Verslag vergadering Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
Mevrouw D’Hose heeft het woord.
Minister-president, er bereiken mij verschillende berichten dat kunstenaars die ervoor kiezen om vanuit het statuut van zelfstandige te werken, problemen ondervinden bij hun aanvraag voor projecten. Het gaat hierbij om het volgende. Vanuit hun eenmanszaak vragen ze een projectsubsidie aan, om vervolgens van het departement te vernemen dat dit alleen kan als ze de subsidie laten ontvangen door een derde. Met andere woorden, een zelfstandige zou dus niet kunnen factureren aan zichzelf. De reden daarvoor is mij vreemd. Het gaat hierbij om een zelfstandige, die dus gaat bijdragen aan de sociale zekerheid en ook belastingen betaalt. Als de zelfstandige een deel van de subsidie wil gebruiken als vergoeding voor de eigen prestaties, leidt dat tot een brutowinst waarop ook sociale bijdragen betaald worden. Dat lijkt mij dus een correcte vorm van vergoeding. Ik weet dat het nogal technisch is, maar ik vind het wel redelijk fundamenteel in de manier waarop we omgaan met subsidies. Daarbij heb ik toch de volgende vragen.
Moet elke kunstenaar/zelfstandige die een projectsubsidie ontvangt, steeds een derde als begunstigde aanduiden waaraan hij of zij dat gaat factureren? Of mag een zelfstandige – wat de logica zou zijn – een deel van de subsidie ook als vergoeding voor de eigen prestaties gebruiken, waarop men dan natuurlijk belastingen en sociale zekerheidsbijdragen betaalt na het afsluiten van het boekjaar? Welke bepalingen staan er in het Kunstendecreet, of in het uitvoeringsbesluit, als juridische hefboom om zo’n verbod in te stellen? Waarop baseert de administratie zich?
Minister-president Jambon heeft het woord.
Het Kunstendecreet voorziet in twee aanvraagmogelijkheden voor projectsubsidies: enerzijds is er een projectsubsidie voor een kunstenaar voor aanvragen door een natuurlijk persoon, anderzijds een projectsubsidie voor een organisatie voor aanvragers die over rechtspersoonlijkheid beschikken. Een projectsubsidie voor een kunstenaar wordt verleend en in principe ook betaald aan de aanvragende kunstenaar. Deze kan echter, zoals bepaald in artikel 13 van het Kunstendecreet, een derde aanduiden, steeds een rechtspersoon, als financieel begunstigde van de subsidie. Op die manier krijgt de aanvrager de mogelijkheid om de subsidie-inkomst als facturatie aan een opdrachtgever te verdienen of sociale en fiscale rechten als loontrekkende op te bouwen. Er is geen verplichting om een derde als financieel begunstigde aan te duiden en het al dan niet aanduiden van een financieel begunstigde heeft ook geen invloed op de toekenning van een projectsubsidie.
Het Kunstendecreet hecht veel belang aan een correcte vergoeding van kunstenaars. Het is een beoordelingscriterium bij zowel de projectsubsidie voor een kunstenaar als deze voor een organisatie. Als in een aanvraag voor een projectsubsidie voor een kunstenaar niet-correcte vergoedingswijzen voor andere artistieke medewerkers dan de aanvragende kunstenaar gepland worden, kan dit, net zoals bij een projectsubsidie voor een organisatie, negatieve gevolgen hebben voor de beoordeling van de projectaanvraag. De beoordeling is wat milder als het gaat over de vergoeding van een aanvragende kunstenaar die ook de subsidie krijgt uitbetaald. Als die ook zichzelf wil vergoeden en plant om een deel van de subsidie bij te houden als een vergoeding voor de eigen prestaties, zal dit geen doorslaggevend negatief element bij de beoordeling zijn, maar wordt de aanvrager wel gewezen op de vergoedingssituatie die hij voor zichzelf creëert. Indien hij een zelfstandig werkend kunstenaar is, zal hij deze inkomst niet via facturatie aan een opdrachtgever kunnen verdienen en als loontrekkende zal hij geen sociale en fiscale rechten kunnen opbouwen. Dit had de aanvrager enkel kunnen vermijden door de subsidie aan een rechtspersoon te laten betalen.
Noch in het Kunstendecreet, noch in het uitvoeringsbesluit is er bepaald dat er geen subsidie toegekend kan worden aan een zelfstandig kunstenaar of eenmanszaak als deze geen derde als financieel begunstigde heeft aangeduid. Ik weet dus niet goed vanwaar dat komt.
Mevrouw D’Hose heeft het woord.
In principe, als ik het goed begrijp, minister-president, kan het wel dat men als vzw, als organisatie, een projectsubsidie krijgt en kan men zichzelf daar als zelfstandige een loon uitkeren. Dan moeten we dat eens goed bekijken met de administratie waarom men die informatie geeft want die lijkt me dan inderdaad niet correct.
Minister-president Jambon heeft het woord.
Mevrouw D’Hose, het is zoals u zegt. Maar de administratie wijst er wel op wat de gevolgen zijn op sociaalrechtelijk vlak: de opbouw van een pensioen. Misschien dat de bijkomende informatie van de administratie aangeeft dat het niet mogelijk is. Het is wel mogelijk, maar er zijn consequenties aan verbonden. Ik zal het nog eens navragen bij de administratie of ze ... Ik kan me wel voorstellen dat ze die informatie over wat de consequenties daarvan zijn meegeeft aan de kunstenaar. Ik denk dat men dat ook moet doen. Misschien dat dit in dit specifieke geval dan geïnterpreteerd werd dat het niet mag. Het mag wel, maar het heeft zeker consequenties.
Mevrouw D’Hose heeft het woord.
Dat is heel helder, minister-president. Dank u wel daarvoor.
De vraag om uitleg is afgehandeld.