Verslag vergadering Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
De heer Meremans heeft het woord.
Mijn vraag gaat over bibliotheken – en dat doet er me aan denken dat ik hier nog een paar boeken liggen hebben die dringend binnen moeten, dus waarschijnlijk zal de bibliotheek van Dendermonde op enige financiële bijdrage van mij kunnen rekenen. Maar dat benadrukt nog eens het belang van de bibliotheek. Het gaat hier namelijk over het volgende.
In de beheersovereenkomst van Cultuurconnect wordt gesproken over de ontwikkeling van een nieuwe samenwerking in het kader van interbibliothecair leenverkeer (IBL). Concreet gaat het over de passage uit de beheersovereenkomst: “Rekening houdend met de toenemende vraag naar (regionale) samenwerking inzake collectiebeleid en geënt op de infrastructuur van het Eengemaakt Bibliotheeksysteem en het Eengemaakt Platform Bibliotheekwebsites, zal Cultuurconnect een nieuwe toekomstgerichte samenwerking in het kader van Interbibliothecair leenverkeer ontwikkelen.
Er zal voorzien worden in een gefaseerde overgang van het gekende systeem naar het nieuwe samenwerkingsmodel. Vanuit de Stuurgroep Gemeenschappelijke Basisinfrastructuur, die de strategische krijtlijnen uitzet, werd een werkgroep rond IBL-samenwerking opgericht, die verschillende pistes zou onderzoeken.”
In maart 2019 hebben we de Bibresolutie goedgekeurd, en die werd kamerbreed gedragen. Het belang van onze openbare bibliotheken is daarmee nog eens benadrukt en er werd opgeroepen om de bibliotheken te blijven ondersteunen. In deze resolutie was toen al sprake van de mogelijkheid voor regionale en intergemeentelijke samenwerkingsverbanden om de bibliotheken verder vorm te geven.
Naar aanleiding van die resolutie werd ook aan de Vlaamse Regering de vraag gesteld om voldoende aandacht te blijven hebben voor innovatieve ondersteuningsinstrumenten, zoals het eengemaakt bibliotheeksysteem en de centrale catalogus op het Vlaamse niveau.
Daarom heb ik volgende vragen. Hoe wordt momenteel invulling gegeven aan die resolutie van 2019?
Is de werkgroep, waarvan sprake in de beheersovereenkomst van Cultuurconnect, klaar met haar onderzoek naar de verschillende pistes om over te gaan naar het nieuwe samenwerkingsmodel? Welke denksporen werden daarbij onderzocht?
Hoe zal het nieuwe samenwerkingsmodel eruitzien en worden uitgerold?
Hoe zal dat model zich verhouden tot het e-boekenproject?
Minister-president Jambon heeft het woord.
Voorzitter, de dienstverlening van Cultuurconnect vzw heeft voldoende aandacht voor innovatieve ondersteuningsinstrumenten, zoals het eengemaakte bibliotheeksysteem, de bibliotheekwebsites en de centrale catalogus op het Vlaams niveau. Door verder te bouwen op die drie componenten, die samen de basisinfrastructuur vormen, kan de Digitale Bibliotheek Vlaanderen sneller evolueren.
Sinds vorige week zijn 210 bibliotheken op het eengemaakte bibliotheeksysteem aangesloten, wat het een van de grootste en modernste bibliotheeknetwerken in Europa maakt. Dat is iets om trots op te zijn. Vlaanderen loopt internationaal voorop en krijgt aandacht uit Nederland, Duitsland en de Verenigde Staten. Tijdens de twee volgende jaren zullen alle andere openbare bibliotheken in Vlaanderen worden aangesloten.
Er zijn twee grote vernieuwingen van de basisinfrastructuur. Ten eerste wordt op de regiosamenwerking ingezet en ten tweede wordt het oude IBL naar een nieuw IBL 2.0 omgevormd. Cultuurconnect vzw doet dit binnen het bredere kader van het dienstenmodel, dat rekening houdt met de veranderde context en met de nieuwe verwachtingen van de gebruikers. De vernieuwing vertrekt expliciet vanuit een samenwerkingsmodel tussen bibliotheken. Hiermee versterkt en ondersteunt Cultuurconnect vzw het bestaande netwerk van de lokale bibliotheken en de collectiediensten, een rol die de bibliotheken nu lokaal en in een netwerk van regionale partners opnemen. Dit gebeurt bottom-up en op het ritme van de lokale bibliotheken.
In de werking van de basisinfrastructuur van de Digitale Bibliotheek Vlaanderen zit een regionaal samenwerkingsconcept verweven, met een schaal van 0, wat geen samenwerking betekent, tot 4, wat een fusie betekent. Elke groep van bibliotheken kan zich naar eigen keuze op die schaal positioneren en krijgt het perspectief om na verloop van tijd en op eigen ritme desgewenst verdere stappen in de regionale samenwerking te zetten. Die aanpak komt trouwens ook terug in de aanpak van het project ‘Digitaal Podium’ voor de podiumhuizen.
In 2019 is de werkgroep IBL samengesteld met vertegenwoordigers van de bibliotheken van Brugge, Gavere, Genk, Gent, Hoeilaart, Lanaken, Muntpunt, Dendermonde, meer bepaald het regioverband Dijk 92, Zottegem, meer bepaald het regioverband Route 42, en de Vlaamse Gemeenschapscommissie voor de Brusselse bibliotheken. Deze werkgroep is een van de werkgroepen met experten die de Stuurgroep Basisinfrastructuur Digitale Bibliotheek Vlaanderen, die uit een evenwichtige vertegenwoordiging van alle bibliotheken bestaat, adviseren.
De uitgangspunten voor de vernieuwing van het IBL zijn tweeledig. Het publiek heeft toegang tot een brede collectie van samenwerkende bibliotheken en kan kiezen tussen verschillende collectiediensten, zoals lenen, reserveren of leveren. Elke bibliotheek beslist zelf welke collectie in aanmerking komt voor welke diensten, bijvoorbeeld de uitlening aan andere bibliotheken, en welke kosten voor welke diensten aan het publiek worden aangerekend. Het IBL 2.0 wordt, rekening houdend met de veranderde context en de verwachtingen van het publiek, een breder dienstenmodel dat de collectie via de bibliotheekwebsite op een gebruiksvriendelijke en hedendaagse manier tot bij het publiek brengt. Om hem een zo goed mogelijke dienstverlening op maat te bieden, worden de lener stapsgewijs verschillende opties aangeboden.
Cultuurconnect vzw concretiseert de mogelijkheden van het dienstenmodel met verschillende projecten in 2021 en 2022. Dat gebeurt telkens in een gefaseerde innovatieproces met geïntegreerde projectteams met pilootbibliotheken en medewerkers van Cultuurconnect vzw. Elk project kent een eigen verloop en een eigen timing. De steunpijlers zijn het digitaal raadplegen van materiaal, zoals e-boeken, het snel laten klaarleggen van materiaal in de eigen bibliotheek, het laten leveren van materiaal uit een bibliotheek van de regiosamenwerking, materiaal laten klaarleggen in een bibliotheek waar de lener nog geen lid van is en materiaal laten leveren uit eender welke Vlaamse of Nederlandstalige Brusselse bibliotheek. De regiosamenwerking en het laten leveren uit een andere bibliotheek, het vroegere IBL, zijn ingebed in de bredere vernieuwingen van het dienstenmodel, met name de digitale levering, het ‘Geef me een seintje’, de regiodiensten, de aankoopsuggesties, het laten klaarleggen in de eigen of een andere bibliotheek en de online inschrijving.
De essentie is dat de lener op de bibliotheekwebsite op de juiste plek alternatieven krijgt aangeboden om dan zelf te bepalen wat op dat moment voor hem of haar de beste dienstverlening is. Dat kan per transactie anders zijn en is vaak tijds- en plaatsgebonden. Materiaal uit een andere bibliotheek laten leveren, is dan een van de opties die aangeboden wordt. Die keuze wordt als laatste en slechts voor een beperkte collectie aangeboden, omdat het een voor de sector dure uitweg is. Het blijft echter ook de garantie voor een gelijk collectieaanbod voor alle leners binnen het netwerk van Vlaamse en Nederlandstalige Brusselse openbare bibliotheken.
Specifiek wat de regiosamenwerking betreft, laat de basisinfrastructuur toe om groepen van bibliotheken te laten evolueren op een schaal van groeiende samenwerking. Dat gebeurt bottom-up en op het ritme van de bibliotheken. Zo kunnen bibliotheken starten met geen lidgeld meer aan te rekenen als ze al lid zijn van een andere bibliotheek in de samenwerking of ze kunnen evolueren naar hetzelfde bibliotheekreglement. Eenmaal dat gebeurd is, kunnen ze zich in het nieuwe bibliotheeksysteem organiseren zodat je automatisch lid bent in elke bibliotheek van de regio en je overal kunt betalen. De betalingen worden dan achteraf vereffend aan de juiste bibliotheek. En ze kunnen in transport van materialen voorzien zodat iedereen snel materialen kan laten overkomen en terugbrengen in een bibliotheek naar keuze. Meer dan 75 procent van de bibliotheken zit intussen in een of andere trap van die schaal van samenwerking. Ik versterk daarmee gevoelig het Vlaamse beleid met initiatieven als intergemeentelijke samenwerking en regiovorming.
Waar wil Cultuurconnect in de loop van 2022 staan? De ambities voor eind 2022 zijn de volgende. Meer en gebruiksvriendelijkere online diensten zijn via online inschrijven sneller bereikbaar voor gebruikers van de bibliotheek. De digitale collecties in de catalogus zijn een zichtbaar alternatief voor een fysiek exemplaar. Waarschuwingsberichten via ‘Geef me een seintje’ zijn een zinvolle aanvullende online dienstverlening. Aankoopsuggesties krijgen hun plek in de online dienstverlening voor zowel de gebruiker als de bibliotheek. Het dienstenmodel IBL 2.0, biedt duurzame en haalbare werkprocessen aan de medewerkers van de bibliotheek. Meer bibliotheken leggen ook aanwezige items klaar en doen dat ook voor nieuwe leden. Minimum negen regio’s werken verregaand samen wat betreft collectiediensten. Laten leveren uit een andere bibliotheek, het vroegere IBL, vormt zowel het sluitstuk als het laatste redmiddel om iedere gebruiker eenzelfde samengestelde collectie aan te bieden.
De functionaliteiten van dat dienstenmodel zullen in 2022 beschikbaar zijn voor alle bibliotheken die gebruikmaken van de basisinfrastructuur van de Digitale Bibliotheek. Dat zullen op dat moment bijna alle lokale openbare bibliotheken zijn, aangezien het migratietraject naar het eengemaakte bibliotheeksysteem dan namelijk bijna afgerond is. Dat zou volledig afgerond zijn in 2023.
De laatste vraag was hoe dat model zich zal verhouden tot het e-boekenproject. De optie van digitale levering en dus het vlot ontlenen van e-boeken is een belangrijk onderdeel van een hedendaagse bibliotheekcollectie. Binnen dat dienstenmodel positioneren we de e-boeken als een alternatief voor het lezen van een fysiek boek. Zo kan een lener het boek onmiddellijk op zijn mobiel toestel beginnen te lezen wanneer het fysieke exemplaar niet beschikbaar is.
Voor het dienstenmodel vertrekken we vanuit een breder perspectief van digitale levering. De manier waarop we de integratie van de e-boeken realiseerden in de publiekscatalogus kan later ook ingezet worden voor andere digitale collecties, bijvoorbeeld wanneer de bibliotheken een gezamenlijk filmstreamingaanbod zouden ontwikkelen.
Tot slot kunnen we dus stellen dat dit project in volle ontwikkeling is en dat we in volle verwachting zijn om in 2022 die nieuwe functionaliteiten in gebruik te nemen.
De heer Meremans heeft het woord.
Dank u wel, minister-president. Dat is een hele boterham. Ik heb niet alles kunnen noteren, maar ik zal dat straks wel nalezen. In elk geval is het duidelijk dat we op dat gebied, zeker op het vlak van de digitalisering, samen met Cultuurconnect, serieuze sprongen voorwaarts zetten. Ik vind het echt belangrijk dat Vlaanderen eens vooroploopt in die zaken. We staan er niet altijd bij stil, maar de bibliotheek is wel degelijk het meest democratische en meest toegankelijke medium. Ik vind het heel goed dat die ook de digitaliseringsweg opgaat.
Voor die regionale samenwerking heb ik Dijk 92 vermeld, en dat is eigenlijk de opvolging van Cultuurdijk, dat ik ook mee heb gesticht in 2009. Het is belangrijk dat we regionaal gaan denken, en ik hoop dat het allemaal verder uitgerold kan worden.
Ik ben zeker al blij met uw antwoorden.
Mijn bijkomende vraag is: is dan ook de mogelijkheid onderzocht – nu ga ik al een stukje verder – om links te maken met andere, niet-openbare bibliotheken? Ik denk aan bepaalde kunstbibliotheken, hogescholen, universitaire bibliotheken of wetenschappelijke bibliotheken. Kan daarmee de link worden gelegd voor de gebruiker?
Heel wat bibliotheken vragen geen lidgeld meer. Dat was ook een voorwaarde. Het lijkt mij aangewezen om dat, ook al was het een klein bedrag, in de toekomst naar het rijk van de geschiedenis te verwijzen.
Ik dank u alvast voor uw antwoord.
Mevrouw D’Hose heeft het woord.
Voorzitter, ik maak een kleine gedachtesprong naar de vorige legislatuur, waar we bezig waren met de afslanking van de provincies, collega’s. Het interbibliothecair leenverkeer werd door de provincies aangeboden als een heel goede dienst, die werkte rond de provinciale bibliotheeksystemen. Toen zei men mij: ‘Dat zal heel problematisch worden. Het IBL zal niet meer bestaan en dat is belangrijk. En si en la.’ Ja, nu zien we toch wel dat door het eengemaakte bibliotheeksysteem het IBL naar 2.0 is gegaan. We mogen soms niet bang zijn voor verandering in dergelijke zaken. Door de efficiëntiewinst en – laat ons eerlijk zijn – het goede werk van Cultuurconnect hierin is het toch veel beter voor onze Vlaamse overheid en uiteraard voor diegenen voor wie we het allemaal doen, de gebruikers. Even ‘a trip down to memory lane’. Ik weet nog dat collega Meremans daar toen – terecht – verschillende vragen over heeft gesteld. Het is fijn te horen dat dit tot een goed resultaat heeft geleid. Dank u wel daarvoor.
Minister-president Jambon heeft het woord.
Mijnheer Meremans, het is een interessante piste om te linken met andere, niet-openbare bibliotheken. Maar we zouden dat nog verder moeten bekijken. Ik denk dat er op technisch vlak geen enkel probleem hoeft te zijn. De focus van Cultuurconnect zit natuurlijk nog altijd bij de openbare bibliotheken. Maar als dit project in een afrondingsfase zit, kunnen we zeker nagaan of dat een interessante volgende stap is.
Mevrouw D’Hose, ik kan mij alleen maar aansluiten bij uw wijze woorden, om niet te conservatief te kijken naar verandering.
De heer Meremans heeft het woord.
Ik ga ook even terug naar ‘memory lane’. Ik herinner mij de bezorgdheden die waren ontstaan in de commissie. Mevrouw D’Hose weet dat natuurlijk ook nog. Er waren vragen aan minister Gatz over wat er zou gebeuren met de bibliotheken indien de provincies dat niet meer zouden doen. Op dat ogenblik zouden de runderen ook geen melk meer geven. Maar dat is blijkbaar allemaal nog dik meegevallen. Integendeel, we gaan erop vooruit. U weet dat ik niet zo’n fan ben van provincies en dat ik dat ook nooit zal worden. Voor mijn part mogen zij morgen allemaal worden afgeschaft. Geen enkel probleem voor mij. We hebben dat inderdaad overgenomen. Bij sommigen was er inderdaad wel wat koudwatervrees. Maar het is uiteindelijk inderdaad een surplus. We hebben dat goed uitgerold. Cultuurconnect heeft daar zeker een positieve rol in gespeeld, waarvoor dank.
De vraag om uitleg is afgehandeld.