Verslag vergadering Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening en Energie
Verslag
De heer D'Haese heeft het woord.
Minister, ik heb een vraag om uitleg over het betalend maken van het ophalen en inleveren van grofvuil. Vanaf 1 april wordt de ophaling van het grofvuil in Gent betalend en ook op de recyclageparken wordt het grofvuil betalend gemaakt, ook al wilde Gent dit pas in 2022 invoeren. Het stadsbestuur, waar ik voor alle duidelijkheid zelf niet in zit, doet dit echter met grote tegenzin, omdat dit niet evident is in een grootstedelijke context met veel sluikstorten. Ook zouden de recyclageparken er technisch nog niet klaar voor zijn. De stad Gent verwacht dat ze niet meer inkomsten zal genereren door dit betalend te maken, doordat de meerkosten door sluikstorten zullen toenemen.
Dat is wat vreemd. Het stadsbestuur wil de ophaling en de storting van grofvuil gratis houden, maar mag dat niet. Het bestuur wordt verplicht om die fractie betalend te maken. Jullie kunnen niet ophouden over de autonomie van de gemeenten, maar blijkbaar moeten ze in dezen niet zelf beslissen, want het Materialendecreet bepaalt dat gratis grofvuil ophalen en binnenbrengen in recyclageparken onwettig is en gepenaliseerd zal worden door de Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij (OVAM).
Daar heb ik vragen bij, want het betalend maken van grofvuil zorgt voor meer kosten voor de bevolking en leidt tot de toename van sluikstort. Dat zien we ook in Antwerpen, waar zowel de opgehaalde fracties sluikstort als de meldingen van sluikstort zijn toegenomen. Het levert geen extra inkomsten op en het kost meer voor de bevolking. Er zijn verschillende steden, niet alleen Gent, maar ook Oostende, Zelzate, Destelbergen en andere die voorstander zijn om dat gratis te maken of te houden.
Minister, welke maatregelen zult u nemen om de toename van zwerfvuil als gevolg van het betalend maken van de ophaling en storting van grofvuil tegen te gaan? Is het mogelijk om het Materialendecreet te herzien, zodat de gemeenten en steden autonoom kunnen beslissen of ze de ophaling en het binnenbrengen van grofvuil al dan niet gratis willen houden of maken?
Waar komt het idee vandaan om het binnenbrengen van grofvuil betalend te maken? In Antwerpen had men ooit een probleem, omdat de containerparken er afvalmagneten waren geworden, maar dat is nu net de bedoeling van een containerpark, dat het een afvalmagneet is en dat er afval wordt binnengebracht. Blijkbaar is dat nu toch niet de bedoeling of misschien hebt u daar een ander idee over.
Het Gentse stadsbestuur geeft aan dat het betalend grofvuil geen extra inkomsten zal genereren. Dat verwacht het in ieder geval niet. Is dit in lijn met de evolutie in andere recyclageparken in Vlaanderen? Hebt u daar cijfers over? Ik heb het dan niet enkel over recyclageparken, maar over het geheel voor de gemeenten. Wat betekent dat voor de boekhouding van een gemeente? Wordt het betalend maken van het binnenbrengen, de storting en de ophaling van grofvuil geflankeerd door sensibiliseringscampagnes over de ecologische gevolgen van sluikstorten?
Minister Demir heeft het woord.
Collega D'Haese, u vraagt welke maatregel ik zal nemen om de toename van zwerfvuil als gevolg van het betalend maken van de storting van grofvuil tegen te gaan. Ik weet niet op welke studie of welke cijfers u zich baseert om dit zo te stellen.
Antwerpen ziet bijvoorbeeld een toename, zij het licht, van de opgehaalde fractie in kilo's. Er is ook een toename van het aantal meldingen van zwerfvuil. Dat is een realiteit op het terrein.
Bent u er zeker van dat het om een toename gaat van zwerfvuil? Want sluikstorten is een ander verhaal. Het is belangrijk dat we discussiëren op basis van feiten, niet vanuit een gevoel. Volgens onze informatie monitort de OVAM zulke zaken, zeker als het gaat over zwerfvuil ten gevolge van het betalend maken, en de OVAM beschikt ook over cijfers. Nergens in Vlaanderen is bewezen dat er een dergelijk causaal verband is. Ik zou dan ook graag in uw repliek willen horen op welke studie of welke cijfers u zich baseert.
Zwerfvuil is klein afval dat buitenshuis wordt achtergelaten op een plaats waar het niet hoort. Dat kan bewust of onbewust zijn. Grofvuil, waar het tarief op slaat, wordt veeleer gesluikstort en wordt geen zwerfvuil genoemd. Er bestaat dan ook geen verband tussen de hoeveelheid zwerfvuil en de kostprijs van de inzameling van grofvuil.
Ik zal het Materialendecreet niet herzien, want dat zou in strijd zijn met het materialenbeleid en de lange traditie van het afvalbeleid van het Vlaamse Gewest. De doelstelling sinds het Materialendecreet is om materiaalkringlopen te sluiten en zo weinig mogelijk restafval van gezinnen en bedrijven te verbranden of te storten. Het Vlaamse beleid baseert zich hiervoor onder meer op het principe ‘de vervuiler betaalt’. Vooral voor de afvalstroom die we het minst wensen, restafval, is het belangrijk om de financiële verantwoordelijkheid bij de veroorzaker te leggen. Ik vind dergelijke aanpassing dan ook niet opportuun.
Om materiaalverspilling tegen te gaan, zeker in tijden van ecologische crisis, is het net belangrijk om afval zoveel mogelijk selectief in te zamelen en te recycleren. Hoe makkelijker we het mensen maken om zich gratis of heel goedkoop van restafval te ontdoen, hoe minder ze geneigd zijn om afval te voorkomen of het selectief aan te bieden, tenzij u natuurlijk over een ander systeem beschikt; dan hoor ik dat graag.
Het principe ‘de vervuiler betaalt’ wordt niet alleen door ons, maar ook door vele andere landen en de EU gezien als een belangrijk principe om mensen aan te zetten tot minder vervuiling en tot het selectief inzamelen en recycleren van afval.
Gent is een van de laatste gemeenten in Vlaanderen waar grofvuil nog gratis afgegeven kon worden bij het recyclagepark. Er zijn in het Vlaams reglement betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen (VLAREMA) voor restafval en grofvuil minimum- en maximumtarieven opgenomen. Er zijn nog maar vijf gemeenten in Vlaanderen waar voor grofvuil een gratis hoeveelheid wordt toegelaten.
Sluikstorten wordt door de overgrote meerderheid van burgers aangeduid als totaal ongewenst gedrag. Sluikstorten is een daad waarbij mensen zich bewust onttrekken aan de regelgeving. Hoewel het nergens in Vlaanderen bewezen is dat sluikstorten toeneemt door het betalend maken van de inzameling van grofvuil, is het vanuit een preventieoogpunt nuttig om in het bijzonder de eerste maanden van de invoering van het betalend systeem elke vorm van sluikstorten die wordt vastgesteld, streng te handhaven. Op die manier wordt ongewenst gedrag op dat vlak in de kiem gesmoord. De beste sensibilisering tegen sluikstorten is melden aan de bevolking dat de stad of gemeente streng zal handhaven en sluikstorten niet zal tolereren.
De heer D’Haese heeft het woord.
Minister, ik dank u voor uw antwoord. Ik denk dat de termen ‘zwerfafval’ en ‘sluikstorten’ op een aantal momenten door elkaar zijn gehaald. Het gaat hier over sluikstorten. In de gemeente Antwerpen zien we een heel sterke stijging van het aantal meldingen van sluikstorten, niet van zwerfafval, na de invoering van het betalend maken van het binnenbrengen van de fractie van grofvuil. Als er geen verband is, minister, waarom moet er dan zo sterk gecontroleerd worden na de invoering van het betalend maken? Dat is me niet helemaal duidelijk.
Ik ben geïnteresseerd in die cijfers van de OVAM over de evolutie in het ophalen op straat van sluikstortafval na het invoeren van het betalend maken van de ophaling en de storting van de fractie grofvuil in gemeenten. Kan ik die ergens vinden of kunnen die me bezorgd worden?
U pleit ervoor om zo veel mogelijk selectief op te halen. Daar haalt u zelf een aantal begrippen door elkaar, namelijk ‘restafval’ en ‘grofvuil’. Restafval stoppen we in de witte zak, grofvuil zijn de grote zaken. Oude zetels en dat soort zaken selectief ophalen is moeilijk, want men kan die niet in een andere zak stoppen. Ik vind dat een beetje een raar antwoord.
Minister Demir heeft het woord.
U vraagt of er sensibiliseringcampagnes moeten komen. Als men dit betalend maakt in een gemeente of stad, dan is dat natuurlijk een van de elementen van een sensibiliseringscampagne. In de meeste gemeenten is dit betalend. Ik denk sowieso dat men moet handhaven bij elke vorm van sluikstorten. Dat zorgt immers voor heel veel overlast, voor de medeburgers, maar ook voor de natuur. Ik denk dat het niet meer dan normaal is dat gemeenten en steden dat gaan handhaven.
U bent voorstander van een gratis hoeveelheid grofvuil. De vijf gemeentes zijn Oostende, Blankenberge, Brugge, Knokke-Heist en Aalter. Ik heb echter begrepen dat u ook bestuurt in een of andere gemeente. Daar is het niet gratis. Daar kost het 0,20 cent.
Ja, ik heb ook gezegd dat er gemeentes zijn die het opnieuw gratis zouden willen maken.
Oké.
Mevrouw Schauvliege heeft het woord.
Het klopt dat sluikstorten zeer ergerlijk is en niet kan, maar het klopt ook dat de handhaving daarop voor lokale besturen niet zo evident is. Biedt Vlaanderen ook ondersteuning op het vlak van de handhaving inzake sluikstorten? Men kan nu zakken doorzoeken, men kan camera’s plaatsen. Voor een lokaal bestuur is dat een zeer intensieve opdracht. Is er een of andere vorm van financiële of andere ondersteuning om dat probleem aan te pakken? Het is immers inderdaad een heel ergerlijk probleem dat we echt moeten aanpakken; een van de oplossingen is natuurlijk goed handhaven en in voldoende handhaving voorzien. Voorziet u echter in bijkomende ondersteuning als het gaat over de methode, over hoe dat kan gebeuren?
Minister Demir heeft het woord.
Ik stel ook vast dat lokale besturen daar nog veel te weinig op inzetten, hoewel dat sluikstorten zorgt voor grote ergernis bij heel veel mensen. Vandaag voorziet Vlaanderen in ondersteuning. Die is financieel, via Mooimakers, maar er kan ook een pakket worden aangevraagd, bijvoorbeeld camera’s enzovoort. Ik ben echter wel van plan – en ik heb dat ook gezegd bij mijn aantreden – om een grootschalige handhaving op te zetten. We zullen niet aankondigen wanneer we dat gaan doen, maar op een bepaald ogenblik zullen we in heel Vlaanderen onze inspecteurs op pad laten gaan.
De heer D’Haese heeft het woord.
Om af te ronden: ik blijf het een vreemde redenering vinden. Het gaat over grofvuil, dus dat is niet wat je in de vuilniszak kwijt kunt, maar net dingen die je zelf naar een containerpark moet brengen: oude matrassen, kapotte zetels, gyprocplaten enzovoort. Die mensen nemen de moeite om dat in hun auto te steken of een auto te lenen, om een aanhangwagen te zoeken, dat naar het containerpark te brengen en het in de juiste container te deponeren. Ik snap niet waarom we dat betalend moeten maken. Ik vind het een heel rare logica dat mensen die hun best doen, daarvoor worden gestraft door dat betalend te maken. Jullie maken het zelfs niet mogelijk voor gemeentes om ter zake een ander beleid te voeren. Ik vind dat heel raar.
Ten slotte, ik heb gevraagd naar die cijfers, maar u hebt daar niet meer op geantwoord. Misschien is dat een vergetelheid.
Denkt u dat ik die van buiten ken?
U moet niet zo raar doen. Ik heb niet gevraagd dat u ze zou geven. Ik heb gevraagd: waar kan ik ze vinden, of kunt u me ze opsturen? (Opmerkingen van minister Zuhal Demir)
Ten eerste, u bent niet aan het woord.
Gelieve een schriftelijke vraag in te dienen. Dan krijgt u die cijfers.
U moet niet zo brutaal doen. Ik heb u gewoon een vraag gesteld en u hebt daar niet op geantwoord. Ik stel vast dat u daar dan niet op wenst te antwoorden.
Het is gewoon niet duidelijk of die cijfers nu bestaan of niet.
Mijnheer D’Haese, ik zeg u: ‘Dien een schriftelijke vraag in waarin staat over welke cijfers u exact wilt beschikken en wij zullen u die dan bezorgen.’ Dat is geen enkel probleem, dat is uw recht, maar doe het dan via een schriftelijke vraag. Ik ben helaas geen lopende computer, waarbij je als parlementslid op een knop kunt duwen en ik dan allerlei cijfers ga produceren. Zo werkt het niet. Dien een schriftelijke vraag in en dan krijgt u die. Dat is geen enkel probleem.
Ik zal dat doen. Maar ik vraag een beetje sérieux in het debat. Ik heb op geen enkel moment één cijfer gevraagd, minister. Ik heb enkel gevraagd of die cijfers bestaan en of ik ze kan krijgen. Ik vind het niet serieus dat u er op die manier op antwoordt.
Collega D’Haese, ik kan hieruit besluiten dat u een schriftelijke vraag moet stellen.
De vraag om uitleg is afgehandeld.