Verslag vergadering Commissie voor Buitenlands Beleid, Europese Aangelegenheden, Internationale Samenwerking en Toerisme
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
De heer Vanlouwe heeft het woord.
In de beleidsnota Buitenlands Beleid maakte u duidelijk dat Vlaanderen inspiratie zou vinden in het noorden. In uw strategische doelstelling over onze Vlaamse partners in het buitenland stelde u dat de Vlaamse Regering zich voor haar beleid zou laten inspireren door de noordelijke landen van Europa en daar ook aansluiting bij zou zoeken. Uw diensten zouden relevante thema’s en sectoren identificeren die daarbij prioritair opgenomen kunnen worden.
Begin 2021 werd normaal gezien ook de nieuwe vertegenwoordiging van de Vlaamse Regering in Scandinavië geopend, met Kopenhagen als zetel. De voorbereidingen hiervoor omvatten vanzelfsprekend de huisvesting zelf, maar ook andere logistieke aangelegenheden, de aanwerving van een diplomaat en personeel, en het aanvragen van de nodige diplomatieke accreditaties. Indien er geen corona was geweest, dan zou u in maart een eerste zending ondernemen naar Scandinavië.
Door de coronapandemie werd het praktische luik van dit noordelijke verhaal overhoopgehaald, maar de strategie om de Vlaamse blik op het noorden te richten, blijft natuurlijk overeind.
Kunt u meer toelichting geven over deze noordelijke strategie? Op welke manier kunnen wij partnerschappen aangaan?
Werd er reeds een overzicht gemaakt van prioritaire thema’s en sectoren? Hoe zal de opvolging hiervan er concreet uitzien?
Kunt u al een overzicht geven van wat er reeds gebeurd is met betrekking tot de noordelijke strategie en wat er nog concreet op de planning staat?
Kunt u meer toelichting geven over de stand van zaken wat betreft de diplomatieke post in Kopenhagen?
Minister-president Jambon heeft het woord.
Zoals u zelf meegeeft, staat die blik op het noorden zowel in het regeerakkoord als in mijn beleidsnota Buitenlands Beleid centraal. Wij hebben deze ambities nu recent geconcretiseerd in een visienota.
Allereerst werden de landen van het noorden gedefinieerd als Nederland, Duitsland, Noorwegen, Denemarken, Zweden, Finland, Estland, Letland en Litouwen, en ook Ierland. Hierbij wil ik nog meegeven dat de keuze voor deze landen geen afbreuk doet aan het belang van andere ambities of bilaterale relaties zoals die zijn geformuleerd in het Vlaams Regeerakkoord. Ik denk hierbij aan onze buurlanden, andere deelstaten en autonome regio’s. Ook de relaties met het Verenigd Koninkrijk komen niet in deze visienota voor. Gezien het belang van de bilaterale samenwerking met Engeland, Schotland, Wales en Noord-Ierland, kiezen we ervoor om werk te maken van een afzonderlijke strategie voor het Verenigd Koninkrijk. Gisteren werd deze visienota alvast besproken en goedgekeurd in een interkabinettenwerkgroep (IKW). Eind deze week zal ik dit ook bespreken binnen mijn regering.
U vroeg naar een overzicht van prioritaire thema’s en sectoren. In de agenda voor de samenwerking met de landen van het noorden wordt idealiter een duidelijke focus vastgelegd. Uit de beleidsnota en het regeerakkoord kon alvast worden afgeleid dat de prioriteit wordt gelegd bij de samenwerking op het vlak van economie en innovatie, maar dat ook voor andere beleidsvelden inspiratie of lering zou worden gezocht bij goede beleidspraktijken in het noorden. Ik heb alvast mijn administratie een overzicht laten maken van bestaande en mogelijke vormen van samenwerking met de landen van het noorden. Op grond daarvan moeten nog keuzes worden gemaakt en prioriteiten vastgelegd.
Een effectieve Noordstrategie hanteert naast een bilateraal luik vanzelfsprekend ook een EU- en multilaterale dimensie. Er moet worden gekeken in welke dossiers met de landen van het noorden gezamenlijke posities ingenomen kunnen worden om op die manier de besluitvorming van de Europese Unie mee te beïnvloeden.
Na goedkeuring van deze visienota door de Vlaamse Regering wordt het tijd om deze visie te vertalen naar concrete acties. Het is de bedoeling dat voortaan de samenwerking met de landen van het noorden een voornamere plaats krijgt in ons Europees en internationaal beleid. Aan de collega’s van de Vlaamse Regering zal daarom gevraagd worden om nadrukkelijk initiatieven te ontplooien.
Ikzelf heb de ambitie om spoedig de ambassadeurs uit deze landen uit te nodigen en hen te informeren over onze nieuwe Noordstrategie. Ook een zending naar de Noordse landen staat op mijn agenda. Ik hoop van harte dat de sanitaire toestand dit spoedig toelaat.
Zoals u weet, besloot de vorige Vlaamse Regering om een nieuwe post te openen in de Noordse landen. Eerder dan te opteren voor een nieuwe bilaterale Diplomatiek Vertegenwoordiger werd de voorkeur gegeven aan een breder regionaal ambtsgebied, waarbij de bilaterale relaties met de vier Noordse landen bevorderd kunnen worden. Als locatie voor de nieuwe Vlaamse vertegenwoordiging in Scandinavië werd recent geopteerd voor Kopenhagen.
Ondertussen hebben op 18 januari 2021 de Diplomatiek Vertegenwoordiger en de office manager hun intrek genomen in de tijdelijke kantoorruimte. Van daaruit zullen ze de verdere voorbereidingen treffen voor de definitieve huisvesting en aansluitend de diplomatieke accreditatie voor het kantoor.
Verder richten ze zich op de kerntaken van een diplomatieke vertegenwoordiging. Voor de officiële opening wordt juni 2021 beoogd. Ik wens hier zelf op aanwezig te zijn en van de gelegenheid gebruik te maken om hieraan een brede missie naar de Scandinavische landen – in eerste instantie Zweden en Denemarken – te ondernemen. Dat zal afhankelijk zijn van de situatie van de pandemie.
De heer Vanlouwe heeft het woord.
Minister-president, ik dank u voor uw zeer interessante antwoord. We kijken alvast uit naar de visienota die volgende vrijdag door de ministerraad zal worden goedgekeurd.
Het is inderdaad goed dat Vlaanderen samenwerkt met landen in het noorden, met landen die een gelijkaardige economie hebben, economisch enorm sterk staan en een hoog welvaartsniveau hebben. U hebt verwezen naar samenwerking op het vlak van economie en innovatie. Ik wil daar nog de suggestie van digitalisering aan toevoegen, iets dat de hele Vlaamse Regering bijzonder belangrijk vindt.
Het zou mooi zijn mocht er binnen de Europese Unie, naast de as Parijs-Berlijn en naast de Visegrádlanden, ook een samenwerkingsverband kunnen ontstaan van de noordelijke landen. We hebben uiteraard ook de Benelux, maar ik hoop dat er ook wordt gekeken naar die noordelijke landen om op Europese raden en toppen aan hetzelfde zeel te kunnen trekken. Ik hoop dat we succesvol concrete acties met noordelijke landen op touw kunnen zetten.
Tot slot kunnen we allemaal zeer tevreden zijn dat Vlaanderen zijn diplomatieke netwerk uitbreidt, dat er een nieuwe Vlaamse diplomaat is aangesteld voor de noordelijke landen, die dan bilateraal een diplomatieke bevoegdheid heeft in meerdere landen. Ik kijk er zeker en vast naar uit dat wij dit kunnen versterken en dat daar een missie naartoe kan gaan, waardoor we ons meer richten op de noordelijke, economisch iets meer succesvolle landen, om zo een sterk samenwerkingsverband binnen de Europese Unie tot stand te brengen.
Minister-president Jambon heeft het woord.
Ik ben blij dat de heer Vanlouwe enthousiast is, net zoals ik trouwens.
De vraag om uitleg is afgehandeld.