlijk geen veilige waarde is die beschermt tegen de schadelijke gevolgen van lood op de ontwikkeling van de hersenen. Internationaal onderzoek geeft aan dat de gehaltes bij kinderen onder de 2 microgram per deciliter bloed zouden moeten blijven. Toch bevat het advies geen verscherping van de norm van 10 microgram per deciliter bloed.
Verder is er in het advies ook geen aandacht voor een betere communicatie van het bedrijf met de omwonenden. Ondanks het feit dat Umicore in maart al op de hoogte was van de hoge piek in uitstoot in februari én wist dat men in een lockdown zat, werden de buurtbewoners bijvoorbeeld niet verwittigd van deze ongezonde situatie.
Minister, ik heb enkele vragen voor u, en het zijn er toch een aantal.
Wat is uw appreciatie van het advies dat werd gegeven? Ik ben wel benieuwd naar uw mening als minister. Wat is de aard van dit advies? Is dit vrijblijvend of bindend?
Hoe zal er vanuit Vlaanderen op toegezien worden dat deze voorwaarden maximaal worden gevolgd door de deputatie in de nieuwe milieuvergunning?
Bent u het met mij eens dat de termijn tussen de vaststelling van de onregelmatigheden en de acties op het terrein korter kan, en dat ook de communicatie van Umicore met de omwonenden sneller en beter kan?
Vindt u ook dat er een bijkomende verscherping van de referentiewaarde voor lood in het bloed naar 2 microgram per deciliter moet komen voor de omgeving van Umicore, omdat er ook onder 10 microgram per deciliter lood in bloed effecten zijn op de gezondheid, meer specifiek op de ontwikkeling van kinderen? Het belangrijkste is nu natuurlijk dat we ervoor zorgen dat die kinderen maximaal gevrijwaard worden.
Zult u, om de blootstelling van de kinderen op te volgen, vragen om ook arsenicum in het bloed van kinderen te meten?
Zult u erop aandringen om naast de luchtmetingen en depositiemetingen ook beter de bodemvervuiling in de omgeving in kaart te brengen?
Zijn er door de afdeling Handhaving van het Departement Omgeving het voorbije jaar inbreuken vastgesteld?
Zullen de omwonenden op de hoogte gebracht worden van dit advies en van hun inspraakmogelijkheden in het komende openbaar onderzoek? Dat is ook heel belangrijk.
Was u op de hoogte van het voorlopig negatieve advies dat het agentschap Zorg en Gezondheid formuleerde bij de aanvraag van Umicore in 2014 voor de uitbreiding van de productiecapaciteit?
Minister Demir heeft het woord.
Collega Annouri, de lood-in-bloedwaarden die in juni 2020 werden vastgesteld, doen twijfels rijzen over de doeltreffendheid van de vergunningsvoorwaarden. De dalende trends van emissies en concentraties zijn tot stilstand gekomen en vooral de waarden voor arseen, cadmium en lood baren grote zorgen. Het is dan ook goed dat de Vlaamse overheid via haar adviseringsrol over de omgevingsvergunning het bedrijf tot meer en efficiëntere actie heeft opgeroepen. Ik sta dan ook zeker achter de voorgestelde maatregelen die rechtstreeks inwerken op de door de technische werkgroep geïdentificeerde oorzaken van de verhoogde bloedwaarden.
U vraagt ten tweede wat de aard van het advies is. Een advies over een vergunningsvoorwaarde is nooit bindend, maar er kan enkel gemotiveerd van worden afgeweken door de vergunningverlenende overheid. Dus als ze het niet eens zijn met het advies dat wij geven, kan men daar middels een motivatie van afwijken. De deputatie heeft echter al de nodige procedurele stappen gezet om de bijstelling van de vergunningsvoorwaarden mogelijk te maken. Hieruit blijkt dat de deputatie onze bezorgdheid over de doeltreffendheid van de huidige vergunningsvoorwaarden lijkt te delen.
De afdeling Handhaving van het Departement Omgeving zal de nieuwe voorwaarden nauwgezet opvolgen, zoals ze dat ook met de bestaande voorwaarden heeft gedaan. Ook via de technische werkgroep en de verplichte jaarlijkse rapportering wordt de voortgang van de maatregelen opgevolgd.
Dan kom ik tot uw vierde vraag, of ik het ermee eens ben dat de termijn tussen de vaststelling en de acties korter kan. Onmiddellijk na de vaststelling zijn er meerdere acties genomen op het terrein door verschillende actoren, zowel door de Vlaamse overheid als door het bedrijf. Daarover is in vorige commissievergaderingen ook zeer uitvoerig gerapporteerd. De wijze en tijdigheid van de communicatie van de overheid naar de betrokkenen wordt geëvalueerd en zal waar nodig worden verbeterd. Hiervoor worden momenteel ook de nodige afspraken gemaakt met de stad.
Uw vijfde vraag betreft ook de bevoegdheid van mijn collega minister Beke. Ik ben dan ook even te rade gegaan bij zijn administratie. Boven op het gezamenlijk advies heeft het agentschap Zorg en Gezondheid specifiek een extra vraag gesteld aan de deputatie om ook de bijzondere voorwaarde waarin het lood-in-bloedgehalte staat, te herbekijken.
Ook uw zesde vraag raakt natuurlijk aan de bevoegdheid van minister Beke. Het arseengehalte bij jongeren nagaan via het onderzoek van urine, is volgens de informatie die ik van zijn administratie ontvang, geen gemakkelijke opgave, omdat arseen in zoveel vormen in het lichaam verschijnt. Daarom wordt lood bij de huidige halfjaarlijkse onderzoeken als gidsparameter beschouwd om de blootstelling van jongeren aan een mix van zware metalen, waaronder arseen, van nabij op te volgen. Desalniettemin bereidt het agentschap Zorg en Gezondheid vandaag een eenmalig uitgebreider gezondheidsonderzoek voor. De voorbereidingen met alle stakeholders zijn hiervoor lopende.
Ik kom tot uw zevende vraag. De Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij (OVAM) heeft in het verleden het historisch bodempassief van Umicore mee opgevolgd en aangepakt. Dit omvatte onder meer de bodemsaneringen op de terreinen van Umicore en de aanpak van enkele bedrijven in de onmiddellijke omgeving. Bij de aanpak van de onmiddellijke omgeving in Hoboken ging het om verontreiniging door atmosferische depositie. Deze terreinen zijn toen ook meegenomen om de risico’s van die bodemverontreiniging weg te nemen. Al die onderzoeken en saneringen zijn afgerond en hebben een eindverklaring gekregen. In het kader van het bodemdecreet is verdere opvolging vandaag niet nodig, maar uiteraard blijven we opmerkzaam.
In het kader van deze problematiek volgt de afdeling Handhaving regelmatig de naleving van de exploitatievoorwaarden bij Umicore op. Naar aanleiding hiervan werden in 2020 geen processen-verbaal opgesteld, wel werden een aantal aanmaningen gegeven. Zo werd bijkomend studiewerk gevraagd naar de impact van verbrandingsgassen van de loodraffinaderij op fijnstofconcentraties en had het bedrijf de metingen van fijn stof bij de hoogoven niet aan de meest recente norm getoetst.
Zoals bij elke bijstellingsprocedure wordt een openbaar onderzoek gevoerd. Dit wordt georganiseerd door de stad en houdt een publicatie in op de website en in een dagblad. De omwonenden binnen de 100 meter van het bedrijf worden aangeschreven.
U vroeg ook of ik op de hoogte was van het voorlopig negatieve advies dat het agentschap Zorg en gezondheid formuleerde bij de aanvraag van Umicore in 2014. Op dat ogenblik was ik er nog niet, helaas. Het is de deputatie die de vergunning verleende op basis van alle beschikbare adviezen. De minister zelf had hierin trouwens geen bevoegdheid in eerste aanleg.
De heer Annouri heeft het woord.
Minister, bedankt voor uw uitgebreide antwoorden. Ik heb misschien eerst een bijkomende vraag. Ik denk dat er nu, met dat bijkomend onderzoek, een kans is om echt in te zetten op een paar heel interessante dingen. Er kan werk worden gemaakt van meer metingen, er kan werk worden gemaakt van een soort van emissie-alarm, vergelijkbaar met een brandalarm: als er op een bepaald moment een overschrijding is, gaat er automatisch een alarm af. Zo weten mensen ook dat ze een aantal voorzorgsmaatregelen kunnen nemen.
Ook qua bodemonderzoek kan er nog wel het een en ander gebeuren. Maar ik wil eerst twee bijkomende vragen stellen. U hebt zelf verwezen naar minister Beke toen het ging over de bloedwaarde van 2 microgram per deciliter bloed. Er zou dus extra onderzoek komen om te zien of dat mogelijk is. Heb ik het goed begrepen dat het kabinet-Beke u ook heeft verteld tegen wanneer ze daarover met duidelijkheid willen komen? En tegen wanneer mogen wij daar duidelijkheid over verwachten? Het onderzoek dat nu loopt, gaat tot 5 april, denk ik. Het zou misschien goed zijn dat we tegen dan duidelijkheid hebben over wat de Vlaamse Regering daarvan vindt. Want heel wat experten geven nu heel duidelijk aan dat het raar is om te spreken over 10 microgram of 5 microgram per deciliter bloed, omdat er tout court geen ondergrens is. Het is gewoon heel schadelijk. Laten we het dan ook zo streng mogelijk maken. Ik denk dat dat een heel cruciaal element is.
Mijn vraag is dan ook vooral tegen wanneer er daarover duidelijkheid zal komen, tegen wanneer we dat mogen verwachten, in eerste instantie.
Ten tweede, wat betreft de bodemvervuiling. Ik was allerlei zaken aan het opschrijven, dus ik heb heel even niet opgelet. U zei dat er een bodemonderzoek was afgerond. Kunt u nog eens aangeven wanneer dat was? Ik neem aan dat u niet verwijst naar twintig jaar geleden. Kunt u daar wat meer duidelijkheid over geven? Ik weet dat er toen een groot bodemonderzoek en een sanering is geweest. Maar dat was in 2000. Gelukkig was er toen een Groenminister bevoegd. Toen is de sanering van de bodem gebeurd. Ik denk dat er nu nood aan is om die optie te heroverwegen en na te gaan of er daar weer op kan worden ingezet. Wat is uw mening inzake die bodemvervuiling en eventuele sanering? Kunt u nog even toelichten wanneer het meest recente onderzoek plaatsvond? Dat is mij even ontgaan. Ik dank u.
Mevrouw Perdaens heeft het woord.
Collega Annouri, ik dank u voor het stellen van de vraag. Het is inderdaad heel belangrijk dat er wordt opgevolgd. Ik hoor van de minister dat ze dat ook zeker doet.
Ik vernam iets positiefs, als we dat woord tenminste kunnen gebruiken, in het advies. Daarin werd immers gesteld dat de voornaamste onregelmatigheden minstens maandelijks aan Vlaanderen moet worden gerapporteerd. Dat is een vooruitgang, het is positief. Dat is zeker positief omdat bedrijven – niet enkel Umicore, maar bedrijven in het algemeen – vaak pas achteraf hun jaarlijkse gemiddelde cijfers bespreken. Collega Annouri gaf het al aan: de communicatie valt dan ook vaak pas een hele periode na de pieken. Ik hoop dat de administratie hierin ook haar verantwoordelijkheid kan opnemen. Als die rapportage maandelijks gebeurt, hoop ik dat er korter op de bal kan worden gespeeld. Bij voorname onregelmatigheden kan er samen met het bedrijf worden bekeken hoe er eerder naar buurtbewoners kan worden gecommuniceerd, enerzijds om onnodige angst te vermijden, anderzijds om ook echt wel kordaat op te treden wanneer de ongerustheid gepast is.
Minister, u gaf aan dat de wijze en tijdigheid van de communicatie van de overheid naar de betrokkene wordt geëvalueerd. Is er een concrete timing voor deze evaluatie?
Verder heb ik nog een bijvraag. Umicore trekt terecht heel wat aandacht en houdt de aandacht vast voor de hele procedure. Ik verwijs naar de Panoreportage aangaande Umicore die morgen zal lopen. Maar geldt die evaluatie enkel voor dit dossier specifiek? Of zal die ook opgaan voor andere locaties? Want misschien is het niet slecht om dat hierbij breder te bekijken. Ik dank u.
De heer D’Haese heeft het woord.
Mijnheer Annouri, ik dank u voor de vraag en om dit thema hier opnieuw in de commissie te brengen.
Ik wil de vraag naar transparantie en duidelijkheid naar de bewoners absoluut ondersteunen, en uiteraard ook naar de verschillende overheden die dit mee opvolgen. Want dat is wat er de afgelopen jaren ontbrak. Ik verwijs naar de piek van loodstof in februari, de hoge loodpiek in het bloed in juni. Eigenlijk duurde het dan tot januari vooraleer we iets eenvoudigs als een barometer hebben opgezet. Het lijkt mij dan toch wel evident dat dat soort zaken sneller kan worden opgezet. Het is belangrijk om snel te kunnen gaan en transparant te kunnen zijn.
Minister, ik wil er nog één zaak aan toevoegen. We hebben het rapport van de expertencommissie. We hebben de adviezen van de verschillende overheidsdiensten. Zij zeggen allebei heel duidelijk dat er meer moet gebeuren op de bedrijfsterreinen van Umicore zelf. Er zijn nog heel wat maatregelen mogelijk. Het moet worden verstrengd. Er moet meer worden gedaan om het stof binnen te houden, om ook het fijn stof binnen te houden. Tegelijkertijd zien we dat het bedrijf zelf, in samenwerking met de stad Antwerpen, echt de vlucht vooruit neemt om de buurten rond de fabriek te onteigenen. Dat vind ik toch heel vreemd. In het rapport van de expertencommissie – we hebben het hierover al gehad – stond niets over een buffer buiten de bedrijfszone. Maar dat is op dit moment toch de grote prioriteit van het bedrijf. En het wordt daarin heel sterk gesteund door het stadsbestuur van Antwerpen, dat dit soort informatie toch ook mee kan inzien.
Minister, bent u het ermee eens dat men daar de kar toch voor het paard spant? Zou men er niet eerst voor moeten zorgen dat die verstrengde maatregelen daadwerkelijk worden nageleefd, dat die extra maatregelen worden genomen, vooraleer men een wijk begint te ontmantelen? Want nu is men het ene na het andere huis aan het uithalen. Men communiceert daar heel trots over, terwijl dat niet is wat er wordt aanbevolen en er eigenlijk heel veel andere maatregelen zijn die minder bedreigend zijn voor de mensen daarrond.
Mijn vraag is dus de volgende, minister. Vindt u ook dat het stadsbestuur de verkeerde volgorde hanteert bij het aanpakken van deze zaak, in plaats van te focussen op wat wordt aangegeven door uw administratie?
Ik wil collega Annouri bedanken voor deze vraag. In december dienden we hierover beiden nog een interpellatie en een vraag om uitleg in. Ik vind het goed dat dit goed wordt opgevolgd.
Minister, gezondheid is inderdaad cruciaal en … (onverstaanbaar) … natuurlijk van heel groot belang. De collega’s hebben er al uitvoerig naar verwezen. Ik sluit me aan bij hun vraagstelling.
Ik heb nog een bijkomende vraag – waarbij ik niet in herhaling wil vallen – over die groenbuffer, die toch wel cruciaal is. Ik heb er de vorige keer ook al naar gevraagd. Minister, wat is daar momenteel de stand van zaken? Welke timing wordt daarvoor vooropgesteld?
Minister Demir heeft het woord.
Dank u wel voor de verschillende tussenkomsten. Ik kan op sommige zaken, waarvan ik over gegevens beschik, al antwoorden.
Collega D’Haese, in verband met de woningen, heb ik begrepen dat het gaat over vrijwillige aankopen en niet over onteigeningen. Het is in ieder geval niet onze bevoegdheid. Ik heb van de stad begrepen dat het gaat over vrijwillige aankopen.
Collega Annouri, wat betreft het mogelijke verband tussen verhoogde metingen van zware metalen in de omgeving en in de bloedwaarden: dat onderzoek wordt voorbereid door de Universiteit Hasselt en valt onder de bevoegdheid van minister Beke. Ik kan niet antwoorden op de vraag over de timing. Ik heb begrepen dat dit op korte termijn zal gebeuren. Misschien moet u zich hiervoor tot minister Beke richten.
U vroeg ook naar de bodemonderzoeken, waarnaar ik ook verwees in mijn antwoord. Men zegt me dat het inderdaad gaat om bodemonderzoeken tussen 2008 en 2010. Er lopen nu nog onderzoeken om in te schatten wat de effecten kunnen zijn van atmosferische depositie, specifiek gericht op de belangrijkste zones, namelijk kinderdagverblijven en scholen. Die zullen afgerond worden in mei. Als het nodig is – dat spreekt voor zich –, zullen er dan ook de gepaste maatregelen genomen worden.
De heer Annouri heeft het woord.
Dank u wel, minister, voor uw antwoorden. Bedankt ook aan de collega’s om zich aan te sluiten.
Ik wil drie dingen zeggen. Ten eerste denk ik dat het heel belangrijk is dat dat bodemonderzoek gebeurt en dat dat nu gaande is. Ik denk dat het van cruciaal belang is om te weten wat daar de huidige stand van zaken is.
Ten tweede, wat de lood-in-bloedwaarden betreft, wil ik nogmaals benadrukken – want dat is van cruciaal belang – dat de experten nu aangeven dat onder 2 deciliter lood in het bloed de enige aanvaardbare grens is, en dat dit nog altijd tot een minimum beperkt moet worden. Ik denk dat je, als meer dan 10 procent van de kinderen daar last van heeft, al in de problemen zit. Er is geen veilige ondergrens. Ik denk dat dat toch wel een wetenschappelijk inzicht is dat we nu echt wel mainstream moeten maken, voor iedereen daar in de buurt: als je daar in de buurt woont en als je er kinderen hebt, is er geen veilige ondergrens, dus moeten we er alles aan doen om dat tot een absoluut minimum te beperken.
Ik sluit af met een derde bedenking. Ik denk dat de mensen in de buurt van Moretusburg en Hertogvelden, om het in het Antwerps te zeggen, ‘dubbel in ‘t zak gezet worden’. Enerzijds omdat ze in de buurt wonen van een bedrijf met een uitstoot waardoor ze niet gerust kunnen slapen omdat ze vrezen dat hun kinderen een loodvergiftiging kunnen oplopen, met alle gevolgen van dien. Dat willen ze voorkomen. Ten tweede, wie de buurt echt graag ziet en daar wil blijven wonen, botst op dit moment op een stadsbestuur dat ervoor zorgt dat er vrijwillig huizen worden aangekocht. Het gaat inderdaad niet om onteigeningen, het gebeurt vrijwillig. Daardoor loop je het risico dat je in een soort van spookdorp terechtkomt waarbij er een paar huizen verkocht zijn en een paar niet en dat de situatie helemaal om zeep is. Ze worden daar dus dubbel gestraft voor een situatie waarvoor ze helemaal geen verantwoordelijkheid dragen, terwijl het enige wat ze willen, is dat hun kinderen veilig zijn. Ik vind dus dat daar een heel foute beslissing is genomen. Ik denk echt wel dat het tijd wordt dat de Vlaamse Regering daar stelling in neemt en kleur bekent.
Ik vind het heel vreemd dat er zoiets gebeurt in Vlaanderen. Het gaat hier voor een stuk over het echt hertekenen van een buurt. Dat gebeurt door het stadsbestuur en door een privébedrijf. Dat heeft een ongelooflijk ingrijpende impact. De bovenlokale besturen zeggen: ‘Het is niet onze bevoegdheid, het gebeurt gewoon.’ Ik vind dat heel vreemd. Ik vind dat een heel fout precedent. Ik denk vooral dat de mensen die daar in de buurt wonen en er willen blijven wonen, dubbel gestraft worden, en dat is absoluut geen goede zaak. Zonder enige twijfel: ‘to be continued’.
De vraag om uitleg is afgehandeld.