Verslag vergadering Commissie voor Onderwijs
Vraag om uitleg over een plan voor het mentale welzijn van studenten
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werden deze vragen om uitleg via videoconferentie behandeld.
De heer Bex heeft het woord.
Minister, het mentaal welzijn van studenten staat onder zware druk. Dat was al zo en dat is door de coronacrisis nog enorm versterkt. De beperkte cijfers die we vandaag hebben, schetsen geen fraai beeld van het mentaal welzijn van de Vlaamse studenten en jongeren. De KU Leuven heeft in 2017 een enquête uitgevoerd waaruit blijkt dat 20 procent van de eerstejaarsstudenten aan de KU Leuven zich depressief zou voelen.15 procent heeft last van angst. Uit een bevraging in datzelfde jaar van de Vlaamse Jeugdraad bleek dat 38 procent van de jongeren zich niet goed in zijn vel voelt.
De Gentse Studentenraad heeft in 2019 een onderzoek uitgevoerd waaruit bleek dat een op de twintig studenten recent aan zelfmoord had gedacht. En uit een gezondheidsenquête in 2018 van Sciensano bleek dat 15 procent van de Vlaamse jongeren al aan zelfmoord had gedacht.
Die problemen die er al waren, zijn door de coronacrisis nog versterkt. Daar is ook onderzoek naar gedaan door Sciensano, waaruit blijkt dat het aantal jongeren met angst en depressies met 18 procent is toegenomen in vergelijking met 2018, met respectievelijk 11 en 10 procent. Vooral jongeren worden daarbij getroffen.
Minister, dit is al een aandachtspunt in het Vlaams regeerakkoord, maar uiteraard noopt corona u tot verdere actie. Op 20 mei heeft het Vlaams Parlement een voorstel van resolutie goedgekeurd waarin wordt gevraagd dat de regering hierrond specifiek actie zou ondernemen. U kondigde aan dat u daarmee aan de slag zou gaan.
Het is heel belangrijk dat er concrete acties komen op korte termijn, want de problemen zijn acuut, maar daarnaast is het ook heel belangrijk dat u op langere termijn de nodige initiatieven neemt op basis van verder onderzoek.
Minister, u hebt een aantal coronamaatregelen genomen ter ondersteuning van de studenten. Hebt u samen met de instellingen voor hoger onderwijs een evaluatie gemaakt van die maatregelen?
Bent u van mening dat de maatregelen bijgestuurd moeten worden? Hoe wilt u op korte termijn – zeer korte termijn, want de blokperiode is bezig – verzekeren dat studenten die het tijdens de blokperiode moeilijk hebben, betaalbare en toegankelijk hulp krijgen?
Kunt u vandaag verduidelijken hoeveel extra middelen worden vrijgemaakt om de studiebegeleiding en de studentenpsychologen te versterken?
Welke maatregelen zult u concreet uitwerken om te voorkomen dat de coronacrisis voor een verhoogde uitval van studenten zorgt, met name studenten die zich sowieso al in een kwetsbare positie bevonden?
Hoe staat u tegenover het voorstel om een grootschalig onderzoek te voeren over alle hogeronderwijsinstellingen heen, over hoe de studenten deze periode beleven en hoe deze hun persoonlijke situatie, hun mentaal welzijn en hun studieresultaten beïnvloedt? U hebt dit eigenlijk al aangekondigd in de plenaire vergadering en de Vlaamse Vereniging van Studenten (VVS) is daar ook voorstander van. Ik heb ook gezien dat er een vacature projectcoördinator mentaal welzijn op hun website staat. Ik vraag me af in hoeverre daar met de VVS concrete afspraken over zijn gemaakt en hoe u dat onderzoek concreet ziet.
Welke maatregelen wilt u op lange termijn nemen om het mentaal welzijn van de studenten te verbeteren?
De heer Warnez heeft het woord.
Ik heb deze vraag ingediend nadat de minister een tweetal weken geleden in de plenaire vergadering bekendmaakte dat hij en de Vlaamse Vereniging van Studenten de handen in elkaar zouden slaan om het mentaal welzijn van studenten te versterken. Het plan zou op 1 juni van start gaan. Ik ben daar heel benieuwd naar.
Minister, het is goed dat u versneld werk maakt van deze problematiek en dat u dat samen met de studenten doet. Steeds meer studenten hebben tijdens deze coronacrisis mentale zorgen. Het gaat onder andere over eenzaamheid, het gebrek aan motivatie en de nood aan een rustige en aangepaste leeromgeving enzovoort. De hogescholen en universiteiten nemen heel wat initiatieven om studenten te ondersteunen, maar ook vanuit de Vlaamse overheid moeten we een tandje bij steken.
Ik zal de cijfers van collega Bex niet herhalen, ik had die ook in mijn vraag opgenomen. Maar het is wel duidelijk dat daaruit blijkt dat dit een probleem is van niet alleen korte, maar ook lange termijn. We moeten daar dan ook op inzetten op zowel lange als korte termijn.
Minister, welke concrete acties bevat dit plan voor het mentale welzijn precies? Wat is de duurtijd van dat plan? Hoeveel middelen zullen er worden vrijgemaakt? Zult u het mentale welzijn van studenten ook na de coronacrisis blijvend op de agenda houden met concrete acties?
Minister Weyts heeft het woord.
Minstens één keer per week heeft mijn kabinet overleg met de onderwijsadministratie, de vertegenwoordigers van de hogescholen, de universiteiten én de studenten over alle mogelijke aspecten van deze crisis. Een formele evaluatie van de reeds genomen maatregelen gebeurt niet, maar in de praktijk gebeurt dat dus wel. Samen met de hogeronderwijsinstellingen blijven we de situatie op de voet volgen en waar nodig sturen we bij.
Ik denk dat alle hogescholen en universiteiten zwaar hebben ingezet op de begeleiding van hun studenten. Dat blijkt ook uit de financiële middelen die daarvoor worden uitgetrokken, alsook uit de effectieve personeelsbezetting van de psychologische diensten die op post blijven, ook in deze tijden. Onze instellingen hoger onderwijs hebben allen studentondersteunende diensten die zeer grote inspanningen leveren om in deze tijden hun studenten bij te staan, ook op het vlak van mentaal en psychisch welbevinden. Die diensten worden trouwens ook online aangeboden. De hulpverleners zijn er, ze staan klaar. Ik hoop echt dat studenten die er nood aan hebben ook bij hen gaan aankloppen.
Alles kan beter. Bijkomende initiatieven: graag. Ik zal er zo dadelijk één aanhalen. Ik heb er in dit kader ook voor gezorgd dat er 1,5 miljoen euro extra gaat naar de ondersteuning, rechtstreeks naar de studentenvoorzieningen. Zo is er toch enige financiële waardering vanuit de Vlaamse Regering tegenover de aanpak van de coronacrisis en alle hulp die zij bieden.
Ik sta positief tegenover het voorstel om een grootschalig onderzoek te voeren over hoe de studenten deze periode beleven. Daarom heb ik inderdaad steun toegezegd aan het project Mentaal Welzijn van de VVS.
Het algemene, overkoepelende doel van dit project bestaat erin om een beeld te krijgen van het mentale welzijn van studenten in Vlaanderen en Brussel en om op basis van dat beeld specifieke, onderwijsgerelateerde beleidsaanbevelingen te formuleren richting de overheid en de hogeronderwijsinstellingen. Daarnaast moet dat ook het taboe rond het mentale welzijn doorbreken en het bewustzijn errond verhogen.
Het project wil een beeld krijgen van de toestand van het mentale welzijn van de student in de Vlaamse universiteiten en hogescholen. Ze doen dat via een bevraging. Die bevraging zal ook worden afgetoetst met experten. Het is de bedoeling dat de bevraging een link zal maken met welbepaalde aspecten van het studentenleven, zoals de studiedruk, de oriëntering, de indeling van het academiejaar, de studie-efficiëntie, de leefwereld van de student, het soort studies en het aanbod aan psychosociale bijstand binnen de instelling enzovoort. De VVS zorgt zelf voor de verwerking en de analyse van de resultaten. Ze maken daarvoor gebruik van een wetenschappelijk softwareprogramma. Aan de hand van de resultaten zullen ze een rapport schrijven en publiceren. Er zullen ook beleidsaanbevelingen worden geformuleerd, maar – ik herhaal – niet alleen aan mezelf, maar ook aan de instellingen en koepelorganisaties. De VVS plant daarover een colloquium of conferentie te organiseren. Ondertussen heeft ze op haar website een vacature geplaatst voor een projectcoördinator.
Ze krijgt hiervoor een vaste financiering, die ze voor een deel gebruikt. Het project kost in totaal zo’n 62.000 euro. Ik heb een extra impuls gegeven van ongeveer 40.000 euro – ik weet het niet uit het hoofd, maar het is alleszins van die ordegrootte. Dat is dus voor een voltijdse medewerker, voor de werkingskosten, voor de overhead.
Ik ga natuurlijk het resultaat van het onderzoek en de beleidsaanbevelingen afwachten. Daarnaast ben ik ondertussen in dialoog met universiteiten en hogescholen om nog een bijkomend project gestalte te geven. Dat staat nog een beetje in de mentale steigers, daar kan ik nog niet op vooruitlopen, maar ik denk dat we daar wel op iets goeds kunnen landen.
De heer Bex heeft het woord.
Minister, ik wil u danken voor uw antwoord. Ik vind het alleszins positief dat dat grootschalig onderzoek er komt en dat u er zich ten volle achter zet met die financiële steun. Een vraag die ik daarover nog zou willen stellen gaat over de niet-homogene studentenpopulatie. De studentenpopulatie is vandaag al geen afspiegeling van de samenstelling van onze maatschappij. Het is heel belangrijk om bij dit onderzoek aandacht te besteden aan de specifieke subgroepen onder studenten om een beter zicht te krijgen op hun mentaal welzijn, zodat die resultaten niet verloren gaan in de gemiddelden. Daarom heb ik een bijkomende vraag, minister: zal dat onderzoek ook rekening houden met specifieke subgroepen onder studenten die mogelijk een hoger risico hebben op mentale welzijnsproblemen? Ik denk aan lgbti+-studenten, eerstegeneratiestudenten, studenten die een andere thuistaal hebben dan het Nederlands. Gaat u daar specifieke aandacht voor hebben? Het zou jammer zijn om dit grootschalig onderzoek te voeren en achteraf geen specifieke gegevens voor deze doelgroepen te hebben.
Uiteraard is het goed dat u 1,5 miljoen euro extra voorziet voor de ondersteuning van de studentenvoorzieningen. Maar ik bleef wat op mijn honger zitten wanneer u beschrijft wat er met dat geld gebeurt. Ik kan mij moeilijk voorstellen dat u een blanco cheque hebt uitgeschreven. Hebt u er een specifiek zicht op of diensten overbelast waren en of met die middelen van 1,5 miljoen euro tegemoet kan worden gekomen aan de noden die er zijn? Of is het nattevingerwerk? Deze verduidelijking zou ik graag nog krijgen.
De heer Warnez heeft het woord.
Ik sluit me aan bij collega Bex, namelijk dat de 1,5 miljoen euro een goede zaak is, net als die bevraging. Ik vraag me wel af waartoe die 1,5 miljoen euro zal leiden en welke concrete acties dat zullen zijn.
Minister, u maakt nog een nuance bij het plan. Als ik het goed begrijp, is de bevraging eigenlijk een startschot van een plan dat nog moet worden opgemaakt. Er is nog geen concreet plan, er is enkel een startschot, waarbij we nu een aantal zaken in beeld gaan brengen waar dan aanbevelingen uit voortvloeien. 62.000 euro is een mooi bedrag, maar die aanbevelingen zullen nog extra kosten met zich meebrengen. Zullen die middelen er dan zijn? Hebt u al een zicht waartoe dat kan leiden?
Mevrouw Goeman heeft het woord.
Ik wil collega Bex en collega Warnez danken voor hun vraag. We hebben het hier al vaker gehad over het feit dat studenten het dezer dagen zwaar hebben, niet alleen mentaal maar ook financieel. Ik was daarnet even weg, dus ik ben niet helemaal zeker of ik het goed heb begrepen dat de 1,5 miljoen euro waarvan sprake, de extra middelen zijn die voorzien zijn voor de studentenvoorzieningen. Mijn vraag loopt een beetje gelijk met die van de collega’s Bex en Warnez: ik vraag me af waar die middelen concreet voor zullen worden gebruikt. Is dat alleen voor meer psychologische en mentale ondersteuning voor studenten? Of zit daar ook de mogelijkheid van financiële tegemoetkomingen bij? Ik weet dat in het verleden, wanneer studenten in financiële problemen geraakten – wat dezer dagen helaas steeds vaker gebeurt omdat ze hun studentenjob kwijt zijn –, de studentenvoorzieningen wel eens tussenkwamen om ofwel de huur voor te schieten ofwel een deel van de huur te betalen. Is dat ook een mogelijkheid in uw plan?
Bovendien neem ik aan dat dat niet gelieerd is aan nog een vraag uit de meerderheidsresolutie, met name dat er zou worden gekeken hoe een terugbetaling van gemaakte kosten voor studentenhuisvesting mogelijk was. Staat dat daar apart van?
Dan nog een laatste vraag. Op welke manier zal die 1,5 miljoen euro tussen de hogeronderwijsinstellingen worden verdeeld? Is daar al een verdeelsleutel voor afgesproken? Over welke bedragen gaat het per instelling? Waarvoor kan dat geld allemaal worden gebruikt?
De heer Slagmulder heeft het woord.
Het mentaal welbevinden van studenten is hier al meermaals aan bod gekomen, los van corona. Dat lijkt inderdaad steeds urgenter te worden. Ik ben dan ook tevreden dat er nu een totale aanpak komt.
Uit verschillende enquêtes bij studenten en statistieken van de sociale diensten blijkt dat steeds meer studenten aangeven dat ze kampen met mentale problemen. Door de coronacrisis zullen die cijfers zeker en vast niet zakken. Dat hebben we duidelijk kunnen zien, onder andere bij de meest recente bevraging van Teleblok en de petitie ‘Geef ons een stem’.
Om de zoveel tijd wordt hierover een of ander deelonderzoek vrijgegeven door een bepaalde instantie. Dat wordt dan opgepikt door de pers, en politici staan te springen om het probleem hier in het parlement aan te kaarten.
Collega's, we zouden moeten vermijden dat dit probleem een kwestie wordt van steekvlampolitiek elke keer als er nieuwe cijfers verschijnen. Wij van het Vlaams Belang zijn voorstander van een totaal plan, dat de kwestie ten volle analyseert, en waar er in samenspraak met de studentenvertegenwoordigers en de hogeronderwijsinstellingen naar duurzame oplossingen wordt gezocht. Momenteel zien we dat informatie hierover niet duidelijk is. Er wordt in dit dossier iets te vaak geschermd met verschillende cijfers.
In februari van dit jaar verscheen een artikel in Het Nieuwsblad dat de kwestie trachtte samen te vatten. Zo steeg aan de UGent het aantal psychologische gesprekken van 1626 in 2016 naar 1816 in 2018. Hetzelfde verhaal bij hogeschool Thomas More. Daar meldden zich 697 studenten aan in 2016 tegenover 792 in 2019. Aan de KU Leuven steeg het aantal sessies psychotherapie van 3934 in 2016 naar 5018 in 2019.
Iets eerder verscheen ook het bericht dat aan de KU Leuven een derde van de eerstejaarsstudenten zou kampen met kleine, middelgrote tot uitermate ernstige psychische problemen.
Collega's, hogescholen en universiteiten hebben allemaal hun eigen manier van werken. Het is dus moeilijk om te vergelijken, want met al die verschillende indicatoren krijg je overal iets anders en tegelijk toch hetzelfde. Het aantal studenten dat een sessie met een psycholoog of therapeut aanvraagt via de sociale dienst, is niet per se hetzelfde als het totaal aantal gerapporteerde studenten dat kampt met psychologische problemen. Wat dan opnieuw niet helemaal hetzelfde is als het reële aantal.
Daarom is het volgens ons nodig om een meer uniforme informatievergaring te organiseren, over alle instellingen van het hoger onderwijs heen, waarbij dezelfde parameters worden gehanteerd. Alleen zo kun je een overzichtelijke stand van zaken opmaken die het totale probleem behelst. Dan kan men van daaruit vertrekken om met een omvattend plan oplossingen te bedenken.
Ik besef dat dit tijd zal vergen en misschien iets is voor de langere termijn, en dat terwijl de coronacrisis en de hieraan gepaarde mentale problemen hier en nu woeden, maar volgens ons is ook die langetermijnaanpak nodig, want het probleem van het slechter wordende mentale welbevinden van studenten zal niet verdwijnen als corona is ingedamd en wanneer er een vaccin zou zijn.
Laten we dus deze crisis aanpakken door te onderzoeken waar precies het schoentje wringt en waar er meer mensen, tijd en geld moeten worden geïnvesteerd om dit probleem op een degelijke manier aan te pakken. Er moet wat ons betreft alleszins een langetermijnvisie komen.
De heer Daniëls heeft het woord.
Minister, het mentaal welzijn van studenten is belangrijk. Onze fractie is dan ook tevreden dat u dat onderzoek gaat doen samen met het CBS. Het is een goede zaak dat u ook wil kijken of de problematiek duidelijk in kaart is gebracht, en dat er bepaalde gepaste beleidsmaatregelen worden genomen.
Minister, het mentaal welzijn van studenten is belangrijk. We zijn als fractie dan ook tevreden dat u dat onderzoek gaat doen, samen met de VVS. Dat is een goede zaak, net als het feit dat u bepaalde gepaste maatregelen wilt nemen voor die problematiek, eenmaal die duidelijk in kaart is gebracht.
Ik heb wel nog twee concrete zaken die ik wil aankaarten. Als studenten ten eerste aangeven dat er prestatiedruk is – en ik denk dat dat normaal is –, dan moeten we proberen om duidelijk te onderscheiden wanneer die druk problematisch wordt, wanneer dat mentaal welbevinden problematisch wordt. Waarom zeg ik dat? Wel, als je op dit moment een student vraagt of hij stress of druk ervaart, dan gaat bij velen het antwoord ‘ja’ zijn. Ik vraag dus wel om dat zuiver te krijgen, en dat te proberen verbinden met wat de oorzaak van die druk is. Anders gaat het moeilijk zijn om dat mentaal welbevinden aan te pakken.
Hebt u ten tweede ongeveer een timing van dat onderzoek en weet u hoe het domein Welzijn hiermee verbonden wordt? Zo vermijden we dat we zowel vanuit Onderwijs als vanuit Welzijn rond dit aspect onderzoek voeren en maatregelen nemen.
Minister Weyts heeft het woord.
Ik wil eerst nog even meegeven dat dit project van de Vereniging van Vlaamse Studenten eigenlijk het allereerste project is dat het mentaal welzijn bij de volledige Vlaamse studentenpopulatie in kaart zal brengen. Wat ik er ook leuk aan vind, is dat het de studenten zelf zijn die dat project zullen leiden. Het zullen dus de stemmen van de studenten zijn en niet van de externe experten. Niet alleen hun wensen en noden maar ook hun oplossingen komen erin naar voren. En wat ik ten derde apprecieer aan dit project, is dat het wordt afgesloten met een evenement waarbij studenten ook rechtstreeks in contact komen met beleidsmakers. Ik denk dat jullie ook allemaal zullen worden uitgenodigd.
Daarnaast was er de vraag of er budget is voor de omzetting van die aanbevelingen. Het antwoord is neen. Ik weet niet welke aanbevelingen er zullen uit voortvloeien en of daar een prijskaartje aan verbonden is. Dat bekijken we dan wel. Maar wat de extra middelen betreft, die 1,5 miljoen euro die we toekennen aan de studentenvoorzieningen: ook daar volg ik een beetje dezelfde ratio. Waarom doen we dat aan de studentenvoorzieningen? Net omdat de studenten daar mee in de raad zitten. Ik ga daar niet libelleren, het gaat er gewoon om dat we tegemoetkomen aan de noden die er bestaan. En ik denk dat studenten in die studentenvoorzieningen daar zelf het best over kunnen oordelen, en dat ze daar mee over kunnen beslissen. Wij met onze regeringscommissarissen kunnen dan natuurlijk ook altijd blijven monitoren. Maar ik denk dat het ook een kwestie van vertrouwen is dat ik wil geven aan de studenten, en zeker de studentenvertegenwoordigers in de raden voor de studentenvoorzieningen. Zo beslissen zij over een adequate aanwending. Daarom is dat ook niet echt gelibelleerd.
Ik denk ook dat de noden anders zullen zijn afhankelijk van de studentenstad in kwestie. En dan kan men heel gecibleerd werken met die extra middelen.
De heer Bex heeft het woord.
Minister, ik dank u voor uw antwoord, maar ik heb geen antwoord gekregen op mijn vraag op welke manier u hebt bepaald of die 1,5 miljoen euro effectief beantwoordt aan de noden op het terrein. Ik hoop dat u daar voldoende de vinger aan de pols houdt en dat u daar ook bijstuurt en bijkomende middelen ter beschikking stelt indien dat nodig zou blijken. Dat is natuurlijk iets wat zeer acuut is, gelet op de examenperiode die bezig is. Ik roep u op om de vinger zeer goed aan de pols te houden.
De heer Warnez heeft het woord.
Het klopt wat u zegt, minister. Het is het eerste onderzoek ooit voor mentaal welzijn. Ik denk dat het belangrijk is dat dat hier nu op de agenda staat van de minister, van de commissie en van de parlementsleden. We gaan het hier zeker nog verder over hebben. Ik ben daar tevreden mee.
De vragen om uitleg zijn afgehandeld.