Verslag vergadering Commissie voor Wonen en Onroerend Erfgoed
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
Mevrouw Smeyers heeft het woord.
Minister, een korte maar – en het is raar om dat van een eigen vraag te zeggen – geen onbelangrijke vraag, niet alleen voor mezelf, maar voor alle Vlamingen.
De Federale Regering wil de btw voor sloop- en renovatiewerken vanaf volgend jaar naar 6 procent verlagen. Op zich is dat nobel, maar er zijn enkele ‘maren’ in het verhaal. Uzelf en minister Demir hekelden het feit dat deze btw-verlaging beperkt blijft tot de enige – de eerste ‘maar’ – en eigen – de tweede ‘maar’ – woning, die bovendien niet meer dan 200 vierkante meter aan bewoonbare oppervlakte mag tellen – de derde ‘maar’. Meer nog, minister Demir heeft het in recente artikelen, onder andere in De Tijd, ondoordacht en overhaast werk genoemd en een veel te beperkte maatregel.
U trad uw collega volledig bij en riep de Federale Regering op om deze verlaging te laten gelden voor alle woningen die in aanmerking komen voor sloop en wederopbouw. Ik denk dat u overschot van gelijk hebt om verschillende redenen. Het is niet alleen goed voor het klimaat, maar – laat ons eerlijk zijn – ook voor de hardwerkende Vlaming en zijn geldbeugel.
Zult u federaal minister van Financiën Van Peteghem uw bezorgdheden overbrengen? Zo ja, wanneer en op welke wijze zult u dit doen? Hebt u een idee of men op federaal vlak überhaupt openstaat voor onze verzuchtingen? Is de Vivaldiregering bereid om het op te nemen voor de Vlamingen?
Minister Diependaele heeft het woord.
Iedereen uit de bouwsector, promotoren of mensen die zelf plannen hadden om van deze regeling gebruik te maken, heeft vernomen dat er, op zijn zachtst gezegd, heel wat vragen te stellen zijn bij de nieuwe regeling die men heeft uitgewerkt. Die regeling bestaat op dit moment al, maar is beperkt tot 32 welbepaalde steden en gemeenten, waarvan 13 in Vlaanderen. Die bestaande regeling is zeer algemeen in die zin dat daarvoor geen oppervlaktegrenzen gelden en het is evenmin vereist dat het zou gaan om de enige en eigen woning van de bouwheer. De regeling is ook niet beperkt in tijd, wat met de nieuwe regeling wel het geval is. In het Vlaamse regeerakkoord wordt trouwens aan de Federale Regering gevraagd om deze regeling uit te breiden naar het volledige grondgebied.
Men is nu federaal van plan om een gelijkaardige regeling op poten te zetten voor heel België, maar dan wel beperkt tot twee jaar en met een aantal nieuwe voorwaarden. Bovendien staat de nieuwe maatregel los van de bovenstaande regeling in de 32 steden en gemeenten. De twee regelingen zouden dus naast elkaar komen te staan, wat niet evident is op het vlak van duidelijkheid en wat het er uiteraard niet eenvoudiger op maakt, laat staan of dit onderscheid tussen de 32 steden en gemeenten enerzijds en alle andere steden en gemeenten anderzijds, wel te verantwoorden is. Men kan zaken verschillend behandelen als daarvoor een gegronde motivatie is, maar dat valt hier nog maar te bezien.
Wij zijn dus effectief vragende partij om de verlaging van de btw naar 6 procent voor sloop en wederopbouw mogelijk te maken voor alle woningen, ongeacht de oppervlakte en ongeacht of het voor de bouwheer zijn enige woning is waar hij ook zelf zal gaan wonen of niet.
Idealiter wordt de regeling, zoals die thans bestaat in de 32 steden en gemeenten, uitgebreid zonder bijkomende voorwaarden. Elke woning die gesloopt en vervangen wordt door een nieuwbouw, is immers een vooruitgang, ook als deze wordt verhuurd. Nieuwbouw zal qua isolatie- en energienorm altijd veel beter zijn dan koste wat het kost een oude woning te moeten renoveren om zo toch van het verlaagde btw-tarief te kunnen genieten. Dat is ook de reden waarom minister Demir heeft gereageerd. Het gaat hier bij uitstek om een klimaatmaatregel en dat is ook de reden waarom de Vlaamse Regering dit in het regeerakkoord heeft opgenomen.
Zodra het federale plan ter zake naar buiten kwam, heb ik onmiddellijk per brief en per mail overleg gevraagd met de federale minister van Financiën. Dat staat gepland op donderdag 10 december. Ik ga er zeker van uit dat dit constructief zal verlopen. Of we hen zullen kunnen overtuigen, is nog een andere vraag.
Mevrouw Smeyers heeft het woord.
Minister, ik dank u voor uw engagement en uw voornemen om de federale minister van CD&V, Vincent Van Peteghem, te willen overtuigen. Ik hoop vooral dat hij zichzelf kan overtuigen van het belang van het veralgemenen van die maatregel. Uw juridisch argument houdt steek. Het verschil in behandeling moet verantwoord zijn. Er is vandaag ook een verschil in behandeling, maar het was wel het voornemen om dat verschil volledig weg te nemen. De halfslachtige oplossing met nog een ander maar ingewikkelder verschil in behandeling op het vlak van btw-verlaging voor sloop en renovatie, houdt weinig steek.
Een argument waarmee u uw federale collega van CD&V kunt overtuigen, is dat zijn partij, en ook Open Vld, dat Vlaams Energie- en Klimaatplan (VEKP) ook heeft goedgekeurd, dat ook mikt op zo’n veralgemening van die btw-verlaging naar 6 procent voor sloop en wederopbouw, dus niet alleen in die dertien Vlaamse steden, waarvan mijn eigen stad er een is, trouwens, maar voor alle andere Vlaamse steden en gemeenten, en bij uitbreiding ook voor de Waalse en de Brusselse.
Een ander politiek argument waarmee u uw collega mag overtuigen, of waarmee hij zichzelf het best overtuigt, is dat het voornemen om dat verlaagde tarief uit te breiden naar het hele land in het regeerakkoord werd opgenomen. Ik hoop dus dat 10 december een vruchtbare dag wordt.
De heer Veys heeft het woord.
Mevrouw Smeyers, het zal u niet verbazen, maar ik ga niet akkoord met wat u hier poneert over deze maatregel. Integendeel, ik denk dat er een duidelijk sociaal element in zit, in het kader van de verdichting en de uitdaging van de klimaattransitie. Overal merkt men dat de grote uitdaging het renoveren van die kleinere woningen is, van mensen wier middelen beperkter zijn. Ik heb het nog eens opgezocht: de gemiddelde bewoonbare oppervlakte daalt ook al jaren. Dat gemiddelde is 104 vierkante meter voor het hele Vlaamse grondgebied en 95 vierkante meter als het enkel over de centrumsteden gaat. Deze maatregel geldt nog voor woningen die dubbel zo groot zijn als het gemiddelde. Dan denk ik dat dat net wel proportioneel is. Dat duidelijk sociale element zit daarin, met andere woorden. Als socialist kan ik mij daar enkel achter scharen. Dat is ook iets wat Europa vroeg.
Nu blijkt uit een analyse door de Raad van State van een ander wetsvoorstel dat dat wil veralgemenen, dat net dan de intentie van de wetgeving om er een sociaal element in te steken verloren gaat. Collega’s, als we willen dat men compacter gaat wonen en de open ruimte willen bewaren, dan denk ik dat dit een goede maatregel is. Ik denk dat dat net het verschil is tussen de N-VA en sp.a: jullie pleiten nu voor een soort vlaktaks, waardoor het voordeel natuurlijk het grootst is voor de mensen met de grootste inkomens. Voor ons staat dat niet in proportie. Ik vind het wat spijtig dat er hier onomwonden wordt gepleit voor het bewust creëren van een mattheuseffect. Als ik kijk naar de wetenschap over het sociale beleid, over het algemene beleid, zullen we dat al genoeg hebben, dus moeten we dat in de toekomst vermijden.
Mevrouw Schauvliege heeft het woord.
Collega’s, goedemorgen. Minister, collega Smeyers, deze problematiek is natuurlijk niet nieuw. Die discussie loopt al een tijdje. De vraag leeft ook al lang in Vlaanderen. Ik herinner me dat, toen ik zelf in de regering zat, de toenmalige Vlaamse minister van Financiën, Bart Tommelein, ook stappen heeft gezet richting Europa, maar ook richting toenmalig federaal minister van Financiën Van Overtveldt, van de N-VA, met de vraag om ter zake stappen vooruit te zetten. Het is goed dat er nu stappen zijn gezet. Ik denk dat dat cruciaal is, en dat dat ook toont dat het menens is om daar werk van te maken.
Het is ook zo dat de regeling die vandaag bestaat in die 32 steden en gemeenten, behouden blijft, maar eigenlijk ook wordt uitgebreid. Ik denk dat dat belangrijk is om te vermelden. Ook de ontwikkelaars zullen daar nu onder vallen.
Men heeft er bewust voor gekozen om die sociale doelgroep af te bakenen. Ik volg collega Veys ter zake. Ik denk dat dat correct is, dat het goed is dat men een doelgroep voor ogen heeft, maar we mogen ook niet vergeten dat er ook de btw-richtlijn is. Minister, ik vind het echter positief dat u in overleg gaat met de federale minister van Financiën om een aantal bezorgdheden te delen en te bekijken wat verder mogelijk is. Het klopt echter helemaal niet dat dit een slechte maatregel is en dat er overhaast is gewerkt. Er is immers al een hele weg afgelegd; de vorige minister van Financiën heeft ook geprobeerd stappen vooruit te zetten ter zake, maar nu is het eindelijk gebeurd, en ik denk dat dat een goede zaak is.
Mevrouw Van Volcem heeft het woord.
Minister, ik vind het een beetje eigenaardig dat mevrouw Smeyers een dergelijke vraag stelt. Ik vind het alvast goed dat er iets wordt gedaan en dat er eindelijk stappen worden gezet. Iedereen weet dat naar aanleiding van de coronacrisis de budgettaire middelen eerder beperkt zijn en dat er een grote terugslag zal zijn. Die 6 procent is een goede maatregel van de Federale Regering om de bouwrenovatie aan te moedigen.
Dat dit beperkt is tot 200 vierkante meter, is niet per se socialistisch, ik denk dat bijna de volledige middenklasse in woningen tot 200 vierkante meter woont. Dat is bijna een driedubbel eengezinsappartement. Een klassieke woning tot 200 vierkante meter is redelijk. Zelfs in de buitengebieden, waar men tot 1000 kubieke meter mag gaan, komt dat ongeveer overeen met die 200 vierkante meter. Het is positief dat dit nu voor het eerst niet alleen in de stadsvernieuwingsgebieden gebeurt, maar in heel Vlaanderen. We hopen daar op een renovatiegolf met een terugverdieneffect dat zal tegemoetkomen aan de klimaatdoelstellingen. Misschien kan de minister ook nog iets doen voor de panden die worden verhuurd naar aanleiding van de renovatiepremie die ook wordt geëvalueerd en waarbij een integratie wordt beoogd met minister Demir.
Minister Diependaele heeft het woord.
Ik ben er zeker van dat het overleg constructief zal zijn, maar we zullen zien of we ergens geraken en of er een bijsturing komt. Wanneer je beleid voert en keuzes maakt, dan moet je daar ook de juiste argumenten voor hebben. En dan komen er wel een aantal vreemde zaken naar boven.
Wat de btw-richtlijn betreft, bestaat het systeem al in die dertien Vlaamse steden en gemeenten. Daar is dus geen probleem.
Mijnheer Veys, u zit te lachen. U wijst op het sociale aspect, op het mattheuseffect, maar waarom blijft dat systeem in die steden en gemeenten dan bestaan? Waarom blijft dat daar overeind? Wanneer we dit veralgemenen naar heel Vlaanderen, is dat volgens ons een klimaatmaatregel waarbij de voorkeur wordt gegeven aan nieuwbouw omdat dat energetisch in de meeste gevallen een verstandigere keuze is. Dat wordt aangemoedigd in plaats van te gaan voor de 15 procent verschil op die totale bouwprijs, wat veel is, en hardleers vast te houden aan die renovatie, die inzake klimaatdoelstellingen minder effect heeft. Volgens u is de reden een sociaal standpunt, het mattheuseffect, maar waarom blijft de regeling in die andere 32 steden en gemeenten dan wel bestaan?
Toen is zeer uitdrukkelijk de keuze gemaakt in die steden en gemeenten om dat ook te laten doen voor projectontwikkelaars die goedkoper aan sloop- en heropbouw konden doen om op die manier die huurmarkt energetisch voordeliger te maken en de klimaatdoelstellingen te bereiken op de huurmarkt. Toen is ook geen rekening gehouden met dat sociale aspect. Het systeem blijft gewoon bestaan. Ik denk dat u er een zeer mooi voorbeeld van hebt gegeven hoe groene doelstellingen soms botsen met sociale doelstellingen, maar u hebt er geen rekening mee gehouden dat in dit geval de argumentatie voor het naast elkaar blijven bestaan van die twee systemen, totaal onlogisch is.
Er is misschien ergens een reden geweest, het is mogelijk dat mevrouw Van Volcem gelijk heeft, en ik hoop dat men het inderdaad enkel om budgettaire redenen heeft gedaan, want dan kan ik daar zeker begrip voor opbrengen. Maar de andere argumentatie houdt gewoon geen steek.
Mevrouw Smeyers heeft het woord.
Voorzitter, de minister is natuurlijk begonnen, maar ik stel voor dat we de beoordeling van de eigenaardigheid van de vragen aan u laten en dat de commissieleden niet onderling elkaars vragen in vraag stellen, mevrouw Van Volcem.
De minister heeft er nogmaals op gehamerd dat het inderdaad geen steek houdt om nu te zeggen dat er alleen maatregelen moeten worden genomen die goed zijn voor de sociale doelgroep. Alle andere investeerders hebben het volgens de heer Veys blijkbaar niet nodig om ook buiten de dertien Vlaamse centrumsteden die btw-verlaging te kunnen toepassen voor sloop en renovatie.
Ik ga daar eigenlijk niet mee akkoord. Alsof die sociale doelgroep, mijnheer Veys, massaal gaat slopen, renoveren, om dan in die woningen te gaan wonen. Het is net de sociale doelgroep die zich op die huurmarkt – evident de sociale huurmarkt, maar ook de private huurmarkt – begeeft. We moeten er alles aan doen om investeerders te faciliteren om te slopen en te wederopbouwen en dus kwalitatieve en betaalbare woningen op de private huurmarkt te zetten. Ik zie dat dat hier, in een centrumstad als Aalst, wel werkt. De kleinere huizen in de binnenstad worden aangepakt, gesloopt en onmiddellijk gerenoveerd, wederopgebouwd, en worden dan als kwalitatieve, energiezuinige en betaalbare woningen op de private markt aangeboden.
Een ander argument is trouwens dat we het in de coronagolf en het liefst na de coronagolf economisch wel mogelijk moeten maken om aan een herstel te werken. De minister weet dat, hij is de zoon van een aannemer. Als het goed gaat in de bouw, gaat het goed in de economie. Dat is een extra argument. Dus alstublieft, minister, laat op 10 december het argument klimaat, het argument economie en herstel, en het argument dat dit goed is voor die sociale doelgroep op de private huurmarkt, meespelen. En tot slot, laat de geloofwaardigheid van onze Vlaamse coalitiepartners, ondanks die Vivaldiregering, nog het grootste argument zijn. Ik dank u.
De vraag om uitleg is afgehandeld.