Verslag vergadering Commissie voor Algemeen Beleid, Financiën, Begroting en Justitie
Verslag
De heer De Roo heeft het woord.
Voorzitter, collega’s, minister-president, het relanceplan Vlaamse Veerkracht zet zeer terecht in op de verdere digitalisering van de werking en de dienstverlening van de overheid. Dat digitalisering meer en meer een cruciale plaats zal innemen in de organisatie van zowel de overheidsdiensten als de private sector, is de afgelopen maanden door de coronacrisis voor iedereen overduidelijk geworden.
In het kader van de inspanningen en de investeringen in het versnellen en verbreden van de digitalisering springen een aantal zaken specifiek in het oog. Aldus werd in het vooruitzicht gesteld dat er in 2021 een Digitaal Transformatiebureau zal worden opgericht, waarmee Vlaamse en lokale besturen en overheden op hun vraag bij digitale transformatieprojecten zullen worden ondersteund. In samenwerking met de minister van Binnenlands Bestuur zal ook worden gewerkt aan het project ‘Gemeente zonder gemeentehuis’ en tegen eind 2022 zouden lokale overheden allemaal gebruik moeten kunnen maken van de mogelijkheden van het project ‘Mijn Burgerprofiel’. Dat laatste is zeker niet zonder belang in het streven naar de uitbouw van een geïntegreerde eenloketoplossing. Inzetten op digitalisering en de verdere uitrol van ICT-toepassingen is, zoals gezegd, een zeer terecht en belangrijk speerpunt van de relance, maar ook het aantrekken van het vereiste deskundige personeel is natuurlijk noodzakelijk. En iedereen weet dat het aantrekken van gespecialiseerd personeel op dat domein geen sinecure is; de vraag naar ICT-profielen is groot en de overheid heeft niet altijd de grootste troeven in handen om dergelijke profielen aan te trekken.
Minister-president, welke stappen werden reeds gezet naar de oprichting van dit Digitaal Transformatiebureau? Kunt u zeggen wanneer de oprichting ervan een feit zal zijn?
Hoe zal dit transformatiebureau de Vlaamse en de lokale overheden bij hun digitale transformatieprojecten ondersteunen?
Zal aan die ondersteuning een prijs verbonden zijn? Zullen de verschillende overheden die van die dienstverlening gebruikmaken, daarvoor moeten betalen?
In het kader van de verdere uitbouw van Mijn Burgerprofiel en de eenloketoplossing konden we in uw beleids- en begrotingstoelichting (BBT) voor de begroting van vorig jaar lezen dat het belangrijkste uitgangspunt luidt: “digitaal eerst en met de gebruiker centraal”. Dat de gebruiker centraal dient te staan is de evidentie zelve, maar tegelijkertijd weten we ook dat niet iedereen mee is met de digitale trein en dat sommigen achterop dreigen te geraken. Hoe kijkt u naar dit geheel en hoe ziet u te vermijden dat er een digitale kloof ontstaat? Welke specifieke initiatieven voorziet u om ervoor te zorgen dat bij de verdere digitalisering ook iedereen echt mee is, en niemand achterblijft?
Hoe denkt u effectief naar de toekomst toe verder hooggekwalificeerd ICT-personeel aan te trekken en deze vervolgens ook voor langere tijd in dienst te houden, om de deskundige uitrol van de ambitieuze plannen rond verdere digitalisering te garanderen? Ik dank u voor uw antwoord.
Minister-president Jambon heeft het woord.
Collega, u vraagt welke stappen er reeds gezet zijn. Wat de oprichting van dat Digitaal Transformatiebureau betreft, is het onze doelstelling om dat in de loop van 2021 op te richten. Daartoe is er al een bevraging gebeurd van de leden van het Stuurorgaan Vlaams Informatie- en ICT-beleid, waaronder de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG) als vertegenwoordiger van de lokale besturen, naar hun initiële verwachtingen en behoeften met betrekking tot het Digitaal Transformatiebureau.
Ten tweede wordt een operationeel afsprakenkader opgesteld met betrekking tot het project 'Gemeente zonder gemeentehuis', in afstemming met de Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Bestuurszaken, Inburgering en Gelijke Kansen.
Er wordt ook een operationeel afsprakenkader opgesteld met betrekking tot het smartcitiesbeleid, ook in afstemming met de Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Bestuurszaken, Inburgering en Gelijke Kansen en de Vlaamse minister van Economie, Innovatie, Werk, Sociale economie en Landbouw.
Het takenpakket van het Digitaal Transformatiebureau krijgt in de loop van 2021 samen met het Stuurorgaan Vlaams Informatie- en ICT-beleid en binnen beide operationele afsprakenkaders verder concrete invulling.
Entiteiten van de Vlaamse overheid en lokale besturen kunnen echter nu al op eigen vraag een beroep doen op de diensten van het Digitaal Transformatiebureau. Zo zijn al samenwerkingen opgezet met het Departement Cultuur, Jeugd en Media, het Agentschap Integratie en Inburgering (AgII) en met de Vlaamse minister van Justitie en Handhaving, Omgeving, Energie en Toerisme, voor het oprichten van het nieuwe Agentschap Justitie en Handhaving.
Hoe zal het Digitaal Transformatiebureau de Vlaamse en lokale overheden effectief ondersteunen? Het takenpakket van het Digitaal Transformatiebureau krijgt in de loop van 2021 concreet invulling via het Stuurorgaan Vlaams Informatie- en ICT-beleid en vanuit de geïdentificeerde noden en behoeften van de entiteiten van de Vlaamse overheid en de lokale besturen.
Dat takenpakket kan opgedeeld worden in drie pijlers. In de eerste plaats zal het Digitaal Transformatiebureau, op vraag, de entiteiten van de Vlaamse overheid en de lokale besturen ondersteunen bij hun digitale transformatieprojecten vanuit de digitale en data-expertise beschikbaar binnen het nieuwe agentschap Digitaal Vlaanderen. Dit omvat activiteiten gaande van adviesverlening, over analyse van de dienstverlening om aan de hand van een businesscase de beste digitale oplossing uit te werken, tot projectmatige begeleiding bij de uitvoering van de uitgewerkte digitale transformatie.
Twee, flankerend hieraan ondersteunt het Digitaal Transformatiebureau het uitwerken van de verschillende niet-functionele focusdomeinen, zoals een datastrategie of een servicestrategie, in het strategisch plan van het Stuurorgaan Vlaams Informatie- en ICT-beleid. Het uitwerken van deze strategieën door middel van referentiekaders en concrete actieplannen zal de entiteiten van de Vlaamse overheid en de lokale besturen begeleiden bij hun respectievelijke digitale transformatieprojecten.
Ten derde wordt een expertisecentrum opgezet waarmee de globale maturiteit inzake digitale transformatie binnen de entiteiten van de Vlaamse overheid en de lokale besturen wordt verhoogd. Hiertoe wordt onder andere voorzien in een raamcontract voor digitale businesstransformatoren en de coördinatie van de verschillende bestaande kennisnetwerken binnen de Vlaamse overheid.
U vraagt ook of daar een prijs aan verbonden zal zijn. Ik neem aan dat u een kostprijs bedoelt en geen lauwering. Centraal worden door mij de nodige middelen voorzien om de basisdienstverlening van het Digitaal Transformatiebureau te verzekeren, met name waar het overheidsbrede initiatieven betreft, het uitwerken van de digitale transformatiestrategie en het uitbouwen van het expertisecentrum. Voor specifieke ondersteuningsaanvragen wordt een financiële bijdrage aan de entiteit of lokaal bestuur in kwestie gevraagd. Dit om een schaalbaar model mogelijk te maken dat mee evolueert met de vraag en via het voorziene raamcontract toelaat de juiste expertise op het juiste moment in te zetten om klantgericht de specifieke noden en verwachtingen van de betreffende entiteit of het lokaal bestuur in te lossen.
Dan is er de vraag over iedereen meekrijgen in het digitale verhaal. De digitalisering van de overheid heeft de afgelopen jaren een flinke vaart genomen. Dat is een positieve evolutie, maar het heeft ook geleid tot veel afzonderlijke sites en loketten. Het is voor de burger moeilijk om het overzicht te behouden en om te weten waar hij of zij juist moet zijn voor welke dienstverlening. Ik ben ervan overtuigd dat dit veel eenvoudiger moet. 'Mijn Burgerprofiel' geeft burgers één overzicht van hun zaken bij de overheid. Door het voor burgers gemakkelijk te maken, kunnen we al een eerste kloof vermijden, omdat mensen niet meer moeten zoeken waar ze juist moeten zijn. Met één overzicht en één plek waar je al je zaken met de overheid kunt regelen, willen we zoveel mogelijk mensen overtuigen van het gebruiksgemak van onze digitale overheidsdienstverlening. Dat is onze ‘eerst digitaal’-aanpak, en het is duidelijk geen ‘enkel digitaal’-aanpak. Dat heb ik daarstraks ook aan mevrouw Van dermeersch geantwoord.
We zetten in op digitale technologie omdat het de dienstverlening gemakkelijker maakt voor burgers. Maar het is ook van groot belang dat de Vlaamse overheid een menselijke stem behoudt voor hen die dit nodig hebben en voor hen die minder digitaalvaardig zijn. Het een vervangt het ander niet. Daarom beschikt de Vlaamse overheid over een toegankelijk en laagdrempelig contactcenter, bereikbaar op het nummer 1700. Wie online moeilijk de gezochte informatie vindt, extra vragen heeft of hulp nodig heeft bij het gebruik van onze diensten, zal steeds terechtkunnen bij dit professionele contactcenter. Op die manier willen we zo veel mogelijk mensen een goede en toegankelijke dienstverlening aanbieden. Ik roep dan ook alle entiteiten van de Vlaamse overheid en alle lokale besturen op om mee die brede bruikbaarheid van onze digitale dienstverlening te ondersteunen: én door in te zetten op 'Mijn Burgerprofiel', én door in te zetten op bijkomende menselijke begeleiding zoals ons contactcenter 1700.
Voor het aantrekken van hooggekwalificeerd personeel kan ik onder meer gebruikmaken van de Vlaamse Vereniging voor ICT-personeel (Vlaanderen connect.). Deze vereniging is een privaatrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap (EVA), onder de vorm van een vereniging zonder winstoogmerk (vzw). Vlaanderen connect. is toegewezen aan het beleidsdomein Kanselarij, Bestuur, Buitenlandse Zaken en Justitie. Vlaanderen connect. richt zich op profielen die beschikken over ICT-competenties van een hoog niveau, een hoge wendbaarheid vertonen en op termijn kunnen doorstromen naar verschillende leden van de vzw. De vereniging stelt deze profielen ter beschikking aan haar leden. Daarbij wordt gewerkt met contracten van onbepaalde duur.
De steeds meer geïnformatiseerde huidige maatschappij vraagt een integrale benadering bij het aanbieden van ICT-oplossingen. Daarom is ervarings- en kennisuitwisseling tussen de leden en samenwerking tussen overheden op het vlak van ICT cruciaal. Vlaanderen connect. wil deze uitwisseling en samenwerking mogelijk maken en stimuleren.
Vanuit het Agentschap Overheidspersoneel (AgO) worden er verschillende acties ondernomen om gekwalificeerd ICT-personeel aan te trekken. Sowieso werken we binnen de diensten van de Vlaamse overheid met aparte graden die een hogere verloning toestaan voor informatici en programmeurs. Verder zetten we ook in op arbeidsmarktcommunicatie om ICT-studenten en ICT-werkzoekenden te overtuigen om te kiezen voor de Vlaamse overheid. Zo nemen we deel aan gespecialiseerde jobbeurzen en maken we gebruik van advertentiekanalen specifiek gericht op het profiel van IT’ers. We zijn op dit moment ook samenwerkingsovereenkomsten aan het afsluiten met externe partners – ik noem Amazon Web Services en MolenGeek – die geïnteresseerde burgers opleiden tot IT’ers. Verder geloven we ook in het potentieel van de huidige werknemers van de Vlaamse overheid en werken we opleidingstrajecten uit die medewerkers de kans geven om via interne mobiliteit uit te groeien tot ICT-experten.
De heer De Roo heeft het woord.
Dank u voor uw uitgebreid antwoord. Ik onthoud er vooral uit dat er heel wat initiatieven genomen worden, waarbij we effectief voor het digitale kiezen en de nodige ondersteuning bieden via 1700 en zorgen dat iedereen mee geraakt, of dat zij die niet mee zijn, daar toch hulp bij kunnen halen, en dat er ook op het vlak van personeel een aantal inspanningen en acties op poten worden gezet. Ik hoop dat die acties ook regelmatig worden geëvalueerd om na te kijken of de aangroei van het nodige hooggekwalificeerd personeel effectief op de rails blijft. Maar ik heb er vertrouwen in. Uit uw antwoord blijkt dat dat zo zal zijn.
Voor alle duidelijkheid: ik had het inderdaad over de kostprijs en niet over een prijs. Het kan echter misschien geen kwaad om ook een aantal prijzen te voorzien voor mensen die snel mee op de digitale trein springen.
De heer Vande Reyde heeft het woord.
Minister-president, ik vind het fijn hoe u uw passie voor digitalisering toont. Ik vind dat een heel goede zaak en u trekt dat ook consequent door.
Ik heb een kleine suggestie. Ik hoor in uw antwoord dat er meer samenwerking moet zijn tussen de lokale besturen, ook op het vlak van smart cities. Ik heb dit al vaak in de commissie voor Economie gezegd: er zijn in Vlaanderen heel veel afzonderlijke projecten rond smart cities, die heel goed zijn en door steden en gemeenten bottom-up worden georganiseerd. Ze krijgen steun van de Vlaamse overheid. Dat werkt perfect. Het probleem is echter dat de kennis en expertise die daar uit voortkomen, niet genoeg gedeeld worden. Er komen daarin verschillende problematieken aan bod, bijvoorbeeld een parkeerprobleem of het probleem van een stad die zijn fietsmobiliteit wil verbeteren of schoolgaand fietsverkeer wil stimuleren. De resultaten van die projecten worden echter amper gedeeld. Daar zit momenteel de grote lacune. Elke stad of gemeente doet een beetje zijn of haar ding. Ik denk dat we daaraan moeten werken. Dit kan een bijkomende katalysator zijn.
Ik weet dat Smart Flanders die taak deels op zich neemt. Worden die taken dan overgenomen? Zullen ze samenwerken? Hoe ziet u die kennisdeling tussen steden en gemeenten evolueren, zodat we die echt op poten kunnen zetten?
De heer Gryffroy heeft het woord.
Ik wil me voor een stuk aansluiten bij wat de heer Vande Reyde hier zegt. We hebben dit in de commissie Economie inderdaad al vaker besproken. Er is het vuurtorenmodel, de kennisoverdracht, enzovoort. Alles staat of valt uiteraard met de digitalisering zelf, de hardware en de software. Je ziet in de gemeenten dat ze op het vlak van hardware vaak nogal wat problemen hebben. Er is ook een tool, ontwikkeld door het Agentschap Innoveren en Ondernemen (VLAIO), het Vlaams netwerk van ondernemingen (Voka) en Deloitte, die bij bedrijven een quickscan doet. De tool is heel laagdrempelig en ook heel succesvol. Hij haalt onmiddellijk de pijnpunten naar boven. Is het geen opportuniteit om die tool in de gemeenten toe te passen wanneer het Digitaal Transformatiebureau samenwerkt met de mensen van VLAIO, Voka en Deloitte? Zo kan men heel snel kijken waar er een aantal pijnpunten zijn. Soms vindt men zo de zwakste schakel. Er moet er maar een zijn om de ketting te doen breken.
Minister-president Jambon heeft het woord.
Het is duidelijk dat de drive van het Digitaal Transformatiebureau uitgaat. Niet iedereen hoeft het warm water opnieuw uit te vinden. Het lijkt me ook duidelijk dat er met Smart Flanders moet worden samengewerkt, specifiek als het over smart cities gaat.
Mijnheer Gryffroy, ik kende die quickscan van VLAIO, Voka en Deloitte niet. Het lijkt me zeker een suggestie om deze eens nader tegen te licht te houden en te kijken of deze ook bij gemeenten kan worden gebruikt. We nemen deze suggestie mee.
De heer De Roo heeft het woord.
Bedankt, collega’s, voor de aanvullingen. Het is boeiend om de debatten van de commissie Economie hier nog eens te voeren. Ik wil daar natuurlijk op aansluiten met datgene wat ik toen in de commissie heb gezegd: ook bij de lokale besturen zul je opgeleid personeel nodig hebben om die samenwerking ten volle te laten verlopen, zodat iedereen weet waarover je spreekt en die uitwisseling kan gebeuren. Bij de verschillende smartcityprojecten die momenteel zijn uitgeschreven, is samenwerking of het delen van de resultaten alleszins een van de onderdelen. Dank voor de aanvullingen en het antwoord. Digitalisering zal ons de volgende jaren nog verder bezighouden. Ik denk dat dat een heel goede zaak is.
De vraag om uitleg is afgehandeld.