Verslag vergadering Commissie voor Mobiliteit en Openbare Werken
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
De heer Vaneeckhout heeft het woord.
Het is mijn eerste tussenkomst in de commissie vandaag en zoals veel collega’s geef ik in het kader van Gedichtendag mijn keuze van gedicht. Het is een gedicht van Rien Vroegindeweij. Het thema dit jaar is ‘samen’. Maar ik heb toch iets gekozen dat te maken heeft met de luchtvaart, passend bij mijn vraag.
Poëzie is voor mij het verhaal
Dat men mij vroeger vertelde
Van een man die op zijn zolder
Een vliegtuig van beton gebouwd had
En trots tegen iedereen zei
Dat het wel kon vliegen
Maar niet door het dakraam kon
Uit de bundel ‘Een vliegtuig van beton’, 1973, van Rien Vroegindeweij
Minister, we hebben hier al heel veel debatten gehad over de regionale luchthavens en we zullen er nog hebben, maar vandaag wil ik het een keer niet hebben over de zin of onzin van die regionale luchthavens, maar over de omgevingsvergunningproblematiek in de omgeving van de luchthaven Kortrijk-Wevelgem.
Op 10 mei 2019 verleende het Departement Omgeving een omgevingsvergunning voor de herinrichting van het luchthaventerrein van de regionale luchthaven Kortrijk-Wevelgem. Voorafgaand aan het verlenen van deze vergunning werd geen openbaar onderzoek georganiseerd, ook al had de gemeente Wevelgem op 11 april 2019 geadviseerd om via het toepassen van de administratieve lus het vervolledigd dossier aan een openbaar onderzoek te onderwerpen.
Meteen na het ontvangen van de vergunning, en nog voor de aanplakking ervan, begonnen de werkzaamheden. Enkele omwonenden trokken hierop naar de Raad voor Vergunningsbetwistingen. Een vraag tot schorsing werd afgewezen. Op 20 augustus communiceerde u op uw website dat de werken afgerond waren. Ik citeer: “Met deze werkzaamheden voldoet de luchthaven aan de geldende internationale regelgeving. Kortrijk-Wevelgem is nu klaar om haar rol als Europese en intercontinentale zakenluchthaven verder uit te bouwen.”
Dat uitbouwen lijkt alvast in tegenspraak met de vergunningsaanvraag, die enkel spreekt over een herinrichting van de bestaande luchthaven, teneinde deze te conformeren aan de internationale en Europese regelgeving inzake luchthavens. Er is menig keer bepleit en duidelijk gemaakt dat de werken geen rechtstreekse invloed hebben op de huidige luchthavenactiviteiten en het huidige luchthavenverkeer, gezien geen wijziging wordt gevraagd van het type luchthaven of van het type en het aantal vluchten, overeenkomstig de milieuvergunning voor de exploitatie van een vliegveld en de navolgende wijzigingen of bijstellingen tot 5 februari 2024.
De infrastructuurwerken waarvan de kosten uitkwamen op 8.860.106,43 euro, werden gefinancierd via investeringssubsidies door het Vlaamse Gewest, de provincie West-Vlaanderen en de intercommunale Leiedal. Eind vorig jaar sprak de Raad voor Vergunningsbetwistingen zich ten gronde uit over de omgevingsvergunning en oordeelde deze te vernietigen. Net het ontbreken van een openbaar onderzoek, waarvoor de gemeente Wevelgem al waarschuwde, blijkt een steen des aanstoots.
Hoe reageert u op de uitspraak van de Raad voor Vergunningsbetwistingen? Wat betekent de vernietiging concreet voor de werking van de luchthaven? Welke stappen zal de luchthaven nemen om de onvergunde toestand te regulariseren? Waarom ging de luchthaven in het voorjaar van 2019 niet in op de suggestie van de gemeente om via een administratieve lus alsnog een openbaar onderzoek te organiseren? Hoe ziet u de verdere uitbouw van de luchthaven? Zal er een vergunning aangevraagd worden om de exploitatie uit te breiden?
Minister Peeters heeft het woord.
De Raad voor Vergunningsbetwistingen heeft inderdaad de vergunning die afgeleverd was door de gewestelijke omgevingsambtenaar, vernietigd omdat de vereenvoudigde procedure is toegepast zonder afdoende motivering daarvoor. We nemen kennis van die uitspraak en het is nu aan de gewestelijke omgevingsambtenaar van het Departement Omgeving om een en ander opnieuw in de rails te zetten en ervoor te zorgen dat het in orde komt.
Wat betekent de vernietiging concreet voor de werking van de luchthaven? De luchthavenexploitatie komt niet in het gedrang. Wel is er momenteel enige rechtsonzekerheid met betrekking tot de vergunning van de reeds uitgevoerde werken. Ik ga ervan uit dat er overleg zal zijn tussen de nv ILKW en de gewestelijke omgevingsambtenaar om zo snel mogelijk duidelijkheid te verschaffen en ervoor te zorgen dat de uitgevoerde werken snel weer een rechtsgeldig kader krijgen.
Het is aan de gewestelijke omgevingsambtenaar om een nieuwe beslissing te nemen, rekening houdende met wat de Raad voor Vergunningsbetwistingen heeft gezegd. Ik neem aan dat de luchthavenexploitant nv ILKW alle nodige medewerking zal verlenen, aangezien hij daar alle belang bij heeft.
Waarom werd er niet ingegaan op de suggestie van de gemeente Wevelgem om via een administratieve lus alsnog een openbaar onderzoek te organiseren? De luchthavenexploitant was van oordeel dat een vereenvoudigde procedure kon worden gevolgd en de gewestelijke omgevingsambtenaar is de luchthavenexploitant daarin gevolgd.
De suggesties van de gemeente Wevelgem zouden de procedure onnodig bezwaren, achtte men toen. Een groot deel van de uitgevoerde werken die voornamelijk betrekking hebben op de herinrichting van het luchthaventerrein waren niet vergunningsplichtig. Ze waren vrijgesteld van vergunning, maar er werd toch een vergunning aangevraagd voor een beperkt aantal technische werken die buiten de vrijstelling vallen. Het zijn juist die werken waarvan de vergunning nu wordt betwist.
Misschien had men destijds dat openbaar onderzoek beter gedaan en niet de vereenvoudigde procedure gekozen. Dan was er nu misschien geen vuiltje aan de lucht. Ik neem aan dat men nu zo snel mogelijk zorgt dat een en ander weer in orde komt en dat de gewestelijke omgevingsambtenaar in samenspraak met nv ILKW het nodige doet om een en ander weer in orde te brengen.
De heer Vaneeckhout heeft het woord.
Minister, ik wil nog een nuance aanbrengen, niet om pietepeuterig op een aantal woorden te letten, maar de vergunning wordt natuurlijk niet betwist, die vergunning is vernietigd. In die zin is dat op dit moment natuurlijk juridisch een andere status dan een aantal weken geleden.
In het begin van mijn vraag om uitleg heb ik gezegd dat ik het niet in de diepte wil hebben over zin of onzin van de regionale luchthaven in Kortrijk-Wevelgem. Daar zullen nog veel gelegenheden voor zijn. Ik wil het vandaag vooral hebben over goed bestuur. De luchthaven is voor een groot deel in Vlaamse handen. Het vergunningsluik zit ook voor een groot deel bij Vlaanderen. Het getuigt niet echt van goed bestuur dat Vlaanderen lijkt te kiezen voor een luchthaven die in eigen handen is om zo snel mogelijk een bepaalde procedure te laten lopen, terwijl een lokaal bestuur, waarvan we de Vlaamse Regering vaak terecht horen zeggen dat ze die naar waarde schatten en dat ze hun lokale autonomie hebben, waarschuwt dat het een openbaar onderzoek moet doen omdat de procedure anders niet standhoudt. Als Vlaamse overheid lijkt u daar doof voor te zijn, althans de mensen die bevoegd zijn voor dit dossier en die de nodige stappen hebben ondernomen. Minister, u spreekt natuurlijk namens de Vlaamse overheid, u begrijpt wat ik bedoel.
Ik vind het toch zeer problematisch dat we dit beeld scheppen, dat we zelf zo nonchalant met een aantal procedures lijken om te gaan. Op welke manier wilt u over de extra schade die het draagvlak rond de luchthaven hierdoor heeft opgelopen, in gesprek gaan met de buurt en met de mensen die een rol hebben gespeeld in deze procedures?
Mevrouw Fournier heeft het woord.
(Slechte geluidskwaliteit)
Ik wil mijn tussenkomst starten met een gedichtje van Willem Vermandere. Hij woont momenteel in Steenkerke bij Veurne, maar is eigenlijk geboren in Lauwe en sinds 2006 is hij ereburger van de stad Menen. Ik zal dit kort gedicht dan ook met trots voorlezen. Het is in het West-Vlaams, dus ik zal in mooi West-Vlaams voorlezen, en ik veronderstel dat iedereen het dan wel zal verstaan.
Ach laat ne keer iets van u horen
een woordje of zuchtje misschien
of een simpel tikske op ’t venster
’t is zo stille, zo stille sindsdien.
Schrijf ne keer iets in de wolken
ene letter ware meer dan genoeg.
of vraag het aan de lijster die zingt,
dat ie zingt morgenvroeg.
Dat was een gedichtje van mijn stadgenoot. Nu keer ik terug naar de werkelijkheid van de luchthaven van Wevelgem-Kortrijk.
Ik denk dat de Raad voor Vergunningsbetwistingen geen absolute legaliteitsbelemmering heeft vastgesteld. Hij verwijst enkel naar formele motiveringsgebreken bij het gebruik van de vereenvoudigde procedure. Zoals de minister al zei – en ik ben heel blij met haar antwoord – zal dit rechtgezet kunnen worden door de gewestelijke ambtenaar en de ILKW.
Anderzijds … (onverstaanbaar) … collega Vaneeckhout … (onverstaanbaar) … om finaal de regionale luchthaven Kortrijk-Wevelgem te kunnen opdoeken. Ik denk, collega, dat u daar waarschijnlijk uw levenswerk van zult maken. De investeringen die nu gedaan zijn en die betrekking hebben op die omgevingsvergunning, waren echt wel noodzakelijk om de luchthaven aantrekkelijker te maken, ook voor onze toekomstige LEM-partner, die uiteindelijk nog gezocht moet worden. Meneer Vaneeckhout, we gaan nog een klein beetje geduld moeten hebben. Ik denk dat we ook eerst moeten wachten op de visienota van onze minister over de toekomst van de regionale luchthavens en dat we ook al met een deadline zitten – u weet dat evengoed als ik –: de deadline 2024, waarin de ILKW moet evolueren naar een LOM-LEM-structuur (luchthavenexploitatiemaatschappij - luchthavenontwikkelingsmaatschappij). Dus nog een klein beetje geduld. Maar ik maak me eigenlijk geen illusies, ik denk dat binnen x-aantal weken, maanden, geen jaren, dit dossier hier opnieuw ter sprake zal komen.
Minister Peeters heeft het woord.
Dank u wel voor de bijkomende vragen en bedenkingen. Meneer Vaneeckhout, alleszins heb ik niet de gewestelijke omgevingsambtenaar opdracht gegeven om hier te kiezen voor de vereenvoudigde procedure en ook om dat niet te motiveren. Dat zou ik absoluut niet doen. U zegt hier dat men wel beter had moeten weten, men had dat grondiger moeten doen. Daar valt misschien iets voor te zeggen. Maar opnieuw, het is aan degene die wat dat betreft dat initiatief heeft genomen en de keuze heeft gemaakt voor die vereenvoudigde procedure. De vergunning is nu inderdaad vernietigd. Misschien was daar een kleine woordspeling van mij die niet heel correct was. Maar inderdaad, door de uitspraak van de Raad voor Vergunningsbetwistingen is er nu geen vergunning en moet men kijken hoe men dit gaat oplossen voor die werken die vergunningsplichtig zijn.
Uw tweede vraag, wat betreft het draagvlak voor de buurt: u weet dat zij nog een exploitatievergunning hebben tot en met 2024, tot dan geldt de bestaande uitbatingsvergunning. Zoals mevrouw Fournier al zei, werken we volop aan de visienota en straks ook aan het vervolg van de exploitatievergunning. Het zal zeker niet het laatste woord zijn dat hierover gezegd is. Maar ook in het kader daarvan zal zeker ook naar omwonenden, naar buurt en naar draagvlakvorming, gekeken worden. Dit is uiteraard zeer belangrijk. Er moet een draagvlak zijn voor dingen die de Vlaamse overheid onderneemt en er zal zeker verder op ingezet worden.
De heer Vaneeckhout heeft het woord.
College Fournier, ik probeer nog zo zacht en zo genuanceerd te starten en toch slaagt u erin om een soort karikatuur van mij te maken. Het is absoluut niet mijn levenswerk of mijn enige doelstelling in het leven om het einde van de luchthaven Kortrijk-Wevelgem te realiseren. Het is wel een van mijn levenswerken om te zorgen dat we verantwoord omgaan met de inzet van overheidsmiddelen en dat is vooral in de eerste plaats mijn bezorgdheid. Daarnaast wil ik ook dat we een klimaat achterlaten voor onze kinderen en kleinkinderen dat de moeite waard is om nog op een kwalitatieve manier ons leven te kunnen inrichten.
Minister, u heb duidelijk geantwoord, u wil werken aan het draagvlak. Laat ons dat de komende jaren zeker doen. Ik denk dat het belangrijk is dat deze wederrechtelijke situatie zoals ze nu voorligt, snel op een goede en kwalitatieve manier opgelost krijgen, dus met de juiste procedures. Op dat gebied zult u zeker op mijn steun kunnen rekenen, dat we juridisch de juiste weg volgen en dat vooral ook de buurt hierin volop betrokken wordt.
De visienota heb ik ingezien, want die lag ter inzage aan de parlementsleden voor, maar ik mag daar op dit moment nog niets over delen. Maar ik ben zeker dat we het debat over de toekomst van de regionale luchthavens hier nog menige keren zullen voeren. We zullen daar dan ook onze rol in spelen, of collega’s het nu fijn vinden of niet.
De vraag om uitleg is afgehandeld.