Verslag vergadering Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
Mevrouw Segers heeft het woord.
We hebben het al ten dele gehad over de culturele activiteitenpremie die op 10 oktober gelanceerd werd, als onderdeel van het relanceplan, om de cultuursector een boost te geven en te activeren na de coronacrisis. Die subsidie kan gebruikt worden voor de organisatie of uitvoering van een activiteit, of voor de terbeschikkingstelling van infrastructuur voor een activiteit die plaatsvindt tussen 1 september 2020 en 31 mei 2021. Structureel gesubsidieerde organisaties, circusorganisaties en kwetsbare kernspelers kunnen tussen 2000 en 20.000 euro aanvragen, met schijven van 2000 euro. De Vlaamse Regering voorziet in 35 miljoen euro voor deze premie uit het noodfonds voor cultuur.
De Vlaamse Regering heeft de beslissing voor de lancering van die premie genomen voor de tweede coronagolf en de daaropvolgende tweede lockdown. Op dit moment kunnen nog altijd geen culturele activiteiten of evenementen plaatsvinden, terwijl de finaliteit van die activiteitenpremie net is om die te stimuleren. Er is wel tijd tot 31 mei, maar ik denk dat we allemaal heel voorzichtig zijn in onze hoop dat de sector tegen dan effectief op volle toeren zal kunnen draaien. We zullen zien.
Minister-president, in het actualiteitsdebat over de coronacrisis van 28 oktober 2020 hebt u ondubbelzinnig aangegeven de uitrol van deze premie te zullen herbekijken, maar u hebt er voor het herfstreces toch voor gekozen om de premie te lanceren.
Ondertussen blijken er bij het uitkeren van de premie nogal wat mankementen te zijn, volgens de berichten die mij ook bereiken. De al te brede criteria en vage reglementering – daar heeft men bewust voor gekozen om de instap gemakkelijk te maken – hebben en cours de route voor problemen gezorgd. Er zijn verschillende tegenstrijdigheden naar boven gekomen en administratieve problemen zijn opgedoken. Zo vrezen verschillende cultuurorganisaties dat de premie die ze reeds hebben ontvangen, zal worden teruggevraagd omdat hun dossier niet in orde was door de vaagheden in de reglementering. Dit zou ook maar steekproefsgewijs gecheckt worden.
Minister-president, u hebt ons de laatste keer al een stand van zaken gegeven van een indrukwekkend bedrag en van het aantal aanvragen en uitkeringen. Wat is vandaag de stand van zaken van het voorziene budget dat is toegekend sinds november?
Schat u in dat het volledige voorziene budget helemaal zal toegekend zijn tegen 31 mei 2021? Indien niet, hebt u dan plannen over de manier waarop het restbedrag van het noodfonds verder zal worden aangewend?
Bent u van oordeel dat deze premie het meest aangewezen instrument is om de sector door de crisis te loodsen, zeker nu de tweede lockdown nog lang zal aanhouden?
Gaan cultuurwerkers- en organisaties die premie die ze reeds hebben ontvangen, terug moeten storten, wanneer blijkt dat hun dossier niet helemaal in orde was? Wat gaat u ondernemen om hen bij te staan om de premie correct aan te vragen?
Wat plant u te ondernemen voor die culturele activiteiten die gepland waren en hiervoor een premie ontvingen, wanneer die door aanhoudende en/of bijkomende maatregelen toch niet zullen kunnen plaatsvinden? We houden momenteel ook ons hart vast voor de nieuwe varianten van het virus.
Welke bijkomende steunmaatregelen plant u eventueel om die cultuurwerkers en organisaties die helemaal geen activiteiten kunnen organiseren, financieel te ondersteunen om niet volledig kopje onder te gaan?
Minister-president Jambon heeft het woord.
Mevrouw Segers, op 11 januari 2021 – 3 dagen geleden – was er 33,7 miljoen euro toegekend op een totaalbudget van 35 miljoen euro. Sinds 12 januari is het niet meer mogelijk om een culturele activiteitenpremie aan te vragen. Het voorziene budget van 35 miljoen euro is zo goed als bereikt. De aanvragen worden momenteel beoordeeld in de volgorde waarin ze zijn ingediend, het ‘first come first served’-principe. De toekenningen zullen ook in die volgorde gebeuren tot wanneer de middelen uitgeput zijn. De aanvragen die momenteel nog niet behandeld zijn, zullen ruimschoots voldoende zijn voor die 1,3 miljoen euro. Het beschikbare budget zal uitgeput zijn.
De reeds meer dan 12.000 aanvragen die zijn binnengekomen op deze subsidielijn wijzen erop dat veel cultuurmakers en -werkers aan de slag willen gaan. Dat weten we. We zien bij de aanvragen een grote instroom van digitale evenementen. Het geeft aan dat heel wat artiesten creatieve manieren zoeken om weer aan het werk te gaan.
Zoals bij alle subsidies moeten ook de ontvangers van de culturele activiteitenpremie deze toelage verantwoorden na afloop van de activiteit. Wanneer blijkt dat er zaken niet in orde zijn, bestaat de mogelijkheid dat de premie wordt teruggevorderd. Dat is altijd zo.
Het Departement Cultuur, Jeugd, Media (CJM) heeft voor een vlotte en eenvoudige aanvraagprocedure gezorgd, en biedt ondersteuning via de 1700 en de website waar de voorwaarden en procedure duidelijk staan uitgelegd.
Als de geplande activiteit uiteindelijk niet kan doorgaan door de coronamaatregelen, wordt dit beschouwd als overmacht. De niet-recupereerbare kosten van die activiteit zullen niet worden teruggevorderd. De organisator mag dan ook zijn engagementen aan de cultuurmedewerkers nakomen. De organisator moet dit melden aan de administratie.
De bestaande steunmaatregelen worden momenteel onder de loep genomen, alsook wordt er gekeken welke bijkomende maatregelen zouden kunnen worden genomen en waar die focus moet worden gelegd.
Met vertegenwoordigers van de cultuursector en in samenspraak met het departement en waar ook leden van mijn kabinet op aanwezig zijn, loopt er momenteel een taskforce rond economische en fiscale maatregelen die het huidige instrumentarium bekijkt en bestudeert, en die mij voorstellen zal doen tegen uiterlijk februari opdat de sector in al zijn gelaagdheid, ook in 2021, door maatregelen optimaal kan worden ondersteund.
Mevrouw Segers heeft het woord.
Minister-president, ik dank u voor de update. 33,7 miljoen euro is nu al toegekend voor 12.000 aanvragen. Dat is inderdaad enorm. Het klopt dat de sector zit te popelen om terug te beginnen. Veel evenementen zijn ook digitaal gepland. Het is belangrijk om te communiceren – en misschien meer te doen dan het alleen op de website te zetten – dat er sinds eergisteren, 12 januari, niet meer aangevraagd kan worden. Er zijn nog altijd organisaties bezig met het schrijven van hun dossier en zij hopen dat ze dat nog kunnen indienen. Dat lijkt me een belangrijke taak voor de taskforce.
Ik ben blij dat de evenementen die uiteindelijk toch niet kunnen doorgaan onder overmacht vallen. Maar wat met degenen die het niet helemaal goed gedaan hebben? Die baren mij zorgen. Die hebben de middelen gebruikt om te overleven. Wat als ze moeten terugbetalen? Dat speelt sterk, ik krijg daar veel mails over van de artiesten. De administratie doet haar best, ook via 1700. Toch komen er nog veel bij ons terecht. Ik zal niet de enige zijn.
In uw laatste antwoord geeft u aan dat die 35 miljoen euro bijna uitgeput zijn, misschien gaat u in nog meer voorzien. Betekent dit dat u bereid bent om boven op het noodfonds – als dat uitgeput is en de crisis nog langer duurt – te bekijken wat er nog meer kan?
De heer Pelckmans heeft het woord.
Dank u voor de pertinente vraag, mevrouw Segers, maar die zet mij in de spreidstand. Het is goed dat we die mankementen even benoemen, zeker rond controlehandhaving, vage criteria, kwaliteit enzovoort. Dat laatste kunnen we niet helemaal nagaan en controleren, want heel veel activiteiten hadden al moeten plaatsvinden, maar moeten nu nog plaatsvinden. Tegelijk hebben we nu op een hoger niveau een heel interessant fenomeen.
De cijfers, de aanvragen, tonen aan dat hier enorm veel belangstelling voor bestaat. Dat komt inderdaad uit de drang om veel dingen te organiseren, maar ook door die heel vlotte, eenvoudige, laagdrempelige instap. De sector heeft daar nood aan. In het verleden waren we te streng, te achterdochtig. Naast de signalen over de mankementen krijgen we te horen dat we dit idee moeten meenemen na covid.
Vooral voor de individuele jonge kleine initiatieven is dit een mooi verhaal, om ondersteund door het departement zo’n aanvraag te kunnen doen, en op korte termijn een uitspraak te krijgen zodat ze kunnen starten.
Dat roept twee vragen bij mij op. Moeten we het succes van die laagdrempeligheid niet eens op lange termijn bekijken, zonder allerlei misbruiken te gaan stimuleren, natuurlijk?
Dit start de discussie op over de verhouding tussen de structurele en projectmiddelen. Moeten we de discussie over dat onderscheid niet voeren? Een deel van de sector heeft echt nood aan dat structurele kleinschalige laagdrempelige mechanisme. Daar moeten we lessen uit trekken. Ik kom daar nog op terug in mijn volgende vraag.
De heer Van de Wauwer heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega's, de CD&V-fractie heeft zich altijd terughoudend opgesteld tegenover de culturele activiteitenpremie. We hebben onze bezorgdheid altijd geuit over de vraag of het wel zo verstandig is om de middelen zo in te zetten en of het noodfonds niet beter meer gericht zou worden ingezet. We vroegen ons af, op het moment dat dit werd aangekondigd, bij de start van de nieuwe lockdown, of men middelen voor specifieke activiteiten moest aankondigen.
We hebben altijd benadrukt dat we liever hadden gekeken naar de eerste ronde en daar een evaluatie van hadden gemaakt. Het was een moeilijke eerste ronde. De manier van aanvragen was complex, wat maakte dat er nog 45 miljoen euro over was. Het voelt aan alsof we van het ene heel extreme geval naar het andere gegaan zijn: van heel veel vereisten en reglementen en een complexe aanvraag op kiosk naar iedereen ‘vrijheid, blijheid’. Iedereen kan een activiteitenpremie aanvragen. Er is inderdaad heel veel aangevraagd. De aanvraagmogelijkheid is stopgezet omdat de middelen bijna uitgeput zijn.
U zegt dat die meer dan 12.000 aanvragen erop wijzen dat de cultuurmensen weer aan de slag willen gaan. Ik geloof dat wel. Heel veel mensen staan te popelen om terug op te treden en activiteiten te doen voor publiek. Dat bewijst dat er ook verschillende noden zijn.
Ik denk dat dat ook bewijst dat er gerichter kan en moet worden gewerkt. Het feit dat die middelen nu al op zijn, en niet per 31 mei, is geen bewijs dat die culturele activiteitenpremie het enige goede instrument is. Het is wel het bewijs dat er geen afdoende alternatieve steunmechanismen zijn om aan al de verschillende noden in de sector tegemoet te komen.
Als ik zeg 'vrijheid blijheid', dan bedoel ik daarmee ‘first come first served’. Ik blijf dat jammer vinden. Wie eerst een project heeft ingediend en dat wordt louter volgens het reglement goedgekeurd omdat het volgens het reglement kan worden verantwoord, die krijgt middelen. Beter uitgewerkte projecten die mogelijks nog zouden volgen, krijgen geen middelen meer, gewoon omdat ze later hebben ingediend, zonder dat er een inhoudelijke of kwalitatieve beoordeling is geweest. Dat is toch jammer.
Minister-president, zult u een monitoring voorzien om een beeld te krijgen of er nog aanvragen in de pijplijn zitten? Die periode was voorzien tot 31 mei. Ik kan me indenken dat er nog aanvragen aankomen. Begrijp me niet verkeerd, ik bedoel niet dat ik plots een groot voorstander ben van een culturele activiteitenpremie of dat u in extra budget moet voorzien of de periode moet verlengen. Ik wil vooral wijzen op een aantal perverse effecten van het 'first come first served'-principe.
Ik blijf er wel bij dat een tweede ronde van het noodfonds cultuur beter was geweest om in te spelen op de verschillende noden die er zijn, of om eventueel een tweesporenbeleid te bewandelen, om een beperkt deel van het noodfonds te gebruiken voor die culturele activiteitenpremie, en een ander deel om een tweede noodfonds te voorzien voor degenen die tussen de mazen van het net dreigen te vallen.
Ik wil benadrukken dat er al enorm veel is gebeurd, er zijn heel veel steunmaatregelen. Het coronanoodfonds was voor degenen die tussen alle andere mazen van het net vielen. Ik wil mijn pleidooi voor het tweede noodfonds cultuur blijven herhalen. Verder hoop ik dat er een goede controle komt op de besteding van die middelen, dat er ook een evaluatie van wordt gemaakt, dat er wordt gekeken of de middelen van de culturele activiteitenpremie op de juiste plaats zijn terechtgekomen, en of dit te verantwoorden was. Ik hoop ook dat er in die evaluatie wordt gekeken naar welke hiaten of blinde vlekken er nog bestonden, of er nog mensen in de kou zijn blijven staan en of daaraan nog kan worden tegemoetgekomen.
Ik wil nog even ingaan op de vraag van mevrouw Segers of middelen voor activiteiten die niet konden doorgaan, moeten worden teruggestort. U zegt dat indien iets niet kan doorgaan door corona, dit wordt beschouwd als overmacht. Ik begrijp dat. Ik begrijp de vrees van de kunstensector dat de middelen worden teruggenomen. De culturele activiteitenpremie is aangekondigd op het moment dat de tweede lockdown is ingegaan. Indien er nu activiteiten niet kunnen doorgaan, is dat dan overmacht, ja of nee?
Minister-president, ik waardeer heel hard alle moeite die u hebt gedaan voor de cultuursector. De Vlaamse overheid heeft heel veel gedaan met heel brede steunmaatregelen, ook specifiek voor de cultuursector. U hebt uw nek uitgestoken in het Overlegcomité. Ik wil u daar opnieuw uitdrukkelijk voor bedanken. U verdient daar een brede appreciatie voor. Dat neemt niet weg dat ik toch kritisch ben voor deze culturele activiteitenpremie. Ik zal daarop blijven hameren, alsook op een aangepaste tweede ronde. Ik hoop dat er alsnog een bijsturing komt.
Mevrouw Coudyser heeft het woord.
Het feit dat er 12.000 aanvragen zijn, betekent dat er nood aan is. Enerzijds is er de drang om iets te doen, maar anderzijds is er nood aan een heel laagdrempelige bijkomende crisismaatregel om de culturele sector door deze crisis te loodsen. Ik ben ervan overtuigd dat we de resterende middelen van het noodfonds wel degelijk op een goede manier hebben ingezet.
Collega Van de Wauwer, ik hoorde dat u het jammer vindt dat er niet meer kwalitatieve beoordeling gebeurt. U moet wel weten dat dit bijkomende vertragingen en administratieve lasten zal opleveren. Het betekent bijna dat u daarvoor een beoordelingscommissie moet inzetten. Ik neem aan dat het dan niet de administratie of de politiek zou zijn die beoordeelt. Als je zo'n mechanisme in gang steekt, moet je heel laagdrempelig zijn, met heel weinig criteria en weinig planlast.
De vraag naar een tweede noodfonds begrijp ik omdat de vraag groot is. Dat noodfonds is wel een decretale beslissing. Dat betekent dus dat we een nieuw decreet moeten maken met opnieuw een noodfonds. Ik ben er voorstander van om samen met de taskforce en de sector te zoeken naar de beste oplossing voor een bijkomende goede en interessante ondersteuning voor de sector. We moeten daarbij alles voor ogen houden. Misschien is dat dus niet de beste manier, met decretale verplichtingen die dan opnieuw moeten worden gemaakt. Wellicht zijn er andere mogelijkheden. We hebben al genoeg gezien dat de Vlaamse Regering alles op alles zet om alle bedrijven, in het bijzonder ook de culturele sector, door deze crisis te loodsen.
Mevrouw Brouwers heeft het woord.
Minister-president, in functie van de evaluatie en monitoring die toch zullen moeten gebeuren, is het misschien interessant om aan de commissie een lijst te bezorgen van al wie een premie heeft ontvangen, eventueel ook van al wie die heeft moeten terugbetalen als het niet correct was. Kunnen we daar een overzicht van krijgen via de commissiesecretaris?
Minister-president Jambon heeft het woord.
Mevrouw Segers, het is niet de bedoeling om een heksenjacht te organiseren door de 12.000 premies allemaal binnenstebuiten te draaien en na te gaan of we hier of daar iets kunnen vinden waardoor we die bedragen terug kunnen innen. Daar gaat het niet over. Met de premies die we destijds aan bedrijven gaven, keken we of er geen echte fraude werd gepleegd.
Meer middelen? Dat heb ik duidelijk gezegd in mijn antwoord. In de aanpak van deze crisis – hoe langer die duurt, hoe meer middelen het zal vergen – zal de Vlaamse Regering een aantal zaken moeten verlengen, en misschien andere zaken evalueren en herdenken. Ik heb altijd gezegd dat het uitgangspunt van de Vlaamse Regering is om bedrijven, organisaties, instellingen, enzovoort die gezond waren voor de crisis, niet overkop te laten gaan door de crisis. Hoe langer de crisis duurt, hoe meer middelen de Vlaamse Regering zal moeten vrijmaken. Vandaar de taskforce die moet zoeken naar de juiste methode om die ondersteuningsmaatregelen te verlengen of bij te sturen.
Mijnheer Pelckmans, u had het over laagdrempeligheid. Ik zou zeggen: zo laagdrempelig als mogelijk. Dat komt straks ook nog aan bod in uw vraag om uitleg over het Kunstendecreet. Zo laagdrempelig als mogelijk, maar net op de rand om de deur voor fraude niet te ver open te zetten. Dat is het spanningsveld. De slinger is vaak doorgeslagen naar controle op de controle van de controle, om toch maar zeker te zijn. De slinger kan doorslaan in die richting, maar ook in de andere richting, namelijk dat we op niets meer controleren. Dan is het zeer laagdrempelig. Het komt erop aan om het juiste te doen. Wat mij betreft, zo laagdrempelig mogelijk, zo weinig mogelijk planlast, zo weinig mogelijk paperasserij, zo weinig mogelijk dubbel gegevens opvragen die mensen vroeger al gegeven hebben en toestanden. Dus dat zo laag mogelijk houden.
Mijnheer Van de Wauwer, we hebben die discussie al een aantal keren gehad. Als we nu zien welke maatregelen we gaan verlengen en hoe we gaan verlengen, moeten we inderdaad kijken naar wat in de pipeline gezeten heeft van deze aanvragen die het waard waren om ondersteund te worden. Het is logisch dat dat ook bekeken wordt.
Mevrouw Brouwers, een overzicht kunnen jullie als parlement natuurlijk altijd vragen. Dit zijn uitgaven van de Vlaamse Regering. Het parlement kan dus altijd die lijst opvragen, dat is uw controlefunctie.
Mevrouw Segers heeft het woord.
Dank u wel, minister-president en collega’s, voor de boeiende gedachtewisseling over de culturele activiteitenpremie.
Minister-president, ik vind het heel goed om te horen dat u geen heksenjacht gaat voeren. Dat zal een hele geruststelling zijn voor die sector. Ze hebben toch te goeder trouw ingediend, maar dachten: past het wel in criteria, enzovoort? Maar dat gaat een geruststelling zijn.
Ik ben ook zeer blij te horen dat u, uiteraard zo lang de crisis aanhoudt, zult proberen de sector erdoorheen te loodsen, en dat u, als het moet, zult verlengen.
Ik wil ook mijn absolute erkenning uitdrukken voor de middelen die u al geïnjecteerd hebt in de cultuur- en eventsector om hem erdoor te krijgen, wat niet wegneemt dat ik de kritische bedenkingen van collega Van de Wauwer over die culturele activiteitenpremie, over het instrument zelf, deel. Daar is veel voor te zeggen, en veel tegen te zeggen. Vooral omdat u in het actualiteitsdebat eind oktober heel kort gezegd hebt dat u die wilde herbekijken, en ze dan toch gelanceerd is. Ik blijf erbij dat we daarvoor een duurzamer instrument hadden kunnen maken. Als u nu zegt dat, wanneer u moet verlengen, u gaat kijken wat er nog in de pipeline zit, dan zou ik u willen aanraden om in eerste instantie te kijken naar de projectsubsidieaanvragen: de dossiers die waren ingediend en die een goede beoordeling gekregen hadden, maar net onder de lat zaten. Daar is een hele procedure voor kwaliteitszorg voor gebeurd, wat niet gebeurd is voor die culturele activiteitenpremie – ik snap ook de logica. Ik heb er hier even mijn rekenmachine bij genomen: 33,7 miljoen euro gedeeld door 12.000 dossiers, dat is ongeveer 2800 euro per project. Eigenlijk is dat overlevingsgeld dat men aangevraagd heeft, maar daar maak je geen grote producties mee of begin je ze voor te bereiden in de hoop op betere tijden. Ik denk dat we die monitoring echt nodig gaan hebben. Ik wilde ook het overzicht aanvragen, maar ik ga het ondertussen gewoon schriftelijk opvragen, wat er aangevraagd is en wat toegekend is.
De vraag om uitleg is afgehandeld.