Verslag vergadering Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
Mevrouw Segers heeft het woord.
Behalve het zware dossier van de beheersovereenkomst met de VRT dat op ons bureau lag voor deze commissie, is er ook nog een andere belangrijke kwestie: de omzetting van de Europese richtlijn Audiovisuele Mediadiensten. Dat is toch wel een heel belangrijke horde die wij ook in Vlaanderen moeten nemen.
Wij hebben in de commissie een hele reeks hoorzittingen georganiseerd. We hebben die gecombineerd met de hoorzittingen over de beheersovereenkomst van de VRT. Tijdens de hoorzitting van 4 februari 2020 stelde Katrien Thienpont, attaché Cultuur en Media bij de Algemene Afvaardiging van de Vlaamse Regering bij de Permanente Vertegenwoordiging van België bij de Europese Unie, dat 19 september 2020 als deadline voor de omzetting van de richtlijn werd vooropgesteld. Op 26 juni 2020 werd reeds het voorontwerp van decreet tot wijziging van het Mediadecreet goedgekeurd op de ministerraad van de Vlaamse Regering. Nu zijn we in de fase dat we deze omzetting finaal moeten bespreken en goedkeuren. De deadline van september zijn we nu bijna een maand gepasseerd zonder dat het ontwerp van decreet geagendeerd werd. We moeten er dus werk van maken.
Minister, wat is de stand van zaken? Waarom is de deadline van 19 september 2020 in het werk van het parlement niet gehaald? Wanneer gaan we er allemaal samen werk van maken?
Een specifiek topic, dat de laatste weken nogal veel in de aandacht is geweest, is het feit dat er veel te doen is geweest rond influencers op videoplatforms en de reclame die zij maken. Er is daar een regelgeving voor, maar deze is zeker nog niet ingeburgerd. Hebt u ideeën over het handhaven van die regelgeving over reclame door influencers op videoplatforms?
Minister Dalle heeft het woord.
Mevrouw Segers, de Vlaamse Regering heeft haar principiële goedkeuring van het voorontwerp van decreet gegeven op 26 juni 2020. De sectorraad Media van de Strategische Adviesraad voor Cultuur, Sport en Media gaf advies op 17 juli 2020. Er werd ook een jokeradvies geformuleerd op 25 september 2020.
Het voorontwerp van decreet zal op zeer korte termijn voor een tweede principiële goedkeuring aan de Vlaamse Regering worden voorgelegd. Vervolgens zal het advies worden gevraagd aan de Raad van State. Na oplevering van dit advies, in principe binnen de dertig kalenderdagen, zal de tekst voor definitieve goedkeuring worden voorgelegd aan de Vlaamse Regering en daarna uiteraard door het parlement besproken en gestemd worden in onze commissie en dan, na bespreking, in het Vlaams Parlement. De verwachting is dat de definitieve tekst in het voorjaar van 2021 klaar zal zijn voor publicatie in het Staatsblad.
Voor de volledigheid geef ik mee dat er al een tweetal bepalingen van de gewijzigde richtlijn Audiovisuele Mediadiensten werden omgezet in het Mediadecreet. Er was artikel 157 van het Mediadecreet, waardoor niet-lineaire televisieomroeporganisaties verplicht worden bij te dragen aan de promotie van de Europese audiovisuele werking en de financiering daarvan. En er was datgene wat we samen hebben gedaan en dat er op jullie initiatief is gekomen in deze commissie.
Na onze gedachtewisseling rond corona was er ook de versnelde omzetting van het nieuwe artikel 23 van de richtlijn om de versoepeling van een 20 procentregel sneller in te voeren in het kader van de coronacrisis en de druk die hierdoor werd gezet op de reclame-inkomsten van de omroepen.
De deadline van 19 september is inderdaad niet gehaald. Voor de duidelijkheid: dat is de deadline die in de richtlijn is vermeld. De attaché, mevrouw Katrien Thienpont, heeft enkel gecommuniceerd wat ook in de richtlijn staat, dat weten we eigenlijk al langer. U weet dat we een relatief lange regeringsvorming gehad hebben en dat ik pas op 2 oktober mijn eed afgelegd heb. We zijn onmiddellijk begonnen met onze administratie en het kabinet aan de omzetting van deze toch wel belangrijke richtlijn voor de mediasector. Wegens de coronacrisis heeft dit omzettingsproces een beetje vertraging opgelopen en werd de deadline van 19 september niet gehaald. Ik wil er ook op wijzen dat ook de Franse en Duitstalige Gemeenschap wat vertraging hebben met de omzetting en dat het ook daar nog aan de gang is.
U hebt ook gepeild naar de impact op influencers. Het Mediadecreet is van toepassing op elke omroepactiviteit, en dit is – ik citeer het decreet –: “elke activiteit die bestaat in het ter beschikking stellen van bewegende beelden, al dan niet met geluid, of van een reeks van klanken of geluiden bestemd voor het algemene publiek of een deel ervan via elektronische communicatienetwerken (…)”. Influencers die video’s op videoplatforms zetten, voldoen aan deze definitie. Op basis van deze bepaling en aangezien het gaat over omroepactiviteiten is er één verplichting van toepassing, namelijk: ze mogen niet aansporen tot haat en geweld; dat is het artikel 38.
Na de omzetting van de gewijzigde AVMD-richtlijn zullen influencers op videoplatforms die inkomsten genereren, gekwalificeerd worden als aanbieders van omroepdiensten. Hierdoor zullen zij aan dezelfde verplichtingen moeten voldoen als traditionele zenders, zoals bescherming van minderjarigen en regels inzake commerciële communicatie.
Het is de taak van de Vlaamse Regulator voor de Media (VRM) om toe te zien of de influencers deze verplichtingen uit het Mediadecreet naleven. In een artikel in de krant heeft de VRM aangegeven te werken aan een monitoringsysteem, maar gaf aan dat het te voorbarig was om daarover te communiceren. De VRM heeft mij alvast laten weten dat ze binnenkort een online-infosessie organiseert voor de belangrijkste influencers op de videoplatforms over de verplichtingen uit het Mediadecreet die op hen van toepassing zullen zijn.
Mevrouw Segers heeft het woord.
Minister, dank u wel voor uw antwoord. Uiteraard is er corona en die vertraging, zoals die ook in de Franse en Duitstalige Gemeenschap is opgelopen bij de omzetting ten opzichte van de datum die Europa vooropgesteld had, 19 september. Alle begrip daarvoor.
Het is natuurlijk een heel belangrijk momentum, een heel belangrijk kader dat wij nu gaan creëren voor de komende jaren voor ons medialandschap. Ik heb de vraag ingediend omdat ik vond dat het tijd werd om het er nog eens over te hebben.
We hebben inderdaad een aantal bepalingen al opgezet, namelijk die bijdrage van de niet-lineaire Netflixen van deze wereld en de 20 procentregeling van reclame. Maar er zijn heel wat andere aspecten die onze aandacht verdienen, onder andere één met betrekking tot de influencers. Het is goed dat we hen, vanaf het moment dat ze inkomsten genereren, gaan beschouwen als aanbieders van omroepdiensten, maar u weet evengoed als ik – er stonden onlangs ook een aantal artikels in De Standaard – dat er ook wel influencers zijn die zeggen dat ze niet betaald worden of dat het in natura is. Er is dus een schimmigheid. We gaan daar zeker op moeten werken en zien dat we dat goed in regelgeving vastleggen. De rol van de VRM om dat te monitoren zal daarin belangrijk zijn naarmate die influencers ook steeds belangrijker worden als reclamemodel. Maar het mandje van de VRM ligt natuurlijk ook vol. We gaan daar ook over moeten denken, over hoe we de VRM in dat geval gaan moeten versterken.
Ik begrijp dat het definitieve ontwerp van decreet er pas heel laat zal komen, misschien op het einde van het jaar of begin volgend jaar. Maar het moet eigenlijk op het einde van het jaar, als ik het goed begrijp. Of kan het uitgesteld worden naar volgend jaar?
Ik wil de collega's oproepen om daar samen heel goed naar te kijken en dit ontwerp van decreet niet net voor het kerstreces in de plenaire in te dienen, maar ervoor te zorgen dat we tijd krijgen om daar goed naar te kijken en samen te amenderen.
Minister Dalle heeft het woord.
Mevrouw Segers, het belangrijkste is dat het een kwaliteitsvolle omzetting is. Er is al heel veel werk gebeurd door mijn administratie en mijn kabinet en er zijn al heel veel gedegen adviezen gekomen, die we integreren in de tekst. Ook de Raad van State zal nog een advies geven. Dit proces nemen we zeer serieus. Het is de belangrijkste hervorming van het Mediadecreet sinds geruime tijd. De kwaliteit staat wat mij betreft voorop.
De omzettingsdeadline van 19 september hebben we niet gehaald. Voor mij komt het niet aan op enkele maanden tijd. Of dat het einde van het jaar is dan wel volgend jaar, we gaan sowieso geen publicatie hebben in het Staatsblad voor het einde van het jaar. We gaan daar niet mee treuzelen, maar we gaan ook niet overhaast te werk. Het is ook goed om hierover een grondige bespreking te hebben in de commissie Media. Het is het belangrijkste decretale initiatief rond media deze legislatuur maar ook sinds lange tijd. We gaan dat dus niet te snel doen.
Ook ten aanzien van Europa: we zijn niet de enigen die 19 september niet gehaald hebben. We zijn uiteraard in constant contact met de Europese instellingen. Het feit dat wij al zo ver zitten in het proces en dat we inhoudelijk al heel wat werk hebben afgeleverd, geeft vertrouwen aan de Europese diensten dat wij hier op een ernstige wijze mee omgaan. Of dat nu 19 september is of enkele maanden later, maakt niet het grote verschil. Het is een grote hervorming en we moeten zorgen dat we die niet vertragen, maar we moeten vooral kwaliteit verzekeren.
Mevrouw Segers heeft het woord.
Minister, ik heb de vraag niet gesteld om u op te jagen. Het feit dat we 19 september niet hebben gehaald, is niet de essentie. Voor mij is het echt belangrijk en is het een bezorgdheid dat we dit ontwerp van decreet niet op ons bord krijgen in de plenaire vergadering zonder dat daar een grondig parlementair debat aan is voorafgegaan. Ik vind het, met u, heel belangrijk dat we kwaliteitsvol werk leveren vanuit Vlaanderen en dat er een grote parlementaire gedragenheid rond kan en moet bestaan. Dat we dat debat rond alle aspecten van deze grondige hervorming samen kunnen uitklaren, dat we met een gedegen ontwerp van decreet naar de plenaire vergadering gaan en dat we dat debat grondig hebben kunnen voeren, dat was mijn enige bezorgdheid. Ik kijk ernaar uit om met de collega's het debat zeer grondig te voeren om een goed, nieuw, aangepast ontwerp van Mediadecreet te kunnen goedkeuren.
De vraag om uitleg is afgehandeld.