Verslag vergadering Commissie voor Mobiliteit en Openbare Werken
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
Mevrouw Lambrecht heeft het woord.
Minister, in het antwoord op een parlementaire vraag van 20 mei 2020 aan federaal minister Bellot verneem ik dat de minister sterk overweegt om in de toekomst fietsparkeren bij de NMBS betalend te maken voor de treingebruikers. Dat verbaast mij ten zeerste, want deze maatregel druist helemaal in tegen het Vlaamse fietsvriendelijk beleid dat vooral het fietsen aantrekkelijker wil maken en aanmoedigen. De overheid moet de combinatie fiets en trein juist stimuleren, want we zitten qua fietsbeleid historisch achter in vergelijking met steden zoals Kopenhagen.
Minister, ik heb een zeer korte vraag voor u. Zult u overleg plegen met minister Bellot om hem te overtuigen af te zien van het plan om fietsparkeren betalend te maken in de toekomst omdat het indruist tegen het fietsvriendelijk beleid dat u in Vlaanderen wilt voeren? Hebt u al contact gehad met minister Bellot? Zo niet, wanneer zal dit dan gebeuren?
Minister Peeters heeft het woord.
Deze materie is al meermaals aan bod gekomen in deze commissie, en zoals ik ook in het verleden al een aantal keren heb gezegd, heeft zowel de administratie als mijn kabinet regelmatig contact met de NMBS.
Ik wil ook eerst verduidelijken dat vandaag de NMBS bij negen treinstations al een betalende fietsenstalling heeft, weliswaar naast de gratis onbewaakte fietsenstallingen die aan elk treinstation aanwezig zijn.
Specifiek wat de persaandacht voor het fietsparkeerbeleid van de NMBS betreft, heb ik vernomen dat de NMBS continu zoekt naar oplossingen om de fietsenstallingen enerzijds klantvriendelijker te maken en beter te kunnen beveiligen, en anderzijds om ze efficiënter te kunnen beheren. Zij kijken daarvoor naar best practices uit het buitenland zoals de voorbeelden uit Nederland.
Een van de concepten die de NMBS onderzoekt, is het concept dat men in Nederland gebruikt om grote stallingen te beheren waarbij je je fiets gratis parkeert tijdens de eerste 24 uur. Blijf je langer staan, dan betaal je een vergoeding. Op die manier wil men het fenomeen van de weesfietsen tegengaan.
Dat model letterlijk kopiëren naar België wilde de NMBS momenteel niet omdat er ook veel studenten zijn die hun fiets vaak langer laten staan dan 24 uur. De NMBS heeft dus nog geen kant-en-klaar voorstel uitgerold maar ze verzekert ons dat welk plan het ook zal worden, het zeker niet zal indruisen tegen het principe van de duurzame mobiliteit, iets waar we allemaal ten volle op willen inzetten. We moeten die combimobiliteit zo hoog mogelijk in het vaandel dragen. Ook de NMBS blijft inzetten op duurzame fietsverplaatsingen richting de NMBS-stations.
Ik kan ook nog meegeven dat de NMBS samen met onder meer de steden Gent, Antwerpen en Leuven, en onder coördinatie van Fietsberaad Vlaanderen, aan het bekijken is hoe men ook nog een aantal innovatieve manieren kan uitrollen om die stallingen toekomstgericht beter te beheren.
Ik denk dat ik daarmee tegemoet ben gekomen aan al uw vragen.
Mevrouw Lambrecht heeft het woord.
Minister, u bent eigenlijk niet tegemoetgekomen aan mijn vragen. Ik had van u willen horen dat u wel degelijk contact hebt gehad met minister Bellot. Ik heb dat niet gehoord. Ik hoor dat de diensten contact hebben met de NMBS. Ik had zeker ook van u, als bevoegd minister, willen horen dat u er alles aan zult doen om het parkeren van fietsen voor mensen die fiets en trein willen nemen, niet betalend te laten worden. Er is geen enkele reden om dat betalend te maken. Als we dat fietsgebruik, in combinatie met de trein, willen stimuleren, dan moet men het niet betalend maken. Maar ik hoor dat niet.
Ik verneem van u dat het duurzaam moet blijven. En dan zult u wellicht uitleggen dat het duurzaam is om het betalend te laten worden. Ik verwacht van u, minister, dat u echt heel hard de kaart van een krachtig fietsbeleid in Vlaanderen trekt. En dat houdt in dat u met uw collega-minister Bellot – niet de diensten met de diensten, maar de minister met de minister – praat en overlegt, dat jullie het goed vinden, om de files te verminderen, dat mensen met de fiets naar het station gaan, en dat jullie beiden samen de schouders eronder zetten om het parkeren van fietsen, of het nu voor 24 uur is of langer, zoals bij de studenten, zeker niet betalend te maken. En dat hoor ik niet. Ik ben helemaal niet gerustgesteld door uw antwoord.
Mevrouw Fournier heeft het woord.
Minister, die vraag werd inderdaad al vroeger behandeld in de commissie. Ikzelf heb al op 12 december vorig jaar, dus bijna een jaar geleden, die vraag aan u gesteld. Het ging dan ook over een uitspraak van de federale minister van Mobiliteit, die parkings betalend wou maken. De reden daarvoor was dat men een groter veiligheidsgevoel wou hebben en vandalisme wou stoppen. Statistieken bewijzen dat ongeveer 10 procent van de ruimte die beschikbaar is voor fietsen, wordt ingenomen door weesfietsen. Door het betalend te maken, zou daar ook voor een stuk aan tegemoet worden gekomen.
U hebt zelf naar Nederland verwezen. In Nederland zijn de meeste fietsparkings betalend na 24 uur. De eerste 24 uur zijn ze dus wel gratis. En blijkbaar is er daar toch wel een heel grote tevredenheid. In Utrecht hebben ze bijvoorbeeld de grootste fietsparking ter wereld, met 12.500 plaatsen voor alle soorten fietsen: abonnementhouders, kleine fietsen, grote fietsen, bakfietsen. De eerste 24 uur zijn gratis, daarna wordt het betalend. Daar heerst een heel grote tevredenheid, vooral omdat het de veiligheid verhoogt, het vandalisme tegengaat en het aantal weesfietsen beperkt.
Volgens mijn informatie is het voorstel van de NMBS een beetje gericht op die fietsparking in Utrecht. Ik zou het voorbeeld van Nederland dus zeker niet zomaar van de kaart vegen. Ik zou dat zeker eens goed bekijken, maar alles natuurlijk in combinatie met ons fietsbeleid, met ons modalshiftbeleid. Ik denk dat er inderdaad bepaalde gesprekken zullen moeten plaatsvinden tussen u en de federale minister van Mobiliteit. Laat ons hopen dat die gesprekken binnenkort kunnen plaatsvinden en dat we daar toch een eensgezind standpunt kunnen horen.
De heer Maertens heeft het woord.
Bedankt voor het antwoord, minister. En bedankt om de vraag te stellen, collega Lambrecht, want dit is wel van belang, zeker in het licht van iets wat een taak is van de vervoerregio's, namelijk het inrichten van de mobipunten. Daar wil ik toch even bij stilstaan, omdat de grootste en belangrijkste mobipunten gelegen zullen zijn aan de treinstations van de NMBS, waar ook de bus zal staan, waar er taxi’s zullen zijn, waar er fietsenstallingen nodig zijn. We moeten daar dus echt naar een coherent en afgestemd verhaal kunnen gaan. En ik ben daar bezorgd over. Ik heb dat al een paar keer geuit in de commissie. Ik merk namelijk bij mij in de vervoerregio, maar ook bij anderen, dat de rol van de NMBS in die vervoerregio vandaag nihil is. De NMBS komt gewoon niet. Die laat weten dat het voorlopig niet interessant is om er te zijn en wat dan ook. Ik ben daar dus bezorgd over.
Als het dan gaat over de concrete invulling van die mobipunten, wat ook wordt besproken in de vervoerregio, dan is de NMBS daarbij een belangrijke partner. En dan wil ik u vragen, minister, om op te treden als behoeder van de belangen van alle vervoerregio’s in Vlaanderen, en daar de megafoon op te zetten richting de federale overheid, naar uw collega en naar de NMBS. Zo zorgen we ervoor dat de NMBS ook zeker wat dat betreft spreekt met de vervoerregio’s in kwestie en met de lokale besturen, die toch een belangrijke rol te spelen hebben in ons verhaal richting combimobiliteit.
Minister Peeters heeft het woord.
Collega’s, ik dank jullie voor de bijkomende vragen. Ik denk dat mevrouw Lambrecht mij wat dat betreft niet goed heeft gehoord. Ikzelf heb wel degelijk ook regelmatig overleg met de NMBS. En de NMBS heeft ons wel degelijk verzekerd dat zij nooit een beslissing zullen nemen die indruist tegen het principe van duurzame mobiliteit. Dat is punt een.
Daarnaast wil ik ook onmiddellijk reageren op de vraag of de suggestie van collega Maertens, om er bij een volgend overleg inderdaad op te wijzen dat zij het best zoveel mogelijk aanwezig zijn op de diverse vervoerregioraden, en daarmee het hele verhaal van combimobiliteit mee uitwerken, mocht dit op dit ogenblik niet het geval zijn geweest.
Ten tweede wil ik toch ook duidelijk benadrukken dat wij ons als Vlaamse overheid in eerste instantie niet hebben uit te laten over de eigendomsrechten van de NMBS als dusdanig. Ik kan dus niet in de plaats van de NMBS treden en zeggen dat zij de fietsparkings op die of die wijze moeten herinrichten. Er geldt nog altijd zoiets als eigendomsrechten, en we hebben deze eigendomsrechten te respecteren. Het is dus niet aan ons om zonder meer te zeggen hoe de treinstations moeten worden heringericht. Daarnaast vragen we in overleg wel altijd om rekening te houden met het verhaal van duurzame mobiliteit.
Ik heb daarstraks ook expliciet gezegd dat er op dit ogenblik al negen NMBS-treinstations zijn waar men een betalende fietsparking heeft, en waar de fietsgebruiker zelf de keuze heeft om de betalende fietsparking te gebruiken, waar minder vandalisme en meer veiligheid is, en die beter beheerd wordt. Maar daarnaast is er ook een kosteloze fietsenparking die niet wordt beheerd, en waar men de fiets ook kan achterlaten. In die negen stations met betalende fietsparking heeft men dus zelf de keuze voor de ene of de andere.
Verder heb ik van de NMBS ook begrepen dat zij vandaag de dag nog geen definitieve keuze hebben gemaakt, maar dat zij de verschillende opties openlaten. Dat is ook wat mevrouw Fournier al heeft aangegeven. Men onderzoekt dus verschillende mogelijkheden, en ook het voorstel van in Nederland. Daar maakt men het voor x-aantal uren kosteloos, en daarna opnieuw betalend. Zo voorkomt men dat men daar na enige tijd enorm veel fietsen terugvindt die eigenlijk van niemand meer zijn, maar die wel plaats innemen, en zodoende verhinderen dat andere mensen hun fiets daar parkeren. Daar moet men ook voldoende aandacht voor hebben, vandaar het voorstel in Nederland: na een aantal uren maakt men het toch betalend.
Opnieuw: het is aan de NMBS om de verschillende pistes te onderzoeken over hoe zij hun fietsenstallingen willen inrichten, hoe ze die willen beheren, en hoe ze willen zorgen voor zo veel mogelijk veiligheid en zo weinig mogelijk vandalisme in de diverse fietsenstallingen. We blijven er dus over waken dat deze fietsenstallingen zo goed mogelijk bereikbaar zijn. Dat zullen we toekomstgericht doen, wat betreft de herinrichting van onze mobipunten, waar we telkens in overleg gaan met de verschillende wegbeheerders, of dat nu de lokale besturen, De Lijn of de NMBS zelf is. Zo bekijken we hoe we toekomstgericht onze mobipunten verder gaan inrichten. We zorgen ervoor dat ook wat dat betreft die duurzame mobiliteit alle aandacht krijgt, en dat de fietsers een heel prominente plaats krijgen in dat hele verhaal.
Mevrouw Lambrecht heeft het woord.
Minister, ik ben ontgoocheld door uw antwoord en zeker om het feit dat sommige commissieleden tevreden zijn met het betalend fietsparkeersysteem in Nederland. Ik snap dat niet. Er moeten goede fietsstallingen zijn. Ze moeten veilig en bewaakt zijn. Dat hoort tot de dienstverlening van de NMBS, als ze klanten op de treinen wil. Dat de NMBS wel voor duurzame mobiliteit zal zorgen, kunnen we volgens mij en volgens velen niet gelijkschakelen met het laten betalen omdat het veilig is en omdat iemand dan een mooier rek krijgt dan iemand die niet betaalt. Ik vind dat echt geen stimulerend fietsbeleid.
U hebt een taak. U kunt zich als minister ook eens kwaad maken en eens zeggen dat het fietsbeleid in Vlaanderen een ramp is. We hebben zo veel in te halen en nu zullen we mensen nog laten betalen. U rolt met de ogen, maar het is niet goed. Ik zal u de cijfers van de fietsongevallen geven. Ik vind dit niet uit. Als we de files willen verminderen, zullen we mensen dan ook vertellen dat ze nu mogen betalen voor hun fiets als ze de trein willen nemen, want dan staat hij veiliger dan de fiets van hun buur die niet kan of wil betalen? Ik vind dat een antifietsbeleid.
Er zijn in Nederland veel mooie zaken, naast dat betalen, wat ik niet goed vind, maar ik zou iedereen aanraden even te kijken hoe dat in Kopenhagen wordt gedaan. Ik zal hierop blijven hameren. U kunt een statement maken en zich boos maken. U kunt zeggen: ‘Niet met mij!’
De vraag om uitleg is afgehandeld.