Verslag vergadering Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening en Energie
Verslag
De heer Van Rompuy heeft het woord.
Minister, ik heb hierover al eens een vraag gesteld in de vorige legislatuur: hoe kunnen we de drinkwatermaatschappijen qua beheer beter op elkaar afstemmen om een efficiëntiewinst te kunnen boeken? Daar is een studie over gebeurd door KPMG. Men zou daarmee in het beheer van de Vlaamse rioleringen een efficiëntiewinst tot 60 miljoen euro per jaar kunnen boeken. Ik ben blij te zien dat hierover in het huidige regeerakkoord een opening is gemaakt, om te bekijken wat mogelijk en zinvol zou kunnen zijn. Ik wou dus eens polsen hoe u tegenover de concrete uitrol daarvan staat. Hoe zou u dat dan uitrollen?
Ik wil wel gewoon voor de duidelijkheid het volgende aangeven. Het gaat in mijn vraag en in die studie over een winst van 60 miljoen euro door het beter afstemmen van infrastructuurwerken van diverse drinkwatermaatschappijen. Zo moet bijvoorbeeld worden vermeden, wanneer men een zuiveringsstation aanlegt en gemeentes rioleringspijpen daarnaartoe aanleggen, dat wordt vastgesteld dat men het zuiveringsstation maar voor 50 procent kan gebruiken omdat de rioleringen die daarnaartoe lopen door slechte afspraken niet tijdig klaar zijn. Als ik het me goed herinner, kan men op die manier 50 van die 60 miljoen euro besparen. De resterende 5 à 10 miljoen euro kan men dan besparen door bijvoorbeeld meer in te zetten op gedeelde technologie, door de aankoop van drones en dergelijke meer.
Dat is een andere discussie dan de discussie die vandaag of gisteren de media haalde over hoe het zit met de verschillende tarieven van de drinkwatermaatschappijen in de diverse regio’s in ons land. Het lijkt me belangrijk om dat onderscheid duidelijk te maken.
Minister, ziet u brood in een versterkte coördinatie? Zo ja, welke stappen zult u daartoe zetten?
Minister Demir heeft het woord.
Mijnheer Van Rompuy, dank voor uw goede vraag. Ik ben blij dat ik ze krijg.
Ik heb de studie ook bekeken. Voor de duidelijkheid, de studie van de Universiteit Hasselt is gebaseerd op de rapportering over het rioolbeheer door de gemeenten die jaarlijks door de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) wordt georganiseerd. Uit deze cijfers blijkt dat de overhead- en indirecte personeelskosten 9 procent bedroegen van de totale kosten voor 2018. De stelling dat een kwart naar overheadkosten ging, is op basis van de huidige rapportering niet bewezen. VMM zal het rapport met daarin haar cijfers voor 2017-2018 de komende maand op haar website publiceren.
Los daarvan is het zoals ik in mijn beleidsbrief stelde mijn ambitie om te kijken naar de organisatie van het landschap van publieke drinkwater- en afvalwateroperatoren. Wat kan er allemaal efficiënter? Kunnen we de taken logischer verdelen? Het zijn vragen waar ik graag samen met de verschillende operatoren een visie rond wil ontwikkelen. Vele daarvan hen heb ik ondertussen gesproken.
U hebt gelijk: ik ben het met u eens dat er een versterkte coördinatie moet komen. Ik stel alvast vast dat zowel de huidige gemeentelijke rioolbeheerders als Aquafin, als beheerder van de bovengemeentelijke assets, daar beide een belangrijke verantwoordelijkheid in hebben. Er is nood aan samenwerking. Die moeten we versterken om zo de investeringen op het terrein zo effectief en efficiënt mogelijk te realiseren.
Een goede samenwerking, communicatie, opvolging, coördinatie tussen de gemeente, alle actoren binnen het saneringsbeheer en de nutsector zijn en blijven cruciaal. Dit vergt niet alleen een langetermijnvisie, maar bovenal een goede afstemming over de inzet van tijd, middelen en mensen. Binnen een goede organisatievorm zal dit als leidend principe naar voren moeten worden geschoven.
Aquafin levert naast zijn bovengemeentelijke taken ook diensten aan diverse gemeenten voor het beheer van het rioolnetwerk. Vanuit die kennis en ervaringen, zowel bovenlokaal als lokaal, hebben we aan Aquafin opgedragen om te onderzoeken hoe die het assetmanagement voor de netwerken kan coördineren met de diverse rioolbeheerders.
Aquafin is dit onderzoek momenteel aan het uitvoeren en we zijn hierover in overleg met zowel Aquafin als vertegenwoordigers van de gemeentelijke rioolbeheerders en de VMM. In de heel nabije toekomst zal dit worden gefinaliseerd, zodat we hier zo vlug mogelijk de vruchten van kunnen plukken.
Tot slot wil ik graag de wil tot samenwerking met en de positieve inbreng vanuit alle gemeenten benadrukken, dus ook zij die het rioolbeheer niet zelf doen. De andere beheerders van het openbaar domein zijn cruciaal om een maximale efficiëntiewinst te kunnen boeken.
De heer Van Rompuy heeft het woord.
Minister, ik dank u voor uw duidelijk antwoord. Ik begrijp dat u er onmiddellijk werk van hebt gemaakt en dat er een studie is om dit mogelijk te maken. Ik zal het rapport via een schriftelijke vraag opvragen om te zien wat er precies in staat en hoe we die 60 miljoen euro aan efficiëntiewinst in de boeken kunnen schrijven.
De vraag om uitleg is afgehandeld.