Verslag vergadering Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening en Energie
Verslag
De heer Van den Heuvel heeft het woord.
De Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij (OVAM) lanceerde enkele weken geleden De Grote Grondvraag. Dat gebeurde vanuit een goede intentie, maar ik heb er toch enkele vragen bij. Het is goed dat gronden die niet gezond of verontreinigd zijn, in kaart worden gebracht, en dat daar ook een zekere sensibilisering rond gebeurt. Er wordt nu een kaart online gezet met de aanduiding op perceelsniveau van risicogronden.
De OVAM stelt zelf uitdrukkelijk dat dit niet noodzakelijk betekent dat er ook sprake is van een effectieve bodemverontreiniging. Enkel een oriënterend bodemonderzoek kan daar uitsluitsel over geven. Tegelijk maant de OVAM aan tot hoogdringendheid want wachten met een bodemonderzoek kan een verontreinigingssituatie nog verergeren. Het is goed dat de OVAM dat in kaart brengt en sensibiliseert om verontreinigde grond snel aan te pakken en daar ook transparant over te communiceren.
Het portaal doet zelf geen juridische uitspraken. Nu is het zo dat individuele particuliere percelen een kleurtje krijgen, van groen over geel en oranje tot rood, naargelang de situatie van de grond. Groen betekent geen aanwijzingen, geel betekent dat er informatie gekend is over de bodem en de kwaliteit van de grond – je kunt daarover meer informatie vragen bij de OVAM –, oranje betekent risicogrond en rood betekent risicogrond waarvoor een oriënterend bodemonderzoek moet worden aangevraagd om er verder uitsluitsel over te krijgen.
Gronden krijgen dus een bepaald kleurtje, ook al is er geen 100 procent zekerheid dat een eventuele aangeduide risicogrond verontreinigd is, en dat roept toch een aantal vragen op. Minister, vanwaar komt de noodzaak om niet bewezen verontreinigingen tot op perceelsniveau te publiceren? Wat met de privacy van privé-eigenaars? Wat is de meerwaarde ten opzichte van de vandaag reeds verplichte aanwezigheid van een bodemattest bij de verkoop van een eigendom? Kunt u meer details geven over de kosten voor een eventueel onderzoek en een sanering?
Minister Demir heeft het woord.
Vanwaar komt de noodzaak om niet-bewezen verontreinigingen tot op perceelsniveau publiek te maken? Het kaartbeeld van De Grote Grondvraag is onderdeel van een communicatietool waarmee men eenvoudig kan nagaan of er informatie van de bodemkwaliteit beschikbaar is en waar men terechtkan voor meer details. Er is gekozen voor een kaartbeeld omdat dat voor de meeste mensen gemakkelijk herkenbaar is. En dan is het natuurlijk nodig om dat tot op perceelsniveau te doen.
Huidige eigenaars weten vaak niet dat er op hun terrein vroeger vervuilende activiteiten hebben plaatsgevonden en zijn zich niet bewust van de plicht om een onderzoek uit te voeren. Ze stellen dat dan vast als de OVAM hen aanschrijft, of als ze een bodemattest aanvragen in het kader van een overdracht. Dat kan dan tot uitstel leiden. Vandaar deze sensibiliseringscampagne waarin de OVAM en de gemeenten iedereen oproepen tijdig te controleren welke informatie beschikbaar is. Vaak zal een eigenaar zelf de beste informatie hebben om uit te sluiten of de grond echt een risicogrond is of niet.
Wat uw vraag rond privacy betreft, die ik volledig begrijp, kan ik meedelen dat het kaartbeeld niet vermeldt wie de eigenaar is van her perceel. Dat is uiteraard conform de regelgeving. Via dit instrument wordt geen informatie ontsloten, maar wordt er enkel aangegeven of er informatie over de bodemkwaliteit beschikbaar is, en waar men meer gedetailleerde informatie kan vinden.
In verband met uw derde vraag kan ik u meedelen dat we met De Grote Grondvraag het bewustzijn over het historisch passief van verontreinigde gronden, en het maatschappelijk belang van een gezonde bodem willen vergroten. En we willen ook de concrete onderzoekmomenten duiden.
Zoals we eerder al hebben gezegd, bestaat de meerwaarde erin dat eigenaars van dergelijke gronden al in een vroege fase kunnen kijken of ze een risicogrond hebben of niet, zodat ze gepaste maatregelen kunnen nemen of inplannen. Ik kan mij voorstellen dat u zelf ook al bent gaan kijken, net zoals ik. De opluchting is dan ook groot als je vaststelt dat het in orde is.
U vraagt ook naar meer duidelijkheid rond de kosten van een eventueel onderzoek en een sanering. Wanneer kan de eigenaar precies een beroep doen op een tegemoetkoming en wanneer niet? Het is heel moeilijk om te zeggen hoeveel het gaat kosten, omdat de prijs van een oriënterend bodemonderzoek afhangt van heel veel factoren, zoals de grootte van het terrein, het type bodem, en het soort risicoactiviteiten.
De prijs van de verdere maatregelen hangt af van de effectieve bodemproblematiek. Bij de keuze van de saneringstechniek wordt een kosten-batenanalyse uitgevoerd. Particuliere eigenaars van historische risicogronden kunnen een vrijstelling van de onderzoekplicht verkrijgen indien ze aan de volgende voorwaarden voldoen: de risico-inrichtingen hebben plaatsgevonden met aanvang voor 29 oktober 1995, de eigenaar heeft de risico-inrichtingen niet zelf geëxploiteerd, de risico-inrichtingen werden geëxploiteerd voor men eigenaar werd van de gronden, en de gronden zijn na verwerving alleen aangewend voor particulier gebruik. Als het eigendomsrecht op de risicogrond verworven is door vererving, moet de erflater ook aan de bovenstaande voorwaarden voldoen.
Vrijstelling van de saneringsplicht kan men verkrijgen als eigenaar, indien voldaan is aan de volgende voorwaarden: de eigenaar heeft de bodemverontreiniging niet zelf veroorzaakt, de bodemverontreiniging is tot stand gekomen voor het tijdstip van verwerving, en de eigenaar was bij verwerving niet op de hoogte en behoorde niet op de hoogte te zijn van de bodemverontreiniging.
Indien de eigenaar wel op de hoogte was of behoorde te zijn van de historische bodemverontreiniging, kan men alsnog een vrijstelling verkrijgen als de grond verworven werd voor 1 januari 1993. De eigenaar is toch nog verplicht een beschrijvend bodemonderzoek of een bodemsanering uit te voeren als de OVAM aantoont dat een rechtsvoorganger de bodemverontreiniging heeft veroorzaakt, of dat de bodemverontreiniging is tot stand gekomen tijdens de periode dat de rechtsvoorganger de grond in eigendom had.
De heer Van den Heuvel heeft het woord.
Minister, ik dank u voor uw antwoord, waarbij u toch wat duiding geeft bij De Grote Grondvraag-actie zelf. Die werd intussen meer dan een jaar geleden gelanceerd. Hoe evalueert de OVAM dit project? Het is misschien goed om te kijken of men al weet welk effect dit heeft; het werd ten slotte gelanceerd met de nodige persaandacht. We zijn nu vier à vijf weken verder, en er zijn al een aantal reacties binnengekomen. Het zou goed zijn we daarover worden geïnformeerd.
Mevrouw Perdaens heeft het woord.
Met betrekking tot de campagne had ik op 5 november 2019 een schriftelijke vraag ingediend, waarbij ik voornamelijk naar cijfers vraag. In afwachting van dat antwoord geef ik mee dat een van mijn deelvragen perfect aansluit bij deze vraag om uitleg. Het gaat dan om de raamopdrachten waarmee de OVAM de historische bodemverontreiniging wil wegwerken. Voor Limburg en Vlaams-Brabant waren die al uitgeschreven.
Is er intussen zicht op wanneer dit voor de andere provincies het geval zal zijn?
De heer Danen heeft het woord.
Op zich is het een heel interessant initiatief, met een aantal haken en ogen die we moeten proberen op te lossen.
Ik begrijp dat er een formulering hoort bij de codes die worden aangegeven. Maar ik kan me voorstellen dat niet iedereen die formulering heel goed begrijpt. Want wat betekent vrijstelling van onderzoeksplicht? Betekent dat dat zij het niet moeten doen, dat de OVAM het in hun plaats doet of iemand anders? U hoeft die vraag niet nu meteen te beantwoorden, maar het lijkt mij wel goed om de communicatie zo helder mogelijk te houden.
Verder luidt een bijkomende vraag: hoeveel gemeenten hebben die informatie ontsloten? Ik heb namelijk begrepen dat een aantal gemeenten het wél hebben gedaan en een aantal andere niet. Is er zicht op wanneer heel Vlaanderen ontsloten zal zijn?
Ten slotte, de heer Van den Heuvel merkt op dat je de mensen soms misschien onterecht heel bezorgd maakt. Dat klopt. Maar aan de andere kant geef je de mensen soms misschien een vals gevoel van veiligheid. Het is niet automatisch zo dat, als een grond groen is ingekleurd, die proper is. Het zou kunnen dat er toch ooit dingen zijn gebeurd die niet oké zijn, maar waar men niets van weet. Hoe gaan we daarmee om?
Ik sluit daarbij aan met een aanvullende vraag. Indien een grond als groen is aangeduid, is er dan geen bodemattest meer nodig?
Een bodemattest is altijd nodig in geval van overdracht. Dat zullen we ook zo houden.
De sensibiliseringscampagne wordt in de commissie blijkbaar gepercipieerd als iets slechts, maar ik vind dat wél een heel goede campagne. Dat zien we ook aan de vele positieve reacties van eigenaars die die bekijken en onmiddellijk contact opnemen met de OVAM. Ik neem aan dat dat aantal de komende maanden alleen maar zal toenemen. Het is belangrijk dat we het bewustzijn bij eigenaars daarover aanzwengelen en dat ze zich kunnen informeren over wat ze al dan niet moeten doen.
Mevrouw Perdaens, wat uw schriftelijke vraag betreft, moet ik de cijfers voor andere provincies aanvragen.
Mijnheer Danen, in geval van een vrijstelling is het de OVAM zelf die de verrichtingen uitvoert.
De vraag om uitleg is afgehandeld.