Verslag vergadering Commissie voor Economie, Werk, Sociale Economie, Innovatie en Wetenschapsbeleid
Verslag
De heer Gryffroy heeft het woord.
Citizen science of burgerwetenschap in het Nederlands is een relatief jonge maar belangrijke ontwikkeling in de wetenschappelijke wereld. Het idee vertrekt van het betrekken van het brede publiek bij observaties, metingen, datacollectie om zo het wetenschappelijk onderzoek vooruit te helpen. Bovendien verkleint burgerwetenschap de kloof tussen wetenschappers en burgers en creëert zo meer draagvlak voor wetenschap, technologie en innovatie.
In december 2017 lanceerde u een eerste burgerwetenschapsprojectoproep met een respons van maar liefst vijftig ingediende projecten. Met het voorziene budget van 1 miljoen euro konden enkel de zeven hoogst scorende projecten gesubsidieerd worden.
Vorig jaar maakte u opnieuw 900.000 euro vrij om een tweede reeks projecten te subsidiëren die na de eerste oproep zeer goed scoorden, maar wegens onvoldoende budget niet konden worden toegewezen. Dit leverde zes extra waardevolle projecten op met namen als Burgerpraat!, Mijn Tuinlab, HASSELair, Groene pioniers, MamaMito en Een fiets-STEM voor scholen!
Wat zal de scope zijn van de nieuwe oproep in 2019?
Het kenniscentrum burgerwetenschap lanceerde een enquête rond datamanagement in burgerwetenschapsprojecten. De vragen peilen naar de noden en expertise rond datamanagement en zijn geïnspireerd door de richtlijnen over FAIR Data Management van de Europese Commissie. Zijn er reeds resultaten beschikbaar over deze enquête?
Ten derde: het kenniscentrum voor burgerwetenschappen wordt meer ‘in the picture’ gezet. Het zou een officiële naam, een nieuwe website en verschillende nieuwe burgerwetenschapsprojecten krijgen. Op 30 januari wordt alles voorgesteld aan het publiek in het Ellipsgebouw in Brussel. Wat wordt de scope van dit herdoopte kenniscentrum, en welke rol ziet u weggelegd voor citizen science in de toekomst?
Minister Muyters heeft het woord.
Ik begin met de scope en de timing van de nieuwe oproep. Daarvan kan ik zeggen dat die nog niet bepaald is. Het kenniscentrum zal eerst een analyse maken van de huidige projecten en de domeinen waarin men vandaag actief is. Ik zal hun vragen een voorstel te doen van eventuele prioritaire of complementaire thema’s. Maar dat moet dus nog gebeuren.
Er is nog geen volledig rapport ter beschikking van de bevraging van de citizenscienceprojecten, maar er zijn wel al voorlopige resultaten. Omdat u het bent, wil ik wel wat dieper ingaan op de voorlopige resultaten. Op het vlak van ondersteunende apps en platformen blijkt er nood te zijn aan bijkomende kennis en ondersteuning. Dat komt uit het voorlopig rapport naar voren.
Op het vlak van datamanagement leiden we uit de voorlopige resultaten af dat er een goede technische kennis is van databeheer, maar dat er rond het toegelaten gebruik van data en open data wel vragen zijn.
De uitvoerders van citizenscienceprojecten vragen aan het kenniscentrum vooral informatie rond privacy en anonimisering, opendatavereisten, bestaande platformen en tools, datastandaarden en rond licenties voor het online beschikbaar stellen van data. Er zijn dus heel wat vragen rond datamanagement, en daar moeten er allicht dingen gebeuren.
Ten derde is er ook nood aan een inventaris van instanties en overheidsinstanties om mee samen te werken, aan workshops en infosessies, en aan advies op maat van het project. Daarnaast geeft men ook aan dat het kenniscentrum het belang van citizen science moet promoten. Tot slot is er ook vraag naar workshops over communicatie, burgerwerving – hoe zet je burgers ertoe aan om mee te doen – en samenwerking met het onderwijs.
En wat uw derde vraag betreft: u begrijpt wel dat ik nu niet ga zeggen hoe het nieuwe logo er zal uitzien, en wat de naam zal zijn. Maar er worden wel zes bijkomende projecten voorgesteld, die vorig jaar bijkomend uit de eerste oproep geselecteerd zijn. Ik ga niet verder in op het belang van burgerparticipatie; u hebt dat zelf in uw vraagstelling naar voren gebracht. De burgers zijn ook bereid en geïnteresseerd om met wetenschap bezig te zijn. Tijdens de campagne ‘Vraag voor de wetenschap’ hebben we 10.500 vragen ontvangen, en dan voel je dat die wisselwerking wel slaagt. De Vlamingen tonen interesse om mee te werken.
Dan kom ik tot het laatste punt van uw vraag. Het kenniscentrum zal zich vooral profileren als facilitator en katalysator tussen alle partijen die bij burgerparticipatie en bij citizen science betrokken worden. Het is belangrijk om iemand te hebben die die kennis gaat delen. De ambitie is om alle onderzoeksdomeinen aan te moedigen – waar nuttig en nodig – om burgers te betrekken. De ambitie is om alle burgers te enthousiasmeren om mee te werken aan een project naar keuze. We moeten dus zowel de wetenschappers als de burgers enthousiast maken.
Het kenniscentrum wil dergelijke expertise zowel in Vlaanderen als internationaal opsporen, aanreiken en inzetten. Het kenniscentrum wil tevens zorgen voor een continue aandacht voor burgerwetenschap en voor de resultaten van de talrijke en vaak zeer boeiende projecten.
Het kenniscentrum wil ook aandacht hebben voor alle randvoorwaarden voor citizen science. Dat kan bijvoorbeeld op het vlak van databeheer – dat kwam uit die bevraging naar voren. Zo kunnen zij de informatie delen met iedereen die met burgerbevraging en burgerparticipatie bezig is.
Kort samengevat wil het kenniscentrum een goed overzicht behouden in de lopende projecten, ervoor zorgen dat generieke diensten ten behoeve van die projectdragers worden ontwikkeld, en dat de verzamelde data en kennis breed verspreid wordt. Het centrum wil er ook voor zorgen dat zoveel mogelijk burgers zin krijgen in wetenschap, en dat zoveel mogelijk wetenschappers zin krijgen om hun resultaten breed te delen.
De heer Gryffroy heeft het woord.
Bedankt voor het uitgebreide antwoord op de relatief korte vraag. Ik had niet gedacht dat u zo uitgebreid zou antwoorden. In het kader van de tweede vraag interesseert het mij wel dat er nogal wat vragen zijn rond datamanagement. Is daar dan ook geen rol weggelegd voor bijvoorbeeld het Interuniversitair Micro-elektronicacentrum (imec) of Smart Flanders?
Minister Muyters heeft het woord.
Ik ga het kenniscentrum in elk geval meegeven dat zij de kennis delen met de centra die we al hebben in Vlaanderen. Het is zeker niet de bedoeling dat zij daar opnieuw het warm water gaan uitvinden. Vooraleer zij zelf opnieuw onderzoek doen, moeten ze eerst nagaan welke kennis er al bestaat in Vlaanderen – onder meer bij imec, maar evengoed bij de overheidsdiensten van minister Homans.
De vraag om uitleg is afgehandeld.