Verslag vergadering Commissie voor Brussel en de Vlaamse Rand en Dierenwelzijn
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
De heer Vanlouwe heeft het woord.
Minister, ik kijk al uit naar het serene debat van deze namiddag. Mijn concrete vraag nu gaat over het Vlaams Brusselfonds. Zoals iedereen weet, werd het Vlaams Brusselfonds volgens het decreet van 21 december 2001 opgericht als compensatie ten voordele van de Brusselse Vlamingen voor de afschaffing van het kijk- en luistergeld. De middelen van het fonds konden gebruikt worden voor initiatieven die zich prioritair richten tot de Brusselse Vlamingen. Nadat het kijk- en luistergeld ook in Brussel werd afgeschaft, werd het Vlaams Brusselfonds geheroriënteerd naar een impulsfonds waarbij projecten en initiatieven rond Welzijn, Cultuur en Onderwijs werden gefinancierd. Ook het beheer van het Huis van het Nederlands en Muntpunt verlopen via het fonds.
Minister, in het regeerakkoord lezen we de volgende passage in verband met het fonds: “We wenden de middelen uit het Brusselfonds binnen de door de Vlaamse regering bepaalde prioriteiten en in alle transparantie aan om de Nederlandstalige voorzieningen in Brussel te versterken en om zinvolle proefprojecten te ondersteunen. Hierover wordt door de Vlaamse minister bevoegd voor Brussel regelmatig aan de regering gerapporteerd.”
Mijn vragen aan u zijn dan ook de volgende, minister.
Hebt u reeds teruggekoppeld aan de Vlaamse Regering met betrekking tot het Vlaams Brusselfonds, en wat was hiervan het resultaat? Ik heb hierover nog geen mededeling gezien.
Welke projecten met betrekking tot de versterking van het Nederlands in Brussel staan er op de planning?
Welke projecten die passen binnen de doelstelling van het Vlaams Brusselfonds staan er gepland op het vlak van Onderwijs, Cultuur en Welzijn? Zult u hiervoor met uw bevoegde collega-ministers samenwerken?
Kunt u meer toelichting geven over het toekennen van een subsidie vanuit het Vlaams Brusselfonds aan de vzw Samenlevingsopbouw voor het pilootproject van zogenaamde Woonboxen? Ik las gisteren bij Belga dat u aankondigde in de Vlaamse Regering beslist te hebben om daarvoor een bedrag van 384.000 euro vrij te maken voor tien woonmodules. Ik had het natuurlijk ook graag gehad over de andere initiatieven die door u worden genomen in het kader van het Vlaams Brusselfonds.
Minister Dalle heeft het woord.
Mijnheer Vanlouwe, de rapportering aan de Vlaamse Regering met betrekking tot het Vlaams Brusselfonds is inderdaad voor het eerst opgenomen in mijn beleidsnota Brussel 2019-2024. Het jaarverslag van 2019 van het Vlaams Brusselfonds is ter beschikking. Het volgende jaarverslag zal effectief via een mededeling worden overgemaakt aan de Vlaamse Regering.
Het Vlaams Brusselfonds blijft instaan voor de onderhouds-, en vermogensrechtelijke kosten voor Muntpunt en het Huis van het Nederlands Brussel.
Daarnaast blijft het een impulsfonds, waarbij een brede waaier van investeringsprojecten en initiatieven rond Welzijn, Cultuur, Sport en Onderwijs kan worden gefinancierd. Die initiatieven zijn complementair aan het inclusief gemeenschapsbeleid en beogen de uitbouw van een kwalitatief, bereikbaar en zichtbaar netwerk van Vlaamse gemeenschapsvoorzieningen in de hoofdstad.
Via het Vlaams Brusselfonds kunnen ook zinvolle proefprojecten worden ondersteund. Hierbij worden volgende aandachtspunten gehanteerd. Projecten moeten infrastructureel een meerwaarde hebben voor de buurt, multi-inzetbaar zijn en inspiratie bieden aan anderen. Ze moeten ook geografisch bijzondere aandacht besteden aan de wijken waar de meeste hiaten zijn. Financieel moet het budget bijdragen om andere partners mee te helpen het project te realiseren.
Ik kan u ook meegeven dat er momenteel wordt gewerkt aan een verfijning van het richtlijnenkader van het Vlaams Brusselfonds. Nieuwe investeringen zullen rekening dienen te houden met elementen zoals toegankelijkheid, duurzaamheid en gedeelde infrastructuur.
Dossiers worden ingediend bij het Vlaams Brusselfonds door projectdragers, dus organisaties die projecten indienen. Dat kan het hele jaar door. Het gaat om dossiers die passen in het richtlijnenkader. In die zin kan ik op dit ogenblik geen vooruitzicht geven op de komende projecten. Dat zal ook afhangen van de aanvragen die nog worden ingediend.
Op projectoproepen heb ik uiteraard wel een duidelijk zicht, zoals de oproep die ik onlangs lanceerde voor kleine investeringen voor Vlaams-Brusselse organisaties naar aanleiding van de coronacrisis. Op dit ogenblik staan er geen gelijkaardige oproepen gepland.
U had ook een precieze vraag over het woonbegeleidingsproject Woonbox, dat werd goedgekeurd op de ministerraad van de Vlaamse Regering van 9 oktober 2020. Het concept werd door Samenlevingsopbouw Brussel ontwikkeld. Maar het is een sterke samenwerking met de verschillende organisaties. Ook het Centrum Algemeen Welzijnswerk (CAW) Brussel is bijvoorbeeld betrokken, net als verschillende organisaties die met tewerkstelling bezig zijn.
Het gaat om een soort van time-outproject voor kwetsbare Brusselaars via tijdelijke huisvesting in plaatsen waar er leegstand is, waardoor ook de financiële druk even kan wegvallen. En er wordt vooral ook een kwaliteitsvolle omkadering geboden. Het is daar waar wij vanuit Vlaanderen ook in investeren, en waarom Samenlevingsopbouw Brussel onze partner is. Het gaat hier om een intensieve vorm van tijdelijke woonbegeleiding op sociaal vlak, maar bijvoorbeeld ook om begeleiding naar werk, naar voorzieningen en dergelijke meer.
Het is ook een zeer innovatief project, het is iets waarvan ik heel veel verwacht. Er is trouwens ook een samenwerking met een Limburgs bedrijf van skeletbouw. Het is een gepatenteerd systeem dat in Brussel nog zeer zinvol zal zijn, denk ik, maar ook in Vlaanderen. En misschien zou het ook in Wallonië of het buitenland relevant kunnen zijn. Ik geloof er echt in. Er is trouwens een mooie reportage over gemaakt door BRUZZ. Het is de moeite om het eens te bekijken, want het is echt een zeer mooi project.
Bij de deelnemers komen ook veel levensdomeinen aan bod en worden er duurzame stappen gezet naar een stabielere woon- en leefsituatie. De bewoners gaan ook verschillende trajecten doorlopen rond armoedebestrijding, werk en welzijnsverhoging. De buurt wordt ook gedynamiseerd: vier ruimtes in het gebouw worden opengesteld voor buurtwerkingen en organisaties.
Het pilootproject werd vanuit het Brusselfonds financieel ondersteund vanwege de gemeenschapsvormende en welzijnsbevorderende aanpak die zich richt tot kwetsbare jongeren en volwassenen, en die bijzonder innovatief is.
We hebben inderdaad een kleine 385.000 euro daarin geïnvesteerd. Er is ook een samenwerking met het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest. Dat heeft 198.474 euro geïnvesteerd.
De heer Vanlouwe heeft het woord.
Ik zal even beginnen met het project Woonbox, dat zijn intrek heeft genomen in dat leegstaand gebouw in Molenbeek. Ik ondersteun dat alleszins ten zeerste. Ik denk dat dat een bijzonder mooi project is om inderdaad mensen tijdelijk onderdak te verlenen wanneer de nood hoog is.
Ik hoop natuurlijk dat duidelijk wordt gemaakt dat dit een project is dat Vlaanderen financiert in Brussel, en dat daar duidelijk signalen over worden gegeven. Want men laat dit opnieuw uitschijnen als een soort van project van de Brusselse Regering. Het is wel een heel mooi project, en ik sta er zeker achter.
Als ik het goed heb genoteerd, zegt u dat er niet direct vooruitzichten zijn, maar dat er wel een projectoproep is geweest, en dat we iets willen invullen daar waar er daadwerkelijk hiaten zijn in Brussel.
Op het vlak van instellingen in Brussel, zoals Cultuur, Welzijn, Onderwijs, denk ik dat er toch wel geregeld hiaten zijn. Ik zie dat minister Weyts ook heel wat investeringen doet in het Nederlandstalig onderwijs. Op de vorige ministerraad is er nog iets goedgekeurd voor renovatieprojecten van scholen in Brussel. Ik hoop dat daar ook aandacht aan besteed zal worden. Misschien is ook het Vlaams Brusselfonds daartoe een geschikt middel om dat verder uit te breiden.
Maar ik vraag u ook om aandacht te hebben voor die initiatieven die door de lokale besturen meestal worden onderschat, of waar men geen aandacht aan besteedt, en dat dan via dat Vlaams-Brusselfonds wordt ingegrepen om daar de nodige middelen in te investeren.
Mevrouw Goeman heeft het woord.
… (onverstaanbaar) …
Excuseer, mevrouw Goeman, we horen u niet. Kunt u nog eens proberen in te loggen?
De heer Bex heeft het woord.
Minister, ik wou het vooral hebben over dat project Woonbox. Ik wil u daarvoor feliciteren. Ik vind dat op zeer veel elementen een voorbeeldproject. Het is bijzonder goed dat Vlaanderen zich op die manier toont in Brussel en zijn verantwoordelijkheid opneemt.
Ik had daarover ook een vraag, omdat ik denk dat dit een uniek project is, een pilootproject, waar we heel veel dingen uit kunnen leren. Bent u van plan om in de toekomst terug te koppelen naar deze commissie met de resultaten van dat project? Kunnen we daar ook een aantal aanbevelingen uit distilleren voor bijvoorbeeld de minister van Wonen, de minister van Welzijn, zodat dat project niet beperkt blijft tot de mensen die daarvan zullen kunnen genieten, maar dat we er echt uit kunnen leren en die lessen ook meenemen naar het beleid op die domeinen?
Minister Dalle heeft het woord.
Dank u voor de verdere vragen en de appreciatie rond het mooie project Woonbox. Dat doet plezier, we hebben er hard aan gewerkt.
Collega Vanlouwe, het is uiteraard een project dat we met substantiële middelen vanuit Vlaanderen ondersteunen. Het zijn overigens ook Vlaamse vzw’s die de lead nemen: Samenlevingsopbouw Brussel, CAW Brussel. Dit zijn de trekkers van het project, met name Samenlevingsopbouw. Tegelijkertijd apprecieer ik ook dat er een sterke samenwerking is met het gewest, want het is inderdaad een combinatie van zaken die aanleunen bij de gewestbevoegdheid voor Wonen, waar wij uiteraard niet bevoegd zijn in de hoofdstad, en heel wat zaken die echt de corebusiness zijn van de Vlaamse Gemeenschap in Brussel, die ook het sociale karakter van onze investeringen in Brussel duiden. Die samenwerking is dus goed. Het is collega Ben Hamou die daarin investeert, maar eigenlijk was het al Céline Fremault in de vorige Brusselse Regering die dat mee gesteund heeft. Ik denk dat dit de weg vooruit is voor mooie projecten in Brussel. We kunnen een aantal zaken helemaal alleen doen, in partnerschap met de organisaties op het terrein, maar het is ook sterk als het gecombineerd kan worden met de investeringen vanuit het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest of zelfs Brusselse gemeenten. Op dat vlak is dat een succesverhaal.
Collega Bex stelde de vraag of die evaluatie ook niet meegenomen kan worden richting Vlaamse overheid voor de domeinen Welzijn en Wonen. Dat is zeker het geval. Het project zal natuurlijk een aantal jaren duren. Na twee à drie jaar zal het geëvalueerd kunnen worden. Het is ook een gepatenteerd systeem. Dus ik hoop echt dat dit een Brussels exportproduct kan worden maar zeker ook dat het op andere plaatsen in Brussel gebruikt kan worden. We hebben met het kabinet een aantal contacten gehad, onder meer met de Vlaamse Gemeenschapscommissie en een aantal partners in Anderlecht. Ook op de site van Circularium zal dit ontwikkeld kunnen worden. Dit is dus toch iets dat zeer inspirerend is binnen Brussel, maar ik hoop ook voor andere steden in de rest van Vlaanderen, eventueel in Wallonië en andere landen.
Ik denk dat dit echt een toekomstconcept is, omdat het van een tekortkoming in veel grote steden, namelijk veel leegstand, een echte opportuniteit maakt. Dat gebeurt op een manier die zeer duurzaam is. Het zijn bijna energieneutrale wooneenheden, met een zeer innovatief verwarmingsconcept, heel goed geïsoleerd en er is ook effectief die sociale begeleiding waarin wij volgens mij als Vlaamse Gemeenschap echt wereldleiders zijn. De sociale initiatieven in Brussel die door Vlaamse instellingen worden begeleid, kennen meestal de meest holistische aanpak. Ik ben daar dus wel heel erg tevreden over.
Bedankt ook voor de positieve woorden daarover. Dat geeft ook heel veel goede moed om in de komende jaren verder dat soort projecten te ontwikkelen.
De heer Vanlouwe heeft het woord.
Dank u wel, minister. Ik ga u zeker niet tegenspreken met betrekking tot uw project. Maar ik hoop dat uw beleid inzake het Vlaams Brusselfonds toch iets ruimer gaat dan dit project. Eigenlijk gingen vier van mijn vijf vragen wel degelijk over welke andere projecten er hiernaast nog gefinancierd zouden kunnen worden en waar de hiaten zitten. De lokale besturen blijven namelijk veelal in gebreke.
Voor alle duidelijkheid: ik vind dit project ook heel positief. Maar ik herhaal nogmaals: het Vlaams Brusselfonds is een impulsfonds waarbij projecten en initiatieven rond Welzijn, Cultuur en Onderwijs worden gefinancierd, zoals het Huis van het Nederlands en Muntpunt. Ik verwijs dus ook naar het regeerakkoord: “de middelen uit het Brusselfonds, binnen de door de Vlaamse Regering bepaalde prioriteiten, om de Nederlandstalige voorzieningen in Brussel te versterken en zinvolle proefprojecten te ondersteunen”. We kennen de tekortkomingen die er veelal zijn in Brussel. U hebt die met dit concrete project wel degelijk ingevuld, maar ik kan u nog tientallen andere voorbeelden geven van tekortkomingen, hiaten, van het gebrek aan Nederlandstalige aanwezigheid rond projecten in verschillende van de negentien gemeenten in Brussel. Ik hoop dat u daarop de focus zult leggen met dit Vlaams Brusselfonds.
In het verleden hebben we gezien – en ik heb dat dossier gedurende jaren opgevolgd – dat toen de vriendjes van vorige ministers – zeker niet van u – dit Vlaams Brusselfonds eigenlijk gebruikten en misbruikten om bepaalde subsidies door te sluizen naar bevriende organisaties. Ik denk dat u goed bezig bent, maar ik hoop dat u tegelijkertijd ook initiatieven zult ondersteunen rond Nederlandstalige, Vlaamse onderwijs-, cultuur- en welzijnsinstellingen in Brussel.
De vraag om uitleg is afgehandeld.