Verslag vergadering Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media
Verslag
Mevrouw Segers heeft het woord.
Op 2 oktober 2019 formuleerde de Vlaamse Jeugdraad in zijn uitgebreide advies ‘Representatie in de media’ twaalf aanbevelingen inzake representatie in de media. Dit advies was gebaseerd op wetenschappelijk onderzoek dat de raad liet uitvoeren. Uit interviews met meer dan 1300 kinderen en jongeren blijkt dat velen zich niet genoeg of op een correcte manier vertegenwoordigd voelen in tv-programma's.
De Vlaamse Jeugdraad lanceerde aansluitend op dit advies op 3 februari een campagne onder de hashtag #KijkNaarOns, voor meer diversiteit in de media. Via deze videocampagne met concrete tips wil de Vlaamse Jeugdraad de aandacht van media- en beleidsmakers vestigen op een grotere en meer diverse representatie van jongeren in de media. Dit advies werd in acht concrete tips gegoten waar mediamakers mee aan de slag kunnen.
Hoewel de Vlaamse Jeugdraad erkent dat er in de Vlaamse media, meer bepaald op de publieke omroep VRT, wel degelijk aandacht is voor diversiteit – denk maar aan Kaat en Mo in Thuis, jongeren met downsyndroom in Down the road of een homokoppel in Blind getrouwd – ervaren volgens de Vlaamse Jeugdraad veel jongeren toch dat ze onvoldoende vertegenwoordigd worden op televisie en dat tegelijk bepaalde groepen al te clichématig worden voorgesteld. Daarbij verwijzen de bevraagde jongeren naar internationale platformen zoals YouTube of Netflix, waar jongeren een pak meer diversiteit zien dan op de Vlaamse televisie. Bovendien zouden de Vlaamse media mensen nog steeds al te clichématig portretteren volgens de Jeugdraad.
De Vlaamse Jeugdraad trok van 3 tot 9 februari met een TED-Talk (Technology, Entertainment, Design) naar mediabedrijven als de VRT en DPG Media, maar ook naar beleidsmakers zoals u, minister Dalle.
Hoe evalueert u de bevindingen van de Vlaamse Jeugdraad inzake diversiteit – of beter, meerstemmigheid – in de media?
Op welke manier zult u de aanbevelingen van de Vlaamse Jeugdraad meenemen in de onderhandelingen over de nieuwe beheersovereenkomst met de VRT?
Op welke manier plant u de commerciële tv- en radiozenders alsook de audiovisuele productiesector en geschreven pers te sensibiliseren om de verzuchtingen van de Vlaamse jeugd beter mee te nemen? Want er zijn natuurlijk meer media dan de VRT alleen. Welke concrete beleidsacties ziet u in dit verband?
Minister Dalle heeft het woord.
Dank u voor uw vraag, mevrouw Segers. Ik heb effectief de mensen van de Vlaamse Jeugdraad ontvangen en daar ook uitgebreid de tijd voor genomen. We hebben dat grondig bekeken op ons kabinet. Ik moet zeggen dat ik bijzonder gecharmeerd was door zowel de inhoud van de boodschap als door de aanpak.
Diversiteit is in Vlaanderen een heel belangrijk thema, ook gelinkt aan de vraag over de Vlaamse identiteit. Voor jongeren is dat misschien nog meer het geval. Ik vind het een bijzonder goede zaak dat zij dat ook zeer breed invullen. Men vertrekt echt vanuit de idee dat elke jongere telt. Elke jongere is ook een stukje uniek en ook een stukje anders. Dan gaat het – klassiek – over zaken als migratieachtergrond, over jongen/meisje en man/vrouw, over seksuele voorkeur, over godsdienst. Maar het gaat evengoed over politieke voorkeur. Het mooie is dat zij eigenlijk zeggen: sommige jongeren vandaag zijn zeer bezorgd over het klimaat, sommigen zijn progressief, zijn links, anderen zijn daar niet mee bezig, sommigen zijn ook rechts, sommigen zijn ook conservatief. Die diversiteit aan overtuigingen bij jongeren vind ik zeer verfrissend. Ik denk dat men het er hier ook kamerbreed over eens kan zijn dat dat eigenlijk de goede aanpak is. Ik vind het bijzonder waardevol dat de Vlaamse Jeugdraad dat op die manier heeft geformuleerd en dat ze dat ook heel offensief heeft gebracht, op sociale media maar ook in intensieve contacten met politici en met mediabedrijven, ook met de VRT. Ik moet zeggen dat ik dat zeer goed begrepen heb. Ik deel ook die overtuiging. Ik zal dat ook meenemen in het verdere beleid, zoals in de beheersovereenkomst met de openbare omroep.
Er is vandaag al heel veel aandacht voor dit soort thema’s. Ik denk dat we dat nog kunnen verfijnen en expliciteren. Ik denk ook dat het element van mediawijsheid daarin een rol kan spelen. Het is in elk geval zo dat jongeren zich moeten kunnen herkennen in onze samenleving, zich thuis moeten voelen in Vlaanderen, zich ook thuis moeten voelen in de media, zich daar gerepresenteerd weten, en zich ook thuis moeten kunnen voelen op een gezonde manier in de sociale media. Het project mediawijsheid speelt daarin een belangrijke rol.
Bij die onderhandelingen met de VRT zal ik dus zeker rekening houden met het advies van de Vlaamse Jeugdraad en bekijken hoe diversiteit en meerstemmigheid in de beheersovereenkomst een plaats kunnen krijgen. Uit het toezichtsrapport van de Vlaamse Regulator voor de Media (VRM) over de VRT blijkt dat de meeste van de huidige performantiemaatstaven inzake diversiteit reeds gehaald worden. Dat moet ons ook eens doen nadenken over de vraag of die performantiemaatstaven vandaag afdoende zijn. Is dat een afdoende manier om die meerstemmigheid echt te realiseren, om ervoor te zorgen dat kinderen en jongeren zich echt begrepen weten en zich gerepresenteerd weten door de VRT en ook door de andere mainstream media?
Ik ben momenteel die onderhandelingen aan het voorbereiden. Ik verzamel informatie van verschillende stakeholders, ook van de Vlaamse Jeugdraad. Ik neem natuurlijk ook deze aanbevelingen mee.
Wat de commerciële spelers betreft, is het natuurlijk ook mijn taak als minister van Media om mee die sensibilisering te doen en daar meer aandacht voor te vragen. Ik ga vandaag en de komende weken samen zitten met de verschillende actoren. Ik heb ook heel wat mensen gezien de afgelopen maanden. Dit zijn thema’s die zeker aan bod komen. Natuurlijk is de overheid daar niet de enige speler. Er zijn ook private spelers, die hun eigen keuzes maken. De Vlaamse Jeugdraad zelf en ook andere actoren kunnen daarover zeker de dialoog aangaan. Dat gebeurt ook, met die TED talks. Het is een sterk signaal, dat ik zeker wil ondersteunen.
Zoals aangekondigd in mijn beleidsnota Media is het mijn opzet om de verschillende spelers binnen het Vlaamse media-ecosysteem rond de tafel te krijgen om het te hebben over de grote uitdagingen van vandaag. Gisteren kwam een van die grote uitdagingen in de actualiteit. We hebben het er ook over gehad in de plenaire vergadering: dat streamingsysteem. Het is een goede zaak dat alle spelers daar samenwerken. Op het einde van de dag hebben alle spelers ook effectief gezegd dat ze willen samenwerken. Ik denk dat het, ook inzake thema’s als diversiteit en meerstemmigheid, een goede zaak zou zijn dat alle spelers mee op de kar springen. Ik denk dat dat ook in hun belang is, in hun welbegrepen commercieel belang, want het is belangrijk dat al hun kijkers en al hun luisteraars zich gerespecteerd weten. Dat is ook een manier om een groter bereik te realiseren.
Mevrouw Segers heeft het woord.
Minister, dank u wel voor uw uitgebreid en heel positief antwoord. Ik deel absoluut uw appreciatie voor de heel brede scope en invulling die de Vlaamse Jeugdraad geeft aan het concept diversiteit. Dit gaat over de diversiteit van elke jongere, die uniek is. Ik sta er volkomen achter dat ze dat zo breed doen, want die breedheid is tegelijkertijd ook een heel duidelijk statement. Die is goed. Die is nodig.
Goed dat u ook stelt dat er voor de nieuwe beheersovereenkomst van de VRT misschien eens moet worden gekeken naar die streefcijfers, naar die performantiemaatstaven. Zelf heb ik die altijd veel te weinig ambitieus gevonden. Ik vind dat we bijvoorbeeld wat vrouwen betreft naar 50 procent moeten gaan. We zijn immers met 50 procent vrouwen. Je moet die dus veel ambitieuzer maken, ook al omdat de VRT de maatstaven zoals die nu zijn gedefinieerd, eigenlijk al haalt. Zoals u aangaf, zijn er inderdaad een paar die niet worden gehaald, bijvoorbeeld inzake mensen met een beperking. Die worden zowel op het scherm als op de werkvloer niet gehaald.
Ik ben ook verheugd dat u aangeeft het gesprek aan te gaan met de commerciële spelers, als minister van Media, dus meer dan van de VRT, en dat u in die dialoog ook de Vlaamse Jeugdraad wilt ondersteunen in hun vraag, die ze ook aan de commerciële spelers stellen. Dat is belangrijk, denk ik. Ik wil u een idee aan de hand doen. Er zijn heel veel belangrijke thema’s die op ons afkomen. De voorganger van minister Gatz hield jaarlijks een staten-generaal van de media. Dat was eigenlijk een heel goed moment: alle spelers kwamen jaarlijks samen met betrekking tot een thema. Die diversiteit in de media zou bijvoorbeeld een idee kunnen zijn voor een eerste editie van een dergelijke staten-generaal. Minister, ik denk dat het goed zou zijn dat u op geregelde tijden een officieel, publiek moment organiseert waarbij al die spelers worden bijeengebracht. Het is een suggestie.
De heer Brusselmans heeft het woord.
Minister, wij juichen diversiteit toe, voor zover dat die natuurlijk representatief is voor onze maatschappij. Ik ben blij dat u ook het luik van de politieke voorkeur aanhaalde, want met het oog op de beheersovereenkomst met de VRT zou daar misschien toch ook wel eens over kunnen worden gepraat. Ik heb hier de cijfers bij mij. In 2019 kwam het Vlaams Belang voor 1 procent aan bod in ontspanningsprogramma’s. Qua duidingsprogramma’s was dat 9 procent in Terzake, 6 procent in De zevende dag en 3 procent in De afspraak, mijn favoriet programma. Dat staat toch in schril contrast met de verkiezingsuitslag van 26 mei 2019. Mijn vraag aan u is dus: wat zult u daarover laten opnemen, of onderhandelen in de beheerovereenkomst?
Mevrouw Rombouts heeft het woord.
Voorzitter, ik wil me graag even aansluiten bij deze vraagstelling, omdat ik ook een bijzondere appreciatie heb voor de actie die door de Vlaamse Jeugdraad is ondernomen, en vooral ook voor de manier waarop die actie is ondernomen. Ik hoop dat wij in staat zijn als Vlaams Parlement om diezelfde nuances ook mee te nemen in heel dit debat. Ik las dat het ging over diversiteit en representativiteit. Ik denk dat de Vlaamse Jeugdraad heel bewust heeft gekozen voor de representativiteit die jongeren momenteel niet ervaren als ze naar televisie kijken. Dat wil inderdaad zeggen dat iedereen zich op elke mogelijke verschillende manier moet kunnen herkennen, ook in hetgeen op televisie aan bod komt.
Minister, ik moest meteen ook denken aan het volgende. Deze week nog hadden we het geluk om samen een groep hoogbegaafde kinderen te ontmoeten. De eerste vraag die zij stelden, was: hoe komt het dat er voor hoogbegaafde kinderen zo weinig wordt gedaan in vergelijking met andere kinderen? Ik moet toegeven dat dat mij eigenlijk wel raakte. Dat was net een klas uit een school die sterk op hen is gericht, en toch kwam die vraag naar boven: hoe komt het dat er voor mijn levenswijze, de manier waarop ik in het leven sta blijkbaar toch minder aandacht is, of dat ik me daardoor toch alleszins minder geapprecieerd of aan bod voel komen? Nu de jongeren dat heel duidelijk in beeld hebben gebracht, is het heel terecht dat we bewust erover nadenken hoe we de herkenbaarheid van kinderen en jongeren beter verspreid in de media aan bod kunnen laten komen.
Minister, u verwijst zelf naar de maatstaven. Dat kan een goed instrument zijn, als de maatstaven inderdaad op een goede manier worden samengesteld. Ik zou daar graag een suggestie doen. We hebben in het verleden het debat gevoerd over jeugdinformatie. Daar was het ook de bezorgdheid op welke manier kinderen en jongeren zich kunnen herkennen in die informatie en hoe deze het beste kan worden binnengebracht. WAT WAT heeft daar een aantal regels voor opgemaakt. Een van de regels was: maak werk van informatie samen met de kinderen en jongeren. Ik suggereer om een participatie- of denkoefening te maken, om na te gaan hoe de maatstaven kunnen worden voorgelegd aan kinderen en jongeren, om met hen na te denken over hoe we de herkenbaarheid daar beter kunnen inbrengen, zodat dat hun meer garantie geeft.
Minister, wij weten dat WAT WAT de uitdaging heeft om meer bekendheid te krijgen, om WAT WAT geïntegreerd te krijgen bij alle partners die op de een of andere manier informatie verspreiden – onder andere de media en onder andere de VRT. Ik wil nogmaals de suggestie meegeven om in de beheersovereenkomst toch een luikje op te nemen over de samenwerking met WAT WAT en met de jeugdsector.
Minister Dalle heeft het woord.
Collega’s, dank u wel voor de extra vragen en bedenkingen. Ik heb in mijn beleidsnota ook gesteld dat ik meer kruisverbanden wil zien tussen WAT WAT en nws.nws.nws. Daar is heel wat te winnen. Ook de suggestie om dat te bekijken samen met de jongeren en de vertegenwoordigers van de jongeren lijkt mij goed. Dat gebeurt al een stukje bij de VRT. Ze hebben daar ook een jeugdadviseur. Dat kan misschien nog een stukje worden versterkt.
Dan is er de vraag over de representativiteit naar politieke partijen. Mijnheer Slootmans, ik heb daarover twee schriftelijke vragen van u uitgebreid beantwoord. Daaruit blijkt effectief dat er in nieuws- en duidingsprogramma’s voor het Vlaams Belang een vrij correcte vertegenwoordiging is, conform met wat te verwachten valt voor redacties. In amusementsprogramma’s gaat het om 1 procent, een optreden van uw voorzitter Tom Van Grieken. Dat is een keuze van de VRT. Ik ga daar verder geen commentaar bij geven. Het rechtstreeks doortrekken van de vraag van de Vlaamse Jeugdraad naar het aftikken hoeveel politici van politieke partijen er aanwezig zijn geweest is naast de kwestie. Daarover gaat het niet. Het gaat erover dat jongeren zich vertegenwoordigd moeten voelen en vooral dat ze zich begrepen moeten voelen, ook op mediaplatformen. Dat is een andere vraag dan de vraag hoeveel elke politieke partij aan bod komt.
Dat is de enige commentaar die ik daarop wil geven. Voor de rest denk ik dat de schriftelijke vraag uitvoerig beantwoord is en dat dat niet afwijkt van wat daarover de vorige jaren is gedaan en gecommuniceerd.
Mevrouw Segers, wat betreft de suggestie van een staten-generaal, is het zeker mijn ambitie om de mediaspelers regelmatig samen te brengen. Ik doe dat nu vooral bilateraal. Ik zal dat ook eens allemaal samen doen, maar dan wel op een efficiënte en kostenbesparende wijze. Een staten-generaal kan over heel veel mensen gaan en kan vaak een serieuze kost hebben. De vraag is dan wat de output daarvan is. Het is vooral belangrijk om de relevantste spelers samen te brengen en om daar concrete afspraken te kunnen maken. Voor mij moet dat geen groot moment zijn. Het moet vooral efficiënt zijn, met een grote output.
Mevrouw Segers, de minister naar wie u verwijst, minister Lieten, draagt uiteraard mijn grote waardering weg, alleen al vanwege het feit dat zij iets heeft gedaan wat ik de komende maanden met de regering ook graag zou doen, namelijk een uitstekende CEO benoemen voor de VRT. Ik zou graag een CEO van hetzelfde niveau als Sandra De Preter benoemen aan de top van de VRT.
De vraag om uitleg is afgehandeld.