Verslag vergadering Commissie voor Buitenlands Beleid, Europese Aangelegenheden, Internationale Samenwerking en Toerisme
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
De heer Nachtergaele heeft het woord.
De voorbije weken en maanden bereikten ons steeds meer onrustwekkende berichten over oplopende conflicten tussen de Koerdische gemeenschap enerzijds en het regime van president Erdogan in Turkije anderzijds. Sinds IS is verdreven uit Syrië en Irak lijkt het erop dat Erdogan steeds meer zijn pijlen richt op de Koerdische gemeenschap, niet alleen in Syrië, maar ook binnenlands tegen Koerdische verkozenen en oppositieleden in Turkije.
Tot op heden is er sprake van 16.000 Koerdische militanten die in Turkije werden opgesloten. Hierbij is er sprake van intimidatie door herhaaldelijke arrestaties of langdurige opsluitingen zonder proces, wat uiteraard flagrante schendingen zijn tegen de principes van de rechtsstaat. Een belangrijk voorbeeld van het onderdrukken van de Koerdische oppositie is het beschuldigen van terrorisme van een parlementslid van de pro-Koerdische partij HDP, dat zich kritisch had geuit over berichten van illegale fouilleringen bij 23 studentes aan de universiteit van Usak.
Uw voorganger, voormalig minister-president Geert Bourgeois, zette actief in op doorgedreven contacten met de Koerdische gemeenschap. In 2016 bracht de minister-president een bezoek aan Erbil, vlak bij de toenmalige frontlinie met IS. Daarnaast kwam er ook meteen een tegenbezoek van de Koerdische Regionale Regering aan Vlaanderen. Er kwamen verschillende initiatieven voor humanitaire steun en de economische banden werden versterkt, onder meer door het Platoproject.
Net zoals bij grote conflicten rond mensenrechten die vandaag de actualiteit halen, zoals Wit-Rusland, Taiwan of Hongkong, blijft het ook voor de Koerden belangrijk dat de internationale gemeenschap de Turkse schendingen blijft veroordelen en de Koerden blijft steunen als het gaat om de erkenning van hun zelfbeschikkingsrecht en de opstart van een prille democratie. Daarom de volgende vragen.
Hoe kijkt u naar de huidige situatie van de Koerden in Turkije en de oplopende spanningen? Wat is volgens uw contacten in de regio de huidige stand van zaken?
Kunt u meer inzicht geven omtrent de diplomatieke, economische en culturele samenwerking die er vandaag is tussen Vlaanderen en Koerdistan? Welke contacten hebt u reeds gehad met de Koerdische autoriteiten sinds het begin van deze legislatuur? Hoe verliepen deze contacten?
Zijn er in de nabije toekomst concrete plannen om de Koerden bij te staan in hun verzet en het afdwingen van hun rechten en vrijheden in Turkije? Hebt u nog plannen in het uitdiepen van de diplomatieke, economische en culturele samenwerking met Koerdistan?
Minister-president Jambon heeft het woord.
Het lijdt geen twijfel dat de situatie van de Koerden in Turkije van kwaad naar erger lijkt te gaan. Midden februari werden 718 mensen gearresteerd die volgens president Erdogan deel zouden uitmaken van een terroristische groepering die verantwoordelijk zou zijn voor de dood van 13 gevangengenomen Turken in Noord-Irak. Bewijzen hiervoor werden echter niet geleverd. Het Turkse ministerie van Binnenlandse Zaken gaf geen details over waar de invallen plaatsvonden, maar liet weten dat de hoofden van de pro-Koerdische Democratische Volkspartij, de HDP, in steden en districten onder de gevangenen waren.
Begin februari heeft het Europees Hof voor de Rechten van de Mens Turkije bevolen om de bekendste Koerdische politicus van het land vrij te laten uit de gevangenis. Het is afwachten wat hiermee zal gebeuren, maar president Erdogan heeft al verschillende eerdere uitspraken van het hof naast zich neergelegd. Ik neem wel akte van het feit dat de Turkse president de laatste weken zijn toon wat lijkt te verzachten. Zo kondigde hij nieuwe democratische hervormingen aan. Mijn diensten zullen natuurlijk van zeer nabij opvolgen wat hier concreet van terechtkomt. Zowel de Europese Commissie als het Europees Parlement als de Europese Raad hebben Ankara al herhaaldelijk opgeroepen om hervormingen op het vlak van de fundamentele rechten door te voeren. Het standpunt van de Vlaamse Regering sluit daar volledig bij aan.
Dan vroeg u mij om meer inzicht te geven in de diplomatieke, economische en culturele samenwerking die er vandaag is tussen Vlaanderen en Koerdistan. De Vlaams-Koerdische relaties, meer bepaald met de Koerdische Autonome Regio, zijn hartelijk. Voor Vlaanderen betekenen de Koerden ook een essentiële factor in de strijd tegen Islamitische Staat (IS). Zoals u weet, heeft de coronacrisis de normale fysieke diplomatieke ontmoetingen aanzienlijk beperkt, om niet te zeggen tot bijna nul herleid.
Vorig jaar in september heb ik nog de Vertegenwoordiger van de Koerdische Regionale Regering (KRG) in Brussel, de heer Delavar Ajgeiy, ontvangen en een verdere samenwerking besproken. Er zijn voortdurend contacten met de Koerdische vertegenwoordiging en dat uiteraard niet alleen op overheidsniveau. Zo bezocht een Koerdische handelsdelegatie in september 2019 op uitnodiging van het Vlaams netwerk van ondernemingen (Voka) Antwerpen-Waasland de haven van Antwerpen. Hierbij werden talrijke Antwerpse bedrijven uit verschillende sectoren betrokken. Dit bezoek bouwde verder op het Platoproject uit 2017 van Voka in Iraaks Koerdistan, waaraan de Vlaamse Regering een subsidie van 120.000 euro verleende. Zoals u weet, wordt via Plato ondersteuning en begeleiding geboden aan ondernemingen en kmo’s op basis van drie pijlers: informatieoverdracht, ervaringsuitwisseling en netwerking. Dit project is zeer succesvol gebleken en heeft bijgedragen tot voortdurende handelsrelaties.
Dan vroeg u naar onze concrete plannen in de nabije toekomst. Respect voor de mensenrechten en de fundamentele waarden is een hoeksteen van het beleid van de Vlaamse Regering. We zullen op dat vlak een krachtige stem laten horen bij het bepalen van de federale standpunten aangaande kwesties als deze en andere. Vlaanderen ondersteunt ten volle de standpunten van de Europese Commissie, die het Turkse optreden in Irak en Noord-Syrië al meermaals veroordeelde.
Een land dat zo nauw mogelijke relaties met de Europese Unie nastreeft en zelfs een lidmaatschap wil, maakt het zichzelf wel bijzonder moeilijk als het de fundamentele waarden en rechten van anderen niet respecteert. De Vlaamse Regering staat hoe dan ook altijd open voor internationale samenwerking. Als er zich nieuwe projecten aandienen met de Koerdische gemeenschap zal ik dat zeker verder laten bekijken.
De heer Nachtergaele heeft het woord.
Minister-president, ik ben eerst en vooral blij dat Vlaanderen die relatie met Koerdistan verder zal uitdiepen.
Ik heb toch wat twijfels over de uitlatingen van president Erdogan, waarbij hij opnieuw aankondigt dat hij van alles zal doen. Dit loopt parallel met de berichten die ons over de Turkse geheime dienst bereiken, die toch verregaande gevolgen hebben. Ze gaan over het uitschakelen van Koerdische tegenstemmen in binnen- en buitenland. Ik denk dat dit echt wel opgevolgd moet worden en dat er opnieuw een signaal vanuit Europa nodig zal zijn.
Ik wil eindigen met een verwijzing naar de resolutie die hier is goedgekeurd. Daarin hebben we opgeroepen om die toetredingssteun aan Turkije stop te zetten en de onderhandelingen te beëindigen. Bedankt.
Mevrouw Talpe heeft het woord.
Ik wil een korte, bijkomende vraag stellen, minister-president. We weten dat de Koerden niet alleen het slachtoffer zijn van schendingen in Turkije. Sinds het begin van dit jaar zijn er ook zo’n 92 Koerdische mensenrechtenactivisten in Iran aangehouden. Blijkbaar ontbreekt elk spoor van hen. Ik wilde bij u even polsen of uw diensten daarvan op de hoogte zijn. Wordt dat ook opgevolgd? Wat wordt er eventueel op dat vlak ondernomen? Dank u wel.
De heer Deckmyn heeft het woord.
Ik wil me aansluiten bij de terechte vraagstelling. Ik heb in het verleden al vaak gesteld dat Turkije zich om geopolitieke redenen al heel vaak heel agressief heeft opgesteld in voornamelijk Irak en Noord-Syrië. Men overtreedt daar heel duidelijk de internationale regels. Dit heeft uiteraard te maken met de vrees voor een onafhankelijke Koerdische staat in dat gebied en dat heeft onmiddellijk impact op de nu al slechte verhoudingen in het oosten van Turkije, waar de Koerden voor onafhankelijkheid strijden.
Minister-president, u stelde daarnet dat de toon van de Turkse president lijkt te milderen. Dat is misschien deels zo, maar er zijn ook andere indicaties. Ik maak me alvast geen illusies. Ik neem wel akte van het feit dat u stelt dat de diplomatieke, economische en culturele relaties vanuit Vlaanderen uitgebouwd zullen blijven worden. Dat kan natuurlijk helpen om de druk hoog te houden.
Ik heb net gezegd dat ik mij vragen stel omtrent het milderen van de toon van de Turkse president.
Ik denk dat collega Nachtergaele dat in zijn repliek ook aangehaald heeft: er zijn de recente uitspraken van het hoofd van de Turkse inlichtingendienst waarin hij stelt dat men Koerden in Europa wil vermoorden. Ik ben nog diplomatisch als ik zeg dat dat agressief is. Oproepen om iemand te vermoorden, is al heel erg. Ik vermoed dat u die zaken ook hebt gehoord. Ze circuleren via mail. Ik heb hierover mails gekregen en mijn collega’s ook, denk ik. Bent u daar ook al van op de hoogte? Bent u van plan om de Turkse diplomatie te melden dat zoiets helemaal niet kan?
Minister-president Jambon heeft het woord.
Mevrouw Talpe, de administratie is er inderdaad van op de hoogte dat die activisten vermist zijn. Ze probeert daarover meer informatie te krijgen bij de Iraanse ambassade.
Mijnheer Deckmyn, ik ben niet naïef. Het is niet omdat president Erdogan zijn toon mildert, dat we daarom direct in een hoerastemming verkeren. Dat is gewoon een vaststelling. Als iemand zijn toon verstrengt, dan valt dat op. Als iemand zijn toon mildert, valt dat ook op. Ik knoop daar echter geen voorbarige optimistische conclusies aan vast. Laten we daar duidelijk over zijn.
De vraag om uitleg is afgehandeld.