Verslag vergadering Commissie voor Brussel en de Vlaamse Rand en Dierenwelzijn
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
Mevrouw Tavernier heeft het woord.
Minister, binnen de domeinen Welzijn en Gezondheid is het Huis voor Gezondheid een van de structurele partners van het Vlaams Brusselbeleid. Het Huis voor Gezondheid is als Brusselse netwerkorganisatie hét aanspreekpunt voor alle Nederlandskundige zorgverleners in Brussel. Door het delen van zijn kennis van het Brusselse zorglandschap faciliteert en initieert het Huis voor Gezondheid samenwerking en netwerking tussen zorgverleners en hun organisaties.
Momenteel ontwikkelt het Huis voor Gezondheid zijn strategisch plan voor 2021-2025. In de lente werkte men reeds aan een omgevingsanalyse en werd er een interactieve stakeholdersbijeenkomst georganiseerd om zicht te krijgen op de evoluties en noden op vlak van zorg die voor de actoren uit de gezondheids- en welzijnssector de komende jaren extra belangrijk zijn.
De huidige beheersovereenkomst met de Vlaamse Gemeenschap en de Vlaamse Gemeenschapscommissie loopt af op 31 december 2020. In uw beleidsnota 2019-2024 geeft u aan dat u in de loop van 2020 gesprekken zult voeren met uw structurele partners om tot gedragen beheersovereenkomsten te komen voor de periode 2021-2025.
Wat is de huidige timing voor de totstandkoming van het nieuw strategisch plan 2021-2025 van het Huis voor Gezondheid?
Hebt u zicht op de resultaten van de stakeholdersbijeenkomst in het kader van het nieuw strategisch plan 2021-2025? Indien ja, kunt u die toelichten? Welke conclusies trekt u uit deze resultaten? Indien nee, zult u nog in contact treden met het Huis voor Gezondheid om kennis te nemen van deze resultaten?
Wat is de huidige tijdslijn voor de totstandkoming van de nieuwe beheersovereenkomst 2021-2025? Hebt u reeds overleg gehad met het Huis voor Gezondheid in het kader van de nieuwe beheersovereenkomst? Indien ja, kunt u dit verder toelichten? Indien neen, wanneer staat er een overleg gepland?
Hebt u reeds overleg gehad met uw bevoegde collega binnen het College van de Vlaamse Gemeenschapscommissie (VGC) in het kader van de nieuwe beheersovereenkomst? Indien ja, kunt u dit verder toelichten? Indien neen, wanneer staat er een overleg gepland?
Vond er reeds een evaluatie van de huidige beheersovereenkomst plaats? Indien ja, welke zaken werden er goed bevonden? Welke bleken er voor verbetering vatbaar?
Welke nieuwe accenten wilt u desgevallend leggen in de nieuwe beheersovereenkomst?
Op welke manier werkt u met het Huis voor Gezondheid concreet samen om het Nederlandstalige zorgaanbod in Brussel te versterken?
Minister Dalle heeft het woord.
Mevrouw Tavernier, ik geef u graag een stand van zaken met betrekking tot de nieuwe beheersovereenkomst 2021-2025 met het Huis voor Gezondheid, te starten met de tijdslijn en de overlegmomenten. Ik zal daarbij de vragen 1, 3, 4 en 5 samen nemen.
Het Huis voor Gezondheid beschikte de afgelopen beleidsperiode over een driepartijenbeheersovereenkomst 2016-2020 met de VGC en de Vlaamse Gemeenschap. Het traject voor het opstellen van de nieuwe beheersovereenkomst verloopt ook deze keer in nauwe samenwerking met de VGC.
Ik wil vooraf meegeven dat de resultaten van de volgende drie instrumenten worden verwerkt in de nieuwe beheersovereenkomst. Er is ten eerste de stakeholdersbevraging, ten tweede een zelfevaluatie door het Huis, en ten derde een jaarlijkse administratieve opvolging via een werkingsverslag, een jaaractieplan en een voortgangsgesprek.
Wat de stand van zaken en de tijdslijn betreft: in februari 2020 werd vanuit beide administraties een gezamenlijke brief verzonden waarin de organisatie werd uitgenodigd een meerjarig strategisch plan 2021-2025 op te stellen, op basis van mijn beleidsnota Brussel en het VGC-bestuursakkoord. Dat meerjarig strategisch plan vormt de basis voor de nieuwe beheersovereenkomst.
Het Huis voor Gezondheid bezorgde in het begin van de zomer een eerste versie, en op basis daarvan werd met de organisatie, en samen met de VGC, een gesprek gevoerd. Aansluitend herwerkte het Huis voor Gezondheid het plan en volgde een tweede overleg.
Het Huis voor Gezondheid is nu de laatste opmerkingen aan het verwerken en zal in november een definitieve versie van het meerjarig strategisch plan bij ons indienen.
Gelijktijdig wordt er gewerkt aan een ontwerp van beheersovereenkomst, dat zowel door de VGC als mezelf nog voor het jaareinde zal worden goedgekeurd.
Onze administratie was op het stakeholdersmoment aanwezig. De conclusies van deze bevraging worden inderdaad ook verwerkt in het voorstel van het beleidsplan voor de beleidsperiode 2021-2025. Wat zijn de voornaamste aandachtspunten die uit deze bevraging naar voor komen? Er is ten eerste aandacht voor de specificiteit van de Brusselse context, met name de kwetsbaarheid, in het bijzonder van de jongeren – dat is ook vanuit mijn ander beleidsdomein zeer belangrijk. Daarbij zijn verschillende overheden actief. Ten tweede zetten we blijvend in op het aantrekken van Nederlandkundige zorgverstrekkers. Ten derde zetten we in op samenwerking tussen zorgverstrekkers én tussen beleidsniveaus. Ten slotte helpen en ondersteunen we zorgprofessionals en praktijken bij innovatief werken en bij het ontwikkelen van innovatieve modellen.
De beheersovereenkomst regelt op een zeer strategisch niveau de basisopdrachten van het Huis voor Gezondheid, op basis van de visie en de missie van de organisatie. De basisopdracht van het Huis voor Gezondheid voor de komende beleidsperiode blijft ongewijzigd, met name streven naar een kwaliteitsvol Nederlandstalig zorgaanbod in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest.
Naar aanleiding van het opstellen van het meerjarig strategisch plan, waarop de beheersovereenkomst gebaseerd is, formuleerde ik wel nog een aantal aandachtspunten die moeten leiden tot een betere ondersteuning van de Nederlandstalige zorgverstrekkers, onder meer bijvoorbeeld meer aandacht voor een aantal transversale thema’s in het kader van het Vlaamse gelijkekansen-, armoede- en inclusiebeleid, en ook jongeren en cultuursensitieve zorg. Een tweede aandachtspunt is een sterke samenwerking met andere structurele partners in mijn Brusselbeleid, bijvoorbeeld met het Kenniscentrum Welzijn, Wonen, Zorg of met het Huis van het Nederlands Brussel. Een derde aandachtspunt, tot slot, bestaat in het laagdrempelig ter beschikking stellen van de opgebouwde expertise en ontwikkelde instrumenten. Want ook andere organisaties in Brussel en Vlaanderen kunnen zich laten inspireren door de methodieken die het Huis voor Gezondheid de voorbije jaren succesvol ontwikkelde.
Het Huis werkt autonoom en op basis van zijn expertise concrete acties uit binnen de contouren van het beleidskader en de plannings- en evaluatiedocumenten. In dit kader werk ik er zeker vol vertrouwen mee samen. Ik denk dat de nieuwe beheersovereenkomst ook een geschikt momentum is om die samenwerking nog te versterken met het oog op een kwaliteitsvol Nederlandstalig zorgaanbod in onze hoofdstad.
Mevrouw Tavernier heeft het woord.
Er is nog heel wat werk aan de winkel om het Nederlandstalige zorgaanbod in Brussel te versterken. Het Huis voor Gezondheid is als structurele partner een prioritaire bondgenoot van de Vlaamse Regering om dit mee te realiseren. Om concrete stappen voorwaarts te zetten is het heel belangrijk om in de nieuwe beheersovereenkomst verschillende ambities te vertalen in meetbare indicatoren.
U hebt het zelf aangehaald: een belangrijke huidige strategische doelstelling van het Huis voor Gezondheid is bijvoorbeeld het aantrekken en behouden van voldoende en competente Nederlandskundige zorgverleners in Brussel. Om de uitvoering van zo’n strategische doelstelling goed te kunnen evalueren en bij te sturen waar nodig, is het belangrijk dat die kwantificeerbaar is. Minister, welke meetbare indicatoren wilt u aan de beheersovereenkomst verbinden die gekoppeld zijn aan belangrijke strategische doelstellingen, zoals het beschikken over voldoende Nederlandskundig zorgpersoneel? Dat wil ik graag beantwoord zien in die nieuwe plannen.
Daarnaast had ik nog een bijkomende vraag voor u over de hyperactuele realiteit, namelijk de coronacrisis waarin we ons bevinden. Onze zorgverleners staan in de vuurlinie tegen het coronavirus. Dat is zeker het geval in de hoofdstad, waar het coronavirus zeer hevig tekeergaat. Hierover wil ik graag van u vernemen op welke manier het Huis voor Gezondheid een ondersteunende rol speelt ten aanzien van de Nederlandskundige zorgverleners in Brussel tijdens die coronacrisis.
Minister Dalle heeft het woord.
In deze coronacrisis zijn ook de Nederlandstalige zorginstellingen van Brussel een belangrijke partner, zeker ook de eerste lijn, de huisartsen. We moeten hen daar maximaal in kunnen ondersteunen. Het Huis voor Gezondheid is daar inderdaad onze geëigende partner voor.
We gaan zorgen dat die beheersovereenkomst een goed evenwicht vindt tussen voldoende vertrouwen en een aantal doelstellingen waar we ook op controleren. Die doelstellingen worden natuurlijk op strategisch vlak geformuleerd, maar we volgen dat ook op met meetbare elementen. Die worden niet alleen in de beheersovereenkomst naar voren geschoven, maar maken ook deel uit van de jaarplanning, omdat dat jaar per jaar ook opgevolgd moet worden.
Mevrouw Tavernier heeft het woord.
Minister, ik dank u voor uw bijkomende toelichting. Kunt u de evaluatie van de huidige beheersovereenkomst in alle transparantie ter beschikking te stellen van de commissieleden? Het is heel belangrijk dat we de werking van het Huis voor Gezondheid kunnen opvolgen vanuit het Vlaams Parlement en dat we inzage kunnen hebben in alle beschikbare informatie. Zo kunnen we uit eerste hand lezen welke zaken uit de huidige beheersovereenkomst goed werden bevonden en welke zaken voor verbetering vatbaar zijn. Ik hoop dat het mogelijk is. Ik dank u alvast.
De vraag om uitleg is afgehandeld.