Verslag vergadering Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
Mevrouw Segers heeft het woord.
De Nationale Veiligheidsraad besliste op 15 april het verbod op alle massa-evenementen tot en met 31 augustus. In één klap valt daarmee de volledige befaamde Belgische festivalzomer weg. België is meer dan driehonderd festivals rijk, waarvan er 90 procent worden georganiseerd door kleine vzw’s met weinig of geen reserves, onder meer die van mijn goede collega Kurt De Loor in Zottegem. Voor hen komt deze klap vaak bovenop andere tegenslagen, zoals de verliezen door de hevige zomerregens van de voorbije jaren.
Volgens een onderzoek van de Karel de Grote Hogeschool stelt de brede evenementensector in ons land 80.000 mensen te werk. Een studie van de UGent toont aan dat 9 procent van de mensen die werken in de sector vandaag op geen enkele maatregel kan rekenen om financieel op terug te vallen in deze coronacrisis.
De eventsector vraagt verhoogde aandacht voor de kwetsbare profielen met dagcontracten via interims, die vaak geen arbeidsovereenkomst hadden afgesloten op het moment van annulatie. Ook voor de zelfstandigen in bijberoep in deze sector is het moeilijk, aangezien ze momenteel niet voldoen aan de huidige voorwaarden voor de steunmaatregelen. Het gaat vooral om mensen die werken via onstabiele dagcontracten, zoals licht- en geluidstechnici, die het het hardst te verduren krijgen.
De annulering van de festivalzomer hakt diep in op de bestaanszekerheid van heel veel mensen. Het is absoluut noodzakelijk dat de maatregelen die werden genomen rond tijdelijke werkloosheid en overbruggingsrecht verlengd kunnen worden, zodat de mensen die werken in de creatieve sector deze crisis kunnen overleven. Er moet nu een oplossing gezocht worden voor de precaire statuten van muzikanten, podiumtechnici, kabelslepers, noem maar op. Fotografen ook, die worden nogal vaak vergeten. En alle anderen die werken in de eventsector. Er moet een degelijk en stabiel vangnet komen zodat deze sector toekomstige crisissen kan overleven.
Minister-president, u weet dat de eventsector zich heeft verenigd. Hebt u al overleg gepleegd met de vertegenwoordigers van de eventsector?
Welke maatregelen zult u nemen om de eventsector, en bij uitbreiding de creatieve sector, te ondersteunen?
Wie binnen de eventsector zal kunnen rekenen op het noodfonds? Dit is een belangrijke vraag want daar heerst zeer veel onduidelijkheid over. Die vraag komt terug in de volgende vraag om uitleg. Voorzitter, ik deel uw overtuiging dat we er toch beter een gedachtewisseling van hadden gemaakt.
Minister-president, hebt u al overleg gepleegd met uw collega Crevits over de verlenging van het overbruggingsrecht? Gaat de Vlaamse Regering het overbruggingsrecht verlengen, zodat er toch wat ademruimte komt? Maar dat moet natuurlijk ook op het federale niveau worden aangekaart. Welk overleg hebt u al gehad met de federale minister van Werk Nathalie Muylle over de verlenging van de maatregelen rond tijdelijke werkloosheid?
Is er al een samenwerking met de lokale besturen opgestart om lokaal of regionaal hulp te bieden aan de geannuleerde festivals? Ik vraag dit, gegeven ook het feit dat het provinciale niveau is weggevallen. Dat was voor de festivals heel belangrijk.
Minister-president Jambon heeft het woord.
Mevrouw Segers, ik ben zelf al tweemaal op Tomorrowland geweest. Dat was eerder in mijn hoedanigheid van minister van Binnenlandse Zaken met betrekking tot de veiligheidsaspecten dan wel om mij in het gewoel te storten, maar u moet het toch ook eens doen. Dat zal inderdaad dit jaar niet kunnen.
Van bij de start van de crisis hebben we contacten met een aantal vertegenwoordigers uit de sector. Naast rechtstreekse en bilaterale contacten tussen organisaties en mijn kabinet, heeft de administratie structureel overleg opgezet. Er is een taskforce met steunpunten en fondsen die op regelmatige basis samenkomt. Daar zit onder andere VI.be in. In een klankbord dat we occasioneel samenroepen, zit ook een brugpersoon naar vzw GALM, het artiestenplatform van de muzieksector, Amplo het sociaal bureau voor kunstenaars en het artiestenplatform SOTA (State of the Arts).
Iedereen actief in de cultuursector en bij uitbreiding de evenementensector kan terecht voor coronagerelateerd advies bij het Cultuurloket dat een heuse coronalijn opgestart heeft en dagelijks een bijgewerkte FAQ publiceert om iedereen zoveel mogelijk te ondersteunen.
In eerste instantie hebben we gekeken naar het bufferen van de economische impact. Wegens de economische impact op de culturele sector heeft de Vlaamse Regering op 1 april een noodfonds van 200 miljoen aangekondigd.
Daarnaast zijn we ook bezig met het opstellen van een plan voor de heropstart binnen de culturele sectoren en hebben we hierover samen met de leden van de taskforce de hoofdlijnen van deze heropstart benoemd, dit in samenspraak met minister Dalle. Specifiek voor de evenementensector in het segment livemuziek kunnen – zolang de individuele social distancing als preventiemaatregel tegen de verspreiding van het coronavirus van kracht is – grote liveconcerten en muziekfestivals met publiek in de regel moeilijk op een veilige en economisch rendabele manier georganiseerd worden.
Los van het noodfonds rekenen we erop dat de federale maatregelen rond onder andere werkloosheid blijven gelden zolang er geen definitieve en volledige heropstart is. Deze vraag heb ik deze week nog voorgelegd aan minister Muylle. Ik denk dat dit principe belangrijk is als een soort van geruststelling voor elk soort bedrijf in Vlaanderen dat momenteel getroffen is door de coronacrisis.
Wat het noodfonds betreft, hebben we aandacht voor de kwetsbare schakels in de waardeketen onder andere de artiesten met dagcontracten, zelfstandigen in bijberoep, freelance technici, toeleveranciers enzovoort. We kiezen er bewust voor om via de gesubsidieerde organisaties de brug te slaan naar de kwetsbaren. We zullen met hen bekijken hoe we de individuele artiesten en creatieven kunnen steunen.
Via het nooddecreet heb ik aan de gesubsidieerde organisaties garanties kunnen geven dat toegekende subsidies 100 procent gegarandeerd blijven en dat voorschotten en saldi op tijd zullen uitgekeerd worden. Nu verwacht ik van de gesubsidieerde instellingen dat zij de kwetsbaren steunen door bijvoorbeeld het uitbetalen van een gedeelte van de afgesproken vergoedingen, enzovoort. Zo draagt iedereen zijn eigen steentje bij.
Ik ben in permanente dialoog met minister Crevits over de ondersteunende maatregelen die de Vlaamse Regering heeft afgekondigd voor onze bedrijven. Het overbruggingsrecht waarnaar u verwijst, is echter een federale bevoegdheid. Hierover staat mijn kabinet in dialoog met het kabinet van minister Ducarme.
Ik sta inderdaad in contact met het kabinet van federaal minister Muylle inzake de regeling rond tijdelijke werkloosheid en het kunstenaarsstatuut. De knelpunten van deze regelingen zijn aangekaart. Het Cultuurloket volgt dit ook op mijn vraag op de voet op. Zoals zonet gezegd, heb ik bij minister Muylle ook bepleit dat de maatregelen rond de tijdelijke werkloosheid zouden verlengd worden voor de hele periode dat de culturele sector nog niet volledig is opgestart.
Mijn kabinet staat ook in contact met het kabinet van minister Somers om de uitdagingen in de culturele sector met betrekking tot corona te bespreken.
Ik ben wat summier geweest over het noodfonds. Ik kom daar straks bij een volgende vraag ruimer op terug, maar anders herhaal ik mezelf te veel.
Mevrouw Segers heeft het woord.
Minister-president, ik dank u voor uw antwoord. Het zijn natuurlijk heel veel en complexe zaken. Het is heel belangrijk dat er optimaal wordt samengewerkt tussen het Vlaamse en het federale niveau. Er is een panoplie aan maatregelen getroffen die optimaal op elkaar moeten worden afgestemd. Daarbij is het heel belangrijk de input te blijven vragen van en te blijven luisteren naar de sector. Ik ben dan ook verheugd te horen dat u heel regelmatig overleg pleegt met onder andere GALM, SOTA, Amplo, VI.be, want zij kunnen het best de vinger aan de pols houden.
Een van de signalen die ik vanuit de sector het meest opvang, betreft het verlengen van de tijdelijke werkloosheid. Daar ben ik alvast gerustgesteld te horen dat er een opening is om die te verlengen tot na 30 juni. Een tweede belangrijk element is het overbruggingsrecht voor zelfstandigen dat tot nu toe gold tot 30 april, dus tot vandaag. Het is goed dat u daar met uw collega-minister Ducarme over blijft overleggen om te zien of ook dit moet worden verlengd. Dat lijkt me absoluut nodig.
Ik heb nog een aantal vragen over het noodfonds, maar dat komt nog aan bod.
Ik krijg ook veel feedback van onder andere VI.be, die hoopvol zijn over het overleg dat plaatsvindt met uw kabinet en met federaal minister Muylle. Zij komen wel altijd met heel veel vragen en onduidelijkheden terug. Crisiscommunicatie is echt essentieel, dat blijkt nu des te meer. Het is zeer belangrijk zich daarvoor te laten bijstaan door crisiscommunicatie-experten, en niet alleen maatregelen te nemen.
De heer Pelckmans heeft het woord.
Ik wil nog even onderstrepen dat heel die eventsector nu in de richting van de cultuurcommissie wordt geduwd. We hebben vorige week bij minister Dalle duidelijk laten verstaan dat heel veel van die mensen ook in de mediasector, de sportsector en de standenbouw werken. De eventsector is dus niet alleen een enge cultuurbenadering van deze commissie, het gaat over mensen die in heel veel sectoren actief zijn. Dat lijkt me een reden te meer om dit te bekijken als een totaalveld.
Mevrouw Van Werde heeft het woord.
Het afgelasten van zomerfestivals is natuurlijk een bittere pil om te slikken. We hebben fantastische festivals in Vlaanderen. Zoals mevrouw Segers al zei, zijn het er driehonderd. Dat is echt iets om elke zomer naar uit te kijken, en dat is de verdienste van de evenementensector.
Zoals de heer Pelckmans zei, is het niet alleen de evenementensector die daaraan deelneemt. Ik denk wel dat we goed moeten opletten met het verdelen van dat noodfonds. De bedoeling moet zijn om dat ecosysteem te laten overleven. We moeten erop letten dat Vlaams geld naar Vlaamse initiatieven gaat. Er zijn festivals die deel uitmaken van internationale bedrijven, en die kunnen dat verlies misschien wel dragen. Wat regionale hulp voor de klein en middelgrote evenementen betreft, is het inderdaad van groot belang dat we overleggen met het lokale niveau zodat we net als bij Jeugd en Sport, één lijn aanhouden en zo de versnippering op lokaal niveau tegengaan.
Mevrouw D'Hose heeft het woord.
Minister-president, ik ben wel een zware fan van Tomorrowland. De afgelopen zeven jaar ben ik daar elk jaar geweest, en ik ben nog steeds in de rouw dat het dit jaar niet doorgaat. Hetzelfde met de Gentse Feesten: wat een drama!
Er zijn heel veel organisatoren, maar ook kleine onderaannemers van festivals die hun hele jaar in het water zien vallen door wat er is beslist. Het kon natuurlijk niet anders, safety first, de veiligheid staat voorop. Dit gaat veel verder dan even een inkomst mislopen. Het is een absolute ramp en voor sommigen loert het faillissement om de hoek.
Ik ben echt wel trots op deze regering maar ook op de Federale Regering met alle maatregelen die ze nemen, met de hinderpremie en de coronapremie. De uitbetaling gebeurt heel vlot. De federale overheid probeert daar ook maatregelen naast te leggen. Ik vrees dat we een groep van freelancekunstenaars hebben die tussen de mazen van het net vallen, en de festivalsector en de evenementensector vallen ook tussen de mazen van het net. Ik maak me daar enorme zorgen over. Gewoon verwijzen naar de festivalorganisator met de compensatiepremie, dat is veel te weinig, want al die inkomsten vallen weg voor bijna een heel jaar.
Als ik hoor dat er soms wordt verwezen naar het noodfonds, maak ik me ook zorgen. Dat noodfonds wordt bijna de grote heilige graal, waar iedereen naar verwijst en waarvoor 200 miljoen euro nooit genoeg zal zijn. Gisteren hoor ik dat minister Weyts in de plenaire vergadering zegt dat ook scholen zouden kunnen putten uit het noodfonds voor extra kosten die ze moeten maken als ze terug opengaan. Dan hebben we nog de sierteelt, toerisme, jeugd. Voor mij mag en moet dat allemaal, maar het zal zaak zijn om af te bakenen wie waarop kan intekenen.
Als de evenementensector bijvoorbeeld niet kan intekenen op het noodfonds omdat het alleen maar voor de gesubsidieerde sector is, oké, zeer goed, maar dan moeten we daar wel een andere oplossing voor vinden. Het kan niet zijn dat ze pech hebben als ze er niet op kunnen intekenen en dan verloren lopen in het kluwen van Vlaanderen en België en in de verschillende bevoegdheidsverdelingen. De evenementensector zit voor een deel bij minister Crevits, voor een deel is het federaal, en voor een deel is het Vlaams. We hebben een complex landje, veel te complex als u het mij vraagt. We moeten ervoor zorgen dat de evenementensector daar niet het slachtoffer van wordt.
Minister-president Jambon heeft het woord.
Het zijn allemaal terechte bekommernissen die iedereen hier heeft opgeworpen, en die ik ook deel. We moeten zorgen voor een goede verdeling die ook budgettair te verantwoorden is. Dat het allemaal veel geld zal kosten, daarover zijn we het eens. De vraag is tot hoe diep we mogen gaan om nog verantwoord te zijn. Dat is de puzzel die we de volgende weken verder zullen moeten leggen.
Het zal wel zijn dat heel veel mensen, organisaties en bedrijven inkomsten derven. Het is ons objectief om hen door de crisis te sleuren, maar niet om ze volledig schadeloos te stellen. Iedereen kan er wel mee akkoord gaan dat dat een onbetaalbare factuur zou zijn.
Mevrouw Segers heeft het woord.
Wat betreft de laatste opmerking van de minister-president, dat we niet alles zullen kunnen goedmaken: uiteraard! Maar we moeten proberen er maximaal voor te zorgen dat de mensen echt niet kopje onder gaan. Mijn mailbox is echt wel heel dramatisch, en dat zal bij u niet anders zijn. Paul De Grauwe heeft het geschreven, wat de oplossing zal zijn: we zullen gewoon geld moeten bijdrukken om uit deze crisis te geraken. Ik sta daar achter.
De vraag om uitleg is afgehandeld.