Verslag vergadering Commissie voor Mobiliteit en Openbare Werken
Verslag
Mevrouw Van Volcem heeft het woord.
Minister, verkeerslichten worden in de regel rechts in de rijrichting geplaatst, vóór het kruispunt. Volgens de wegcode is het bij een rood licht verboden het verkeerslicht voorbij te rijden. Verkeerslichten voor voetgangers staan evenwel aan de overkant van de oversteekplaats. De wegcode spreekt hier van een verbod om zich op de rijbaan te begeven. Dat leidt soms tot heel verwarrende situaties. Zo kan het zijn dat aan eenzelfde paal op de middenberm van een weg het licht voor voetgangers op groen kan staan en voor fietsers op rood. Nochtans is de verkeerssituatie voor beiden identiek: groen licht voor het eerste deel van de oversteek en rood licht voor het tweede gedeelte. Veel voetgangers slaan dan ook aan het twijfelen wanneer het verkeerslicht tijdens de oversteek op rood springt. Autobestuurders die rechts afslaan, baseren zich ook vaak ten onrechte op het rode verkeerslicht voor de voetgangers.
In Nederland is evenwel vanaf 1 juli een wetswijziging van kracht geworden waardoor wegbeheerders ervoor kunnen opteren om de verkeerslichten voor voetgangers ook vóór de oversteekplaats te plaatsen in plaats van aan de overzijde. Bijvoorbeeld de steden ’s-Hertogenbosch en Maastricht hebben op enkele kruispunten dan ook voor die nieuwe aanpak geopteerd. Zij beargumenteren dat die opstelling veel duidelijker is voor voetgangers én voor andere weggebruikers.
Minister, vandaar mijn vraag aan u. Werden er in Vlaanderen al onderzoeken gedaan naar de ideale plaatsing van verkeerslichten voor voetgangers? Hoe staat u ten opzichte van de wetswijziging in Nederland waardoor wegbeheerders kunnen opteren voor de plaatsing van de voetgangersverkeerslichten vóór de oversteek?
Minister Peeters heeft het woord.
Mevrouw Van Volcem, dank u wel voor uw vraag. Ik kan wat dat betreft meegeven dat het Agentschap Wegen en Verkeer (AWV) op dit ogenblik een proefproject uitvoert waarbij op twee locaties voetgangerslichten vóór het kruispunt worden geplaatst. Het gaat onder meer over het kruispunt op de N9, van de Maalse Steenweg met Doornhut en Vossensteert. Dat is in Brugge en u waarschijnlijk welbekend. Het gaat ook over het kruispunt tussen de N8, de Kortrijkstraat, en de N32 in Menen. Dat zal mevrouw Fournier waarschijnlijk bekend zijn. Ook daar is er op dit ogenblik een proefproject. Op beide locaties werden afgelopen zomer voetgangerslichten op ooghoogte vóór de oversteek geplaatst in plaats van erna. Dit proefproject zal geëvalueerd worden, onder andere aan de hand van de voor- en nastudie op basis van een conflict- en gedragsobservatie. De resultaten van de evaluatie worden midden 2020 verwacht.
Ook het Agentschap Wegen en Verkeer heeft geconstateerd dat de autobestuurders die rechts afslaan, zich vaak onterecht baseren op het rode verkeerslicht voor voetgangers. Daarmee brengen ze zowel de voetgangers als de fietsers, die op dat moment nog groen kunnen hebben, in gevaar. Dat heeft reeds tot ongevallen geleid. Daarom heeft de Adviesgroep voor Verkeersveiligheid op de Vlaamse Gewestwegen (AVVG) besloten om enkele maatregelen te treffen en alternatieve oplossingen te zoeken. Een maatregel die in toenemende mate wordt getroffen, is het conflictvrij regelen van afslaande automobilisten ten opzichte van voetgangers en fietsers door ze niet gelijktijdig groen licht te geven. Dat is echter niet altijd mogelijk, omdat er dan vaak problemen zijn met aanvaardbare wachttijden.
Een alternatieve oplossing is het voor de oversteek plaatsen van de voetgangerslichten. Het verkeersreglement verbiedt een dergelijke plaatsing op dit ogenblik niet. De voetgangerslichten moeten wel zodanig gericht worden dat verwarring met de lichten voor automobilisten uitgesloten is. Het kan dus, maar het mag geen verwarring creëren.
Deze maatregel heeft, naast het verminderen van de hierboven geschetste problematiek, ook een aantal andere potentiële voordelen. De veelvuldige klacht over de verkeerde interpretatie dat je aan de overzijde zou moeten zijn vooraleer het voetgangerslicht rood is, valt dan immers weg. Het kan ook de verkeersagressie vermijden tegen voetgangers die nu nog aan het oversteken zijn tijdens rood licht, terwijl ze tijdens groen licht aan hun oversteektraject begonnen zijn.
Er zijn natuurlijk ook nadelen te verwachten van voetgangerslichten voor de oversteek. Zeker op korte termijn zal het nog wat onwennig aanvoelen om over te steken zonder te weten, vooraleer men aan de overkant is, of het licht nog groen is. De plaatsing aan de overkant wordt ook reeds decennialang toegepast. Mensen zijn dat gewoon. Mensen zijn vertrouwd met die situatie. En ook de andere verkeersdeelnemers zijn daarmee vertrouwd. Dus als we het initiatief zouden willen voortzetten, zou er sowieso heel wat moeten worden ingezet op een duidelijke sensibiliseringscampagne. Maar een en ander zal dus midden 2020 geëvalueerd worden, als de twee proefprojecten worden geherevalueerd.
Mevrouw Van Volcem heeft het woord.
Bedankt voor uw antwoord, minister. Is het dan mogelijk om midden 2020, zodra de resultaten bekend zijn, de resultaten aan de commissie mee te delen, zodat noch mevrouw Fournier, noch ikzelf als observator moeten functioneren in onze stad?
Mevrouw Fournier heeft het woord.
Ik nodig jullie allemaal uit naar Menen om eens gezamenlijk de oversteek te maken op het bewuste zebrapad, met een glaasje cava of champagne of een gin-tonic, we zien wel. (Opmerkingen. Gelach)
Vorige week hebben we in de commissie een uitgebreide discussie gehad over de verkeersveiligheid. Elk initiatief dat we kunnen nemen om de verkeersveiligheid te verhogen, kunnen we alleen maar toejuichen. Het initiatief van collega Van Volcem kunnen we dus alleen maar steunen.
Minister, ik verwijs graag ook naar een ander initiatief, dat uw voorganger genomen heeft, namelijk de gevleugelde zebrapaden. Dat zijn zebrapaden die aan de ene kant langer zijn, om automobilisten vroeger te doen stoppen voordat mensen oversteken op het zebrapad. Er werden in 2019 drie proefprojecten uitgeschreven: in Brugge, Melle en Zottegem. De resultaten van die proefprojecten waren heel positief, volgens de toenmalige minister. Er zijn natuurlijk bepaalde criteria aan verbonden, onder andere de nabijheid van kleuterscholen en lagere school, een verhoogd verkeerseiland, brede voetpaden en dergelijke. Minister Weyts had toen ook gezegd dat er een tiental locaties geselecteerd werden langs gewestwegen. Die zouden ‘in de komende maanden’ worden uitgerold en uitgevoerd. Hebt u weet van dat initiatief, minister? Bent u daar voorstander van? Zult u die uitrol bekijken en uitvoeren op die tien verschillende locaties?
Minister Peeters heeft het woord.
Mevrouw Fournier, ik heb uw bijkomende vraag over de gevleugelde zebrapaden genoteerd. Het initiatief was mij nog niet bekend. U zult begrijpen dat ik mij nog volop aan het inwerken ben en dat er heel wat dossiers liggen. Ik zal alleszins navragen wat die drie proefprojecten al dan niet voor resultaten hebben. We kunnen dat te gepasten tijde bezorgen. U sprak ook over tien locaties langs gewestwegen. We noteren dat allemaal. We zullen dat navragen bij de administratie. Als we daar een concreet antwoord op hebben, zullen we u dat bezorgen. En anders zal het voor een volgende fase zijn. Ik kan nu niet expliciet zeggen hoever het daarmee staat, maar ik ga het zeker navragen.
De vraag om uitleg is afgehandeld.