Verslag vergadering Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
De heer Pelckmans heeft het woord.
Minister, zowel in het regeerakkoord als in uw beleidsbrief konden we lezen dat er deze legislatuur heel wat infrastructuur zou worden gebouwd. Voor het Museum van Hedendaagse Kunst Antwerpen (M HKA) zou een nieuw museum worden ontworpen en gebouwd.
Dit verhaal loopt al sinds 2014. In meerdere studies werden stap voor stap de noden voor een nieuw museum afgelijnd. Deze lange aanloop gaf alvast de indruk dat het programma voor deze wedstrijd stevig en massief doortimmerd was. De wedstrijd verliep via een open oproep. 87 bureaus dienden zich aan. Uiteindelijk werd een selectie van 5 kandidaten naar voren geschoven. De jury, onder leiding van de Vlaams bouwmeester, kwam niet tot een definitieve keuze. Dat kan gebeuren. We konden dan in de krant lezen, en u hebt dat hier ook meegegeven, dat de formule werd stopgezet.
Ik kom hierop terug omdat we de laatste weken in Knack en Gazet Van Antwerpen heel kritische geluiden hoorden, dermate kritisch dat ik het nodig acht om de waarheid te horen. Daarbij wend ik mij graag tot u als verantwoordelijke minister. Gazet Van Antwerpen zegt dat de stopzetting van de lopende procedure door het kabinet-Jambon wordt verantwoord omdat “de ambities van het museum veranderd zijn” en “dat de noden anders zijn dan hoe ze in de aanvankelijke procedure omschreven zijn”. Het artikel in Knack is veel vernietigender en gaat zelfs in op de rol van de directeur en de raad van bestuur.
Er zijn, kortom, heel veel vragen.
Is de oorspronkelijke procedure voor de architectuurwedstrijd inderdaad definitief stilgelegd en zo ja, wat was daar dan de reden voor?
Op welke wijze zijn de ambities en de noden van het museum veranderd? Waar en wanneer werden die oorspronkelijke ambities geformuleerd en door wie werden die gevalideerd? Wat zijn dan die nieuwe ambities en noden en waarom en door wie werden ze aangepast? Wie valideerde de nieuwe ambities en noden?
Hoe is de wedstrijdjury samengesteld en wat is de rol van de Vlaamse en Antwerpse bouwmeester in deze procedure? Was die jury tijdig op de hoogte gebracht van de nieuw geformuleerde ambities en noden?
Knack insinueert dat de directeur en de ondervoorzitter van de raad van bestuur een manipulerende rol zouden hebben gespeeld, waardoor het dossier finaal dan ook strandde. Kunt u bevestigen dat het proces en de procedure correct verlopen zijn? Hoe reageert u op het artikel?
Hoeveel heeft de procedure in totaal gekost? Voor wie zijn die kosten?
Ten slotte de belangrijkste vraag – want wij zijn allemaal bezorgd om dat museum –: wat is de volgende stap in dit dossier, zowel inhoudelijk, procedureel als in de timing?
Ik besef dat dit veel vragen zijn, maar de uitdaging van de pers was groot om hier een helder antwoord op te krijgen, niet het minst voor het museum en de directie ervan.
Minister-president Jambon heeft het woord.
Voorzitter, aangezien ze allemaal aan elkaar zijn gelinkt, zal ik de eerste vijf vragen samen beantwoorden.
Na het doorlopen van de selectiefase voor de open oproep in het voorjaar van 2019 is het projectdossier, samen met het bestek, in de week van 22 juli 2019 aan de vijf geselecteerde kandidaat-ontwerpbureaus bezorgd. Dat projectdossier, waarin onder meer de ambities en de noden staan omschreven, is in samenspraak tussen het M HKA, het Departement Cultuur, Jeugd en Media als opdrachtgever, Het Facilitair Bedrijf als gemandateerd bouwheer, de Vlaams bouwmeester in verband met de procedure voor een open oproep en de stad Antwerpen in het kader van het ontwerpend onderzoek tot stand gekomen.
Op 7 oktober 2019 heeft de raad van bestuur van het M HKA het beleidsdocument ‘Van M HKA naar TVHK: Een routeplan 2020-2027 naar internationale excellentie voor Vlaanderen’ goedgekeurd. In dit document wordt een concreet transitiepad uitgezet om na de opening van de nieuwe infrastructuur tot een vernieuwde werking te komen. De essentie van het routeplan is de uitwerking van een volwaardig businessplan.
Op dat ogenblik zijn de vijf kandidaat-ontwerpteams reeds 2,5 maanden bezig met hun ontwerpvoorstellen. Ze hebben dan nog ongeveer anderhalve maand te gaan voor de offertes op 18 november 2019 moeten worden ingediend. Uiteindelijk zullen vier van de vijf geselecteerde kandidaat-ontwerpbureaus een regelmatige offerte indienen. Zoals de heer Van Broeck in het artikel in Knack heeft verklaard, was het routeplan aanvankelijk in principe enkel bedoeld om het parcours voor te bereiden dat met de winnaar moet worden doorlopen.
Tijdens de presentaties van de ontwerpteams voor de gunningscommissie, de daaropvolgende vragenrondes en de beraadslaging door de stemgerechtigde juryleden op 6 december 2019 en op 22 januari 2020 zijn echter fundamentele vragen gerezen over de operationele werking van het M HKA in de nieuwe infrastructuur. Wat het businessplan voor een nieuw museum betreft, heeft het M HKA tijdens de vraagstelling aan elk van de vier kandidaat-ontwerpteams expliciet meegedeeld dat het er pas tegen het einde van 2023 zou zijn. De vraag was op welke manier de teams daarmee zouden omgaan tijdens hun studieopdracht, die volgens de planning tot eind 2022 zou lopen. Dat betekent dat de studieopdracht al zou zijn doorlopen alvorens het businessplan zou kunnen worden geleverd. Daardoor zouden bijkomende infrastructurele behoeften die uit het businessplan voortvloeien niet meer binnen de opdracht kunnen worden ingelost. We zouden kunnen zeggen dat de opdracht misschien al verouderd was voor ze werd uitgevoerd.
Ik geef een voorbeeld. De beoogde bezoekersaantallen hebben een impact op de breedte van de trappen, het aantal liften, de evacuatieroutes en de brandveiligheid. Het was tijdens de beraadslaging dan ook niet langer mogelijk om objectief te beoordelen in welke mate de offertes een antwoord konden bieden op de toekomstige behoeften van het M HKA.
Bovendien formuleerde het routeplan een gewijzigd ambitieniveau ten opzichte van de start van de plaatsingsprocedure voor de studieopdracht. Het M HKA voorziet hierin een digitaal museum als een volwaardige component van de fysieke instelling, wat op operationeel niveau belangrijke repercussies heeft. Aangezien dit document pas in oktober 2019, ongeveer vijf weken voor de indieningsdatum van de offertes, werd goedgekeurd, was de procedure te ver gevorderd om dit document nog aan de kandidaat-ontwerpteams over te maken. Dat neemt niet weg dat alle juryleden inzage in dat document hadden moeten krijgen.
Volgens de huidige raming bedraagt de bouwkost voor het nieuwe museum ongeveer 75 miljoen euro, inclusief btw. Hier moet in functie van de studiekosten en de erelonen nog 12 tot 14 procent worden bijgeteld. De bijkomende infrastructurele behoeften die het gevolg van het nog op te leveren businessplan zijn, vergroten echter de kans op onzekerheden met betrekking tot de werkelijke budgettaire impact van het project en leggen op die manier een hypotheek op de verdere uitvoering van de opdracht. Namens de Vlaamse Regering, het opdrachtgevend bestuur, ben ik beducht voor de risico’s die hiermee in het verdere bouwproces gepaard kunnen gaan. Om die reden is de lopende architectuurwedstrijd stopgezet.
Mijnheer Pelckmans, u hebt me gevraagd wie de nieuwe ambities en noden heeft gevalideerd. De directie van het M HKA heeft de ambities en de noden van het museum geformuleerd. De raad van bestuur heeft dit vervolgens bekrachtigd.
U hebt me ook gevraagd naar de samenstelling van de wedstrijdjury en de precieze rol van de twee bouwmeesters. Op 28 juni 2019 heeft de vorige Vlaamse Regering de samenstelling van de gunningscommissie goedgekeurd. De commissie bestond uit negen stemgerechtigde leden, met de Vlaams bouwmeester als voorzitter.
Ook de stadsbouwmeester, Christian Rapp, was een van de stemgerechtigde leden. In het kader van een open oproep van deze omvang en belang is het gebruikelijk dat de betrokken stadsbouwmeester – of het nu gaat over Brussel, Antwerpen of Gent – deel uitmaakt van de jury.
Verder wordt onder meer in het artikel van Knack geïnsinueerd dat een manipulerende rol zou zijn gespeeld. U stelt terecht ‘het artikel insinueert’. Ik kan inderdaad bevestigen dat de gehele procedure correct verlopen is.
Wat de totale kost betreft, dient er een onderscheid te worden gemaakt tussen de kosten die werden gemaakt in het kader van het ontwerpend onderzoek met betrekking tot de site Zuidersluis/Hof van Beroep in de aanloop van het projectdossier enerzijds en de kosten die specifiek betrekking hebben op de open oproep anderzijds. De studies en onderzoeken die betrekking hebben op het eerste luik, kunnen immers als input dienen voor een volgende architectuurwedstrijd. Dat is niet verloren. Deze kost bedraagt in totaal circa 131.000 euro inclusief btw. Daarnaast bedraagt de totale kost van de open oproep, die helaas niet heeft geleid tot het beoogde resultaat, in totaal circa 418.000 euro inclusief btw. Deze kosten worden gedragen door Vlaanderen.
Aansluitend op mijn beslissing tot niet-plaatsing van de studieopdracht heb ik in maart een schrijven gericht aan de voorzitter van de raad van bestuur van het M HKA met de reden van de stopzetting. Tevens heb ik aan de voorzitter gevraagd om samen met de directie van het museum prioriteit te geven aan de uitwerking van een businessplan voor het nieuwe museum en werk te maken van een duidelijke visievorming. Zodra dit is gebeurd zal er een werkprojectdossier worden opgemaakt dat na bevraging van de betrokken stakeholders door mij zal worden gevalideerd namens de Vlaamse Regering als opdrachtgevend bestuur. Pas op dat moment kan de concrete planning in functie van de nieuwe architectuurwedstrijd worden uitgewerkt en kan de betreffende procedure worden opgestart.
De heer Pelckmans heeft het woord.
(Slechte geluidskwaliteit)
Minister, ik dank u voor uw uitgebreide antwoord. U weet dat wij als Groenfractie altijd kritisch maar constructief staan tegenover die vele investeringen in bakstenen en dat we anno 2020 in covid-tijd investeringen in mensen willen zien. We hebben nooit gezegd dat enkele goed voorbereide en lang doordachte bouwprojecten niet noodzakelijk zijn. Voor ons is het M HKA-project er toch wel een, zeker als je dat uitzet tegenover de ambitie in de buurt. In Rotterdam bijvoorbeeld gaat het voor het ontwerp van het Museum Boijmans Van Beuningen om 223 miljoen euro, in Brussel is er voor het KANAL 150 miljoen euro. Dat zijn allemaal cijfers om van te duizelen. Hier gaat het nauwelijks over 100 miljoen euro. We willen dat wel steunen, maar we willen ook dat het nu eens vooruitgaat en eindigt.
Ik kan begrip opbrengen voor … (onverstaanbaar) … de bouwmeester … (onverstaanbaar) … Ik heb met de directeur zelf gebeld, ik heb mensen van de raad van bestuur daarover gebeld. Alles wat u zegt, dat moet ik toch wel bekennen, snijdt hout.
Er zijn wel twee punten waar ik een vraag over heb. Het gaat opnieuw over de samenstelling van de jury, van de gunningscommissie. Ik heb daar wat ervaring mee, ik heb zelf wat gebouwen met jury’s mogen begeleiden. Die jury wordt altijd opnieuw vooral door architecten bepaald. Wat hier misschien toch beter had gekund, is dat er op zijn minst een connectie zou zijn met een adviesgroep van kunstenaars, die het uiteindelijk toch zullen moeten gebruiken, maar dat zeker ook curatoren, directies van kunsthuizen waar het M HKA zich aan wil spiegelen, mee in de jury zitten om die functionaliteit van de architectuur mee te beoordelen. Ik wil daar heel erg op aandringen om dat mee door te nemen.
Tot slot: ik heb het begin van de oproep meegemaakt. In mijn eigen dorp was er een van de allereerste. Het was heel verdienstelijk om werk te maken van een architectuurwedstrijd. Maar ik kan me wel voorstellen dat deze formule op een bepaald moment – en deze procedure is daar misschien een voorbeeld van –, wel aan een evaluatie toe is. Dat is misschien een opdracht voor de nieuwe bouwmeester.
Mevrouw D’Hose heeft het woord.
Ik vind het in de eerste plaats heel spijtig voor het museum zelf wanneer je die aantijgingen leest. Er is al zoveel energie in gestoken dat we hierbij ook wel kunnen bevestigen dat, zelfs al is er nu heel wat vertraging opgelopen, het project nog steeds wordt voortgezet. We hebben daar absoluut nood aan. Ik denk dat het veel beter was om het nu stop te zetten, om dan in een verdere fase voort te gaan, dan te merken dat het concept totaal niet kon beantwoorden aan de museale noden.
Het lijkt de laatste tijd een beetje of er een vloek rust op openbare aanbestedingen en architectenwedstrijden. Laat ons eens kijken naar het VRT-dossier. Ik denk dat een en ander soms te maken heeft met de terechte oproep van collega Pelckmans. Die jury bestaat soms uitsluitend uit architecten. Een beetje uit mijn lokale ervaring merk ik dat men soms een ander beeld heeft op een goede invulling van hoe een museaal gebouw moet zijn dan de mensen die er elke dag in moeten werken. Het is een beetje hetzelfde met de jury van de Biënnale van Venetië. Ik heb u daar ook al vragen over gesteld. Ik vind het heel belangrijk dat daar een selectie van kunstenaars in kan zitten. Ik steun bij dezen de oproep van collega Pelckmans om daar in de toekomst oog voor te hebben.
Minister-president Jambon heeft het woord.
Wat de samenstelling van de jury betreft, denk ik dat het nooit goed is om een eenzijdig samengestelde jury te hebben voor projecten met een zekere maatschappelijke impact. Een nieuw museum in Antwerpen, of eender waar, heeft hoe dan ook veel impact. Een tamelijk homogeen samengestelde jury is nooit goed. Ik was ook niet verantwoordelijk voor de samenstelling van deze jury, voor alle duidelijkheid. Maar we zullen daar zeker oog voor hebben bij de samenstelling van andere jury's en ook de jury in het kader van dit project.
Het laten evalueren van die open oproep door de nieuwe Vlaams bouwmeester is een goed idee. Ik denk dat er heel veel goede voorbeelden zijn van een open oproep. U verwijst naar het lokale. Ik heb dat ook als burgemeester al een aantal keer toegepast. Maar inderdaad, dat opnieuw eens tegen het licht houden met de ervaring die we hebben, is nooit slecht.
Mevrouw D’Hose, ik kan uw stelling bevestigen dat het project effectief wordt voortgezet, laat daar geen twijfel over bestaan.
De heer Pelckmans heeft het woord.
(Slechte geluidskwaliteit)
Ik wil me aansluiten bij de opmerking van mevrouw D’Hose: het is een beetje jammer voor de goede naam en faam van het M HKA. Maar goed, ik vind anderzijds dat ook de pers haar rol moet spelen en die heeft dat in dezen ook effectief gedaan. Het is aan ons, politici, om te kijken wie in dit verhaal gelijk heeft en of er inderdaad onzorgvuldigheden zijn. Er zijn voor mij een aantal zaken opgelost. Ik besluit dan ook dat de Groenfractie achter de realisatie staat. We moeten deze legislatuur misschien niet te veel meer bouwen, maar de paar projecten die we dan doen, moeten we zeer goed doen. We moeten op internationaal niveau de imagoschade voor een Vlaamse instelling proberen weg te werken, als die er al zou zijn. De ‘lessons learnt’ zijn duidelijk. Ik begrijp dat u de samenstelling van de jury eens grondig wil bekijken. Als we de open oproep nog eens onder het licht kunnen houden, met alle voordelen en pluspunten, dan hebben we misschien toch lessen geleerd uit dit verhaal.
De vraag om uitleg is afgehandeld.