Verslag vergadering Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening, Energie en Dierenwelzijn
Verslag
De heer Gryffroy heeft het woord.
Het energielandschap is in volle transitie. We evolueren van een centrale naar een decentrale productie. Dat vormt voor de toekomst van onze regio een belangrijke uitdaging, want de decentrale energieproductie door hernieuwbare energiebronnen, zoals zonne- en windenergie, groeit en dat heeft een impact op hoe we omgaan met energie. Fotovoltaïsche panelen en windmolens produceren immers enkel als er zon en wind is en dat is niet noodzakelijk op het moment dat de stroom nodig is. Dit vergt een andere benadering van vraag en aanbod.
Op dat vlak wordt energieopslag en batterijtechnologie een belangrijke schakel. Batterijen kunnen de energie van zon en wind opslaan bij productieoverschotten en gebruiken wanneer de vraag groot is.
Ik had een schriftelijke vraag ingediend waarin ik naar een overzicht vroeg omtrent de opslagcapaciteit in Vlaanderen. Uit het antwoord op die vraag blijkt dat er momenteel een batterijcapaciteit van 20,68 megawattuur operationeel is. Dit cijfer van netbeheerder Fluvius is een onderschatting, want vermoedelijk moet daar nog eens 1,05 megawattuur aan worden toegevoegd. In totaal zou het totale vermogen van de batterijen hetzelfde zijn als de opslagcapaciteit: 21,73 megawatt.
Dat lijkt veel, maar ik ben eens gaan opzoeken wat de opslagcapaciteit van de centrale van Coo-Trois-Ponts is en die bedraagt 1164 megawatt. Met andere woorden, het vermogen dat we in Vlaanderen hebben, onder andere dankzij een installatie in Dilsen-Stokkem, minister, is niet eens 2 procent van de centrale van Coo-Trois-Ponts.
Ter herinnering, de doelstelling van de centrale van Coo was om één nucleaire eenheid gedurende de eerste vijf à zes uur te kunnen opvangen, mocht er een nucleaire eenheid uitvallen door om het even welke oorzaak. In Vlaanderen staat momenteel een vermogen van zon en wind van 4000 megawatt. Een nucleaire eenheid bedraagt 1000 megawatt. De theoretische opvangcapaciteit van de geïnstalleerde batterijen is dus bijzonder laag.
Wat zult u doen om deze opslagcapaciteit in Vlaanderen op te trekken? Hoe evalueert u het huidige beleid omtrent de opslag van energie in Vlaanderen? Wat zijn de doelstellingen en welke stappen zult u ondernemen?
Minister Peeters heeft het woord.
Wat de cijfers van de netbeheerder over de huidige opslagcapaciteit in Vlaanderen betreft bestaat er een sterk vermoeden dat dit een onderschatting is. Het gaat natuurlijk enkel over de batterijen of energieopslagsystemen die effectief aangemeld zijn bij de netbeheerder. We weten en vermoeden dat nog lang niet alle systemen zijn aangemeld bij de netbeheerder.
Wat de pompcentrale van Coo-Trois-Ponts betreft, klopt het dat het vermogen van Vlaamse batterijen slechts een fractie bedraagt van het vermogen van de pompcentrale, maar dit is niet ongewoon. In 2018 was het totale geïnstalleerd vermogen van verschillende energieopslagtechnologieën, exclusief pompcentrales, nog geen 2 procent van het totale geïnstalleerd opslagvermogen in Europa.
Hoe evalueer ik het huidige Vlaamse beleid omtrent energieopslag? Binnen het huidige beleid hebben we vooral ingezet op proef- en demonstratieprojecten rond energieopslag waarmee we kennis kunnen vergaren over de implementatie van verschillende energieopslagtechnologieën op verschillende schalen in Vlaanderen. Daarmee anticiperen we op een komende uitrol van verschillende energieopslagtechnologieën in Vlaanderen in de nabije toekomst.
Wat zijn de doelstellingen en welke stappen ondernemen we concreet nog? Momenteel zijn er op Vlaams niveau geen specifieke doelstellingen voor energieopslag vastgelegd, zoals u weet. In het Energiepact zijn er op het interfederale niveau echter wel doelstellingen opgenomen. Er is sprake van een bijkomend opslagvermogen van 3,5 gigawatt.
Verder is er in het pact ook sprake van een volume van 1,5 gigawattuur aan verschuivingen van de vraag op eenzelfde dag door middel van vraagsturing.
Persoonlijk kan ik u wel nog meegeven dat wij binnen de Vlaamse Regering nog aan het bekijken zijn of we toch ook niet bijkomend mensen kunnen stimuleren om over te gaan tot die thuisbatterijen, die uiteraard nu ook niet allemaal zijn aangemeld. U verwijst zelf naar het potentieel aan zonne-energie. Daarvan is er ook heel veel puur decentraal en op lokale daken opgewekt. Daarom denken we toch dat voor het aanmoedigen van thuisbatterijen zeker ook een toekomst is weggelegd.
De heer Gryffroy heeft het woord.
Ik ben blij dat u het even hebt over de thuisbatterijen. Dat is ook gekoppeld aan het eerste stuk van uw antwoord. Ik moet dus vaststellen dat we geen data hebben voor de thuisbatterijen, maar ik kan u meegeven dat er waarschijnlijk niet veel zullen staan. Dat is mijn aanvoelen. Desalniettemin kan ik dat niet bevestigen. We hebben ook geen data. Dat heeft ook te maken met het feit dat er nog altijd geen CE-keuring voor de batterijen is vastgelegd door Synergrid. Je zou inderdaad kunnen zeggen dat, als iemand een batterij plaatst, er minstens een aanmelding moet zijn, net zoals wanneer men een omvormer plaatst voor zijn zonnepanelen. Dan hadden we wel data gehad. We lopen dus achter op dat vlak.
Wat de thuisbatterijen betreft, drie jaar geleden heb ik een conceptnota over decentrale energieopslag gelanceerd. Wat was de bedoeling? De installaties die u hebt opgesomd naar aanleiding van de schriftelijke vraag zijn vooral ‘netondersteunend’ of specifiek voor een bepaald bedrijf, maar er is nog heel veel potentieel bij mensen die panelen hebben. Als ze overdag niet thuis zijn en dat overdag kunnen opslaan, dan kunnen ze dat ’s avonds wel gebruiken vanuit hun batterij. Ik heb toen ook voorgesteld in mijn conceptnota dat we misschien moeten denken aan een vorm van capexondersteuning. Men ging dat toen uitwerken. Ik heb daar ook regelmatig vragen over gesteld aan uw voorgangers. Ik denk dat ook mevrouw Turtelboom een paar vragen daarover heeft gekregen. Men ging dat niet in functie van tarifering bekijken, want de regulator zal dan het antwoord zijn, maar men kan ook met capexondersteuning iets doen. Men kan ook maken dat Synergrid wat sneller haar werk doet, zodat mensen het toestel van het schap kunnen nemen en het kunnen ‘inlussen’ in hun eigen installatie. Daardoor zullen de mensen ook het voordeel zien. Als een pak eigenaars van zonnepanelen inderdaad op een bepaald ogenblik een eigen batterij hebben, dan schat ik dat men ongeveer de watervallen van Coo zal hebben geïnstalleerd bij de mensen thuis. Dan hebben we misschien wel onze doelstelling bereikt van die anderhalve gigawattuur die federaal is afgesproken, naast uw anderhalve gigawattuur voor vraagsturing. Waarom is daaromtrent de jongste drie jaar te weinig gebeurd?
Minister, dit is inderdaad een interessante vraag. Toevallig was ik vorige week nog op bezoek in Coo, maar dat is even voor de petite histoire.
De heer Gryffroy zegt dat men de thuisbatterijen momenteel niet in kaart heeft gebracht. Mijn daaruit voortvloeiende vraag is: bent u van plan om dat te doen, om initiatieven te nemen om daarover wél data te verzamelen? Dat lijkt me immers toch wel bijzonder interessant. Dankzij de digitale meter zal het immers allicht interessanter worden om thuisbatterijen te installeren. Zeker als de prijs nog zal dalen en ze nog beter zullen worden, en de beide evoluties worden verwacht, lijkt het me interessant om daar inderdaad een zicht op te krijgen. Ze zullen ons in staat stellen om ons evenwicht in de situatie te verbeteren, om de pieken wat uit te vlakken en een gebruik van energie te hebben dat synchroon is met wat wordt opgewekt. Bent u van plan initiatieven te nemen om die thuisbatterijen in kaart te brengen?
Minister Peeters heeft het woord.
Collega’s, dank u wel voor de bijkomende vragen. Ik ben alleszins blij dat iedereen hier toch mee voorstander is van het volop inzetten op die thuisbatterijen. Mijnheer Gryffroy, u hebt zelf in de inleiding van uw vraag gezegd dat we volop evolueren van een centraal naar een decentraal systeem, waarbij mensen thuis zelf zoveel mogelijk energie moeten en kunnen opwekken. Daarbij is het opslaan van de energie die ze zelf opwekken uiteraard een belangrijk element.
Vandaag zijn de batterijen nog altijd vrij duur. Vandaar dat we onderzoeken of er toch geen mogelijkheid is om een boost te geven. Ik weet niet hoeveel het er zijn, maar een aantal mensen hebben al een thuisbatterij. In het kader van het afschakelplan hebben in mijn eigen gemeente een aantal instanties samengezeten om na te gaan hoe men in noodsituaties opvangcentrales kan voorzien. Een aantal mensen hebben toen ingezet op thuisbatterijen. Het is belangrijk dat we hier volop voor gaan.
Mijnheer Danen, u vraagt wat wij nog gaan doen. U weet dat mijn termijn nog heel kort is om hiervoor concreet actie te ondernemen, maar het is al een eerste keer besproken binnen de Vlaamse Regering. Ik hoop dat we straks een draagvlak vinden om hierop in te zetten. Er is de digitale meter, maar ook thuisopslag zal in de toekomst heel belangrijk zijn.
Ik ben dus blij dat iedereen hiervoor een draagvlak vindt. Het batterijensysteem dat werd geschetst in antwoord op uw schriftelijke vraag, gaat inderdaad over de netondersteuning. Voor iedereen die thuis zelf energie opwekt, is het heel belangrijk dat er kan worden gewerkt met thuisbatterijen. Op dit ogenblik zijn ze nog heel duur en het is dus belangrijk om er in de toekomst volop op in te zetten.
De heer Gryffroy heeft het woord.
Dataverzameling zal noodzakelijk zijn. Volgens mij kan dat gebeuren als Synergrid het opneemt in de aangenomen toestellen.
Het is inderdaad zo dat de prijzen momenteel nog hoog zijn. Ik vrees enkel dat ze hoog zullen blijven, want het is een spel van vraag en aanbod. Volgens mij zal de prijs van batterijen niet noodzakelijk dalen, ook al komt er een massaproductie, want er zal ook een tekort aan grondstoffen zijn om ze te produceren. Dan kom je in een verhitte markt terecht en dat is spijtig. In Duitsland bijvoorbeeld zie je dat nieuwe PV-installaties niet kunnen worden gebouwd zonder een slimme batterij. Men heeft daar bepaalde voorwaarden opgelegd. Als we in de volgende regering nog mogen samenwerken, moeten we daar misschien eens grondig over nadenken.
De vraag om uitleg is afgehandeld.