Verslag vergadering Commissie voor Onderwijs
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
Mevrouw Goeman heeft het woord.
Ik heb het hier al vaker gehad over de ‘boterhammentaks’: de taks die ouders in verscheidene Vlaamse scholen moeten betalen voor middagtoezicht als hun kinderen op school blijven voor het middageten. De logica is dat de ouder nog de keuze heeft om zijn of haar kind tijdens de middag op school te laten. Dergelijke facturen stroken al een hele tijd niet met de werkelijkheid van vandaag waarbij twee voltijds werkende ouders geen tijd hebben om hun kinderen te komen ophalen tijdens de middag.
Daar komt nu nog bij dat er, bij de heropstart van de scholen tijdens de coronacrisis, verschillende veiligheidsmaatregelen zijn bijgekomen op school. Heel veel scholen verplichten kinderen nu om tijdens de middag op school te blijven. Ouders kunnen dus zelfs niet meer kiezen of ze hun kinderen komen ophalen. Maar ondanks het feit dat het verplicht is, moeten ouders de kost van die boterhammentaks nog steeds betalen. Dat lijkt mij bijzonder onlogisch.
Minister, bent u bereid om, op zijn minst tijdelijk, zolang het middagtoezicht verplicht is, de kosten voor dat toezicht te laten dragen door de Vlaamse overheid?
Maar u weet dat heel die boterhammentaks mij sowieso een doorn in het oog is. En dus is mijn tweede vraag: bent u toch niet bereid om een verbod op taksen voor middagtoezicht in stellen, zodat de schoolfactuur kan worden verminderd? Dat betekent natuurlijk ook wel dat u voldoende middelen ter beschikking van de scholen zult moeten stellen voor de organisatie van gratis en kwaliteitsvolle middagopvang. Dat lijkt ons alvast een absolute noodzaak.
Minister Weyts heeft het woord.
We kennen in ons systeem een combinatie van kosteloosheid en kostenbeheersing. We geven jaarlijks 4 miljard euro uit aan ons basisonderwijs en we trachten tegelijk de kosten voor de ouders te beperken. Dat wil ik absoluut zo houden.
U weet dat de school niets mag doorrekenen dat nodig is om ontwikkelingsdoelen en eindtermen te behalen. Voor zaken die het onderwijs verlevendigen, zoals materialen en activiteiten, geldt de maximumfactuur. Voor extra diensten waarvan vrijwillig gebruik kan worden gemaakt, kan wel een beperkte bijdrage worden gevraagd. Het woord vrijwillig is daarin cruciaal. Indien scholen kinderen verplichten om op school te blijven, valt het middagtoezicht niet meer onder de bijdrageregeling. Scholen mogen in dat geval geen kosten aanrekenen aan ouders.
Om het verplichte middagtoezicht te financieren, kunnen scholen hun werkingsmiddelen gebruiken. Vanaf dit schooljaar krijgt het kleuteronderwijs nog eens 71 miljoen euro extra, waarmee we de historisch gegroeide ongelijkheid met het lager onderwijs wegwerken.
In het kader van de coronacrisis hebben we in totaal 90 miljoen euro extra voorzien voor het onderwijs, inclusief het secundair onderwijs. Ook voor het basisonderwijs voorzien wij in heel wat vergoedingen en compensaties allerhande.
De scholen – kleuterscholen, basisonderwijs – hebben de afgelopen maanden uitstekend werk verricht. Laat ons nu dus niet in een soort van beschuldiging of insinuatie terechtkomen dat scholen van deze crisis zouden gebruikmaken om mensen op kosten te jagen. We hebben kunnen rekenen op hun uitstekende inzet. De regels zijn duidelijk en ik ga ervan uit dat die ook worden gerespecteerd. Maar het is altijd een moeilijke oefening op het terrein, voor elke school, ook in het kader van de maximumfactuur.
Mevrouw Goeman heeft het woord.
Minister, ik dank u voor uw antwoord. Het doet mij heel veel plezier. De richtlijn is inderdaad dat er voor het halen van de ontwikkelingsdoelen niets mag worden aangerekend. Zeker als kinderen verplicht op school moeten eten, dan lijkt een gevulde maag toch een speciale voorwaarde om de ontwikkelingsdoelen te kunnen halen. Ik ben blij dat de scholen niets mogen aanrekenen voor een verplicht middagtoezicht, zeker nu tijdens de coronacrisis. U weet dat dat wat ons betreft moet worden uitgebreid naar een verbod om überhaupt iets aan te rekenen voor het middagtoezicht, omdat wij ervan uitgaan dat heel veel kinderen sowieso geen keuze hebben om al dan niet thuis te gaan eten. Maar dat betekent inderdaad dat de werkingsmiddelen voor scholen daarop moeten worden voorzien. U zegt dat de budgetten sowieso zijn verhoogd voor het basisonderwijs en dat er nu extra budgetten zijn voor corona.
Minister, mijn bijkomende vraag is: zult u ook monitoren of het ter beschikking gestelde bedrag zal volstaan voor scholen om de bijkomende kost voor het middagtoezicht te dekken?
Mevrouw Tavernier heeft het woord.
Ik vraag me eerst en vooral af op hoeveel leerlingen de problematiek die mevrouw Goeman schetst, betrekking heeft. Er werd de afgelopen weken immers op weinig plaatsen voltijds onderwijs aangeboden. Dat was voornamelijk het geval in het kleuteronderwijs. Daarnaast bleven in veel scholen de leerkrachten vrijwillig, net om die bubbels in stand te houden, tijdens de lunch bij hun leerlingen. Ik denk daarom dat het maar om een heel beperkt aantal leerlingen gaat in dezen, en we spreken ook over slechts een periode van ongeveer een maand. We moeten dit dus toch wat in perspectief plaatsen.
Minister, ik hoor nu van u dat scholen helemaal geen bijdrage mogen vragen als ze kinderen verplichten tijdens de middag op school te blijven. Hebt u ook gecommuniceerd aan de scholen dat ze dus geen financiële bijdrage mogen vragen? Zijn de scholen daarvan op de hoogte?
Los daarvan is de discussie over het reftergeld natuurlijk niet nieuw. Het is een bekende problematiek, waarvoor er jammer genoeg geen eenvoudige oplossing in het onderwijs bestaat. Het is al gezegd: middagtoezicht is een dienstverlening die weliswaar op school plaatsvindt, maar losstaat van de eigenlijke taak van het onderwijs. Om die redenen zien we in sommige gevallen dat bijvoorbeeld de gemeente bijspringt om de kosten voor het middagtoezicht te dragen. Lokale besturen kunnen via hun flankerend onderwijsbeleid in dezen een sociaal beleid voeren. Minister, dat brengt me tot een volgende vraag: zult u met de lokale besturen in overleg treden om te onderstrepen dat, indien zij iets willen betekenen voor een school in hun gemeente, zij financiële ondersteuning voor het middagtoezicht in hun flankerend schoolbeleid kunnen opnemen?
Mevrouw Beckers heeft het woord.
Ik wil mevrouw Tavernier bijtreden. Het is zo dat er dus met bubbels moest worden gewerkt en dat de leerlingen vaak in hun eigen klas moesten eten, maar ik denk niet dat het volgens de draaiboeken en zo verplicht was om op school te blijven. Mijn kinderen konden toch thuis komen eten. Ik vraag me dus af voor hoeveel kinderen het nu het geval is geweest dat ze verplicht op school moesten blijven gedurende de maand die nu voorbij is. Ik vind het reftergeld en zo ook geen goed idee. We moeten daar een oplossing voor zoeken, maar ik denk dat dit probleem van kinderen die op school moesten blijven, niet groter mag worden gemaakt dan het is.
De heer Daniëls heeft het woord.
Ik heb nog een klein vraagje over het leveren van warme maaltijden op school. Die leveranciers van warme maaltijden zitten nog wat in onzekerheid: mogen ze dat nu wel of niet? Dat is me daarnet ter ore gekomen. Zoals ik de jongste draaiboeken lees, kan dat wel vanaf 1 september, wanneer de scholen terug starten, in de code geel, maar misschien is het goed om dat nog eens te verduidelijken, als dat al nodig zou zijn. Dat is louter een bijkomende vraag, die u niet noodzakelijk nu al hoeft te beantwoorden.
Minister Weyts heeft het woord.
Op de eerste twee tussenkomsten is het antwoord tweemaal: autonomie. Wij hebben begin dit jaar inderdaad extra middelen gegeven aan de kleuterscholen, namelijk 71 miljoen euro. Men is nogal vrij wat de aanwending van die extra middelen betreft. Ook zijn de lokale besturen evenzeer autonoom als het gaat over het geven van tegemoetkomingen voor dat middagtoezicht. Ik moet in mijn eigen gemeente, in Beersel, vaststellen dat dat daar het geval is: over de netten heen is daar een financiële tegemoetkoming. Ik wil hen bij dezen dus aanmoedigen om daaraan een bijdrage te leveren.
Tot slot, de casuïstiek waarnaar wordt verwezen, is me niet bekend, maar ik denk alleszins niet dat dat op grote schaal zal zijn toegepast. Mij zijn ter zake geen gevallen gemeld.
Wat de vraag over de leveranciers betreft, daarvoor zou ik even de draaiboeken moeten bekijken. Alleszins, als die vraag nog niet is beantwoord, dan gebeurt dat mogelijk morgen. Dan zitten we terug samen met onze onderwijsclub om die draaiboeken verder te verfijnen. Ik zal dus checken of dat daarin is meegenomen, maar ik dacht het wel, maar we hebben het daarover gehad bij de genese van onze uiteindelijke besluitvorming, in de scenario’s. Ik dacht dat dat een aparte lijn was, maar ik zou dat opnieuw moeten checken.
Mevrouw Goeman heeft het woord.
Voor mij is het ook de verantwoordelijkheid van de minister van Onderwijs om ervoor te zorgen dat onze kinderen in optimale omstandigheden kunnen leren, of het nu coronatijden zijn of niet. In die zin zeggen wij al heel lang dat het ons niet logisch lijkt dat kinderen die op school blijven eten, daarvoor moeten betalen. Wij willen eigenlijk nog een stap verder gaan. Wij vinden dat kinderen eigenlijk ’s middags een gratis maaltijd zouden moeten krijgen op school, omdat een gevulde maag voor ons een cruciale voorwaarde is om goed te kunnen leren, en voor ons is dat een gedeelde verantwoordelijkheid. Ik denk dat lokale besturen daar inderdaad vanuit het flankerend onderwijsbeleid zeker een rol in te spelen hebben, maar wat ons betreft, zou ook de Vlaamse overheid daarin moeten bijpassen. Dat is echter een discussie waarop we ongetwijfeld later nog eens terugkomen. Minister, ik ben alvast blij met uw antwoord dat, als scholen door de coronaveiligheidsvoorwaarden kinderen verplichten op school te eten, ze dan geen middagtoezicht, geen boterhammentaks mogen aanrekenen. Ik reken er inderdaad ook op dat dat proactief naar de scholen zal worden gecommuniceerd.
De vraag om uitleg is afgehandeld.