Verslag vergadering Commissie voor Algemeen Beleid, Financiën, Begroting en Justitie
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
De heer D’haeseleer heeft het woord.
Voorzitter, wie een bestaande woning koopt en binnen een termijn van vijf jaar ingrijpend energetisch renoveert, betaalt sinds 1 januari 2018 verlaagde registratiekosten. Deze korting voor de start van de werken geeft meer kapitaalkracht om in een energiezuinige woning te investeren. Voor de aankoop van die enige gezinswoning bedraagt het tarief sinds 2020 6 procent. Indien de eigenaar binnen een termijn van vijf jaar ingrijpend energetisch renoveert, komt daar een vermindering bovenop en moet op de aankoopsom slechts 5 procent aan registratierechten worden betaald.
Daar zijn een aantal voorwaarden aan verboden. Het moet gaan om de enige gezinswoning. Het geheel moet in volle eigendom worden gekocht. De woning moet ingrijpend energetisch worden gerenoveerd, zoals staat omschreven in de definitie in het Energiebesluit. Aan de voorwaarde dat het om de enige gezinswoning moet gaan, is een termijn van een jaar gekoppeld.
De mensen die eind 2019 een huis hebben gekocht en die woning ingrijpend energetisch wilden renoveren, konden natuurlijk niet voorzien dat een coronapandemie op hen afkwam. Door de coronamaatregelen tijdens de verschillende golven in Vlaanderen zijn heel wat van die mensen in de problemen geraakt.
Zo heeft me het voorbeeld bereikt van een Vlaams koppel dat eind 2019 een huis heeft gekocht. Om aanspraak op de verlaagde registratierechten te maken, wilden ze die woning ingrijpend energetisch renoveren. Om zeker te zijn dat ze de termijn van een jaar niet zouden overschrijden, hebben ze toen hun toenmalige woning te koop aangeboden. Begin 2020 konden huizen ten gevolge van de coronapandemie en de bijbehorende maatregelen niet worden bezocht en konden bouwfirma’s niet werken. Die maatregelen waren niet voorzien. De betrokken vrouw heeft een contactberoep en is tijdelijk werkloos, waardoor de spaarcenten aan een snel tempo slinken. Het resultaat is dat het voormalig huis niet verkocht geraakt en dat de verbouwingswerken stilliggen. Begin januari 2021 heeft het gezin een brief van de Vlaamse overheid gekregen waarin staat dat aan de voorwaarden niet is voldaan en dat ze 14.000 euro moeten betalen. Het gaat om de verlaagde registratierechten en om een boete van 20 procent op die rechten.
Dit voorbeeld toont aan dat dit gezin niet alleen is. Uit contacten met de dossierbeheerder bij de Vlaamse administratie blijkt dat vele anderen in hetzelfde geval verkeren. Er zullen in de toekomst waarschijnlijk nog gevallen opduiken die tussen de mazen van het opvangnet zijn gevallen. Dat is haast onvermijdelijk.
Minister, hebt u zicht op de grootte van de problematiek? Hoeveel mensen zijn hier het slachtoffer van? Ziet u mogelijkheden om alsnog tegemoet te komen aan die vergeten eigenaarsgroep? Zijn er mogelijkheden om die vorderingen, die ten gevolge van de coronamaatregelen en niet te kwader trouw zijn ontstaan, alsnog teniet te doen. Kunnen de momenteel geldende termijnen, bijvoorbeeld, worden verlengd zo lang de pandemie heerst? Welke andere initiatieven bent u van plan met betrekking tot dergelijke gevallen te nemen?
Minister Diependaele heeft het woord.
Mijnheer D’haeseleer, u weet dat ik niet op een individueel geval mag ingaan. Het is geen verwijt, maar het is jammer dat dergelijke vragen om uitleg een beetje tendentieus zijn. Ik heb daar alle begrip voor, maar u insinueert wel dat heel wat gezinnen door deze maatregel worden getroffen. Ik kan het concreet geval niet beoordelen, maar er zijn meerdere redenen waarom een woning niet verkocht geraakt, bijvoorbeeld omdat de vraagprijs te hoog is, de woning in zeer slechte staat is of de mensen niet krijgen wat ze ervoor willen. Ik kan in elk geval meedelen dat onze maatregelen wel degelijk goed hebben gewerkt. Uw stelling dat veel gezinnen hierdoor worden getroffen, is helemaal niet waar.
Ik zal u een overzicht geven van de relevante maatregelen die we, samen met de Vlaamse Belastingdienst (VLABEL), met betrekking tot de registratiebelasting hebben genomen. De zogenaamde gunstregimes waar u in uw voorbeeld naar hebt verwezen en die blijkbaar de aanleiding van deze vraag om uitleg vormen, vallen hier ook onder.
Ik neem uw voorbeeld. Iemand koopt een woonhuis en wil gebruikmaken van het verlaagd tarief van 5 procent, op voorwaarde dat deze aankoop zijn enige eigen woning is en er een ingrijpende energetische renovatie wordt uitgevoerd binnen vijf jaar. Heeft de koper, op het moment van zijn nieuwe aankoop, nog een eigen woning in zijn bezit – wat we het verhinderend onroerend bezit noemen –, dan moet die woning verkocht worden binnen twaalf maanden.
De eerste lockdown is gestart midden maart 2020 met op 18 maart de sluiting van onder andere alle niet-essentiële winkels, waardoor ook notariskantoren en immobiliënmakelaars tijdelijk moesten sluiten. Dit heeft geduurd tot 11 mei. Vanaf 11 mei waren er versoepelingen en kon er opnieuw volop gewerkt worden, al bleven er wel bepaalde beperkingen, bijvoorbeeld inzake het bezichtigen van woningen waarbij de kopers alleen naar binnen moesten, dus zonder de makelaar.
Zoals u al vaak in de pers hebt kunnen vernemen, is er in de laatste maanden, na de eerste lockdown, een rush op vastgoed geweest, wat tevens de prijzen van huizen en appartementen in 2020 substantieel heeft opgedreven. We zien die inhaalbeweging trouwens ook in onze ontvangsten. Dus, de woningmarkt was open.
Quasi meteen na de start van de eerste lockdown heb ik, in samenspraak met de Vlaamse Belastingdienst, een algemene termijnverlenging afgekondigd tot 30 september, ook al waren er vanaf medio mei reeds verregaande versoepelingen, waarbij ook doe-het-zelfzaken en dergelijke terug opengingen. Dat is met andere woorden 4,5 maand langer dan strikt nodig, net om geen druk te zetten op notariaten en immokantoren en alle burgers ruimschoots de tijd te geven toch aan hun voorwaarden tot behoud van het gunsttarief te voldoen.
Bij de heropflakkering van het coronavirus, tijdens de tweede golf, hebben we opnieuw meteen een drastische maatregel genomen. Met ingang van 1 november 2020 hebben we andermaal een algemene termijnverlenging afgekondigd tot 31 januari 2021, die we intussen zelfs verlengd hebben tot 30 april 2021. Dat zijn maatregelen zonder enige administratieve rompslomp voor burgers of bedrijven. Het gebeurt allemaal automatisch, men moet er zelfs geen aanvraag voor indienen.
Tijdens die verlengde termijn wordt ook geen enkele financiële boete opgelegd, dus geen belastingverhoging en geen nalatigheidsintresten. We zijn daar zeer ruimhartig in. Dat wordt allemaal niet aangerekend. We hebben vanuit de praktijk dan ook niets dan lofbetuigingen gekregen. Iedereen vond het een zeer correcte en ruime maatregel.
Ik kan dat ook aantonen met cijfers. Elk jaar zijn er honderden dossiers van gunstregimes waarvan de voorwaarden niet worden nageleefd, hetgeen dan leidt tot een navordering van aanvullende rechten. Dat is ook hier gebeurd. Het lijkt me interessant om de vergelijking te maken tussen het jaar 2019, toen er van corona en de lockdown nog geen sprake was – in tempore non suspecto –, en het jaar 2020, meer bepaald de periode van de eerste lockdown, en dan specifiek voor de gunstvoorwaarde waarnaar u verwijst in uw vraag, namelijk de tijdige verkoop van een verhinderend onroerend bezit. De Vlaamse Belastingdienst heeft me deze cijfers bezorgd. In 2019 waren er maandelijks gemiddeld 25 dergelijke dossiers. Vanaf de maand maart 2020, de ingang van de eerste termijnverlenging, zien we dat deze cijfers meteen drastisch terugvallen naar minder dan 10.
Ik heb een tabel met de cijfers die ik u straks zal voorlezen. In januari 2020, dus voor de lockdownmaatregelen, ging het nog om 25 dossiers en in februari 2020 zelfs om 40 dossiers, maar dan, na de eerste termijnverlenging, ging het in maart om nog slechts 7 dossiers, in april 9 dossiers en in mei 4 dossiers. De cijfers spreken dus voldoende voor zich. De genomen maatregelen inzake de termijnverlenging hebben meer dan goed gewerkt. Ik herhaal dat de termijnverlenging ingevolge de tweede coronagolf zelfs nog doorloopt tot 30 april van dit jaar.
Ik geef de cijfers nu nog meer in detail. In september 2019 waren er 23 dossiers, in oktober en november 2019 24 dossiers, in december 2019 17 dossiers, in januari 2020 25 dossiers en in februari 2020 40 dossiers. Dan begint de lockdownperiode met in maart 2020 7 dossiers, in april 2020 9 dossiers, in mei 2020 4 dossiers, in juni 2020 10 dossiers, in juli 2020 13 dossiers, in augustus 2020 3 dossiers en ook in september 2020 3 dossiers. Nadien begint dan de tweede lockdown. Dit toont duidelijk aan dat er heel wat andere redenen zijn. De termijnverlenging om van de gunstregimes te genieten, is zeer ruim en er is geen aanvraag voor nodig, er is geen belastingverhoging en er zijn geen nalatigheidsintresten.
Iedereen was het er roerend over eens dat dat een goede en correcte maatregel is, die zelfs ruimer ging dan dat jaar. Als je alle lockdownperiodes ervantussen haalt, kom je aan veel meer dan een jaar. We zijn daar heel ruimhartig tegemoetgekomen, en de cijfers bewijzen dat.
De heer D'haeseleer heeft het woord.
Minister, ik heb niet alle cijfers kunnen opschrijven, bekijken en analyseren. Het valt wel op dat het aantal dossiers waarin verhoogde registratierechten worden gevorderd, zijn gedaald. Naar aanleiding van een individueel geval heb ik een schriftelijke vraag gesteld omdat de administratie aangaf dat meerdere mensen in zo'n situatie zaten. Er kunnen verschillende redenen zijn waarom een huis niet wordt verkocht. Dat hoeft niet per se door corona te komen, maar in dit concrete geval gaven de mensen dat wel degelijk aan.
Heel veel mensen zitten als gevolg van corona in grote financiële problemen. Als daar dan nog eens een factuur bijkomt van 14.000 euro zoals in dit geval, dan is dat natuurlijk problematisch.
Ik zal dit concrete geval nog eens bekijken, maar in ieder geval zijn er initiatieven genomen om bepaalde gunstregimes te verlengen, wat we uiteraard positief vinden. Ik denk dat geen enkel parlementslid daartegen kan zijn. Dat is de logica zelf.
Er zijn blijkbaar nog een aantal mensen die tussen de mazen van het net glippen. Ik had gehoopt dat u voor die mensen misschien nog wel een uitzondering zou maken, of dat u wilt bekijken of dat dat kan worden rechtgezet, ook al gaat het over heel weinig gevallen. 14.000 euro meer of minder, voor veel gezinnen is dat het verschil tussen wel of niet in financiële problemen komen.
Minister, u hebt ook gezegd dat er op een bepaald moment een rush was op woningen, maar vooraleer een compromis wordt getekend, zitten daar toch enkele maanden tussen. Dan loopt men het risico dat men buiten die, weliswaar verlengde, termijnen valt.
Als ik het goed begrepen heb, worden de termijnen voor de groepsregimes automatisch verlengd tot april 2021. Klopt dat? Dat is uiteraard een goede zaak, maar blijkbaar vallen sommige mensen, daar niet onder.
Ik hoop in ieder geval dat u alsnog contact opneemt met uw administratie en vraagt om op het vlak van het verlengen van gunstmaatregelen en het niet vorderen van verhoogde registratierechten, een extra inspanning te doen zodat ze van toepassing zijn op een meerderheid van de mensen die daar nu het slachtoffer van zijn.
Minister Diependaele heeft het woord.
Ik wil hier even op inpikken. Over individuele gevallen kan ik me echt niet uitspreken. Ik denk wel – dat wordt elk jaar bevestigd door de ombudsman – dat VLABEL bij de Vlaamse overheid als de meest klantvriendelijke administratie geldt. Iedereen die het jaarverslag van de ombudsman volgt, weet dat VLABEL altijd lovende kritieken krijgt. Dat is omdat ze wel degelijk mee helpen oplossingen te zoeken, als die natuurlijk mogelijk zijn. Als er een regel overtreden is, kunnen we daar ook niet van afwijken. Nu hebben we dat gedaan met een nieuwe regel. Die wordt inderdaad verlengd tot 30 april. We kunnen niet pleiten om voor individuele gevallen regels niet toe te passen. Dat gaan we zeker niet doen.
U verwijst ook naar het tekenen van een compromis. Voor alle duidelijkheid, tussen compromis en akte kan er inderdaad vier maand zitten, maar die termijnen beginnen pas te lopen bij de inschrijving notariaat, omdat dan ook de registratierechten verschuldigd zijn. Of het compromis nu twee weken of vier maanden voordien is getekend, dat maakt niet uit. Die termijn loopt vanaf de akte. Die vier maanden daarvoor geven in principe al wat meer tijd om zich voor te bereiden. Misschien is het niet wijs om dan al je woning te verkopen, maar de termijn begint in elk geval maar te lopen vanaf de datum van het verlijden van de akte.
De heer D’haeseleer heeft het woord.
Het is niet de bedoeling om elk individueel geval te bespreken. Dat was de aanleiding tot mijn vraag.
Minister, ik ben uiteraard blij dat VLABEL een klantvriendelijke administratie is. Dat is positief. Maar de mensen die hiervan het slachtoffer zijn, die deze belastingaanslag in hun bus krijgen, hebben daar natuurlijk weinig boodschap aan. VLABEL kan ook maar handelen binnen de wettelijke marges. Op dat punt zijn ze beperkt en gebonden aan de wet, wat normaal is.
Er verlopen inderdaad soms vier maanden tussen het ondertekenen van het compromis en het verlijden van de akte. In dit geval was dat nu net het probleem. Die woning werd niet op tijd verkocht. De financiële middelen die moesten komen uit de verkoop van de woning moesten dienen om de aangekochte woning energetisch te renoveren.
Ik wil er nog eens voor pleiten om dat nog eens terug te koppelen via de administratie en te bekijken in welke mate hiervoor een oplossing kan worden gevonden. 14.000 euro, dat is toch geen peulschil. Door mensen die niet te kwader trouw handelen wordt dat als zeer onrechtvaardig beschouwd, niettegenstaande deze regering op dat vlak al een aantal initiatieven heeft genomen en gunstmaatregelen heeft verleend. In dit geval hebben die mensen daar weinig boodschap aan. Ik hoop, minister, dat u daar met uw administratie alsnog een mouw aan kunt passen.
De vraag om uitleg is afgehandeld.