Verslag vergadering Commissie voor Economie, Werk, Sociale Economie, Innovatie en Wetenschapsbeleid
Verslag
De heer Diependaele heeft het woord.
Voorzitter, dit is slechts een opvolgingsvraag die we regelmatig stellen met betrekking tot de supercomputer in Vlaanderen. Maar heel toevallig hebben we deze namiddag de gedachtewisseling met betrekking tot artificiële intelligentie en deze vraag sluit daar eigenlijk perfect bij aan. Ze gaat er mooi aan vooraf.
Al sinds december 2017, en zelfs heel lang daarvoor, is de Vlaamse overheid actief met betrekking tot de supercomputer. Maar in 2017 werd er beslist om de volgende vijf jaar 30 miljoen euro te investeren in een nieuwe Tier-1-supercomputer en de uitbreiding van de bestaande rekeninfrastructuur. Die investeringen passen in het Tier-1-programma dat loopt van 2018 tot 2022 en dat als titel ‘Supercomputing as a service’ heeft. Dat programma draait onder de voogdij van het Vlaams Supercomputer Centrum (VSC) en het Fonds Wetenschappelijk Onderzoek (FWO).
‘Supercomputing as a service’ bestaat uit een platform met drie componenten: een ‘High-Performance Computing’ (HPC), een rekencluster, ‘storage’ voor de opslag van grote datasets en een ‘cloud’-infrastructuur. Het VSC wil zo nieuwe gebruikers aantrekken en een meer geïntegreerde service aanbieden aan de bestaande gebruikers.
Ik geef de voorgeschiedenis mee. Het past eigenlijk volledig in een tweestromensysteem waartussen we kruisbestuiving proberen te krijgen en dat al in de vorige legislatuur is gestart. We proberen namelijk de ontwikkelingen die er zijn met betrekking tot de computer zelf te ondersteunen, maar tegelijkertijd andere onderzoekers, die met heel andere zaken, heel andere innovatie bezig zijn, ook te laten gebruikmaken van die rekencapaciteit, zodat die twee innovaties elkaar versterken.
Vandaag zien we de eerste concrete stappen in de uitvoering van dit programma. Het VSC investeert 5 miljoen euro in de upgrade van de Tier-1-computer BrENIAC. De vraag naar rekentijd is groot en de intensieve onderzoeksactiviteiten in Vlaanderen vragen om nog krachtigere HPC. De upgrade zal de ‘peak performance’ van BrENIAC verdubbelen tot 1,5 petaflops. U weet ongetwijfeld allemaal wat dat is. Ik in alle eerlijkheid niet. Maar het is dus zeer veel.
Minister, ik heb daarover twee vragen. Wanneer zal die extra rekenkracht beschikbaar zijn voor Vlaamse onderzoekers? Het is nog maar net beslist, dus hoe kort is die doorlooptijd? En hoe zal de nieuwe ‘supercomputing as a service’-dienstverlening eruit zien tegenover het huidige concept van projectoproepen, ‘starting grants’ en contractuele overeenkomsten?
Het VSC maakt via het Belgisch lidmaatschap ook deel uit van het ‘Partnership for Advanced Computing in Europe’ (PRACE). PRACE biedt toegang tot rekentijd op zeven supercomputers in vijf landen. Het VSC tracht volop de huidige, grote Tier-1-gebruikers in Vlaanderen te stimuleren om ook de overstap te maken naar de Europese supercomputers. Merken we reeds een nieuwe trend in de Vlaamse deelname aan PRACE? We hebben altijd gezegd dat het belangrijk is dat we er vanuit Vlaanderen effectief voor zorgen dat we daar mee aan de knoppen zitten, dus kunnen we daar nu ook van profiteren.
Ook de EU heeft van high performance computing een prioriteit gemaakt. In januari 2018 heeft de Europese Commissie een formeel voorstel gelanceerd om de zogenaamde European High-Perfomance Computing (EuroHPC) te implementeren door middel van een ‘joint undertaking’ en een Europese publiek-private samenwerking. De Europese Commissie en de deelnemende lidstaten leggen samen meer dan 1 miljard euro op tafel om een Europese Tier 0-computer te bouwen. Dat is eigenlijk geen computer meer, maar de verbinding tussen zeer veel computers die altijd een restrekencapaciteit hebben. Als die computers op die manier aan elkaar kunnen worden geschakeld, is dat behoorlijk uniek.
Minister, is reeds beslist welke bijdrage België aan de joint undertaking voor de EuroHPC zal leveren?
Vlaamse onderzoekers kunnen een beroep doen op de rekenkracht van een aantal supercomputers in het Tier 1- en Tier 2-aanbod van het VSC en van de Tier 0-computer van EuroHPC. De technologie staat echter niet stil en we horen steeds meer over ‘quantum computing’.
Minister, waar staat Vlaanderen op dat vlak? Welke technologische kennis hebben we in Vlaanderen met betrekking tot quantum computing? In hoeverre zijn we op dit vlak internationaal actief, bijvoorbeeld in de Quantum Internet Alliance of in het Quantum Technologies Flagship van de Europese Commissie?
Ik wil even aangeven hoe belangrijk quantum computing is. Deze namiddag zullen we een eerste gedachtewisseling over artificiële intelligentie houden, maar ik heb al de titel ‘Quantum computing, not AI, will define our future. It’s the 21st century space race’. Dit is natuurlijk een boutade, maar eigenlijk gaan we elke dag verder met nieuwe ontwikkelingen. Nu is het al geen AI meer, maar quantum computing. Het grootste vraagteken is natuurlijk wie zich bezighoudt met het bedenken van die nieuwe namen.
Minister Muyters heeft het woord.
Voorzitter, langs de ene kant is dit een zeer technische zaak, maar langs de andere kant is het ook een zeer boeiende vraag om uitleg. Ik kan beginnen met uit te leggen wanneer we hier effectief gebruik van kunnen maken.
Het contract met Nippon Electric Company (NEC), de leverancier van BrENIAC, is in december 2018 ondertekend. De uitbreiding is in januari 2019 geleverd. Begin februari 2019 zijn de installatiewerken begonnen. Dit zal zeven weken duren. Begin april 2019 start de pilootfase en in mei 2019 zal het systeem volledig operationeel zijn. Naar aanleiding hiervan wordt een ‘grand challenge’ gepland. Het VSC zal een oproep lanceren voor een groot project dat de extra capaciteit van het nieuwe systeem kan gebruiken om grote simulaties met relevante wetenschappelijke impact uit te voeren.
De huidige dienstverlening, met projectoproepen, ‘starting grants’ en contractuele overeenkomsten, zal wellicht grotendeels kunnen worden voortgezet voor de ‘compute component’, de rekencluster van het Tier 1-platform. Voor de ‘data component’ en de ‘cloud component’ zullen nieuwe businessmodellen en exploitatiemodellen worden ontwikkeld. Die componenten zijn momenteel nog in ontwikkeling.
Het PRACE werkt met voorbereidende projecten, de zogenaamde ‘preparatory PRACE access calls’, en met de projecten zelf. In verband met de recentste oproepen voor de voorbereidende projecten en de projecten zelf is telkens een Vlaams project geselecteerd. Het PRACE communiceert niet over de aanvragen die niet zijn geselecteerd, zodat ik het aantal ingediende aanvragen uit Vlaanderen niet ken. Bij de toekenning was er telkens een Vlaams project bij.
De toegang tot het PRACE wordt steeds moeilijker, zelfs voor ervaren gebruikers. Om die reden heeft het VSC, samen met de Waalse collega’s, een workshop georganiseerd over het schrijven van Tier 0-aanvragen voor het PRACE. We zullen de resultaten van deze workshop pas zien vanaf de negentiende of twintigste call van het PRACE.
Op het niveau van de EU wordt er inderdaad naar gestreefd 1 miljard euro bij elkaar te krijgen voor de ontwikkeling van een zogenaamde ‘exascale machine’. Een dergelijke machine bestaat momenteel nog niet, maar verschillende landen werken er aan. De VS en China zijn goede voorbeelden.
De bouw van een exascale machine zal in twee fasen verlopen. Tijdens de eerste fase, waarin we ons nu bevinden, is een oproep gelanceerd voor twee tot drie ‘pre-exascale machines’. Deze oproep sluit in april 2019. Het geschatte budget voor een pre-exascale machine is 250 miljoen euro. België heeft interesse om in een van de consortia te participeren.
Overleg over de concrete bedragen en de verdeling over de regio’s loopt nog.
In het kader van de Future Emerging Technologies (FET) Flagships, die door de Europese Commissie worden gestuurd, wordt de lancering voorbereid van een nieuw FET Flagship rond quantumtechnologie, zoals u zelf hebt aangegeven, met een budget van 1 miljard euro over een periode van tien jaar. Het FWO is betrokken bij de voorbereidende werkzaamheden en financiert hierbij ook verschillende Vlaamse deelnemers.
Daarnaast hebben het Interuniversitair Micro-elektronicacentrum (imec) en het Franse onderzoeksinstituut Laboratoire d'électronique des technologies de l'information (CEA-Leti) een intentieovereenkomst ondertekend voor een strategisch partnership inzake artificiële intelligentie en quantum computing. De bedoeling is om te komen tot een digitale hardware computing toolbox waarmee de Europese industrie aan de slag kan om te innoveren op zeer diverse toepassingsdomeinen, van gepersonaliseerde gezondheidszorg en slimme mobiliteit tot de nieuwe maakindustrie en slimme energiesectoren.
Ik denk dat ik in mijn antwoord, mijnheer Diependaele, zeker wil aanduiden dat we goed op de hoogte zijn van wat daar gebeurt. Vanuit de Vlaamse overheid proberen of willen de juiste instellingen participeren in de programma’s die daaromtrent bestaan.
De heer Diependaele heeft het woord.
Het was zoals ik zei een opvolgingsvraag. Het is goed om te horen dat we vanuit de Vlaamse overheid inderdaad korter op de bal spelen.
Ik wil ten eerste mijn excuses aanbieden voor al die Engelse termen, maar in dit domein kun je vrees ik niet anders.
Het is heel goed om te horen dat die investering van 5 miljoen euro zo snel gaat en dat die over enkele weken al in uitvoering gaat. Daardoor kunnen de verschillende onderzoeksploegen hier over enkele maanden al gebruik van maken. Het is ook goed om te horen dat we telkens mee aan boord zijn met minstens één Vlaamse deelname op het Europese niveau. Dat is een heel goede evolutie, maar dat moeten we echt wel in de gaten houden. We hebben van in het begin gevraagd dat we bij PRACE mee aan de knoppen zitten en dat we daaraan financieel bijdragen. Dat zal ons de enige zekerheid op return bieden, om daar iets uit te halen waarmee we dan zelf kunnen voortwerken.
Ik heb verder niets meer toe te voegen aan uw antwoord. Dank u wel.
Minister Muyters heeft het woord.
Ik ben het me u eens dat het belangrijk is dat we in PRACE een bijkomende Vlaamse participatie hebben, maar op dat vlak wordt het altijd moeilijker. Daarom organiseren we samen met Wallonië die workshop om ervoor te zorgen dat we het best gewapend zijn, maar garanties hebben we uiteraard nooit.
De vraag om uitleg is afgehandeld.